OOSTERHUIS
EN
DE ROOY
ROND DE
(DISCUSSIB-
TAFEL
DE ALGEMENE
KERKVERGADERING
14
INTERVIEW OOSTERHUIS EN DE ROOY
DE LIEFDE VAN GOD
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
ZATERDAG 9 JANUARI 1971
AMERSFOORT (GPD) Een monumentaal gebouw in de buitenwijken van Amers
foort, bij de inwoners van die plaats zoals een taxichauffeur ons uitlegt vanwege
de vorm van het gebouw beter bekend als ,De Brug', sinds een aantal jaren eigendom
van de congregatie van de zusters van Onder de bogen in Maastricht. In een van de
ontvangstkamers van het klooster zitten tegenover elkaar Huub Oosterhuls (35), ex-
jezuïet, dichter en liturgievernieuwer, gehuwd priester in de studentenecclesia van Am
sterdam en daar sinds september "70 tegen de uitdrukkelijke wil van de rooms katho
lieke bisschoppen van Nederland regelmatig voorgaande in de eucharistievieringen in
rijn gemeente en pater Jac. de Rooy (54) jezuïet, lid van de actiegroep Wereld
kerk, sinds jaar en dag redacteur van religieuze tijdschriften als ,De Heraut' en .De
Jonge Kerk' en in talloze kloosters in ons land bekend als de geziene predikant van
retraites en bezinningsdagen. Huub Oosterhuis, op weg naar de plaats van samen
komst: ,Ja. dat gaat allemaal door alsof er niets gebeurd is'.
Tijdens het gesprek tussen Huub Ooster
huis als één van de voortrekkers van de
studentenecclesia en van de kritische
groep Septuagint en Jac. de Rooy als
begeleider van een grote middengroep in
de rooms-katholieke kerk van Nederland,
een gesprek dat uiteraard handelt over de
kerk, blijkt herhaaldelijk de verwarring
van het niet-begrijpen. de welwillendheid
om met de ideeën van de ander mee te
gaan anderzijds, maar ook het leggen van
totaal verschillende uitgangspunten. Wat
Huub Oosterhuis van onderop geboren wil
laten worden eenheid bijvoorbeeld
zetelt bij pater De Rooy onder én boven.
In het gesprek komt onvermijdelijk de
kwestie van het celibaat weer naar voren.
Oosterhuis: ,WiJ beroepen ons voor het
besluit dat wij op een gegeven moment
genomen hebben, niet op het feit dat er
nog twintig plaatsen in Nederland zouden
zijn, waar het ook zo ligt en waar men er
net zo over denkt. Dat vind ik een vals
gezagsargument. Wij beroepen ons als
voorgangers in deze gemeente op de ge
meente zelf. Wij zeggen: deze plaatselijke
groep meent dit en denkt dit en binnen
deze ptaatselijke groep is dat acceptabel.
Wij kunnen dan niet anders doen dan wat
wij menen dat binnen die plaatselijke situ
atie binnen het geloof en de geloofscri
sis van deze gemeente nodig is.
Daarmee zeggen we dan niet dat een
ander het óók zo moet doen. Wij zeggen
alleen dat wij omwille van iets dat ons
belangrijker lijkt dan de rust en de eens
gezindheid binnen de Nederlandse kerkpro
vincie, dit nu zo moeten doen. Daarbij zijn
wij er ons van bewust dat dat moeilijk aan
te voelen is voor mensen die het hele
proces niet hebben gevolgd en die in een
ander denken zijn opgegroeid en zich daar
in thuisvoelen'.
De Rooy: .Voor mij ligt dat duidelijk
andïrs. Ik erken natuurlijk in wat Huub
zegt een sterk waarheidselement: dat je
wel degelijk gevoelig moet zijn voor wat
er leeft in je eigen gemeente. Maar het
maakt op mij de indruk, dat het een
geïsoleerde gemeente wordt Ik vind dat je
zo'n groep nooit los mag zien van het
geheel, van de Nederlandse kerkprovincie
en van de totale kerk, de wereldkerk. Om
misverstanden te voorkomen: de wereld
kerk is voor mij niet zonder meer Rome.
Ik voel mij veel meer verbonden met de
kerk van Helder Camara dan met de
curiekerk in Rome Ik zou de wereldkerk
breder willen zien dan de Roomse Kerk.
Een typisch verschijnsel op het ogenblik
vind ik, dat de reactie op de ene ontspa
ring een nieuwe ontsporing meebrengt. We
hebben nou een hele tijd van centralisatie
gehad in de kerk, nu slaat de klepel van
de klok precies naar de andere kant door
en krijgen we als reactie een eenzijdige
decentralisatie Daar vind ik de opvattin
gen van Huub een typisch symptoom
van'.
Waar u niet in wenst te staan?
