.LEEFBAAR MILIEU? MEER VAN HET EEN IS MINDER VAN HET ANDER.... MET DE JUMBO OP VAKANTIE interview met cbs-econoom drs r. hueting leren vliegen tijdens vakantie recreatieparken aan belgische kust ZATERDAG 27 FEBRUARI 1971 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 21 Frisse lucht was vroeger een .vrij' artikel. Nu is het op de spitsuren in de binnensteden haast niet ineer ,tc krijgen'. Nog niet zo lang geleden wa schoon water in rivieren, in meren en aan de kust overal le vinden. Nu moet je er lang naar zoeken. Biologen, ecologen en allen die hen verontrust bijvallen, stellen het probleem van de milieuverslech tering bijna dagelijks aan de orde. Er wordt luid gewaarschuwd dat het zó niet langer kan. We zullen onze leefomgeving goed moeten be waken en waar nodig grondig moe ten verbeteren. De vraag is hoever is ons milieu al afgetakeld en valt die sohade in geld uit te drukken? Zo ja, wat kost het ons dan om een leefbaar milieu terug te krijgen? De Haagse econoom drs R. Ilueting, wetenschappelijk medewerker aan bet Centraal Bureau voor de Statis tiek, is bezig met een grootscheeps onderzoek, dat de milieuverslcchte- rïng binnen de economie zal brengen en in keiharde cijfers zal vertalen. Voor de interview-serie ,Waar staan we nu?' had een van onze redacteu ren een gesprek met hem. (Van een onzer redacteuren) DEN HAAG ,Je kunt niet zeggen: produktie is economie. Dat is een oude verwarring van twee afzonderlijke begrippen. Economie houdt zich bezig met het probleem dat je zou kunnen samenvatten onder de term .omgaan met schaarse middelen'. En produktie is- een van de me thodes om schaarse middelen terug te dringen. Je maakt dingen, e we aardig en leuk vinden. Maar tegelijk roep je nieuwe schaarste op. Dan kom je onvermijdelijk voor de keus te staan: hoever willen we gaan met het (verder) interen op het vermogen van ons leefmilieu, schone lucht en schoon water hijvoorbeeld, ten behoeve van een wassende stroom aan goederen en diensten? Veel mensen zeggen dat er geen keus meer is. Dat is onzin. Als je het mij vraagt, proberen e alleen maar onder die keus uit te komen. Er is wel degelijk keus. Maar er geldt wel deze Ijzeren wet: meer van het één is minder van het ander*. Drs Roefie Hueting (41), hoofd van de afdeling leefmilieu op het CBS, wordt in ons sinds enkele jaren .milieubewuste' landje danig op de vingers gekeken bij n onderzoek dat een handje moet helpen om antwoord te geven op de vraag: ,Wat is de natuur ons waard?' Die vraag is ook de titel van een boekje, van zijn hand verschenen. Op de flap ervan een foto met walmen de fabrieksschoorstenen. In wat Hueting zelf verkooptaai van de uitgever noemt wordt de inhoud van de pocket aangeprezen als: .Onverwacht geeft «en econoom de weg aan om met keiharde cijfers de biologen te steunen in hun strijd tegen de milieuverontreiniging.' Zijn onder zoek op het CBS valt in wat meer ambte taai te vangen onder de opdracht .kwantificering van de milieuverslechtering en in aansluiting hierop een correctie van het begrip economische groei.' Het is een onderzoek dat, voor zover de CBS-eco- noora ook zelf kan nagaan, op deze ma nier nog niet eerder in welk land dan ook ls uitgevoerd. In kringen van milieudes kundigen, maar ook bij overheidsfunctio narissen en in het bedrijfsleven wordt drs Hueting nogal eens beschouwd als een uitvinder uit de vorige eeuw, die vroeg of t iets boven tafel zal brengen, waarop in rit te wachten om de discussies over het werkelijke gewicht van de aantasting ,n ons leefmilieu uit de sfeer van vaaghe den en overtroevingen te halen. tlng woont met vrouw en kinderen in een ouderwetse, statige straat van het Haagse Benoordenhout. Voor de deur een Renault 4, waarvan hij zoals hij vertelt - in het weekend vrijwel uitsluitend ge bruik maakt om zijn kroost naar het zwembad, sporthal en de manege heen en weer te rijden. Alleen durft hij zijn kinde ren niet meer door het verkeer te sturen. In