VOLGENDE MAAND DECIMALE
D-DAY IN ENGELAND
POSTERS
VEROVEREN
NEDERLAND
LEGENDE VAN LASSETER LOKT NIEUWE GOUDZOEKERS
rnwmmm
23
VERANDERING MUNTSTELSEL KOST RUIM 1 MILJARD GULDEN
L1
lil
ZATERDAG 23 JANUARI 1971
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
XXDNDEN (GPD) Engeland zal op 15 februari een D-day beleven, die in te
genstelling met die van de historische 6e juni 1944 niet geheim behoeft te
worden gehouden. Het is de eveneens historische dag waarop de Britten
eindelijk hun uit de middeleeuwen stammend 12- en 20-delig muntstelsel
(1 pond sterling 20 shillings, 1 shilling 12 pence) vaarwel zeggen. En
daarmee weer een van hun typische eigenaardigheden zullen verliezen.
Engeland heeft Napoleon gemist, of beter, hij miste Engeland! Vandaar dat
het bij de rest van de wereld op muntgebied en op dat van maten en gewich
ten achteraan komt huppelen. Nu de Engelsen staan te trappelen omdoor de
EEG-poort te worden binnengelaten, is dit inderdaad het beste praktische en
psychologische ogenblik om decimaal te gaan denken. Waarmee een lastig
obstakel in het internationale handelsverkeer wordt opgeruimd.
Men wil nog niet meteen ook het metrieke stelsel aanvaarden maar dat
wordt nu toch ook onvermijdelijk.
Op het ogenblik wordt het Britse volk van alle kanten
gebombardeerd met voorlichtingsmateriaal over het decimale
systeem, wekelijks in de vorm van reusachtige verklarende
advertenties in de dagbladen en tijdschriften en verder op de
aanplakbiljetten en voor de tv met speciale filmpjes. Dit
alles als toelichting op een handig geïllustreerd tekstboekje
dat elk gezin kosteloos krijgt toegezonden.
Men is reeds lang gewend om de grijze bestelautootjes met
het opschrift Decibel System Convertion Service' (dienst
voor omzetting in het decimale systeem) overal te zien
rondrijden. Dit is de organisatie welke koortsachtig bezig is
de nodige veranderingen aan te brengen in 5 miljoen
kasregisters, reken- en boekhoudmachines voorzover deze
tenminste niet geheel moeten worden vervangen. Aangezien
men daarmee nog lang niet gereed is. zullen talrijke winkels
en andere bedrijven nog geruime tijd met het afgedankte
systeem voortzeulen. Maar dat is niet erg, want de thans
bestaande .zilveren' (in werkelijkheid vernikkeld koperen)
munten die sinds april 1968 in omloop zijn, zijn reeds
gedecimaliseerd en kunnen in beide systemen worden ge
bruikt.
Het enige nieuwe is dat het publiek ook zal moeten wennen,
aan drie nieuwe bronzen munten, kleiner en lichter dan de
enorme plakken onder welker gewicht men geneigd is slagzij
te maken. De nieuwe munten zijn de halve nieuwe penny, de
nieuwe penny en de nieuwe twee-pence. De indoctrinatie
welke thans in volle gang is heeft ten doel iedereen te
doen beseffen dat van de 15e februari af een pond sterling niet
meer uit 240 pence maar uit 100 pence bestaat. Dit betekent
dus dat de nieuwe penny 2,4 maal zoveel waard is als de
oude.
De shilling die we al in nieuwe vorm bij ons dragen komt te
vervallen. Een shilling-stuk van weleer heeft met behoud van
het vroegere formaat tot opschrift .new pence' met daaron
der het getal 5, het twee-shillingstuk .florin' new pence met
daaronder het getal 10 en het tien-shillingstuk (dat het
bankbiljet van gelijke waarde vervangt) new pence', met
daaronder het getal 50. Om verwarring met het 10 pence te
voorkomen heeft men het daarop gelijkende 50 pencestuk 7-
kantig gemaakt, zodat men hier niet de narigheid krijgt die
wij in Nederland met onze nieuwe rijksdaalder ondervinden.
