.LEEFBAAR MILIEU?
MEER VAN HET EEN
IS MINDER
VAN HET ANDER....
MET DE JUMBO
OP VAKANTIE
interview met cbs-econoom drs r. hueting
leren vliegen tijdens vakantie
recreatieparken
aan belgische kust
ZATERDAG 27 FEBRUARI 1971
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
21
Frisse lucht was vroeger een .vrij'
artikel. Nu is het op de spitsuren in
de binnensteden haast niet ineer ,tc
krijgen'. Nog niet zo lang geleden
wa schoon water in rivieren, in
meren en aan de kust overal le
vinden. Nu moet je er lang naar
zoeken. Biologen, ecologen en allen
die hen verontrust bijvallen, stellen
het probleem van de milieuverslech
tering bijna dagelijks aan de orde.
Er wordt luid gewaarschuwd dat
het zó niet langer kan. We zullen
onze leefomgeving goed moeten be
waken en waar nodig grondig moe
ten verbeteren. De vraag is hoever
is ons milieu al afgetakeld en valt
die sohade in geld uit te drukken?
Zo ja, wat kost het ons dan om een
leefbaar milieu terug te krijgen?
De Haagse econoom drs R. Ilueting,
wetenschappelijk medewerker aan
bet Centraal Bureau voor de Statis
tiek, is bezig met een grootscheeps
onderzoek, dat de milieuverslcchte-
rïng binnen de economie zal brengen
en in keiharde cijfers zal vertalen.
Voor de interview-serie ,Waar staan
we nu?' had een van onze redacteu
ren een gesprek met hem.
(Van een onzer redacteuren)
DEN HAAG ,Je kunt niet zeggen: produktie is economie. Dat is een
oude verwarring van twee afzonderlijke begrippen. Economie houdt
zich bezig met het probleem dat je zou kunnen samenvatten onder de
term .omgaan met schaarse middelen'. En produktie is- een van de me
thodes om schaarse middelen terug te dringen. Je maakt dingen,
e we aardig en leuk vinden. Maar tegelijk roep je nieuwe schaarste op.
Dan kom je onvermijdelijk voor de keus te staan: hoever willen we gaan
met het (verder) interen op het vermogen van ons leefmilieu, schone
lucht en schoon water hijvoorbeeld, ten behoeve van een wassende stroom
aan goederen en diensten? Veel mensen zeggen dat er geen keus meer is.
Dat is onzin. Als je het mij vraagt, proberen e alleen maar onder die
keus uit te komen. Er is wel degelijk keus. Maar er geldt wel deze
Ijzeren wet: meer van het één is minder van het ander*. Drs Roefie
Hueting (41), hoofd van de afdeling leefmilieu op het CBS, wordt in ons
sinds enkele jaren .milieubewuste' landje danig op de vingers gekeken bij
n onderzoek dat een handje moet helpen om antwoord te geven op de
vraag: ,Wat is de natuur ons waard?' Die vraag is ook de titel van een
boekje, van zijn hand verschenen. Op de flap ervan een foto met walmen
de fabrieksschoorstenen.
In wat Hueting zelf verkooptaai van de
uitgever noemt wordt de inhoud van de
pocket aangeprezen als: .Onverwacht geeft
«en econoom de weg aan om met keiharde
cijfers de biologen te steunen in hun strijd
tegen de milieuverontreiniging.' Zijn onder
zoek op het CBS valt in wat meer ambte
taai te vangen onder de opdracht
.kwantificering van de milieuverslechtering
en in aansluiting hierop een correctie van
het begrip economische groei.' Het is een
onderzoek dat, voor zover de CBS-eco-
noora ook zelf kan nagaan, op deze ma
nier nog niet eerder in welk land dan ook
ls uitgevoerd. In kringen van milieudes
kundigen, maar ook bij overheidsfunctio
narissen en in het bedrijfsleven wordt drs
Hueting nogal eens beschouwd als een
uitvinder uit de vorige eeuw, die vroeg of
t iets boven tafel zal brengen, waarop
in rit te wachten om de discussies over
het werkelijke gewicht van de aantasting
,n ons leefmilieu uit de sfeer van vaaghe
den en overtroevingen te halen.
