ACHT GOEIE POSTDUIVEN VERGEET JE NIET ZO GAUW 1970 WAS ROMMELIG JAAR VOOR ZIERIKZEESE EXPLOSIESLACHTOFFERS provinciale zceuwse courant 31 DECEMBER 1970 ■■■■■■lil Hoewel de naam anders doet vermoeden, is de Karnemelksevaart in Zierikzee gewoon een straat, een gewone straat. Er wonen nogal wat duivenhouders. Die zijn daar terecht geko men, omdat de eigenaresse van de meeste huizen in de Karnemelksevaart, de Zierikzeese wo ningstichting 3eter Wonen', het houden van duiven in deze buurt toestaat. Dat doet 3eter Wonen' lang niet overal. Niet alleen een passie voor duiven bracht de woningwetwoningen in de Karnemelksevaart bewoners. Het zijn ook goedkope onderkomens, met hun huurprijs van rond de tachtig gul den per maand zelfs de goedkoopste van Zierikzee. Maar het geld is voor vooral die mensen die al lang in de buurt wonen, niet altijd de voornaamste drijfveer geweest. Het zijn voor een deel mensen, die gewoon liever binnen de stadswallen van Zierikzee wonen. Echte Zie- (rikzeënaars, door sanering uit hun vroegere huizen verdreven. De Gravenstraat en de Karnemelksevaart liggen in een gewone volksbuurt, bewoond door gewone, eenvoudige en veelal hardwerkende mensen. Men kent elkaar, maar gaat niet te intensief met elkaar om. Iedere morgen is het vroeg dag. 's avonds is er tijd voor ontspanning en na het laatste journaal zit het er doorgaans weer op. Een betrekkelijk saai bestaan, dat verlicht wordt door de kleine gebeurte nissen in de buurt, bij de buren, bij de familie of gewoon thuis; de dingen, waarover je met anderen kan praten, die de dagelijkse sleur doorbreken. De bouw van een nieuwe duiventil, de aanschaf van een auto, een misverstand op het werk. Dat geeft soms ergernis, het geeft ook vaak fleur aan het bestaan. Echte buurtsensaties heeft men vóór 17 november 1969 niet gekend. De familie C. Berrevoets in de Karnemelksevaart spaarde in het najaar van 1969 voor een auto, een goede tweedehands wagen Dat kon, want de oudste zoon des huizes had zijn rijbewijs en er stonden geen grote uitgaven op het programma. De vloerbe dekking, altijd een fikse investering, lag er bijvoor beeld nog goed bij. Die kan nog Jaren mee', oordeelde mevrouw Berrevoets. Zij hielp op maandagmorgen 17 november 1969, zoals ze wel vaker doet. in een naburige groente winkel. In huize Berrevoets was niemand thuis. Overal in de buurt was het trouwens rustig: de kinderen waren naar school, de ouders in huis of op hun werk. De straten waren vrijwel leeg. De buurtbewoners zullen zich nog hun hele leven in dankbaarheid herinneren, dat het juist die dag zo stil was op straat. Ingesloten in de hoek Gravenstraat - Karnemelkse vaart ligt het schrootbedrijf van de heer L. Groen- ieer. Op dat bedrijf is het overdag nooit stil De firma Groenleer is groot geworden in de na-oorlog- se jaren. De vele pakhuizen rond het terrein kunnen de lompen en metalen nauwelijks bevatten. Iedere dag wordt er bij het bedrijf tussen de tien en veertig ton metaal-, textiel en ander afval aange voerd. Wat binnenkomt moet worden gesorteerd, gesneden, bewerkt en opgeborgen. De hele dag zijn vaklieden in de weer met zwaar gereedschap als snijbranders. De omwonenden zijn gewend aan de firma Groenleer. liever dat tegenover ons dan een stinkfabriek'. zeggen ze. Ook op maandagmorgen 17 november 1969 werd er op het binnenterrein van de schroothandel met een snijbrander gewerkt. Het gemeentehuis van Zierikzee leek diezelfde maandagmorgen een beetje uit zijn gewone doen. Hoofdcommies Hekman, normaal belast met ruim telijke ordening en huisvestingszaken, was bezig de resten van een rampoefening op te ruimen. Hij had met de toenmalige burgemeester Kastelein de Zie rikzeese commandopost bemand bij oefening Zuid van de Civiele Verdediging, die tot en met 14 november in Zeeland, Brabant en Limburg was gehouden. Deze oefening had tot doel