de stad waar alles (fietspaden, bossen, trottoirs, groenstroken) wordt opgebfferd aan de privé-auto is dat gebrek aan veilig heid op straat, aan bewegingsvrijheid voor *ljn kinderen het persoonlijke nadeel dat J naast nog vele andere telkens weer moet opvangen. Hueting: ,Het is quatsch n het zó voor te stellen alsof ons die privé-auto door de industrie wordt opge drongen. Laten we nu maar eerlijk zijn: willen die auto allemaal verduiveld traag. Maar, je moet met die auto natuurlijk wél ergens heen kunnen. Anders heeft ie weinig zin. Méér van het één is minder van het ander.' NUT EN OFFERS gelijk die functies op een rij te zetten. Een voorbeeld: water heeft functies als drinkwater, spoelwater. proceswater, zwemwater, vaarwater, water in het na tuurlijk milieu, water als element in het woonmilieu en zelfs als vuilnisvat. In een tabel met. twee ingangen hebben we die functies tegenover elkaar gezet en zo wil len we zien waar functieverlies gaat optre den. omdat het gebruik van één functie leidt tot verminderde beschikbaarheid voor een andere functie. Waardoor treedt er functieverlies op? Eén van de oorzaken is. dat het quantum, de hoeveelheid duide lijk tekort schiet. Dat is in hoge mate het geval met water en grond; waarschijnlijk niet met lucht. We zijn daar nog niet uit, maar we hebben de indruk dat lucht als quantum ten opzichte van de functies, die lucht voor de mens heeft, onbeperkt is. Als ik nu dat water beschouw in zijn functie als reservoir voor afval, dan zeg ik: we hebben duidelijk een drempelwaarde overschreden; hebben de functie zover be nut dat een duidelijke (kwaliteit) ver andering in het water is opgetreden. Die kwaliteitsachteruitgang leidt tot een reeks functieverliezen van het water elders en ook dat hebben we in een reeks tabellen uitgewerkt.' Vraag: Wat gaat u met die tabellen doen? Hueting: .Kijk, we hebben nu een oplos sing van de functieverliezen, in het water opgetreden. Daarna komen we met een beschrijving van de maatregelen, die al genomen zijn om die functies te herstellen of nog genomen moeten worden, willen we in die richting werken. En dan verder een raming van de kosten, die daarmee gepaard kunnen gaan: wat kost het en wat heeft het gekost om die milieuverstorin gen ongedaan te maken?' SCHADE Vraag: Waarop concentreert zich nu dit onderzoek van de CBS-afdeling leef milieu? Hueting: ,Het gaat in eerste instantie om wat ik zou willen noemen een balans van nut en offers voor de verschillende compo nenten, waaruit ons leefmilieu is opge duwd: lucht, water en bodem. De waarde ïan een goed wordt bepaald door zijn gebruiksmogelijkheid (functie) en de waar- dring, die men en dat zijn wij met z'n allen er aan toekent. Voorlopig houden we ons nu bezig met de functies. Ons milieu heeft een bepaalde waarde omdat het functies heeft voor de mens. Per milieu component proberen we zo uitputtend mo- De markt verstrekt daarvoor gegevens. Daarbij moet dan nog worden opgeteld de waardering die wij geven aan het milieu goed stilte, opgevat als vrijdom van sto rend lawaai. Wat wij nu proberen is: uit rekenen hoeveel het kost om een zeker percentage herstel van zo'n milieu-compo nent te bereiken. Je hebt dan een bedrag fan geld op tafel. Maar ik wil er meteen dit bij stipuleren: geld op zich is niets. Het gaat eerder om een claim op geprodu ceerde goederen. Duurdere produktie en anaersoortige consumptie met het doel een schoner milieu te bereiken of te behouden betekent dat je dezelfde inzet niet voor anderen, doeleinden kunt bereiken. En dan zijn we er weer: meer van het één is min der van het ander.' Vraag: Zal uw onderzoek dus uit wijzen waar, hoe en hoeveel we voor een goed milieu zullen moeten gaan betalen? Hueting: .Betalen, betalen? Het is eerder: minder van het ander. Als je de produktie- factoren in de richting van het milieu buigt, kun je ze niet op hetzelfde moment gebruiken voor meer auto's, wasmachines, televisietoestellen, ontspanning