tlng woont met vrouw en kinderen in
een ouderwetse, statige straat van het
Haagse Benoordenhout. Voor de deur een
Renault 4, waarvan hij zoals hij vertelt
- in het weekend vrijwel uitsluitend ge
bruik maakt om zijn kroost naar het
zwembad, sporthal en de manege heen en
weer te rijden. Alleen durft hij zijn kinde
ren niet meer door het verkeer te sturen.
In de stad waar alles (fietspaden, bossen,
trottoirs, groenstroken) wordt opgebfferd
aan de privé-auto is dat gebrek aan veilig
heid op straat, aan bewegingsvrijheid voor
*ljn kinderen het persoonlijke nadeel dat
J naast nog vele andere telkens weer
moet opvangen. Hueting: ,Het is quatsch
n het zó voor te stellen alsof ons die
privé-auto door de industrie wordt opge
drongen. Laten we nu maar eerlijk zijn:
willen die auto allemaal verduiveld
traag. Maar, je moet met die auto
natuurlijk wél ergens heen kunnen. Anders
heeft ie weinig zin. Méér van het één is
minder van het ander.'
NUT EN OFFERS
gelijk die functies op een rij te zetten.
Een voorbeeld: water heeft functies als
drinkwater, spoelwater. proceswater,
zwemwater, vaarwater, water in het na
tuurlijk milieu, water als element in het
woonmilieu en zelfs als vuilnisvat. In een
tabel met. twee ingangen hebben we die
functies tegenover elkaar gezet en zo wil
len we zien waar functieverlies gaat optre
den. omdat het gebruik van één functie
leidt tot verminderde beschikbaarheid
voor een andere functie. Waardoor treedt
er functieverlies op? Eén van de oorzaken
is. dat het quantum, de hoeveelheid duide
lijk tekort schiet. Dat is in hoge mate het
geval met water en grond; waarschijnlijk
niet met lucht. We zijn daar nog niet uit,
maar we hebben de indruk dat lucht als
quantum ten opzichte van de functies, die
lucht voor de mens heeft, onbeperkt is.
Als ik nu dat water beschouw in zijn
functie als reservoir voor afval, dan zeg
ik: we hebben duidelijk een drempelwaarde
overschreden; hebben de functie zover be
nut dat een duidelijke (kwaliteit) ver
andering in het water is opgetreden. Die
kwaliteitsachteruitgang leidt tot een reeks
functieverliezen van het water elders en
ook dat hebben we in een reeks tabellen
uitgewerkt.'
Vraag: Wat gaat u met die tabellen
doen?
Hueting: .Kijk, we hebben nu een oplos
sing van de functieverliezen, in het water
opgetreden. Daarna komen we met een
beschrijving van de maatregelen, die al
genomen zijn om die functies te herstellen
of nog genomen moeten worden, willen
we in die richting werken. En dan verder
een raming van de kosten, die daarmee
gepaard kunnen gaan: wat kost het en wat
heeft het gekost om die milieuverstorin
gen ongedaan te maken?'
SCHADE
Vraag: Waarop concentreert zich nu
dit onderzoek van de CBS-afdeling leef
milieu?
Hueting: ,Het gaat in eerste instantie om
wat ik zou willen noemen een balans van
nut en offers voor de verschillende compo
nenten, waaruit ons leefmilieu is opge
duwd: lucht, water en bodem. De waarde
ïan een goed wordt bepaald door zijn
gebruiksmogelijkheid (functie) en de waar-
dring, die men en dat zijn wij met z'n
allen er aan toekent. Voorlopig houden
we ons nu bezig met de functies. Ons
milieu heeft een bepaalde waarde omdat het
functies heeft voor de mens. Per milieu
component proberen we zo uitputtend mo-
De markt verstrekt daarvoor gegevens.