De Rooy: ,In het doorslaan niet, nee. Wel
in het ontdekken van de waarde-elementen
die er in zitten. Bijvoorbeeld van de veei
grotere gevoeligheid, die er vroeger niet
was: alles werd vanuit Rome geregeld
Daarin kan ik mij niet meer thuis voelen,
maar ook niet in de .geïsoleerde' opstel
ling van de studentenecclesia van Amster
dam'.
al zo afschuwelijk uit de hand gelopen,
dat er niets meer op te zeggen valt. En
intussen worden de teksten van de tafelge
beden die destijds in Amsterdam ontwor
pen zijn, overal gebruikt. Nu vind ik
dat is theologisch zeker zo, maar kerkor-
delijk waarschijnlijk ook dat het over
schakelen van de door Rome gedicteerde
tekst voor een liturgisch tafelgebed en
überhaupt het loslaten van het latijn voor
het Nederlands, een veel ingrijpender be
slissing is voor de plaatselijke kerk. veel
duidelijker uitsprekend dat de kerk plaat
selijk is in haar geloofsgestalte, in haar
geloofsbeleving, dan het afzien van de
disciplinaire regel dat gehuwde priesters
niet mogen voorgaan. Het is zo, dat we nu
vooruitgrijpen op iets dat binnen een paar
jaar onontkoombaar is. Dat zeggen wij
niet met het idee onszelf te vleien dat we
de voorhoede zijn, maar we doen het puur
en alleen omdat de gelovige situatie in
onze eigen gemeente dat vraagt. En dat is
dan meteen een antwoord op dat woord
.isolement-geïsoleerd': wij weten dat dit
elders ook zo ligt. Dat in heel Nederland
de vitaliteit van de geloofsgemeenschappen
naar de bliksem gaat, omdat er priesters
door een huwelijk worden uitgeschakeld.
Ik heb dat de laatste jaren eindeloos zien
gebeuren, bijvoorbeeld in Amsterdam en
omstreken.'
CELIBAAT
LITURGIE
Oosterhuls: .Dat regelen vanuit Rome,
daar wil ik wel iets op zeggen met betrek
king tot de liturgie. De studentenecclesia
van Amsterdam heeft vanaf 1960 geëxperi
menteerd met liturgie. Toen wij in 1964
als eersten in Nederland niet alleen het
tafelgebed, de canon van de mis, in het
Nederlands gingen doen, maar ons ook
niet hielden aan de Romeinse versie, toen
stond het hele episcopaat op z'n kop en
alle liturgische commissies bezworen ons
het niet te doen. Toen heb ik vanuit Rome
het bevel gekregen dat in Amsterdam
voortaan het eucharistisch tafelgebed weer
in het Latijn moest gebeuren en dat voor
de oraties gebeden - de meest letterlijke
vertaling moest worden aangehouden Ik
heb geweigerd dat zelfs aan de gemeente
mee te delen. Ik heb gezegd: ik vind dat
de bisschoppen van Nederland, nu al we
tend dat het over een paar jaar een
andere richting zal uitgaan, ten opzichte
van de studentenecclesia er minstens het
zwijger toe moeten doen En het niet
moeten verbieden, om redenen van geloof
waardigheid Dat is toen ook gebeurd
Nu komt er onlangs een bevel van Rome
die de hele zaak van de liturgievernieu
wing stopzet., een beslissing die de dood
betekent voor het experiment Nou, nie
mand hoeft ergens bang voor te zijn, alles
gaat toch rustig door. Het is toch allemaal
De Rooy: ,Ik ben het helemaal met je
eens, maar ik vind het zo ellendig dat we
nou weer aan het praten zijn over die
celibaatskwestie, daar begin ik langzamer
hand een beetje tabak van te krijgen. Er
zijn zoveel belangrijker zaken'.
Oosterhuis: ,Nee, nee. Het feit bijvoor
beeld dat onze studentenecclesia op het
ogenblik werkt buiten de verantwoorde
lijkheid van de bisschop, in dat juridische
isolement zit, komt natuurlijk vanwege het
besluie in die celibaatskwestie. Die vind ik
helemaal niet zo secundair. Als ik het op
theologische en antropologische achter
gronden doordenk, vind ik het zelfs van
fundamenteel belang. Daar is alles mee
gemoeid. Het is niet voor niets dat Rome
zo keihard en stug vasthoudt aan dat
celibaat. Daar zit namelijk een hele visie
op de mens en op God achter, een hele
confrontatie van de schrift en van de
traditie
En wat dat isolement betreft: Wie zit er
nou eigenlijk in een isolement? Ik heb
namelijk de indruk, dat al die parochies
en al die mensen zoals de actiegroep
wereldkerk die zich zo driftig willen
houden aan de verbondenheid met de we
reldkerk. dat die in een isolement zitten.
