,VELE ACTIES IN WEZEN NIEUWE VORM VAN COMMUNICATIE' ALS MAAR NIEMAND ER LAST VAN HEEFT RADICALISERING ALS KENMERK VAN DEZE TIJD DE GEHUWDE WERKENDE VROUW MAG ALLES ZATERDAG 9 JANUARI 1971 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 17 NIJMEGEN (GPD) De lijd van praten lijkt voorbij. Steeds sneller schijnen mensen er toe te komen een gesprek af te breken en over te gaan tot acties. Ambonezen. Dolle Mina's, Canadese seperatislen, studenten, vliegtuigkapers, tomatisten, notenkrakers en scholieren maakten 1970 tot een jaar boordevol actie. Acties beginnen waar het geduld ophoudt. Mensen voeren actie omdat zij .het niet langer wensen te nemen'. Wij willen dat er op korte termijn iets verandert. Dat .iets' kan de hele maatschappij zijn of een bepaald onderdeel tje er van. Sommigen zullen pas tevreden zijn als de .westerse maatschappij structuur' totaal vernietigd is; anderen is het uitsluitend te doen om de dem ping van de stinksloot achter hun huis of om een .vrij' Ambon. Acties roepen tegenacties en weerstanden op. De democratie is een touw met aan beide kanten mensen die er aan trekken. Hoe meer mensen mee doen, hoe groter de spanning op het touw en hoe groter de kans dat het knapt, met alle gevolgen van dien. Dr J. G. Stappers: weinig vrijheid tot zei]ontplooiing De mensen die sterk twijfelen aan de kwaliteit van het touw steken waarschuwend de vinger op en wij zen voortdurend op het gevaar van een kolonelsputsch of een coupe van maoïsten. Zij komen met sombere voorbeelden zoals Griekenland, Tsje- choslowakije, Indonesië. De actievoerders van hun kant gaan er van uit dat een democratie die werkelijk wortel geschoten heeft, wel tegen een schokje kan. Of beter nog: dat een democratie schokken nodig heeft om te genezen van haar kwalen. Elektrotherapie Een land waar geen acties worden gevoerd is öf volledig ingedut of in de wurg greep van een totalitair bewind. In Nederland is op het ogenblik aan actie dus geen gebrek. Zeker enkele duizenden actiegroepen en -groepjes zijn druk in de weer met het .sleute len aan de maatschappij', om het maar eens in het jargon van de activisten te zeggen. Deze activisten spreken vaak over .actie' alsof het een tovermiddel is. Soms worden-zij met datzelfde to vermiddel door rechtstreekse vijan den bestreden: mariniers contra Damslapers, Telegraaf contra VPRO. Doorgaans vinden zij echter geen andere actievoerders tegenover zich, maar het gezag (overheid, kerkbe stuur, leiding onderwijsinstelling, be drijfsdirectie) dat terugslaat, dreigt, waarschuwt of soms alleen maar om de lieve vrede te bewaren toegeeft. Actie leidt vaak tot een uiteendrij ven van maatschappelijke groepen (polarisatie), waarbij de standpun ten zich steeds verder verharden (radicalisering). Die polarisatie en die radicalisering nemen de laatste jaren duidelijk toe. Hoe komt dat? Een man die zich intensief bezig houdt met de bestudering van maat schappelijke veranderingen, is de Nijmeegse massa-communicatiepsy choloog dr J. G. Stappers. Hij zegt: .Ik kan die vraag naar de oorzaken van de verscherping van de stand punten met u meevoelen. Beant woorden kan ik haar echter niet. Andere vraag dan: tot een paar jaar geleden hoorde je voortdurend de roep om meer communicatie. Die roep lijkt een beetje verstomd? Stappers: misschien heeft men in de gaten, dat men met communicatie wel de aard van de conflicten kan aanwijzen, maar lang niet altijd de oplossing kan bewerkstelligen. Overi gens geloof ik dat veel acties in wezen een nieuwe vorm van commu nicatie zijn. Acties zijn doorgaans geen doel in zichzelf, maar een mid del om een bepaalde zaak in de aandacht te brengen Rechtstreeks is door het kraken van huizen de wo ningnood geen stap dichter bij een oplossing gebracht. Maar wel is het enorme probleem van de woning nood weer eens scherp