Daarbij moet dan nog worden opgeteld de
waardering die wij geven aan het milieu
goed stilte, opgevat als vrijdom van sto
rend lawaai. Wat wij nu proberen is: uit
rekenen hoeveel het kost om een zeker
percentage herstel van zo'n milieu-compo
nent te bereiken. Je hebt dan een bedrag
fan geld op tafel. Maar ik wil er meteen
dit bij stipuleren: geld op zich is niets.
Het gaat eerder om een claim op geprodu
ceerde goederen. Duurdere produktie en
anaersoortige consumptie met het doel een
schoner milieu te bereiken of te behouden
betekent dat je dezelfde inzet niet voor
anderen, doeleinden kunt bereiken. En dan
zijn we er weer: meer van het één is min
der van het ander.'
Vraag: Zal uw onderzoek dus uit
wijzen waar, hoe en hoeveel we voor
een goed milieu zullen moeten gaan
betalen?
Hueting: .Betalen, betalen? Het is eerder:
minder van het ander. Als je de produktie-
factoren in de richting van het milieu
buigt, kun je ze niet op hetzelfde moment
gebruiken voor meer auto's, wasmachines,
televisietoestellen, ontspanning en weet ik
veel. Met een bedrag op tafel, de weten
schap dat een bepaalde hoeveelheid
schaarse middelen moet worden ingezet
voor het milieu, heb je in ieder geval wat
in handen om een beslissing te nemen.'
In zijn boekje, een verzameling van toe
spraken, bijdragen aan discussies en publi
caties, exerceert drs Hueting nogal met
bet begrip .nieuwe schaarste.' Hij stelt
vast dat de geïndustrialiseerde wereld van
vandaag wordt gekenmerkt door een op
vallend dualisme. Aan de ene kant comfort
op allerlei terrein, dat het leven veraange
naamt en vergemakkelijkt: auto's, elektri
sche apparatuur, grasmaaimachines, Mo
zart driedimensionaal. Daartegenover een
toenemend gebrek aan elementaire zaken
als zuivere lucht, stilte opgevat als vrij
dom van lawaai, schoon water, speelruim
te voor kinderen, ongeschonden natuurge
bieden.
Zolang bepaalde goederen vrij zijn, dat wil
zeggen: in overmaat aanwezig, ontstaan er
geen kosten, wanneer ze worden opgeof
ferd. Ze behoeven bij de calculatie van een
bedrijf niet1 in rekening te worden ge
bracht. Op het moment dat deze goederen
schaars worden, ontstaan er kosteh en
moeten ze wél worden verdisconteerd. De
onvrede over de huidige gang van zaken bij
de produktie wordt veroorzaakt door het
feit dat we doen alsof schaarse of schaars
geworden goederen (nog) vrij zijn.
Prof. dr D. J. Kuenen zegt in een voor
woord dat Hueting komt met een zakelijk
economische benadering van een proces
van onherstelbare verkwisting van schaar
se goederen. Tot. voor kort meenden velen,
en zeker ook de biologen, dat het hier
voor een deel om onmeetbare gevoelsza-
ken gaat. waar een econoom nooit aan te
pas zou kunnen komen. Hueting laat zien
dat het anders kan. Prof. Kuenen heeft het
over een scherper en zorgvuldiger analyse
van het menselijk handelen, een analyse
waarbij de negatieve waarden op hun
juiste plaats worden gezet.
WERKGELEGENHEID
Vertellend over het, verloop van zijn onder
zoek, dat tevens zijn proefschrift wordt,
legt drs Hueting ons uit dat schade aan
het milieu vooral schade, die al geleden
is objectief valt vast te stellen. Daarnaast
valt ook te berekenen, hoeveel geld er op
tafel moet komen om functies tot een zeker
niveau te herstellen. Het resultaat is dat
een stuk van het inmiddels schaars gewor
den schone water wordt teruggewonnen,
een stuk milieu dus. Blijft, de vraag: welke
waarde kent men aan dat terugwinnen
toe. heb je het er voor over ja dan nee?