de ambtelijke apparaten van de zuidelijke provincies te trainen in hun werk in tijd van oorlog of grote rampen Zoals velen, die bij de oefening betrokken waren, moest de heer Hekman aanvankelijk een beetje lachen om dit .oorlogje spelen'. Al doende zag hij echter het nut, ,en toen hebben we het echt goed gespeeld. Je leerde handelen in moeilijke omstandigheden en dat is altijd belangrijk'. De wethouders van Zierikzee en de gemeentesecretaris waren die maandagmor gen in november niet in de stad. DE BOZE BOL Tussen het schroot van de firma Groenleer lag een ronde bol van zo'n 380 kilo. Die bol, waarschijnlijk een mijn uit de eerste wereldoorlog, had de sloper zo'n drie weken voor de zeventiende november 1969 gekocht van de Zierikzeeënaar C. Snijders. Het gevaarte bracht twee tientjes op. Iedereen be schouwde de oude mijn als volmaakt onschuldig. Dat kwam minder door het vriendelijke uiterlijk van het nimmer gebruikte stuk oorlogstuig als wel door de grote drukte bij de sloperij. Het zware stuk was ontsnapt aan de aandacht, die bij Groen leer doorgaans wordt besteed aan schroot met mogelijk moordende capaciteiten. Die extra zorg komt voort uit zowel verantwoorde lijkheidsgevoel als zakelijke overwegingen. Partijen schroot, waartussen zich bijvoorbeeld lege patroon- hulsen bevinden lopen de kans afgekeurd te wor den. als de koper vermoedt, dat die lege hulsen aanwijzing zijn voor de aanwezigheid van gevaarlij ke kogels. Misschien kwam het wel door zijn opvallende omvang, diameter één meter, dat de boze bol ongehinderd op het slopersterrein terecht kwam. Feit is, dat de mijn bij Groenleer weer snel aan het oog werd onttrokken door het schroot, dat er overheen werd geworpen. Zo was het explosieve ding op de bewuste maan dagmorgen voor de bij de firma Groenleer werken de heer J. W. Roggeband vrijwel onzichtbaar. De heer Roggeband was doende om met behulp van een snijbrander wat zware metalen platen uit el kaar te halen, een werkje, waarbij de vonken in het rond springen. Eén van die vonken kwam terecht op één van de langzamerhand doorgeroeste plekken van de oude mijn. Het helse ding, vele Jaren geleden door bekwame technici liefdevol ontworpen om manschappen en materieel van een concurrerend land onverhoeds om zeep te helpen, begint te sissen. Zodra lasser Roggeband dat merkt verdwijnt hij met haastige medeneming van de zuurst of fles en de gasfles, die hij voor z'n snijwerk had gebruikt. Dat gesis was voor de lasser, die als militair in 1940 mijnen had gedemonteerd, voldoende waarschuwing. Hij geeft die waarschuwing door aan de heren Groenleer en Berrevoets, die eveneens op het slopersterrein aan het werk zijn. Even denkt de heer Groenleer er nog over om de mijn met water te blussen, maar een steekvlam, die uit het schroot omhoog slaat, brengt hem van dit ongelukkige voornemen af. De gevolgen van de enorme ontploffing, die op de steekvlam volgde, hebben de buurt grondig veran derd. 1970 is voor de mensen uit de Gravenstraat en uit de Karnemelksevaart geen normaal jaar geweest, pas het nieuwe jaar kan in vele gezinnen de regelmaat doen terugkeren In 1971 zal de grote schoonmaak weer op de gebruikelijke tijd gehouden worden. ,In de groentewinkel waar mevrouw C. Berrevoets werkte, vloog de grote ruit vlot uit de sponningen, een gevolg van de geweldige luchtdruk waarmee de explosie gepaard ging. Mevrouw Berrevoets zag alle mensen in de richting van baar straat hollen. Ook zij verliet zonder dralen de beschadigde winkel en rende naar haar huis. Verslagen zag ze de geweldi ge ravage. Alle ruiten waren weg, overal glassplin ters, alles was kapot. Het interieur van de woning paste droevig genoeg uitstekend bij de omgeving buiten, waar nauwelijks meer een compleet venster te bespeuren viel. Als oud papier na marktdag lagen dakpannen verspreid over de daken, maar meestal op