en weet ik veel. Met een bedrag op tafel, de weten schap dat een bepaalde hoeveelheid schaarse middelen moet worden ingezet voor het milieu, heb je in ieder geval wat in handen om een beslissing te nemen.' In zijn boekje, een verzameling van toe spraken, bijdragen aan discussies en publi caties, exerceert drs Hueting nogal met bet begrip .nieuwe schaarste.' Hij stelt vast dat de geïndustrialiseerde wereld van vandaag wordt gekenmerkt door een op vallend dualisme. Aan de ene kant comfort op allerlei terrein, dat het leven veraange naamt en vergemakkelijkt: auto's, elektri sche apparatuur, grasmaaimachines, Mo zart driedimensionaal. Daartegenover een toenemend gebrek aan elementaire zaken als zuivere lucht, stilte opgevat als vrij dom van lawaai, schoon water, speelruim te voor kinderen, ongeschonden natuurge bieden. Zolang bepaalde goederen vrij zijn, dat wil zeggen: in overmaat aanwezig, ontstaan er geen kosten, wanneer ze worden opgeof ferd. Ze behoeven bij de calculatie van een bedrijf niet1 in rekening te worden ge bracht. Op het moment dat deze goederen schaars worden, ontstaan er kosteh en moeten ze wél worden verdisconteerd. De onvrede over de huidige gang van zaken bij de produktie wordt veroorzaakt door het feit dat we doen alsof schaarse of schaars geworden goederen (nog) vrij zijn. Prof. dr D. J. Kuenen zegt in een voor woord dat Hueting komt met een zakelijk economische benadering van een proces van onherstelbare verkwisting van schaar se goederen. Tot. voor kort meenden velen, en zeker ook de biologen, dat het hier voor een deel om onmeetbare gevoelsza- ken gaat. waar een econoom nooit aan te pas zou kunnen komen. Hueting laat zien dat het anders kan. Prof. Kuenen heeft het over een scherper en zorgvuldiger analyse van het menselijk handelen, een analyse waarbij de negatieve waarden op hun juiste plaats worden gezet. WERKGELEGENHEID Vertellend over het, verloop van zijn onder zoek, dat tevens zijn proefschrift wordt, legt drs Hueting ons uit dat schade aan het milieu vooral schade, die al geleden is objectief valt vast te stellen. Daarnaast valt ook te berekenen, hoeveel geld er op tafel moet komen om functies tot een zeker niveau te herstellen. Het resultaat is dat een stuk van het inmiddels schaars gewor den schone water wordt teruggewonnen, een stuk milieu dus. Blijft, de vraag: welke waarde kent men aan dat terugwinnen toe. heb je het er voor over ja dan nee? Vraag: Wat verstaat u nu precies onder die schade, maatschappelijke schade dus? Hueting: ,Laat ik een voorbeeld geven. Zwanenburg heeft last van Schiphol. Er zijn maatregelen denkbaar, waardoor die overlast wordt weggenomen: het vliegveld verplaatsen, andere vliegtuigen dan nu ge bruikt worden en ga zo maar door. Een deel van het maatschappelijk nut voor Zwa nenburg is: geen dubbele ramen meer, koptelefoons voor scholieren in de klas om de les te volgen kunnen worden afge schaft, geen slaaptabletten meer voor een groot deel van de bevolking, waardestij ging van woningen. Dat is allemaal op te voeren aan de nutskant van de maatregel. Een mooi voorbeeld vind ik altijd nog de wegwerpfles. Als je voorschrijft dat zo'n fles een rijksdaalder kost, wordt ie ingele verd en opnieuw gebruikt. De maatschap pelijke kosten worden op die manier inge calculeerd. Op het ogenblik maakt het wettelijk kader het mogelijk dat we die fles weggooien. Maar dat kunnen we na tuurlijk veranderen. Zo goed als we de weggebruiker voorschrijven dat verkeer van rechts voorrang heeft; zo goed als er voorschriften zijn dat ik u niet een mes tussen uw ribben mag steken, als we het al'ergens over oneens zouden worden. Je mag een fles niet de prijs 0,00 geven. Dat voorbeeld is met honderden aan te vullen. De maatschappelijke kosten van de auto. We hebben alles voor die auto over, we offeren er alles voor op. En als ik dat alles zie en bedenk dat het zo niét hoeft, dan word ik cynisch. Dan denk ik: we