Vraag: Wat verstaat u nu precies
onder die schade, maatschappelijke
schade dus?
Hueting: ,Laat ik een voorbeeld geven.
Zwanenburg heeft last van Schiphol. Er
zijn maatregelen denkbaar, waardoor die
overlast wordt weggenomen: het vliegveld
verplaatsen, andere vliegtuigen dan nu ge
bruikt worden en ga zo maar door. Een
deel van het maatschappelijk nut voor Zwa
nenburg is: geen dubbele ramen meer,
koptelefoons voor scholieren in de klas
om de les te volgen kunnen worden afge
schaft, geen slaaptabletten meer voor een
groot deel van de bevolking, waardestij
ging van woningen. Dat is allemaal op te
voeren aan de nutskant van de maatregel.
Een mooi voorbeeld vind ik altijd nog de
wegwerpfles. Als je voorschrijft dat zo'n
fles een rijksdaalder kost, wordt ie ingele
verd en opnieuw gebruikt. De maatschap
pelijke kosten worden op die manier inge
calculeerd. Op het ogenblik maakt het
wettelijk kader het mogelijk dat we die
fles weggooien. Maar dat kunnen we na
tuurlijk veranderen. Zo goed als we de
weggebruiker voorschrijven dat verkeer
van rechts voorrang heeft; zo goed als er
voorschriften zijn dat ik u niet een mes
tussen uw ribben mag steken, als we het
al'ergens over oneens zouden worden. Je
mag een fles niet de prijs 0,00 geven. Dat
voorbeeld is met honderden aan te vullen.
De maatschappelijke kosten van de auto.
We hebben alles voor die auto over, we
offeren er alles voor op. En als ik dat
alles zie en bedenk dat het zo niét hoeft,
dan word ik cynisch. Dan denk ik: we
hebben weinig waardering voor ons milieu
en aanbidden die auto.'
Vraag: Hoe dan ook leidt schonere
produktie en schonere consumptie tot
kostenverhoging en alle gevolgen van
dien. Ziet u daarvoor ook een oplos
sing?
Hueting: .Leiden deze methodes tot hogere
bedrijfskosten, dan kan dit worden opge
vangen door een lagere loon- en winstvoet
of door devaluatie, Het argument van
internationale concurrentie gaat dan ook
niet meer op. Uiteindelijk heb je dan
minder valuta, maar je hebt een beter
milieu. En dan kom ik weer op die keuze.
Heb je dat voor je milieu over?'
EMOTIONALITEIT
Vraag: U zegt ergens in uw boekje
dat het argument van de werkgelegen
heid in verband met milieubeheer
meestal op bedriegelijke wijze wordt ge
hanteerd. Hoezo?
Hueting: ,Er zijn geborneerde industriëlen,
die ons proberen wijs te maken dat we
geen keus meer hebben. We moeten produ
ceren om werkgelegenheid te scheppen, zegt
men dan.
Milieubeheer schept veel meer werkgele
genheid. Auto's met schone motoren pro
duceren vraagt meer arbeidskracht dan de
huidige auto, een weg onder een bos door
vergt meer mankracht in de aanleg dan
een weg er dwars doorheen. Het resultaat
zal zijn minder geproduceerde goederen,
maar meer milieugoederen. Tenslotte is
werkgelegenheid geen doel. maar een mid
del. Het gaat in laatste instantie om de
samenstelling van het goederenpakket, dat
ons ter beschikking staat.'
Vraag: Betekent dat niet dat het
scheppen van werkgelegenheid nog ver
der moet worden verschoven van
laat ik maar zeggen de. vrije onder
neming naar de overheidssector?