straat. Huilend stonden geschrokken huisvrouwen op hun stoepjes. Nog harder hullend naderden de sirenes van politie- en brandweerwa gens Bewoners van zo'n 300 huizen in de buurt bekeken verbijsterd hun schade. Zelfgebouwde duiventillen en schuurtjes waren in elkaar gestort. Geparkeerde auto's waren gedeukt door rondvliegend metaaL De aandacht richtte zich op het centrum van de explosie: de binnenplaats van sloperij Groenleer leek netter dan ooit: er lag geen stukje afval in een krater van drie meter diep en zeven meter door snee. Maar rond de krater stapels roest bedekt door kapotte dakpannen. Nieuwe schuren bekroond door troosteloos lege lattenstelsels. De muren hadden het gehouden, dankzij het vele schroot dat er tegenaan lag. Snel waren de gezagsdragers ter plaatse. Burge meester Kastelein richtte zijn commandopost in het huis van politieman J. Struyk aan de Karnemelkse vaart 1 in. De belangrijke mensen in het rampge bied hadden portofoons bij zich. Op het gemeentehuis had ambtenaar Hekman zijn opruimingswerkzaamheden gestaakt. Vanuit zijn rampencentrum kon hij met zijn nog verse ervaring het werk rond de schroothandel coördineren. Lang zaam stroomden in het zenuwcentrum op het ge meentehuis via de portofoons de eerste berichten binnen. Zowel luisteraars daar als kijkers ter plaat se zouden niet verbaasd zijn geweest bij het verne men van namen van slachtoffers. De opluchting was dan ook even groot als de verbazing, toen na de eerste verwarring slechts sprake bleek te zijn van vijf lichtgewonden. Mensen hadden snijwonden van glasscherven of ze hadden een stuk licht afval op het hoofd gekregen. Dan volgen de verhalen over de schade. Er worden miljoenenbedragen genoemd. Het zal lang duren, voor alle huizen weer gerepareerd zijn. Als de eerste verwarring bij de sleutelfiguren in het ramp gebied plaats heeft gemaakt voor dadendrang ko men bij de heer Hekman meer zakelijke berichten binnen. Burgemeester Kastelein roept draadloos om zijn sigaretten en zijn shawl. Vanuit het gemeente huis laat Hekman aan zijn verlangens voldoen. Aannemers en gemeentewerklieden zijn inmiddels in het rampgebied aangekomen met planken om de gapende vensters dicht te timmeren. Om twaalf uur. een half uur na de explosie, is de straat vol met helpenden. Dan rijst de vraag: wie gaat er betalen? WIE GAAT ER BETALEN? .Wie gaat er betalen', vroegen de bewoners aan de burgemeester. ,Wie gaat er betalen', vroeg de burge meester aan de commissaris van de koningin. .Wie gaat er betalen', vroeg de commissaris 's avonds aan minister Beernink. ,Gaat u betalen?', wilde deze minister die avond héél laat telefonisch weten van dr L. J. M. Beel, de bejaarde voorzitter van het landelijke rampenfonds. Dr Beel wist het nog niet. De minister was zo geschrokken van de eerste onheilspellende berichten over miljoenenschade bij de Zienkzeese ontploffing, dat hij 's avonds tegen half elf met zijn echtgenote zelf ging kijken. In Zierikzee kwam hij al snel tot de conclusie, dat de schade zowel hersteld als vergoed moest worden. Om over het laatste zekerheid te krijgen belde hij, temidden van een groot aantal beroepshalve belang stellenden. dr Beel in Wassenaar op. Deze zegde toe. dat zijn rampenfonds de kwestie de volgende dag in studie zou nemen. De minister leek positief gestemd, maar waarschuwde wel. dat de gedupeer de bewoners er niet op mochten rekenen', ,dat elke spijxer en ieder vogelkooitje' vergoed zou worden. Wie precies de schade zou betalen wist ook de volgende dag nog niemand. Wel maakte een enquête duidelijk, dat het allemaal minder erg was dan men de eerste dag dacht. Toen werd rekening gehouden met een schade van meerdere miljoenen guldens, na het onderzoek werd gesproken van een miljoen. Het ergst getroffen waren de 45 huizen van de woningbouwvereniging .Beter Wonen' aan de Gra venstraat en de