gesteld. Veel acties zijn niets anders dan een beroep op de publieke opinie. Om dat publiek te bereiken worden de zaken vaak scherp zwart-wit gesteld. De verschillen worden aangedikt. Po litieke partijen zie je hetzelfde doen. Het verschil tussen de regering-De Jong en de vorige kabinetten is niet zo groot als de oppositie ons nu wil doen geloven. Soms krijg je ook de indruk dat er acties worden ondernomen tegen dingen die behalve in uitzonde ringsgevallen haast niet meer be staan. Scholieren bijvoorbeeld ko men nu op tegen standpunten die in mijn jeugd bij ons op school al grotendeels overwonnen waren. Als .je de nuances weglaat kom Je soms tot simplificaties die de zaak erg vertekenen. Als iemand aegt: .de situatie van de arbeider is sinds de oorlog niet veranderd', dan heeft hij daarin bepaald niet in alle opzichten gelijk. Is de afstand tussen praten en doen kleiner geworden? Ja. duidelijk. Maar wij Nederlanders hebben altijd al wel de neiging ge had om tegen wetten in te gaan die we als formeel ervaren. Wij Neder landers zijn altijd goed geweest in het verzet tegen de autoriteit. .De koning van Hispanje heb ik altijd geëerd. Ja, maar dan toch maar tot op zekere hoogte. Bevordert de publiciteit het actie voeren? Ongetwijfeld. Pers. radio en tv rei ken de actiegroepen de ladders aan om steeds hoger te klimmen Maar hoe hoger je komt, hoe groter de kans dat je met een vreselijke klap naar beneden valt. En als je weinig voorstelt dan val je onherroepelijk. Het is natuurlijk een logische zaak dat actiegroepen veel publiciteit krij gen. De man die de maatschappij wil veranderen is doorgaans interes santer dan de vent die zegt dat het allemaal maar zo blijven moet. Is er in Nederland wel eens eerder zo'n golf van acties geweest? Zijn er bepaalde tijdperken waarin zoiets op komt? Het begin van de tachtigjarige oor log valt wel een beetje met deze tijd te vergelijken. Ook toen was er een geweldige hervormingsdrift, niet al leen op staalkundig gebied, maar ook op godsdienstig terrein. Denk maar aan de beelden die de kerk werden uitgegooid. Ik geloof dat er in zo'n vernieuwings periode niet veel mensen zijn die zich verzetten. Dat zie je nu ook: het aantal mensen dat werkelijk te genstand biedt is niet groot Maar er zijn toch mensen die voor het front van de troepen verklaren dat het zo niet verder kan. dat we zelfs terug moeten. Denk maar aan uitspraken van Udink en Van Riel over 't gezag). Kruisinga (over har de en zachte drugs). Van Schaik over pornografie), Polak (over de N.V.S.H.). Het is logisch dat er mensen zijn die vinden dat het te hard gaat. Het is goed dat beide groepen er zijn. Het zou misschien niet zo best zijn als één van de partijen verstomde. Waar het veel actiegroepen om gaat is om het verkrijgen van meer vrij heid: meer vrijheid op sexueel ge bied. meer vrijheid voor de vrouw, meer vrijheid in de keuze van drugs Maar de acties voor een ander be langrijk stuk vrijheid moeten eigen lijk nog beginnen De mogelijkheid voor echtparen om beiden halve da gen op hun eigen niveau te gaan werken bestaat bijvoorbeeld nog he lemaal niet. Er is nog maar weinig vrijheid tot zelfontplooiing, eigenlijk. Zal het streven naar meer vrijheid altijd gepaard gaan met acties? Dat weet ik niet. Er zijn nu al mensen die zeggen: ,Ik heb mijn portie nu wel gehad'. Dat zie je met name aan de universiteiten. Het valt vaak te betreuren, de manier waar op acties daar soms verzanden. Een veel gebruikt woord in deze tijd is .informatie'. Zijn actiegroepen al tijd geïnformeerd? Niet altijd, denk ik Maar waarom zou je als Je actie gaat voeren per se over zeer veel informatie moe ien beschikken Er worden ook ac ties gevoerd om informatie te ver werven. In je kinderjaren begin je daar al mee. Agentjc pesten is er een mooi voorbeeld van. Dat doe je om de reacties