De nieuwe penny, wordt op prijskaartjes en tarieven door de
kleine letter p aangeduid in plaats van de kleine letter d
zoals tot nu toe. Deze laatste dateerde nog uit de Romeinse
tijd en betekende Denarius. Voor geen geld ter wereld in
de letterlijke betekenis heeft men het pond sterling als
munteenheid willen afschaffen omdat dit. hoezeer er ook
door tweö devaluaties de klad in is gekomen, het onaantast
baar symbool moet blijven van Engelands solvabiliteit.
OUD NAAST NIEUW
In de overgangsperiode die voorlopig ,voor nog onbepaalde
tijd zal duren, blijft het oude geld naast het nieuwe in
omloop. Dat wil zeggen de oude penny, de achtkantige,
geelkoperen drie-penny en de .zilveren' zes-pence. Men had
dit laatste zonder meer willen afschaffen, maar het Engelse
publiek is aan dit meestgebruikte muntstuk o.a. voor bussen,
telefoon en gleufmachines dermate gehecht, dat de regering
de beslissing over het lot van de sixpence twee jaar heeft
uitgesteld.
Men kan deze oude munten blijven gebruiken als men er
maar voor zorgt dat ze samen een eenheid van 6 pence
vormen (dus de sixpence zelf, of zes oude pennies of drie
oude pennies en een drie-pence stuk). Hetgeen gelijk staat
aan tweeëneenhalf p (is nieuwe pence). Het voordeel is dat
men op D-day geen nieuwe munten bij zich behoeft te
hebben, maar ze van banken en winkeliers zal ontvangen.
Aangezien de invoering van het decimale muntstelsel alge
meen is toegejuicht, verwacht men weinig moeilijkheden. Het
makkelijkst zal het zijn voor de schooljeugd die er al in
heeft leren rekenen. Vooral bij kleinere winkeliers en bij
veel oudere klanten zal het waarschijnlijk iets stroever gaan.
Het algemene probleem is natuurlijk dat men de nieuwe
prijzen met de oude gaat vergelijken. Dat kan voorlopig
omdat de prijsaanduidingen zowel oud als nieuw zullen
vermelden. In ae winkels welke nog op de oude leest
doorgaan, eerst de oude prijs (groot) en er onder de nieuwe
(klein), en in de decimale winkels eerst de nieuwe en dan de
oude prijs.
Omdat oude en nieuwe prijzen elkaar meestal niet helemaal
dekken zullen winkeliers de nieuwe naar boven of beneden
afronden. Die afronding kon onmogelijk wettelijk worden
voorgeschreven, maar de regering vertrouwt dat de geringe
prijsverhogingen tegen de verlagingen zullen wegvallen. Het
verschil zal overigens niet veel groter zijn dan iets meer dan
een oude halve penny (ruim 2 cent).
Maar er bestaat natuurlijk het wantrouwen dat de prijzen
eerder naar boven dan naar beneden zullen worden afgerond.
De troost is dat volgens de autoriteiten bepaalde recente
inflatieverhogingen in het nieuwe systeem zullen worden
verwerkt zodat men deze min of meer pijnloos zal onder
gaan.
Het zal onmogelijk zijn om uit het hoofd alle kromme
getallen zoals bijvoorbeeld 34Va p tot het oude equivalent te
herleiden. Daarom ontvangt elk gezin een speciale tabel in
zakformaat waarop men de situatie eenvoudig kan afle
zen.
De ervaring in Australië en Nieuw-Zeeland die een aantal
jaren geleden ook tot het decimale systeem zijn overgegaan
en waar sprake was van veel ingrijpender verandering (10
shillings werd daar overigens logischer dan in Engeland de
munteenheid) heeft geleerd, dat men er in erg korte tijd
volkomen aan gewend was.
De raad voor het decimale muntstelsel die daarvoor verant
woordelijk is. gelooft dat reeds binnen een week na D-day er
meer decimale munten in gebruik zullen zijn dan de oude en
dat de laatste al spoedig zullen verdwijnen.