Dat vind ik geïsoleerd rakende mensen,
mensen die gebonden worden door ab
stracties als .eenheid van de kerk'. Ik denk
natuurlijk over de eenheid van de kerk
verschrikkelijk ernstig. Dat is iets waar je
je bloed voor geven kunt, vind ik. En alles
wat in deze wereld naar eenheid groeit, is
zo'n heilige zaak, dat ik er ook wezenlijke
inhoud aan wil geven. En daarom denk ik
dat uit die hele actie voor de wereldkerk
of überhaupt uit het hele woord we
reldkerk mij niets anders tegemoet
komt dan een administratieve eenheid. Als
kardinaal Alfrink zegt: ,Ik kan de plaatse
lijke nood in Nederland niet oplossen,
omdat ik één wil blijven met de wereld
kerk', dan is dat geen antwoord; dan zeg
ik: .Eenheid betekent dat u aan uw colle
ga's waar ook ter wereld vraagt op grond
van wat voor wet houden jullie mij tegen
de problemen in mijn plaatselijke situatie
op te lossen'? Eenheid is een positieve
zaak, is eenheid van bemoediging, va,n
inspiratie Eenheid wordt ergens zichtbaar
waar kardinaal Alfrink het opneemt voor
onderdrukte priesters in Brazilië, omdat
hun eigen bisschoppen het vertikken, Maar
ik zie niet in, dat de studentenecclesia van
Amsterdam die ter plaatse in een waan
zinnig milieu probeert iets van het evange
lie levend te houden in een isolement
zou raken op het moment dat ze een puur
juridisch principe verlaat, waar niemand
zich meer voor interesseert. Dan denk ik:
de bewijslast berust bij degenen die ons
typeren als niet meer staande binnen de
eenheid, of die van ons zeggen dat we
geïsoleerd zijn. Wij voelen ons helemaal
niet geïsoleerd wij zijn echt niet geïsoleer
der dan vijf jaar geleden. De zaak gaat
gewoon door zoals ze vijf Jaar geleden
was, alleen is er nu een gehuwde priester
die voorgaat, dat is alles. Niemand in die
gemeente neemt daar aanstoot aan. Inte
gendeel: ze ervaren het juist als een posi
tieve zaak'.
EENHEID
De Rooy: Jij hebt nu de term .eenheid
maar even de kant uit geschoven van de
administratieve eenheid, van de juridische
Huub Oosterhuis: geen geklaag
eenheid. Die lust ik evenmin als jij. Ik
meen zelfs dat 'we Jezus van Nazareth
voortdurend in oppositie zien tegen de
wet-geleerden. dat in het evangelie de
mens belangrijker is dan de sabbath enzo
voorts, daar gaat het niet om. Als ik over
eenheid spreek, bedoel ik onnoemlijk veel
meer dan een juridische eenheid'.
Oosterhuis: ,Wat bedoel je dan?'
De Rooy: Ja, hoe moet ik dat nu zo gauw
formuleren? Een eenheid in geloof en lief
de. wat Paulus noemt het lichaam van
Christus. Jij zegt: wij willen primair in
dienst staan van de groep waarin wij
leven en werken, daarin heb je gelijk,
maar je ongelijk begint bij wat je weg
laat: de rest'.
Oosterhuis: .Maar niet alles wat die groep
van mij vraagt doe ik. Als die groep van
mij vraagt heel andere dingen te doen dan
in mijzelf leven, dan zou ik ontslag nemen.
Als ze van mij vragen het KVP-program-
ma te bejubelen, dan zeg ik: zoek maar
een ander'.
De Rooy: ,Nou goed. Jij bedoelt: als die
groep aan mij legitieme vragen stelt en
verwachtingen koestert, dan wil ik die
groep volgen. Daarin beluister ik dan: dan
kan het me niet zoveel schelen wat er
elders gebeurt. Ik zou zeggen: het interes
seert mij wel, want daar ligt een stuk
verbondenheid, een stuk inspiratie, die ik
niet klakkeloos kan verwaarlozen'.
Oosterhuis: .Het interesseert mij natuur
lijk wel, ik ben er in voortdurend gesprek
mee. Maar wij kiezen töch voor onze
eigen situatie, nadat we alle voor en tegen
hebben gewogen en iedereen hebben ge
hoord'.
VERANTWOORDELIJKHEID
Vraag: hoe zit het met die verantwoorde
lijkheid van de bisschop voor wat er in de
plaatselijke kerken gebeurt?
Oosterhuis: ,Ik vraag aan de bisschop:
waarom kimt u niet langer verantwoorde
lijkheid voor ons dragen? Wat betekent
dat woord verantwoordelijkheid? Is er
niet een soort wederzijdse verantwoorde
lijkheid? Wij vinden dat wij maar gedeel
telijk verantwoordelijkheid kunnen dragen
voor wat de bisschoppen doen, want het
perspectief dat zij bieden, lijkt vaak meer
gericht op het behoud van bestaande pa
tronen dan op een werkelijk drastische
vernieuwing van die patronen. Daarom
kunnen wij ook geen verantwoordelijkheid
dragen voor het pastoraal concilie, waar
van ik denk dat er verdomd veel zinnigs
gezegd is, maar ook dat het honderd
meter vóór alle grenzen is opgehouden
met denken en besluiten, met het gevolg
dat de verwarring nog veel groter is ge
worden.