hebben weinig waardering voor ons milieu en aanbidden die auto.' Vraag: Hoe dan ook leidt schonere produktie en schonere consumptie tot kostenverhoging en alle gevolgen van dien. Ziet u daarvoor ook een oplos sing? Hueting: .Leiden deze methodes tot hogere bedrijfskosten, dan kan dit worden opge vangen door een lagere loon- en winstvoet of door devaluatie, Het argument van internationale concurrentie gaat dan ook niet meer op. Uiteindelijk heb je dan minder valuta, maar je hebt een beter milieu. En dan kom ik weer op die keuze. Heb je dat voor je milieu over?' EMOTIONALITEIT Vraag: U zegt ergens in uw boekje dat het argument van de werkgelegen heid in verband met milieubeheer meestal op bedriegelijke wijze wordt ge hanteerd. Hoezo? Hueting: ,Er zijn geborneerde industriëlen, die ons proberen wijs te maken dat we geen keus meer hebben. We moeten produ ceren om werkgelegenheid te scheppen, zegt men dan. Milieubeheer schept veel meer werkgele genheid. Auto's met schone motoren pro duceren vraagt meer arbeidskracht dan de huidige auto, een weg onder een bos door vergt meer mankracht in de aanleg dan een weg er dwars doorheen. Het resultaat zal zijn minder geproduceerde goederen, maar meer milieugoederen. Tenslotte is werkgelegenheid geen doel. maar een mid del. Het gaat in laatste instantie om de samenstelling van het goederenpakket, dat ons ter beschikking staat.' Vraag: Betekent dat niet dat het scheppen van werkgelegenheid nog ver der moet worden verschoven van laat ik maar zeggen de. vrije onder neming naar de overheidssector? Hueting: ,Dat hoeft helemaal niet, wanneer je maar het wettelijk kader schept dat bijvoorbeeld industrieën dwingt om over te gaan op niet-verontreinigende produktie- methodes. Een bundel voorschriften ook voor niet-verontreinigende consumptie. Vraag: U bent econoom en statisticus, een man van cijfers en tabellen. Hoe oordeelt u over emotionaliteit? Hueting: ,Als vakman sta ik aan de kant en turf. Een cynische turver. Kijk, ik zie meer in acties die pleiten voor minder, maar ik zie niets in acties die pleiten voor meer. Want iedereen wil natuurlijk meer van alles, maar dat kan niet. Actiegroepen die pleiten voor minder staal, dus minder auto's voor minder kinderen, voor inper king van de consumptie, daarover zeg ik: die mensen willen in wezen méér (namelijk meer milieugoederen). Privé zijn mijn (emotionele) preferenties: laten we ter wille van de kinderen zoveel mogelijk aan geboortebeperking doen; la ten we ten bate van ons milieu afzien van het zo overstelpend gebruik van de eigen auto. We moeten ons meer gaan bezinnen op wat middel is, en wat doel. Het doel ligt veelal in het milieu. Veel geproduceerde goederen (tenten, auto's, vistuig) zijn te be schouwen als middelen om met het milieu in contact te komen. Met een acht man sterke afdeling is drs Hueting op het CBS bezag aan een soort van .volkstelling' van de functieverliezen, die de componenten water, lucht en bodem van ons milieu hebhen geleden en als we doorgaan met. de huidige manier van pro duceren en consumeren nog zullen leiden. Zijn rekenarij is er op gericht om cijfermateriaal hoven tafel te brengen, waarmee kan worden vastgesteld hoeveel er nodig is om die schade te herstellen; hoeveel er nodig is om te voorkomen dat de schade groter wordt of (in het gunstig ste geval) een nieuwe methodiek wordt ontwikkeld, waarin zonder verdere schade aan het milieu, kan worden geproduceerd en geconsumeerd. Er zijn pessimisten, die voorspellen dat de wereld zich naar de afgrond gewerkt zal hebben voordat Hue ting halfweg is met zijn rekenwerk. De milieucomponent water is intussen be schreven. Daarnaast wordt geprobeerd een statistiek op te zetten voor de vervuiling zelf, een karwei met veel haken en ogen. De theorie van de kwantificering van mi lieufactoren spreekt aan. Hueting zelf: ,De economie kan hulp bieden. Meer niet. Het gaat om de spanning tussen behoeften en middelen. Over