OPLUCHTING
V V
*4»-- X
-s
IJ.» j-j-üjpr
Half februari worden nieuwe munten in omloop gebracht gebaseerd op het decimale stelsel. Aan de ene zijde staat koningin
Elisabeth afgebeeld. De ontwerpen aan de andere zijde, zijn nan Christopher Ironside. Van links naar rechts (bovenste rij):
halve penny, 1 penny, 2 penny. Van links naar rechts (onderste rij): 5 penny, 10 penny en het zevenkantige 50 penny-stuk.
Het publiek wordt verzocht zich niet het hoofd te breken
over het controleren van wisselgeld en op de góed-ingelichte
winkeliers te vertrouwen. Dat geldt zeker voor het personeel
van de supermarkten en warenhuizen dat een jaar lang
geoefend is in het gebruik van decimaal geld.
Het - is juist voor deze winkeliers en vele anderen een
opluchting dat men van het ingewikkelde oude systeem af is.
Want er waren slechts weinigen die vermenigvuldigingen uit
het hoofd konden maken.
'Vandaar ook- dat bijvoorbeeld verkopers en loketbeambten
van postkantoren meestal' him toevlucht moesten nemen tot
snelrekentabellen, zelfs voor vele eenvoudige somme
tjes.
Het is een verademing te weten dat voortaan 10 x 5 (pence)
inderdaad 50 pence) is en niet meer zoals tot nu toe 4/2
namelijk 4 shillings en 2 pence.
Het lichte gewicht van het nieuwe geld is ook een voordeel.
Voor het oude geld werd zelfs jarenlang door een bekend
Nederlands textielbedrijf speciale sterke broekzakkenstof
voor Engelse herenpantalons gemaakt!
Een stapel oude pennies ter waarde van vijf pond sterling
weegt 25 Engelse ponden (van 450 gram). De nieuwe
.coppers' (zoals de bronzen stukken in de volksmond heten)
voor eenzelfde waarde wegen slechts 4 Engelse pon
den!
Er is ook voor gezorgd dat buitenlandse toeristen via
reisbureaus, banken en op andere manieren op de hoogte
zullen worden gebracht met het nieuwe geldsysteem.
Er zijn 4 miljard decimale munten geslagen die van D-day af
in circulatie komen. De banken zullen ervoor zorgen dat deze
geldlawine op tijd zijn weg vindt naar de winkeliers en
andere die met contanten omspringen.
De kosten van de verandering van het muntstelsel worden
op 130 miljoen pond (ruim 1 miljard gulden) geschat. Dit
omvat ie wijziging or vervanging van machines, aanmaking
en vervanging van munten alsmede reorganisatie van het
banksysteem. Maar daartegenover staan de grote voordelen
die minder makkelijk in geld zijn uit te drukken. De
slotpubliciteitscampagne zal l'/4 miljoen pond (11 miljoen
gulden) kosten.
(Van onze correspondent)
SYDNEY (GPD) Een Engelse
groentekweker, Reginald Stonier
genaamd, heeft zijn bedrijf in bunga
low Cheadle, nabij Stoke-on-Trent in
Staffordshire, verlaten en is er met
een expeditie op uitgetrokken om in
Australië te zoeken naar de legen
darische goudschat van Harold Las-
seter. Precies veertig jaar geleden is
Lasseter namelijk in het smoorhete
en onherbergzame hart van het vijf
de werelddeel omgekomen van hon
ger en dorst. Zijn lijk werd later in
een grot teruggevonden, tezamen
met aantekeningen, aangebracht op
een schetskaart en enige brieven
waaruit een vage aanduiding was op
te maken over de ligging van een ge
heimzinnig goudveld. Volgens Las
seter zou daar goud te vinden zijn
ter waarde van rond één miljard gul
den.
Australië is een land vol mysteries. Ont
dekkingsreizigers hebben hun leven gege
ven tijdens speurtochten door de binnen
landen op zoek naar oplossingen voor tallo
ze geheimen. Een van hen was Lasseter, die
in 1897 gedurende een geologische 'expedi
tie verdwaalde en later bij terugkomst in
de bewoonde wereld vertelde een goudveld
te hebben ontdekt. Als bewijs had hij een
monster kwarts meegenomen, dat volgens
deskundigen inderdaad een hoog goudge
halte bevatte. Door allerlei omstandighe
den was Lasseter pas ruim dertig jaar
later, in 1930, in de gelegenheid een nieu
we expeditie uit te rusten.