Hueting: ,Dat hoeft helemaal niet, wanneer
je maar het wettelijk kader schept dat
bijvoorbeeld industrieën dwingt om over
te gaan op niet-verontreinigende produktie-
methodes. Een bundel voorschriften ook
voor niet-verontreinigende consumptie.
Vraag: U bent econoom en statisticus,
een man van cijfers en tabellen. Hoe
oordeelt u over emotionaliteit?
Hueting: ,Als vakman sta ik aan de kant
en turf. Een cynische turver. Kijk, ik zie
meer in acties die pleiten voor minder,
maar ik zie niets in acties die pleiten voor
meer. Want iedereen wil natuurlijk meer
van alles, maar dat kan niet. Actiegroepen
die pleiten voor minder staal, dus minder
auto's voor minder kinderen, voor inper
king van de consumptie, daarover zeg ik:
die mensen willen in wezen méér (namelijk
meer milieugoederen).
Privé zijn mijn (emotionele) preferenties:
laten we ter wille van de kinderen zoveel
mogelijk aan geboortebeperking doen; la
ten we ten bate van ons milieu afzien van
het zo overstelpend gebruik van de eigen
auto. We moeten ons meer gaan bezinnen
op wat middel is, en wat doel. Het doel ligt
veelal in het milieu. Veel geproduceerde
goederen (tenten, auto's, vistuig) zijn te be
schouwen als middelen om met het milieu
in contact te komen.
Met een acht man sterke afdeling is drs
Hueting op het CBS bezag aan een soort
van .volkstelling' van de functieverliezen,
die de componenten water, lucht en bodem
van ons milieu hebhen geleden en als we
doorgaan met. de huidige manier van pro
duceren en consumeren nog zullen leiden.
Zijn rekenarij is er op gericht om
cijfermateriaal hoven tafel te brengen,
waarmee kan worden vastgesteld hoeveel
er nodig is om die schade te herstellen;
hoeveel er nodig is om te voorkomen dat
de schade groter wordt of (in het gunstig
ste geval) een nieuwe methodiek wordt
ontwikkeld, waarin zonder verdere schade
aan het milieu, kan worden geproduceerd
en geconsumeerd. Er zijn pessimisten, die
voorspellen dat de wereld zich naar de
afgrond gewerkt zal hebben voordat Hue
ting halfweg is met zijn rekenwerk.
De milieucomponent water is intussen be
schreven. Daarnaast wordt geprobeerd een
statistiek op te zetten voor de vervuiling
zelf, een karwei met veel haken en ogen.
De theorie van de kwantificering van mi
lieufactoren spreekt aan. Hueting zelf: ,De
economie kan hulp bieden. Meer niet. Het
gaat om de spanning tussen behoeften en
middelen. Over die middelen en de prijs
ervan kunnen we wat zeggen. De behoefte,
de mate van waardering, bepaalt de eco
noom niet. Dat doen we met z'n allen. Dat
moet men toch wel goed beseffen. Niemand
komt onder de verantwoordelijkheid van
die keuze uit!
KEES VAN DER MAAS.
De provinciale VVV van Limburg lieeft in bet kader van een landelijke actie van
de ANWB voor toeristische arrangementen, een vllegcursus-vakantie georgani
seerd. BIJ de rljkserkende vllegschool voor sportvliegers .Aero Limbur* «P de
luchthaven Beek kan men In 28 dagen het brevet prlvévlleger Ilr klasse behalen.
Men krijgt dan ongeveer 2 vlieguren per dag. De prijs? Naar gelang van
In hotel, pension of op camping tussen de eenendertig en zesdendertiglionderd gul
den....
BIJNA 900.000 NEDERLANDERS NAAR SPANJE
De trek van Nederlanders naar Spanje voor vakantie wordt nog steeds groter. Vo
rig jaar waren het er niet minder dan 874.511, of wel 8.6 pel meer dan in 1969
Ook in 1971 is voor Spanje als toeristenland weer goed begonnen. Men telde er
in januari niet minder dan 975.187 buitenlandse bezoekers, wat in vergelijking met
vorig jaar januari een toeneming is van bijna negentien procent
Eind van vorig jaar was er in Spanje een logiescapaciteit van bijna een miljoen
bedden.