te peilen. Gelooft u dal in Nederland, gezien de sabotage-daden in het leger, de tijd van de echt subversieve acties is aan gebroken? Ik geloof van niet. Er is nogal wat verschil tussen het prediken en het bedrijven van echt geweld Veertien dagen in de gevangenis zitten voor je principes is heel mooi. Maar het moet natuurlijk geen half jaar of meer worden. Overigens is die sabotage in het leger een erg gecompliceerde zaak Alles wat vroeger baldadigheid werd genoemd wordt nu onder de noemer .sabotage' gebracht. Actie wordt ondernomen door men sen die geloven in de mogelijkheid dat door hun toedoen een verande ring tot stand kan worden gebracht. Op een bepaald moment zijn zij zich die mogelijkheid bewust geworden. Aan actie gaat dus een proces van bewustwording vooraf Kunt u daar iets over zeggen'' Ik had gehoopt dat u die vraag niet zou stellen. Want het Is weer iets waarop ik geen antwoord weet. Geen antwoord, geen afdoende ver klaring. Stappers kan niet vertellen waarom deze tijd zo rijk is aan acties. Hij kan alleen zeggen dat de tijd er kennelijk rijp voor was. Hij weet ook niet wat ai die mensen die aan acties meedoen nu precies beweegt. En hij kan ook niet kijken in de harten van de tegenstanders. De democratie is een partijtje touw trekken. Karakter, milieu, opvoeding en plaats in de maatschappij bepa len in hoofdzaak de opstelling van de spelers. (GPD) Vraag: wat mag de gehuwde vrouw eigenlijk? Antwoord: Alles, als maar niemand er last van heeft. Niemand, dat wil zeggen: de echtgenoot niet, de kinderen niet, het onderwijs niet, de collega's niet. Kortom: van de gehuwde werkende vrouw, die immers niet hoeft', wordt verwacht dat zij het iedereen naar de zin zal maken. In Zweden heeft men hiervoor een aardige term bedacht: .voorwaardelijke emancipatie'. Bovenstaande regels zijn gelicht uit een lezing van mevrouw Joke Kool-Smit, al gemeen voorzitster van Man-Vrouw- Maatschappij, een lezing, die is gepubliceerd in het boekje ,De rechten van de vrouw' (Universitaire Pers Rotterdam Stan daard Wetenschappelijke Uitgeverij). Nooit is beter aangeduid welke de huidige situatie is van de buitenshuis werkende getrouwde vrouw in Nederland. Het Is met feiten en cijfers aan te tonen, dat de maatschappij hoegenaamd geen rekening houdt met getrouwde vrouw, die een baantje heeft of wil hebben dat tevens een vooroordeel wordt levend gehouden, waar de honden geen brood van lusten (daarover straks meer). In de hitte van de strijd om daar iets tegen te doen. raken echter basisgegevens op de achtergrond, gegevens over die andere vrouw, die helemaal geen baan wil en die soms niet voor de man onderdoet in het veroordelen. Voorlopig zullen we nog wel moeten spreken over een meerderheid van getrouwde vrouwen, die zich terecht de levenshouding var. een weliswaar gediscrimineer de minderheid niet laat opdringen, nog afgezien van de vraag of het zinvol is massa's huismoeders te doen vragen naar baantjes, waarvan het aanbod gering is. Het instituut voor Psychologisch Marktonderzoek heeft in de afgelopen jaren een onderzoek verricht in opdracht van het ministerie van erm onder jongge huwden die niet langer dan vijf jaar getrouwd waren niet ouder dan 35 jaar en die .normale' gezinnen vormden (geen grote leeftijdsverschillen tussen man en vrouw, geen langdurige afwezigheid van de man geen gehandicapte partner). Tweederde van de vrou wen bleek niet buitenshuis te werken éénderde zou dat wel willen tweederde deed het. huishouden met plezier Van de mannen was de helft er vóór en de andere helft er tegen dat de vrouw een baan had eenderde van de mannen vond dat de huisvrouw weinig kans had zich te ontplooien, hetgeen slechts door achttien procent van de vrouwen werd onder schreven. Nederland is 17 procent vrouwen op het totaal aantal studenten aan universiteiten, in