Halverwege de tocht nam Lasseter afscheid
van de overige expeditieleden. Samen met
1 man trok hij alleen de woestijn in.
Enkele dagen daarna dook Lasseters met
gezel weer op en vertelde dat hij de
koppige goudzoeker in zijn eentje verder
had lal en gaan. De expeditie keerde enige
tijd later weer terug naar de bewoonde
wereld. Lasseter was niet meer komen
opdagen en bleef spoorloos.
Dat Lasseter in de woestijn is omgekomen
valt. af te leiden uit de getuigenis van de
in 1960 op 81-jarige leeftijd overleden
woudloper Bob Buck. Deze verklaarde op
een tocht door Centraal-Aust.ralië het lijk
van Lasseter te hebben gevonden in een
grot nabij Winter's Glen. Als bewijzen
toonde hij het valse gebit van Lasseter,
diens trouwring en revolver. Hij beweert
bovendien Loebra's (inheemse vrouwen)
te hebben gezien, die stukken film uit
Lasseters camera als ceintuur om het
middel droegen ,Ik heb', aldus Buck, .zijn
lijk. op inlandse wijze, half-zittend, half
liggend in een rond gat. opgegraven en het
daarna op de voor ons blankeji normale
wijze opnieuw begraven in een rechthoe
kig graf aan de oever van Shaw
kreek
Buck's verklaring vertoont een parallel
met het verhaal van een anoniem gebleven
woudloper, die er prat op ging dat, hij de
eerste blanke was die in contact kwam
met de inheemse bevolking van Centraal-
Australië Volgens diens zeggen bezitten de
inboorlingen rituelv, gronden die nimmer
betreden mogen worden op straffe van de
dood. Vermoedelijk, aldus deze man, heeft
Lasseter in onwetendheid rituele grond
betreden, waardoor hij omkwam van hon
ger en dorst. Vlak voor zijn dood zou hij
een grot hebben gevonden waar de inboor
lingen zijn stoffelijk overschot tenslotte
aantroffen. Zij begroeven hem op inheem
se wijze, half-zittend, half-lïggend.
In 1932 ontdekte de schrijver Michael
Terry tijdens een zwerftocht door het land
van de Never, ruim 650 km ten westen
van Alice Springs, een boom die door
Lasseter zou zijn gemerkt. Bovendien
vond hij een paal op de bodem van het
nabijgelegen Christopher zoutmeer, waar
aan een stuk linnen was bevestigd met het
woord .graaf....' de rest van de tekst was
onleesbaar geworden.
De legende van Lasseter's goudveld wordt
in Australië zo serieus genomen dat er een
schok door het land ging toen de politie
van Perth in 1956 aanwijzingen meende te
hebben gevonden voor de veronderstelling
dat Lasseter nog leefde. Interpol werd
ingeschakeld met het verzoek te onderzoe
ken of de verdwenen goudzoeker mis
schien in het buitenland vertoefde. Na zijn
verdwijning was namelijk wel eens het
vermoeden geopperd, dat Lasseter Austra
lië in alle stilte had verlaten om zo te
voorkomen dat hij voor fantast zou wor
den versleten. Maar dit onderzoek leverde
niets op.
In 1958 zond de Australion Television En
terprises een expeditie naar het. .Dode Hart'
van het vijfde werelddeel Na terugkeer
beweerde Lee Robinson, de leide van de
filmexpeditie, dat hij op aanwijzingen van
de bevolking het graf van Lasseter had
gevonden in de Petermans bergketen. Hij
had een skelet meegenomen naar Alice
Springs. Voor de rechtbank verklaarde
Robinson dat hij een inheemse man had
ontmoet die ten tijde van de begrafenis
van een blanke in de buurt van het graf
was geweest. Uit een onderzoek bleek het
skelet toe te behoren aan een man van
ongeveer 27 jaar oud, wat overeenkwam
met de veronderstelde leeftijd van Lasse
ter toen deze spoorloos verdween. Boven
dien kwam vast te staan, dat de schedel
inderdaad aan een blanke had toebe
hoord.