Ik misken de figuur van de bisschop
helemaal niet Ik accepteer onmiddellijk
een paus van Rome, die als een bemidde
laar en een doorgever van inspiratie de
geest coördineert, om het zo maar eens te
zeggen, en die mensen in hun eigen verant
woordelijkheid stimuleert. Dat heb ik ge
hoord in paus Johannes en in Bekkers, om
die namen nog maar eens te noemen. Ik
zeg alleen dat allerlei kerkelijke gezagsdra
gers zich laten manipuleren door een valse
en weinig creatieve eenheidsideologie, die
vanuit Rome wordt doorgedrukt en nooit
kan en zal beantwoorden aan de werkelij
ke geloofssituatie. Daar kunnen wij niet in
mee. Wij denken door onze keus een
positieve bijdrage te leveren aan de een
heid'.
De Rooy: ,Ik vind het een beetje benau
wend. dat je de mensen die het niet met
jullie eens zijn, Michel va nder Plas De
Tijd, studentenpastor Gerard Oostvogel in
Utrecht, beschuldigt van manipuleren en
kapotschrijven'. (Oosterhuis noemde de
manier waarop in een aantal kranten over
de hele affaire van de studentenecclesia
geschreven is door mensen die beter kon
den weten: .Corrupt, een poging ons kapot
te schrijven'.)
Oosterhuis: ,Ik constateer gewoon dat wat
in Amsterdam gebeurt, in een deel van de
pers in categorieën worden gevangen als:
isolement, schisma, buiten de kerk treden,
categorieën, waarin wij niet spreken en
ook de bisschoppen niet meer spreken'.
Verder: ,De hele zaak is nu een paar
maanden oud en er wordt in alle talen
gezwegen over de zaak. Het énige dat ik
kan zeggen is dat de gemeente in Amster
dam er enorm door gevitaliseerd is. En
nogmaals over isolement gesproken: op
veel plaatsen in Nederland worden mijn
boekjes en mijn liedjes gebruikt. Onze
grootste tegenstanders verschijnen aan hel
altaar met tafelgebeden van ons. Ik be
doel: wat is toch ook communicatie. En
eenheid? Ik constateer dat dingen die in
ons milieu begonnen zijn, ook in andere
plaatselijke gemeenten functioneren. Ik
constateer dat op vele plaatsen geleefd
wordt vanuit eenzelfde gelovige inspiratie,
die zich uitdrukt in dezelfde teksten en
vormen als waarin wij ons uitdrukken
Nou, dat is toch zoiets als eenheid, groei
ende bewegende eenheid?'
KARDINALE PUNT
Do Rooy: .Dat is nou het kardinale punt.
Toen jij dat schreef, voelde iedereen zich
verwant met jou. Een van de dingen waar
Pater Jac de Rooy: gemeenschappelijk
geloof.
ik op het ogenblik tegen vecht is, dat
precies als met Grossouw (priester, pro
fessor in Nijmegen, schrijver van bijbelse
overwegingen, nu gehuwd) honderden
goedwillende mensen nu vragen: .Kan je
dat nou nog gebruiken?' Het is onzin
natuurlijk, maar zo ligt het. Een uitgever
zei mij indertijd naar aanleiding van de
uitgave van jouw boek ,In het voorbij
gaan' er gingen toen geruchten over jou
.Nou kan ik niet meer met zo'n grote
oplage komen, want zoiets merk je direct
aan de verkoop.'
Oosterhuls: .Dat soort overwegingen ken
ik. Maar daar wens ik geen rekening mee
te houden. Als heel Nederland alle liedjes
van mij uit de bundels zou scheuren,
omdat ik nu getrouwd ben. zou ik nog
niet denken dat ik dan maar niet had
moeten trouwen. Ik ben bovendien niet
bereid heel Nederland verslag te doen van
mijn persoonlijke geschiedenis van de laat
ste jaren. Ik vind dat ik mijn eigen weg
mag gaan.'
De Rooy: .Natuurlijk. Ik heb alleen een
feit willen constateren, zoals ik die mee
maak.
KERK
Vraag: wat is kerk?