die middelen en de prijs ervan kunnen we wat zeggen. De behoefte, de mate van waardering, bepaalt de eco noom niet. Dat doen we met z'n allen. Dat moet men toch wel goed beseffen. Niemand komt onder de verantwoordelijkheid van die keuze uit! KEES VAN DER MAAS. De provinciale VVV van Limburg lieeft in bet kader van een landelijke actie van de ANWB voor toeristische arrangementen, een vllegcursus-vakantie georgani seerd. BIJ de rljkserkende vllegschool voor sportvliegers .Aero Limbur* «P de luchthaven Beek kan men In 28 dagen het brevet prlvévlleger Ilr klasse behalen. Men krijgt dan ongeveer 2 vlieguren per dag. De prijs? Naar gelang van In hotel, pension of op camping tussen de eenendertig en zesdendertiglionderd gul den.... BIJNA 900.000 NEDERLANDERS NAAR SPANJE De trek van Nederlanders naar Spanje voor vakantie wordt nog steeds groter. Vo rig jaar waren het er niet minder dan 874.511, of wel 8.6 pel meer dan in 1969 Ook in 1971 is voor Spanje als toeristenland weer goed begonnen. Men telde er in januari niet minder dan 975.187 buitenlandse bezoekers, wat in vergelijking met vorig jaar januari een toeneming is van bijna negentien procent Eind van vorig jaar was er in Spanje een logiescapaciteit van bijna een miljoen bedden. In België bestaan vergevorderde plannen voor de aanleg van een groot recreatie park aan de kust tussen Oostende en MIddelkerke De organisatie .Westtoerlsme' heeft een terrein van 90 ha op het oog, gelegen in de duinen. Het plan voorziet in een volledige bebossing en beplanting van de duinen, de aanleg van wandelpa den, sport- en kampeerterreinen, alsmede de bouw van een sportzaal, zwembad en restaurant. .Westtoerlsme' wil in totaal zeven van dergelijke recreatieparken ln België stichten, waarvan dat bij Oostende liet grootste wordt. IN 1980 DRIEMAAL ZOVEEL CARAVANS? Over tien jaar, dwz in 1980, zullen er in Nederland naar verwachting 400.000 cara vans en vouwioagens in gebruik zijn. ruim drie maal zo veel als thans. Dit kan worden afgeleid uit een opinieonderzoek, dat ter gelegenheid van het 25-jarig be staan van Elsevier's Weekblad werd uitgevoerd door de Nederlandse Stichting voor Statistiek. In 1970 hadden 16 pet van de ondervraagde Nederlanders van 15-49 jaar de be schikking over een tent. 3 pet over een caravan en 1 pet over een weekendhuisje. Desgevraagd verklaarden 8 pet van de met-bezitters zich wel een tent te willen aanschaffen. 7 pet had koopplannen voor een caravan en 4 pet had wel idee in een weekendhuisje. Ook in België neemt het caravangebruik snel toe. Zo werden het vorig seizoen voor het eerst meer dan 10.000 caravans verkocht. Dit getal spreekt, wanneer men weet dat het pas vijftien jaar geleden is dat in België de eerste caravans werden gebouvjd. Thans brengen elk jaar ca 325.000 Belgische toeristen hun va kantie door in 80.000 kampeerwagens. De geweldige betekenis van de-charter vluchten is nooit duidelijker gebleken dan op het moment, waarop de KLM en het reisbureau FIT hun besprekin gen over het inschakelen van de gloed nieuwe jumbojets de vermaarde boelng 747 met succes afrondden. Dat betekent Immers, dat er nog voor dat deze rcuzenniachines op de lijndien sten zijn ingeburgerd, de vakantiereizi gers er kennis mee zullen kunnen ma ken. De KLM zal de Boeing vooralsnog alleen op de drukke Atlantische routes inzetten. Maar met ingang van woens dag 22 december gaat de luchtreus wekelijks naar Las Palmas op de Cana- risclie eilanden om zon-zoekende win- tervakantiegangers naar de Canarlsche eilanden te brengen. Het is vee! sneller gegaan dan iedereen eigenlijk had verwacht. In het verleden was het zo. dat de chartervluchten voor het meerendeel oude toestellen werden ingezet. Toen de straalvliegtuigen al lang gemeengoed waren op de meeste geregelde lijndiensten, vloog menige va kantieganger nog met door zuigermoto ren aangedreven kisten naar zijn plaats van bestemming. En het is nog maar kort geleden, dat