België is dat 23, in Engeland 24, in Duitsland 25. in Frankrijk en Zweden 40 procent vaak. dat de vrouw maar niet gaat werken of probeert zich .zwart' te verkopen. Dat laatste (de werkgever geeft de verdiensten van de vrouw niet door aan de belastingenheeft een grote omvang aangenomen. SLAVERNIJ SCHULDGEVOEL Let wel- dit onderzoek betrof niet het doorsnee Neder landse gezin, maar het jonge gezin. Het hoge percenta ,'e .werkwilligen' wijst op het bekende feit, dat eer ïog steeds toenemend aantal jonge getrouwde vrou- ven een (bij (baantje wil. Aan de andere kant is uit iet onderzoek op te maken (SER-rapport van 1968) lat he! verlangen naar ander dan huishoudelijk werk aak toeneemt als men langer is getrouwd (zeg 10 r 15 jaar en geen 30). '^eei meer meisjes leren veel meer dan vroeger en een logisch gevolg daarvan is, dat een toenemende behocf- e ontstaat om na het huwelijk de .extra' kennis en kunde productief te blijven maken (het leven is toch il duur genoeg), liefst in een leuk baantje. Maar je «uit die vele andere meisjes de kost moeten geven, die minder hebben geleerd, die aan de lopende band staan of hebben gestaan, die het huwelijk eerder als een .'erlossing uit de slavernij zullen zien dan dat zij het ouwelijk zelf ooit zullen ervaren als een vorm van slavernij, want dan zijn ze baas (in eigen huis) geworden en kunnen ze tot op zeker hoogte doen en laten wat ze willenEn dat is nog altijd toegestaan riet percentage getrouwde vrouwen dat werkt is stij jende: in 1962 circa 18 procent, in 1964 ruim 21 orocent en nu rond 25 procent In vergelijking tot andere Europese landen is dat weinig: Duitsland 53 piocen». Frankrijk 50 procent. Je kunt dat wel degelijk eeu achterstand noemen: er is een duidelijke samen hang met het genoten onderwijs. Cijfers van 1967; In ONDERSCHEID UIT HET GRAF Maar liefst 59 procent (alle bijbaantjes meegerekendi van de getrouwde academisch gevormde vrouwen werkt, zo bleek uit een onderzoek dat is uitgevoerd door een werkgroep van de Vereniging van Vrouwelij ke studenten in Leiden. Dat is bijna 2Va keer zoveel als het- gemiddelde, dat alle gehuwde vrouwen van Nederland halen. Uit het desbetreffende boekje ,De vrouw kruipt waar ze niet gaan kan', blijkt dat de overige 41 procent niet werkt omdat (1) de man principiële bezwaren heeft (de vrouw heeft die maar zelden), of (2) de vrouw er geen tijd voor heeft, of (3) de vrouw niet. kan door ziekte, hoge leeftijd of het ontbreken van wat zij een passende baan vindt. Opvallend is. dat veel van die werkende academische vrouwen rondlopen met gewetensbezwaren en schuld gevoelens met betrekking tot het gezin Twaalf procent zegt. er onderdoor te gaan dooi- de spanningen, die voortkomen uit het keuzeconflict gezin-werk. Dit the ma komt ook bij andere groepen gehuwde vrouwen, die gevraagd worden naar hun standpunt over een baan. steeds terug. Zij denken bijvoorbaat al aan de moeilijkheden, vooral ten aanzien van de kinderen. De vrouwen bijvoorbeeld uit bovengenoemd onderzoek van het Instituut voor Psychologisch Marktonderzoek, die de huishouding met plezier doen, zijn vaak van mening dat de moeite om de opgroeiende jeugd te besturen voor een aanzienlijk deel voortkomt uit de afwezigheid van de werkende moeder. Genoemd instituut heeft ook een onderzoek gedaan naar de mogelijke arbeidsreserve onder getrouwde vrouwen tot 55 jaar Van de ondervraagde vrouwen zag 87 procent als grootste moeilijkheden van het buitenshuis werken: het opvangen van de kinderen, de verzorging van een ziek gezinslid (die kun je niet ■Heen laten), de dubbele belasting van gezin en werk en de ongunstige openingstijden van winkels. En daar zijn we dan bij de praktische bezwaren en eventueel bij de tekortschietende maatschappij, die zo weinig rekening houdt met getrouwde vrouwen, die buitens 'luis