Oosterhuis: De manier waarop een aantal
mensen van de daken verkondigen, dat ze
bij de kerk horen, dat ze in de kerk zijn,
vind ik gezichtsbedrog. Wat ik onder kerk
versta, laat zich niet definiëren binnen wat
de Nederlandse bisschoppen menen dat de
kerk is, wereldkerk en eenheid met Rome
en dat soort dingen, dat is mij te vaag en
te juridisch gedacht. Wat in deze wereld
eenheid heet. wat recht heeft op het
woord eenheid is: wat mensen samen
doen, proberen met elkaar in lief en leed
de wereld door te komen. Ik vind alle
kerken zoals ze nu zijn, in veel opzichten
een aanfluiting van wat geloofsgemeen
schap zou moeten zijn. Vanuit dat begrip
geloofsgemeenschap moet je praten. En
dat, is: een beweging van mensen die in de
traditie van het evangelie willen staan, die
zich me' grote eenkennigheid bij alles wat
zich in dit bestaan voordoet, zich oriënte
ren op de schriften van Israël, die in
Jezus van Nazareth een heel bijzondere en
expliciete en definitieve betekenis hebben
gekregen. Dat is het gegeven van waaruit
wij proberen te werken en waaruit alle
kerken geboren zijn en waar ze allemaal
met hangen en wurgen uit proberen moe
ten te leven.'
De Rooy: .Voor mij moet er iets bij. Iets
wat ze vroeger .het leergezag' noemden,
een versterker van het gemeenschappelijk
geloof. De waardering voor dat gegeven
mis ik bij jou
Oosterhuis: .Ik mis werkelijk gezag en
zeggingskracht bij de bisschoppen. Ik be
strijd niet dat er bisschoppen zijn, zelfs
niet dat er een paus is. Ik zeg alleen: ik
vind dat ze op een andere manier
gezag moeten uitoefenen: kritisch, stimule
rend. creatief, niet angstig en klagerig
zoals de huidige paus telkens weer doet.
Ik kom soms .bisschoppen' tegen buiten
het .ambt' van bisschop. Ik kom het cha
risma van de .Episcopos' tegen bij allerlei
mensen die geen .bisschop' zijn. maar die
feitelijk inspirerend en eenheidscheppend
werken en .bemiddelen' tussen plaatselijke
gemeenten. Ik ontken niet, dat er in de
kerken gezagsdragers moeten zijn, ik vind
alleen, dat de meeste gezagsdragers geen
gezag en niet werkelijk iets te zeggen
hebben, geen inspirerende boodschap. Dat
is geen verwijt aan de bisschoppen per
soonlijk. Ik constateer de machteloosheid
van hun positie binnen het grotere geheel
van de katholieke kerk, Ze vatten hun
ambt zó op. dat ze elkaar vaak machte
loos maken.
Wat wil die actiegroep wereldkerk van
jou? Loop jij ook niet stuk op die matelo
ze impasse van mensen die het ambt
verlaten, van theologische hogescholen, die
niet meer weten waar ze het over moeten
hebben?'
De Rooy: ,Dan kan ik bijna hetzelfde
zeggen als wat ook voor Septuagint op
gaat: dat het; moeilijk van de grond komt.
De groep is inderdaad bezig geweest en is
nog bezig links en rechts in plaatselijke
groeperingen bij elkaar te komen en iets
door te laten klinken van inspiratie, van
protest tegen het doordraven, maar ook
van opbouw. En verder: och, in zekere zin
zijn jullie met al je agressie guerril-
astrijders
Oosterhuis: ,ïk weel dat dat niet door
jou ons erg kwalijk genomen wordt. Ik
weet wat voor druk er op Van Kilsdonk
wordt uitgeoefend te kiezen óf de orde
uit öf de studentenecclesia uit'.
De Rooy: (over de figuur van de paus):
.Dat is de bisschop van Rome, die van
oudsher een bijzondere plaats heeft inge
nomen in de eenheid van het wereldepisco
paat. Dat is de man die de opdracht heeft
net evangelie uit te dragen Hoewel dat
niet altijd even gelukkig functioneert, en
dan denk ik aan encyclieken als Humanae
Vitae en die over het priesterschap en dan
rlenk ik ook aan het geharrewar rond de
figuur van de Braziliaanse kardinaal Rossi'.
Oosterhuis: .Voor mij wijzen al die dingen
er op. dat de paus een gevangene is van
het curiesysteem, bemand door corrupte
ambtenaren. Het is een tragische man, ik
zou er om kunnen huilen.'
Onder hetgeen er in het vorige jaar in de kerken in ons land is gebeurd, hadden w®
bij de N. H. Kerk ook willen vermelden de Algemene Kerkvergadering (AKV).