reisbureau's het als 'n extraatje verkochten, dat de vlucht per straalvliegtuig werd gemaakt. En nu de Jumbo... de grote touroperators gaan niet meer achter de lijndiensten aanlopen, maar dragen het vaandel. Het geheim Is. dat de jumbo's ver schrikkelijk dure machines zijn, die pas rendabel gemaakt kunnen worden als ze vrijwel ieder uur van de dag in de lucht zijn. De reuzenvliegtuigen zijn in zekere zin .op de groei' gemaakt en gekocht. Het inschakelen van de kost bare machines voor de lucratieve char tervliegerij komt de luchtvaartmaat schappijen dus wel te pas. De complica tie is evenwel, dat alleen zeer grote reisorganisatoren gebruik kunnen ma ken van deze toestellen. Zij moeten kans zien om een kist met 354 passa giers vol te stouwen, willen ze het rendement halen. Pikant detail is dan nog, dat de jumbo's 31 eerste klas plaatsen hebben die dan echt eerste klas. met een complete bar op de bovenverdieping die tegen een toes lag zullen worden verkocht. Dit jaar al vliegen wekelijks voor dit reisbureau twee DC 9's en een DC 8 naar de Canarische eilanden. Een Jumbo staat gelijk met twee DC-8-en of drie DC 9's. De heer A. P. F. van Gennip, directeur van FIT en met zijn 175.000 passagiers de grootste touroperator van Neder land. verwacht dat het inschakelen van de Jumbo's op langere termijn een geweldige stimulans zal geven aan de vliegvakanties. Direct volgend jaar al zal de invloed op de prijzen te merken zijn. zo zegt hij. In het gunstigste geval zullen de prijzen voor dit soort reizen lager worden (met meer comfort), in het ongunstigste geval (want ook in de vakantielanden stijgen de lonen regel matig) blijven ze stabiel. Hel zal, aldus de heer Van Gennip, niet blijven bij ae Canarische eilanden. Dat we daarop starten is toeval. In de wintermaanden is dat de grootste be stemming en juist in die tijd komen de Jumbo's voorhet eerst beschikbaar. Maar volgend jaar zal het reuzen vlieg tuig ongetwijfeld ook gebruikt worden voor vluchten naar Mallorca, Malaga en nog enkele drukke bestemmingen. Mis schien zijn er voor plaatsen als Rhodoa en Tunesië dan nog net niet voldoende passagiers om de Jumbo rendabel te maken, maar het vakantievliegen neemt zo'n geweldige vlucht, dat binnen de kortste keren ook hier de Boeing 747 zal worden gebruikt. Er is namelijk sprake van een wisselwerking: de ge weldige aantallen vakantiegangers (ie der jaar zeker zo'n twintig procent meer) maken het huren van Jumbo's mogelijk, omgekeerd stimuleren die Jumbo's straks weer het vakantiever keer doordat ze lagere prijzen mogelijk maken. De intrede van de Jumbo-jet betekent overigens wel. dat de natuurlijke con centratie en sanering van de vakantie- business bespoedigd zal worden. De kleine touroperators zullen van de nieu we machines geen gebruik kunnen ma ken en krijgen het dus nog moeilijker op de zo sterk aan concurrentie onder hevige markt dan ze het nu al hebben. De groei in het toerisme stelt alle reisorganisatoren namelijk voor grote problemen. Ze moeten hun vliegtuigen en hun gehuurde accommodaties in het buitenland vooruit betalen en daarmee zijn niet zelden vele miljoenen guldens gemoeid. Maar weinigee touroperators alleen de grootsten hebben de beschikking over de noodzakelijke re serves. Vandaar de steeds toenemende concentratie ook in deze wereld. De mammoetvliegtuigen zullen het schif tingsproces versnellen. De Boeing 747 is niet alleen groot, plaats voor 354 personen ze verleent het vliegen bovendien een heel andere dimensie. De cabine is zes meter breed, de piloot zit liefst negen meter boven de grond als het vliegtuig stilstaat en de top van de staart komt gelijk met de vijfde verdieping van een flatge bouw. Als men het toestel helemaal voor charters zou ombouwen, kan het plaats bieden aan 500 passagiers. De betere accommodatie voor de lijndien sten beperkt het aantal echter tot rond de 360.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1971 | | pagina 21