Neville Harding, een voormalige lord may
or van Sydney, rustte in 1951 een expedi
tie uit en keerde maanden daarna terug
met films die volgens zijn bewering door
Lasseter waren gemaakt. Harding trok er
16 jaar later opnieuw op uit, ditmaal in
gezelschap van veertien assistenten en met
een karavan van vijf jeeps. Ook had de
expeditie de beschikking over een vlieg
tuig. Maar het vliegtuig raakte onklaar en
de expeditie vond een vroeg ein
de.
Nog werd de moed niet opgegeven, want
in 1969 besloot Robert Muir zijn kans te
wagen. Hij kwam met lege handen terug
en kon alleen maar vertellen dat de in
boorlingen hem verzekerd hadden dat elke
speurtocht naar het goudveld van Lasseter
.verdoemd' was omdat de blanke avontu
rier indertijd .rituele grond' had betre
den
Intussen trekt groentekweker Stonier zich
niets aan van deze vloek. Aan dc hand van
de documenten van Lasseter heeft hij bere
kend dat het goudveld 200 vierkante km
moet beslaan en gesitueerd is langs de
grens van het noordelijk territorium met
West-Australië. Hij beweert ook over de
originele aantekeningen van Lasseter te
beschikken. Enkele weken geleden ver
trok hij samen met zijn vrouw en vier
helpers vanuit Alice Springs in de richting
van de plaats waar hij de legendarische
goudschat vermoedt. Sinsdien is er niets
meer van de expeditie vernomen. In span
ning wacht men op een levensteken, want
zelfs als de vloek van de inboorlingen niet
werkt, bestaat de kans dat het gezelschap
zal omkomen door ontberingen. Alleen al
de temperatuurschommelingen zijn hels:
overdag stijgt het kwik in de schaduw tot
120 graden Fahrenheit, terwijl het 's nachts
in bepaalde streken enkele graden kan
vriezen.
BENNEKOM (GPD) Vier jaar geleden begonnen de posters
met de verovering van Nederland en dat betekende de afslui
ting van het tijdvak dat je zelf bij een reclamebureau of bedrijf
moest gaan bedelen om een affiche los te krijgen. Na een schuch
ter begin, eerst reprodukties van affiches van Toulouse Lautrec
en anderen voor een paar gulden, verscheen een onstuitbare
stroom .consumptiebeeld', zoals Engel Verkerke, directeur van
de grootste Nederlandse posteruitgeverij het noemt.
In zijn stijlvol met zwart/wit con
trasten ingerichte werkkamer hangt
de nieuwste serie, twaalf platen van
Japanse symbolen opgepopt door
art-director Sikke Laverman. .Een
normale kunstenaar zet er zijn
handtekening, onder en verkoopt ze
voor een paar honderd gulden. Wij
brengen er om te beginnen een vijf
honderd uit in zeefdruk en verkopen
ze voor iets meer dan een tientje.
Het is iets nieuws waarmee we de
binnenhuisarchitectuur willen berei
ken. Dit is een poster van hoog
niveau', zegde deze .hogepriester van
de democratisering van het beeld',
zoals Verkerke zelf een posteruitge
ver omschrijft. .We moeten van de
kans om beeld bij de mens te bren
gen gebruik maken om ze hogere
kunst te brengen.'
Het klinkt idealistisch, maar Verker
ke is een gewone zakelijke uitgever.
Hij zag de posterrace al aankomen
voordat die vier jaar geleden uit
Amerika naar ons land kwam. Zijn
uitgeverij gaf toen al enige tijd
goedkope reprodukties uit van schil
derijen. Goedkoop wilde zeker niet
zeggen minder kwaliteit.
BEDERVERS
,Er zijn nog steeds uitgevers die
reprodukties duur verkopen, maar
die zijn zeker niet beter dan die van
ons. Met de moderne druktechnie
ken hoeft het niet zo duur meer
Toch zijn die uitgevers geen concur
renten van ons, dat zijn wel dc
kitsch-schilders. Je kent ze wel. Zij
maken de zigeunermeisjes met hal;
ontblote boezem op het heideland-
schapje; dat zijn de bedervers van
het schoonheidsgevoel van de mens.