In België bestaan vergevorderde plannen voor de aanleg van een groot recreatie
park aan de kust tussen Oostende en MIddelkerke De organisatie .Westtoerlsme'
heeft een terrein van 90 ha op het oog, gelegen in de duinen. Het plan voorziet
in een volledige bebossing en beplanting van de duinen, de aanleg van wandelpa
den, sport- en kampeerterreinen, alsmede de bouw van een sportzaal, zwembad en
restaurant. .Westtoerlsme' wil in totaal zeven van dergelijke recreatieparken ln
België stichten, waarvan dat bij Oostende liet grootste wordt.
IN 1980 DRIEMAAL ZOVEEL CARAVANS?
Over tien jaar, dwz in 1980, zullen er in Nederland naar verwachting 400.000 cara
vans en vouwioagens in gebruik zijn. ruim drie maal zo veel als thans. Dit kan
worden afgeleid uit een opinieonderzoek, dat ter gelegenheid van het 25-jarig be
staan van Elsevier's Weekblad werd uitgevoerd door de Nederlandse Stichting
voor Statistiek.
In 1970 hadden 16 pet van de ondervraagde Nederlanders van 15-49 jaar de be
schikking over een tent. 3 pet over een caravan en 1 pet over een weekendhuisje.
Desgevraagd verklaarden 8 pet van de met-bezitters zich wel een tent te willen
aanschaffen. 7 pet had koopplannen voor een caravan en 4 pet had wel idee in een
weekendhuisje.
Ook in België neemt het caravangebruik snel toe. Zo werden het vorig seizoen
voor het eerst meer dan 10.000 caravans verkocht. Dit getal spreekt, wanneer
men weet dat het pas vijftien jaar geleden is dat in België de eerste caravans
werden gebouvjd. Thans brengen elk jaar ca 325.000 Belgische toeristen hun va
kantie door in 80.000 kampeerwagens.
De geweldige betekenis van de-charter
vluchten is nooit duidelijker gebleken
dan op het moment, waarop de KLM
en het reisbureau FIT hun besprekin
gen over het inschakelen van de gloed
nieuwe jumbojets de vermaarde
boelng 747 met succes afrondden.
Dat betekent Immers, dat er nog voor
dat deze rcuzenniachines op de lijndien
sten zijn ingeburgerd, de vakantiereizi
gers er kennis mee zullen kunnen ma
ken. De KLM zal de Boeing vooralsnog
alleen op de drukke Atlantische routes
inzetten. Maar met ingang van woens
dag 22 december gaat de luchtreus
wekelijks naar Las Palmas op de Cana-
risclie eilanden om zon-zoekende win-
tervakantiegangers naar de Canarlsche
eilanden te brengen.
Het is vee! sneller gegaan dan iedereen
eigenlijk had verwacht. In het verleden
was het zo. dat de chartervluchten voor
het meerendeel oude toestellen werden
ingezet. Toen de straalvliegtuigen al
lang gemeengoed waren op de meeste
geregelde lijndiensten, vloog menige va
kantieganger nog met door zuigermoto
ren aangedreven kisten naar zijn plaats
van bestemming. En het is nog maar
kort geleden, dat reisbureau's het als
'n extraatje verkochten, dat de vlucht
per straalvliegtuig werd gemaakt. En
nu de Jumbo... de grote touroperators
gaan niet meer achter de lijndiensten
aanlopen, maar dragen het vaandel.