Karnemelksevaart. Woensdags gingen taxateurs de meeste getroffen huizen langs om de schade aan de inboedel vast te stellen. Die dag werd ook bekend, dat de kans klein was, dat het rampenfonds met geld over de brug zou komen. Dit instituut bleek bedoeld voor natio nale rampen en men vond de Zierikzeese ontplof fing te lokaal. De gemeente stelde voor de zeker heid een gironummer open, waar mensen, die wel onder de indruk waren van de ramp, hun bijdragen kwijt konden. .Het gaat allemaal niet snel genoeg', dacht me vrouw W. J. Meerman-Weltevreden uit een niet getroffen deel van Zierikzee een week later. Zij voorzag, dat veel mensen rond de schroothandel zelf voor hun schade zouden gaan opdraaien. Mevrouw Meerman zette een lnzamelactie op touw. Over heel Schouwen-Duiveland werd geld opgehaald en in zaal Concordia in Zierikzee kon men vrijdaga vond 27 november 1969 een bijdrage komen bren gen. Mevrouw M. de Vrieze uit de Karnemelksevaart had die avond ook haar met planken dichtgespijker de huis achter zich gelaten. Zoals veel mensen uit het getroffen gebied, was zU naar zaal Concordia gekomen, want daar kon men behalve geld brengen ook een film van Piet Meerman over de situatie kort na de ontploffing zien. Het is dankzij de film. dat veel bewoners nog weten, wat ze direct na de klap hebben gedaan. De actie bracht ruim 20.000 gulden op. Enkele dagen later werd bekend, dat het rijk de huisraad- schade op de eerste vijftig gulden na zou vergoe den. Daarmee, zo zou men denken, was alles gere geld. want ook de eerste 2000 gulden schade aan particuliere huizen kwam voor vergoeding in aan merking, terwijl gemeente en woningbouwvereniging hun eigendommen uiteraard weer opknapten. Het resultaat anno 1971 is dan ook, dat de bulzen rond de schrootflrma nieuwe ramen en deuren hebben. De Karnemelksevaart heeft zelfs een totaal ander aanzien, voor het verse schilderwerk aan de woningen beeft het meeste gras plaats moeten maken voor parkoerhavens. EEN GESCHIEDENIS De buurt heeft een geschiedenis. Mensen, die er na de ontploffing zijn komen wonen, heten nieuw. ZL) hebben het niet meegemaakt. ZIJ schrikken niet als de kachel ploft, zij verstijven niet als er een vliegtuig door de geluidsbarrière vliegt. Er wordt nog veel over de klap gesproken en dan staan de nieuwe bewoners een beetje buiten het gesprek. In de bekleding van hun meubels zitten niet die kleine gaatjes, In hun gepolitoerde tafels niet die kleine putjes. Want dat is de schade van glasscherven, die niet vergoed ls. Bewoners van voor de klap praten er nog veel over, met elkaar en met kennissen of familieleden, die het verhaal nog niet hebben ge hoord. Veel mensen zijn sinds de ontploffing een beetje naar elkaar toegegroeid, .want het was mooi, iedereen kwam Je helpen', herinnert mevrouw De Vrieze zich. Of ze zijn uit elkaar gegroeid, zoals mevrouw C. Berrevoets en haar familie. .Mak na de ontploffing beloofden familieleden, dat ze zouden helpen. Ze hebben geen hand uitgestoken'. WAAR GEBEURD VERHAAL DOOR HANS TEN HOUTEN De buurt is anders geworden. De bestrating is gladder, de parkeerruimte in de Karnemelksevaart is groter, maar niemand is er beter van geworden. De auto van de familie Berrevoets kon pas een half jaar later dan de bedoeling was worden aange schaft om van de onverwacht nieuwe parkeerruim te gebrujk te maken. In het ene gezin heerst over de materiële gevolgen van de explosie meer tevre denheid dan in het andere. Dat komt. omdat alle mensen verschillend zijn, dat komt volgens de getroffenen ook omdat de taxateurs verschillend waren. De man die bij mevrouw Berrevoets de schade kwam opnemen was een akelige man'. Hij taxeerde haar vaste vloerbedekking op 50 gulden. JDe ene taxateur was redelijker dan de andere', vindt ook mevrouw De Vrieze. Op sommige punten oordeelden alle taxateurs, er zijn er vijftien bezig