Wij proberen echter de mensen te
gen weinig geld een zo goed moge
lijk beeld te brengen.'
De posterrace is begonnen met de
klassieke poster, vooral veel jugend-
stil en de geëngageerde poster, zoals
tegen de oorlog in Vietnam en voor
de vrijheid van drugs. Posters die
hij niet heeft uitgegeven uit idealis
me. maar wel omdat hij begrip
heeft voor de groep die er achter
staat.
-Als een poster goed is breng ik hem
uit. Ik ben wat ouder en sta er
soms gevoelsmatig buiten, maar de
groep die er achter staat moet de
vrijheid hebben. Ik zal echter nooit
een poster uitgeven voor de Ameri
kanen in Vietnam, maar het gekke
is dat daar ook niemand naar
vraagt.'
In snel tempo hebben de posters
zich vermenigvuldigd. Popsterren,
stripfiguren, naaktfoto's, castooms,
landschappen en schilderijen, alles
verkrijgbaar in groot formaat. Er is
eigenlijk geen vaste lijn in posters,
dat blijkt Wel als je naar de beste
verkochten kijkt. De grote topper is
de foto uit de film Easy Rider, op
de tweede plaats volgt Che Guevara
en dan Jimi Hendrix, bos met
ondergaande zon en een zwart/wit
foto van zeilboten.
.Het ls moeilijk van te voren te
bepalen welke posters goed zullen
gaan lopen', zegt Verkerke. .Myste
ries zijn bijvoorbeeld Jimi Hen
drix en Bob Dylan, die allebei al
lange tijd goed verkopen. De Beatles
hebben echter nooit een grote opla
ge gehaald, maar die van John Len-
non en Yoko Ono weer wel. Che
Guevara verkoopt ook goed, zelfs ai
voor zijn dood. Volgens mij komt
het doordat de jeugd zich graag
overgeeft aan een mythe, wat ze hij
mensen als Guevara en Hendrix vin
den en dan willen ze hun portret
levensgroot aan de muur heb
ben.'
.Toen de poster opkwam nam nie
mand het serieus. De poster richtte
zich tot de bewuste jeugd. Het was
een kleine groep die er zijn eigen
engagement in herkende. Toen wij
ons ermee gingen bemoeien kreeg
het verschijnsel een eigen le
ven.'
JSen poster moet alles zijn wat
mensen bezig houdt. Het is een ka-
leidoscoop met duizenden facetten
en als uitgever moet je die opvullen.
Het kan een lekkere meid zijn of
een mooi bos, maar ook motorfiet
sen of zomaar een grappige teke
ning Maar hij moet ook na zes
weken van de muur gescheurd kun
nen worden.'
CONSUMPTIEBEELD
.De poster is een consumptiebeeld.
Het moet goedkoop zijn en toch
goed. Bij een tentoonstelling van
onze posters in Berlijn werd gezegd
dat het verschijnsel posters meer
voor de culturele ontwikkeling van
de jeugd had gedaan dan ae scholen.
Je moet niet vergeten dat onze cul
tuur zich ontwikkelt tot een kijkcul-
tuur. De mensen worden overdon
derd met beeld. En ik ben nog wel
zo idealistisch dat ik alleen verant
woorde beelden uitgeef.'
.De poster heeft een sociale functie.
Vergelijk het eens met een schilderij
dat éen man in zijn kamer heeft
hangen, terwijl wij 5000 stuks tegelijk
brengen voor vijfduizend mensen.
Natuurlijk is een schilderij anders
en ik wil de waarde ervan niet
ontkennen. Maar als het beeld van
een schilderij zo sterk is, geef het.
dan aan ons, zodat wij het kunnen
verspreiden.'
De functie van de poster is alles
wat je wilt, het versieren van je
kamer, amusement om naar te kij
ken, vul maar in wat je wilt. Maar
ondanks dat het eeri gebruiksbeeld
is moet het goed en goedkoop zijn',
zegt Engel Verkerke, een man die
zelf gek is op beeld, vooral Jugend
stil.
de poster: Woman Slavery