Het geheim Is. dat de jumbo's ver
schrikkelijk dure machines zijn, die pas
rendabel gemaakt kunnen worden als
ze vrijwel ieder uur van de dag in de
lucht zijn. De reuzenvliegtuigen zijn in
zekere zin .op de groei' gemaakt en
gekocht. Het inschakelen van de kost
bare machines voor de lucratieve char
tervliegerij komt de luchtvaartmaat
schappijen dus wel te pas. De complica
tie is evenwel, dat alleen zeer grote
reisorganisatoren gebruik kunnen ma
ken van deze toestellen. Zij moeten
kans zien om een kist met 354 passa
giers vol te stouwen, willen ze het
rendement halen. Pikant detail is dan
nog, dat de jumbo's 31 eerste klas
plaatsen hebben die dan echt eerste
klas. met een complete bar op de
bovenverdieping die tegen een toes
lag zullen worden verkocht. Dit jaar al
vliegen wekelijks voor dit reisbureau
twee DC 9's en een DC 8 naar de
Canarische eilanden. Een Jumbo staat
gelijk met twee DC-8-en of drie DC 9's.
De heer A. P. F. van Gennip, directeur
van FIT en met zijn 175.000 passagiers
de grootste touroperator van Neder
land. verwacht dat het inschakelen van
de Jumbo's op langere termijn een
geweldige stimulans zal geven aan de
vliegvakanties. Direct volgend jaar al
zal de invloed op de prijzen te merken
zijn. zo zegt hij. In het gunstigste geval
zullen de prijzen voor dit soort reizen
lager worden (met meer comfort), in
het ongunstigste geval (want ook in de
vakantielanden stijgen de lonen regel
matig) blijven ze stabiel.
Hel zal, aldus de heer Van Gennip, niet
blijven bij ae Canarische eilanden. Dat
we daarop starten is toeval. In de
wintermaanden is dat de grootste be
stemming en juist in die tijd komen de
Jumbo's voorhet eerst beschikbaar.
Maar volgend jaar zal het reuzen vlieg
tuig ongetwijfeld ook gebruikt worden
voor vluchten naar Mallorca, Malaga en
nog enkele drukke bestemmingen. Mis
schien zijn er voor plaatsen als Rhodoa
en Tunesië dan nog net niet voldoende
passagiers om de Jumbo rendabel te
maken, maar het vakantievliegen neemt
zo'n geweldige vlucht, dat binnen de
kortste keren ook hier de Boeing 747
zal worden gebruikt. Er is namelijk
sprake van een wisselwerking: de ge
weldige aantallen vakantiegangers (ie
der jaar zeker zo'n twintig procent
meer) maken het huren van Jumbo's
mogelijk, omgekeerd stimuleren die
Jumbo's straks weer het vakantiever
keer doordat ze lagere prijzen mogelijk
maken.
De intrede van de Jumbo-jet betekent
overigens wel. dat de natuurlijke con
centratie en sanering van de vakantie-
business bespoedigd zal worden. De
kleine touroperators zullen van de nieu
we machines geen gebruik kunnen ma
ken en krijgen het dus nog moeilijker
op de zo sterk aan concurrentie onder
hevige markt dan ze het nu al hebben.
De groei in het toerisme stelt alle
reisorganisatoren namelijk voor grote
problemen. Ze moeten hun vliegtuigen
en hun gehuurde accommodaties in het
buitenland vooruit betalen en daarmee
zijn niet zelden vele miljoenen guldens
gemoeid. Maar weinigee touroperators
alleen de grootsten hebben de
beschikking over de noodzakelijke re
serves. Vandaar de steeds toenemende
concentratie ook in deze wereld. De
mammoetvliegtuigen zullen het schif
tingsproces versnellen.
De Boeing 747 is niet alleen groot,
plaats voor 354 personen ze verleent
het vliegen bovendien een heel andere
dimensie. De cabine is zes meter breed,
de piloot zit liefst negen meter boven
de grond als het vliegtuig stilstaat en
de top van de staart komt gelijk met
de vijfde verdieping van een flatge
bouw. Als men het toestel helemaal
voor charters zou ombouwen, kan het
plaats bieden aan 500 passagiers. De
betere accommodatie voor de lijndien
sten beperkt het aantal echter tot rond
de 360.