We hebben dat nagelaten hoewel we het toch een de belangstelling vragende aange
legenheid vonden. Zo'n jaaroverzicht kan nu eenmaal niet volledig zijn. Er moet
een keus worden gedaan, die altijd iets heeft van een persoonlijke indruk. Doch we
hebben het achterwege gelaten omdat we gedurende de eerste dagen van dit Jaar
de voortzetting kregen van hetgeen er gedurende de Pinksterdagen van het vorig
jaar begonnen Is. Men is toen niet klaar gekomen, hetgeen trouwens te voorzien
was en ook nu zal liet wel geen definitieve afsluiting zijn. hoewel zij naar alle waar-
schijnlijkheid niet zal worden voortgezet in de huidige vorm. We schrijven dit ter
wijl de AKV nog maar pas begonnen is. Het Pastoraal Concilie van «Ie K. K. Kerk
in ons land heeft heel wat langer geduurd en daar waren de mogelijkheden van
voorbereiding en behandeling groter. Dat Pastoraal Concilie is na Pasen deh'nltlef
gesloten, maar men was het er over eens dat er toch in de ecu of andere vorm een
een voortzetting moest komen. Dat Pastoraal Concilie heeft in ieder geval in de
N. H. Kerk bepaalde geesten wakker gemaakt en we mogen, geloof ik, wel stellen dat
zonder dit concilie er geen AKV in de N. H. Kerk zou zijn gehouden.
Het pastoraal concilie is belangrijk ge
weest omdat daar vrijuit naar voren is
gekomen wat er leefde op het brede vlak
van de parochianen. Heilige huisjes zijn er
niet gespaard. De positie van de bisschop
pen is oen geheel andere geworden. Duide
lijk is daar naar voren gekomen waar
men veranderingen wenste. Er is ook wel
de stem gehoord van hen die zich in deze
kerk, zoals die in het verleden was, volko
men thuis hebben gevoeld. De pas benoem
de bisschop van Rotterdam, de Haagse
kapelaan dr Simonis, uitte op zekere dag
zijn klacht dat het wel leek alsof je niet
meer gewoon kotholiek kon zijn, zoals je
dat vanaf je jeugd in de kerk geleerd had.
Zo is het ook de bedoeling geweest dat op
de AKV naar voren zou komen wat er in de
brede kringen van de gemeenteleden leefde
in de Nederlands Hervormde Kerk. De
klacht was reeds meerdere malen geuit
dat een synode te ver afstond van de
gemeenten en dat op haar vergaderingen
niet of althans niet voldoende naar voren
kwamen de wensen voor verandering en
vernieuwing en evenmin de zorgen van de
verontrusten. Wanneer we zo de lijst za
gen van hetgeen er binnen gekomen is,
moesten we vaststellen dat deze een hele
toonschaal vertegenwoordigden. Na het
verwarrende begin heeft men daarin wel
enige orde moeten scheppen. In een aantal
moties heeft de AKV zich uitgesproken
over datgene wat er volgens haar zou
moeten gebeuren, opdat de Nederlands
Hervormde Kerk. meer dan nu het geval
is. aan haar roeping zou beantwoorden.
Voor we verder gaan willen we eerst een
enkel woord zeggen over de verslagen die
we via radio en televisie hebben kunnen
horen en zien. Elk verslag is onvolledig,
tenzij, zoals dat bij de staten generaal
gebeurt, hetgeen er gezegd is. stenogra
fisch wordt opgenomen en uitgewerkt. En
ook dit is in feite nog geen volledig
verslag, omdat er bijvoorbeeld ontbreekt
de toon waarop iets gezegd is. Van die
AKV hebben we slechts enkele flitsen kun
nen horen en zien. Men neemt er uit
overigens begrijpelijk) datgene wat om
de een of andere reden naar voren sprong.
Ook de verslaggevers van de pers hebben
zo een keuze gemaakt. Toen we later een
beknopt overzicht van die AKV onder
ogen kregen, moesten we constateren dat
die eerste indrukken een scheef getrokken
beeld hadden gegeven. Ze hebben niet
weergegeven hetgeen er werkelijk geschied
was. Deze gedachte werd nog versterkt
door hetgeen we persoonlijk van enkele
deelnemers hoorden. Zo zal het altijd wel
blijven dat een verslag, hoe goed het dan
ook moge wezen, nooit kan worden ge
steld in plaats van datgene wat persoon
lijk beleefd is en we zullen er rekening
mee moeten houden dat het ook zo zal
zijn met. wat we horen, zien en lezen over
de drie dagen AKV. die een week geleden
zijn begonnen.
In een zestal rapporten is de stof ver
werkt die met Pinksteren was blijven lig
gen. Voor elke dag dus twee rapporten
Dit lijkt helemaal op de gang van zaken
bij het pastoraal concilie. Zo ergens, dan
is het zeker in de kerk niet mogelijk bij
de behandeling van een stuk of een rap
port te blijven binnen bepaalde grenzen,
ook al heeft men dan gepoogd die te
trekken. Welk punt men ook ter behande
ling neemt, spoedig zal blijken dat men te
maken heeft met het geheel van de kerk.
Neem bijvoorbeeld het rapport over de
kerkdienst.
Wie zal hierover kunnen spreken zonder
dat hij er rekening mee houdt voor welk
soort, kerk deze kerkdienst is bedoeld.