geweest, hetzelfde: een kolen- kachel was vrijwel niets waard. Rond de sloperij woonden en wonen vele mensen met kolenkachels Dat was een tegenvaller. Voor de vitrages werd een vast bedrag per huis uitgekeerd Jk geloof, dat niemand zulke dure glasgordijnen heeft genomen', zegt mevrouw De Vrieze. Dat was een meevaller. Eén waarschuwing van minister Beernink werd letterlijk opgevolgd: de vogelkooltjes, dus ook alle dure duiventillen en zelfs de zelfgemaakte schuur tje» werden niet vergoed In de dagen dat de taxateurs door de straten gingen, hielpen vaklieden en bewoners elkaar met het terugleggen van de pannen op de daken Even leek de goede verhouding tussen schroothandela&r Groenleer en zijn omgeving verstoord Niemand verzamelde dakpannen voor het zwaar getroffen boekhuis van Groenleer Junior Maar de mensen uit de Karnemelksevaart zagen al gauw. dat het zo niet moest. Er is er één geweest die tegen me heeft gezegd: ik was in het begin erg boos op Je', herinnert de heer Groenleer zich. Die boosheid is nu verdwenen. Jk zeg weer goeie morgen tegen mijn buren', maar net als vóór de klap, is dat het volledige contact tussen Groenleer en de omgeving. De mijn zit de sloper nog steeds dwars. Altijd heb ik goed opgelet en dan komt er zo'n rotding. Ik zou veel liever zelf wat meer schade hebben gehad en de buurt wat minder'. In de loop van 1970 werden de hulzen opgeknapt. .Beter Wonen' combineerde het aantrekkelijke met het noodzakelijke door overal, waar de bewoners het wilden, de gescheiden woonkamers te verande ren in één ruime kamer. Een modeverschijnsel', zegt Beter-Wonenvoorzitter J Coumou. Zijn vereni ging heeft 70.000 gulden besteed aan het opknappen. Het geld moest uit eigen kas komen, zo had minister Schut laten weten Het aanbrengen van nieuwe deuren, nieuwe ruiten, het dichtmaken van scheuren in muren en het dóórbreken van woonkamers zette menig hulsgezin in de rommel. Dat betekende een grote schoon maakbeurt bulten het seizoen. Dat betekende ook het opnieuw witten van muren op een ongebruike lijke tijd en dat alles betekende voor vele huisvrou wen een rommelig 1970. MAAR DRIE TON Hoofdcommies Hekman heeft zijn deel gehad van de rommel in 1970. Het bestuursapparaat van Zie rikzee heeft geen kracht, die speciaal belast is met het afwikkelen van schadegevallen na explosies. .Dat waren extra pieken tussen Je normale werk door. Het heeft van mij veel tijd gevraagd', zucht Hekman. Binnen twee weken na de taxatie beeft hij de huisraadschade uitbetaald. De eerste 50 gulden konden worden betrokken tilt het door mevrouw Meerman ingezamelde bedrag Na de uit betaling kregen de getroffenen gelegenheid om ln beroep te komen. Tot in december van dit jaar kon men op bet gemeentehuis rekeningen indienen, die een gevolg waren van de explosieschade. Alles bU eikaar heeft de ontploffing een materiele schade opgeleverd van drie ton, aanmerkelijk minder dan de miljoenen, waarover men de eerste dag sprak. Maar de gaten zitten nog in de bekleding en ds putjes in de tafels, want voor een putje kan Je geen nieuwe tafel tn rekening brengen. De schuurtjes hebben de bewoners zelf opgebouwd en betaald De extra stookkosten gedurende de dagen, dat de kozijnen waren afgesloten door tochtende planken, zijn niet vergoed Het was ook donker, ik moest hele dagen het licht aanhouden, dat kost ook geld', zegt mevrouw Berrevoets, die niets terug kreeg voor de extra stroomkosten. Anderen tillen daar niet zo zwaar aan. Het leven gaat Immers gewoon door. De vele dui ven! lefhebbers hebben hun bokken weer overeind gekregen, maar WJ hoofdcommies Hekman ligt nog steeds de zaak van de acht postduiven, die de beer L. Krijger uit de Graven straat vergoed wil hebben. Die zaak ls nog ln onderzoek en acht goeie duiven vergeet Je niet >o gauw

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1970 | | pagina 21