willen werken Zeg om te beginnen maar: crèches Uit het buitenland, vooraf Zweden, ls de nodige be richtgeving gekomen over goede ervaringen met crè ches. in die zin zelfs, dat het beter zou zijn voor de kinderen om ze daar onder te brengen. Uit wat meer gedetailleerde informatie van crèche-leidsters blijkt achter soms ook, dat er kinderen zijn. die er niet zo goed tegen kunnen die duidelijk de moeder nodig lebben Een andere redenatie is deze: als een moeder let we' klaarspeelt een paar uur een goede moeder te zijn, maar niet een hele dag. is het dan niet beter het kind naar een crèche te brengen9 De overheid gaat voorop in het «onderscheid maken tussen mannelijke en getrouwde vrouwelijke werkers. Voor de belastingen worden de inkomsten van de vrouw opgeteld bij het belastbare inkomen van de man Het netto-resultaat van de arbeid van de vrouw wordt daardoor zwaar naar beneden gedrukt, zo zwaar Hoe vreemd de hele zaak in wezen is geregeld, blijkt uit de pensioenregeling. Zowel man als vrouw, ge trouwd of niet, betaalt als werknemer pensioenpremie en krijgt op 65-jarige leeftijd pensioen. Komt de man voor zijn 65ste te overlijden, dan krijgen de weduwe en de wezen pensioen. Maar als de vrouw overlijdt, krijgt de man niets, hijzelf niet en de kinderen niet. Uit het graf komt de discriminatie boven en wel zo dat de man wordt getroffen, die maar moet zien hoe hij het allemaal regelt: het huishouden, de verzorging van de kinderen. En dan het recht op arbeid en de beloning ervan. In het - in de aanhef van dit stuk genoemde artikel zeg, mevrouw Kool-Smit, dat de gehuwde vrouw geen juridische waarborgen heeft omtrent haar (fundamen tele) recht op arbeid (.nog steeds kan een vrouw ontslagen worden wegens huwelijk of zwangerschap'). En ook ,de invoering var de gelijke betaling heeft niet tot resultaat gehad, dat vrouwen nu gemiddeld ook evenveel verdienen ah mannen, waarbij de factor, dat de vrouwelijke arbeidskrachten gemiddeld jonger zijn dan de mannelijke, slechts een geringe rol speelt'. Mevrouw Kool-Smit wijst op het volgende: in oktober 1966 .na maatregelen ter bevordering van de gelijkheid /an lonen' bedroegen de uurverdiensten van de vrou welijke industrie-arbeiders in Nederland 57 procent van die van hun mannelijke collega's. Percentages in andere landen: Duitsland 69 procent. Frankrijk 74 procent, Italië 74 procent. België 67 procent. Luxem burg 58 procent Weer moet er over een achterstand in Nederland gesproken worden GEEL' .MANNENSTRAF' lelijke beloning vooi gelijke arbeid. De overheid =chijnt er ook nog niet geheel en al uit te zijn. In november bracht de krant het bericht over de adver- •entie van de inspectie der domeinen in Arnhem, waarin magazijnbedienden werden gevraagd. Ook vrou welijke krachten konden in aanmerking komen, maar dan was het salaris wel wat lager. Mannen: 804,71, vrouwen: 760,96 (het kamerlid Van den Doel (pvda) sprong er bovenop) •Sen duidelijke vorm van discriminatie. Maar vaak ligt hef ingewikkelder. In november jl. stond er ook in de krant dat de Groningse politierechter geen .mannen- •traf' wilde opleggen aan een laborante, die met haar tuto ond»r invloed tegen een andere auto botste. .Dames willen zo geëmancipeerd zijn', zei de politie- eehter je ziet dat op de televisie, eigenlijk zouden ze lus ook dezelfde straf moeten krijgen als mannen. Eigenlijk zouden ze dus ook naar de gevangenis uoeten. maar zover zijn wje nog niet'. De vereniging Man-Vrouw-Maatschappij was kennelijk wel zo ver om ook hier de konsekwentie van gelijkheid te accepteren, blijkens een ingezonden stuk in een krant. En als de aborante nu eens een huisvrouw was geweest met kleine kindertjes, die onverzorgd zouden achterblijven als Percentage gehuwde werkende vrouw stijgt.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1971 | | pagina 17