Hij krijgt te maken met de liturgie. Hij
zal onder woorden moeten brengen wat
hij van de prediking verwacht. Hij zal zich
moeten verdiepen in het belijden van de
kerk dat in de prediking tot uitdrukking
moet komen en via deze vraag komt hij
terecht in de betekenis van de oude belij
denisgeschriften! Hij staat voor de vraag:
wie is God. in wiens naam gesproken
wordt? Over deze twee laatste punten is
uitvoerig gesproken gedurende de AKV die
het vorige jaar met Pinksteren gehouden
is en juist uit deze bespreking zijn enkele
van de meest opvallende flitsen via radio
en televisie de luisteraars en kijkers voor
gehouden. Nadien is daarover een hele
discussie losgebrand, dikwijls losgemaakt
van het geheel.
Wie de informatie- en werkkrant voor de
tweede zitting van de AKV heeft gelezen,
zal hebben bemerkt dat er bovenaan op de
voorpagina's met grote letters het woord
.democratisering' te lezen stond. In di:
eerste oproep (nu ruim een jaar geleden
ging het er om dat ,de synode wel eens di
vinger op de kerkelijke polsader wil ho
den: wat vinden de leden van de kerk fe
er van de hervormde kerk in de zeventig;
jaren verwacht mag worden. Niet meert:
niet minder'. Wanneer nu het woord ,os
mocratisering' gebruikt wordt, zij fc»,
dan ook met een vraagteken, gaan di
gedachten toch verder, al wil men dan ooi
een zekere afstand nemen van het mofe
woord waarover zoveel gepraat is in b«
drijven, universiteiten, organisaties, Ir.:
gerlijke gemeenten enz. Die eis tot derr.t
cratisering is nauw verbonden met i-,
spraak, medezeggenschap en medebesb
singsrecht. We kunnen zeggen dat dit al!a
voor een kerk, behorende tot het gerelc:
meerd protestantisme niet nodig is. aanp
zien deze democratisch van opbouw ise
er de mogelijkheid van inspraak altt:
geweest is. In theorie is dit volkom;
waar. maar even waar is dat er vanuit fc
grondvlak van, de gemeenten te weinig a
in 't geheel geen gebruik is gemaakt r;
deze mogelijkheid. Er werkte dus iets n>
wat wel had moeten werken. Ge race
alleen maar eens luisteren wanneer mg
gemeenteleden hun hart luchten over
Haag' en ,de synode'. Dan kun je. alles:
reeds in de wijze waarop dit wordt uiige
sproken proeven welk een afstand er
tussen het hoogste bestuurscollege dat 6
Nederlands Hervormde Kerk kent en dep
nen die zo spreken. Er is inderdaad V
weinig doorstroming van beneden n&
boven Maar democratisch, zoals we dat:
de parlementaire geschiedenis kennen, n
en kan een kerk nooit worden, omdat h:
nooit kan gaan om de zeggenschap u
het volk (het .demos' in democratiseriraj
maar om de zeggenschap van wat jud
niet in ons mensen opkomt. Het een.''
onderwerp waarmee de AKV op Pinks:®!
ren is beziggeweest was: .Het spreken k
de kerk en haar betrokkenheid op d
samenleving'. Na het enigszins milde tij
gin, dat resulteerde in een aantal tevoie
door classicale in provinciale commissis
klaargemaakte moties, waarin allerlei wa>
sen werden neergelegd over het spreke,
van de kerk, kwam men vanzelf op hs
punt dat de kerk, als zij spreekt nss
betrekking tot de samenleving, dit alleet
kan doen vanuit het evangelie. Daardoc;
moet haar spreken worden bepaald. Doet'
meteen kwamen er toen een heleboel vr«
gen opdoemen, waaruit bleek dat het nis
voor ieder gelijk was hoe en vanuit hs
evangelie gesproken werd. Maar het belij
dend karakter heeft de AKV in ieder gevi'
belangrijk gevonden.
Ook vanuit de AKV die deze week
den is, zullen er wel weer een aanti!
moties op de tafel van de synodelede
terecht komen. Wat moet de synode de
daarmee doen? Zij kan in ieder geval b?
geheel overzien, beter dan dat voor
AKV mogelijk is. Ook nu zal er wel w
naar voren komen, zoals dat ook i
Pinksteren gebeurd is, de vraag of ee
kerk bereid moet zijn zich voortdurend t
te zetten voor de .eenheid'; of moet r
zich voortdurend inzetten voor de ,vm
heid'. Het is een tegenstelling welke o::
speelt in de Wereldraad van Kerken e:
eveneens is deze vraag bij Rome terug:-
vinden. Het moet er bij de kerk uiteind)]
lijk altijd om gaan dat de wereld tj
Christus kan geloven. Op de AKV is
duidelijk geworden dat men bij deze vrat'1
altijd verder keek dan de eigen kerk sj
wanneer de synode bijeenkomt, blijkt da
ook telkens weer. Ook wanneer de ken
spreekt over haar betrokkenheid op
samenleving zoals wij die kennen in cr.l
land, dan is de samenleving in de werea
daarvan niet los te denken Wat de synM
doet met de moties van de AKV. wat li
er mee kan doen. blijft een open vrat:
Maar het belangrijke van zo'n AKV is ra
reeds gebleken, namelijk dat er een bew
ging van gemeenteleden op gang kan fcj
men. Dat hel nog veel meer kan dan
nu toe geschied is. staat vast. Een soc:
volksbeweging is hel tot nu toe nog
geworden. Maar enig besef «evenals dt
het geval was op het pastoraal conclUi
dat we met elkaar kerk zijn. is toch jr
meer levend geworden en in zoverre isr
enigzins de afstand overbrugd die er llf
tussen de synode en het grondvlak van
gemeenten. H.
Hierin is de liefde van God
onder ons geopenbaard, dat
God Zijn eniggeboren Zoon
in de wereld heeft gezon
den. opdat wij door Hem
zouden leven. (1 Joh. 1:9).
De liefde van God is geen
verborgen liefde. Dat zeggen
de mensen altijd weer. dat
Gods liefde een verborgen
liefde is, dat je die niet
Icunl. zien en dat daar zo
weinig van blijkt. En dat
zeggen ze meestal, wanneer
zij die liefde, op een be
paald ogenblik, in een be
paalde situatie in hun leven
willen zien werken, als ver
horing van hun gebeden en
inwilliging van hun wensen
En als dat dan uitblijft,
dan klagen ze, dat Gods
liefde zo verborgen is en
dat daar zo weinig van
blijkt. Maar dat komt dan,
omdat wij die liefde niet
zoeken, waar die te vinden
is. Want het is niet waar,
dat de liefde van God
onder ons. in deze wereld,
verborgen is.
God heeft geen geheim ge
maakt van Zijn liefde,
maar God heeft er een pu
blieke zaak van gemaakt.
Er is eigenlijk niet iets van
God te noemen, waar Hij
zo openlijk mee voor de
dag gekomen is. wat Hij zo
.op de. straat gebracht
heeft' als Zijn liefde.
God heeft het ook niet bij
liefdesverklaringen gelaten,
Hij heeft Zijn liefde voor
de wereld, voor ons
mensen, omgezet in de
daad. Die daad is: het zen
den in de wereld van Zijn
eniggeboren Zoon. Die
daad heet: Jesus Christus
Toen Hij geboren werd. lag
Hij in de kribbe aan de
openbare iveg, iedereen
kon Hem zien. En al wat
Hij heeft gezegd en gedaan,
sprak en deed Hij in het
openbaar, op de weg, in de
straten, op de pleinen, ie
dereen kon naar Hem toe
gaan, ieder kon Hem zien
en horen en met Hem spre-,
ken. Hij was dag en nacht
voor iedereen toegankelijk.
En toen Hij stierf, hing Hij
aan een kruis langs de
openbare weg. ieder kon
Hem zien, de liefde van
God. is de gehele weg mee
gegaan Door Jezus in de
wereld te zenden heeft God
de wereld en ons weer te
ruggebracht ja terugge
trokken in Zijn liefde: Hij
heeft het ver-zijn, hel zon
der God en zonder Vader
door de wereld gaan van
ons weggenomen: en ons in
Zijn liefde welgcborgen.
Deze liefde is wel een mys
terie, dat wil zeggen dat
wij nooit verstaan, im'J
om God ons zo lief heel Ij
maar deze liefde is
verborgen. Het is een zcr
openlijke, geopenbaard
liefde. Gods liefde is —I'
zus Christus is een h»h
in de wereld, zoals het
de Psalmen staat: Wen
mij tot een zeer vast hui:
waarin ik kan wonen. Et'
zeer vast huis in de wereld
waarin wij kunnen wonen
met de vreugden en mé
het verdriet, met onze ver
wachtingen en met, onze It
leur stelling en, totaal i'
Zijn liefdehuis geborgd
Daarom zegt de apostel le
hannes, dat God Zijn Zow
in de wereld zond, opto
wij door Hem zouden li
ven. Dat betekent dat leco
noch dood ons vuil Zirtl
liefde scheiden kunnen.
het betekent ook. dat Kt'
door Hem. in Hem. W|
dag tot dag kunnen /et'<r-
met een in Hem, in Zijt
liefde, geborgen bestow I
dat ons ook op de /ew»|
weg niets van alles wat n
ook gebeurt, wat er fltfl
ons. en met ons en <x>«|
door ons gebeurt en M
daan wordt, niets van
alles, ons scheiden, iosnitl
ken kan van Zijn liefde Z-'|
mogen wij leven, in G«wl
liefde geborgen.
J. Ph. HilhOtiI
KloctiWt I