PZC - KERSTPUZZEL
HET MIDDELEEUWSE
KERSTLIED
KERSTMIS
provinciale zeeuucse courant
24 DECEMBER 1970
Voor de kerstdagen hebben wij een extra grote kruiswoord
puzzel uitgezocht, waaraan onze puzzelaars weer énkele
prettige uurtjes kunnen beleven. En misschien ook nog
wat kunnen verdienen, want, zoals altijd, stellen wij weer
een aantal prijzen in waardebonnen tot een bedrag van
100,- beschikbaar. Er is één prijs van 30,-, één prijs van
20,- en vijf prijzen van 10,-.
HORIZONTAAL: 2 waterhelder kwarts; 7 verlichtingsartikel; 8 slang; 11
eaelgas; 13 offensief optreden; 15 plaats in Noord-Holland; 17 gesloten;
18 klipje; 20 cilinder; 22 voeg; 23 land door water omgeven: 25
familielid; 27 per dozijn (afk.); 29 laatste nieuws (ark.); 30 Duits
persoonlijk voorraamwoord; 31 deel van een schip; 32 muziekteken; 34
stofmaat; 35 naar mijn mening (afk.); 36 ledemaat; 37 droog; 39 vogel:
43 scharnier van een hengsel; 47 plakmiddel; 48 feestkledij; 49 nobel; 51
Fngeis telwoord; 52 indien; 54 vis; 55 negerdorp: 56 koning (Fr.); 58 ijl;
b0 in het lopende jaar (lat. afk.); 61 in orde (afk.); 62 plaats in Utrecht;
63 zwaar gebouwd, stevig: 66 of dergelijke (afk.); 68 Frans persoonlijk
voornaamwoord; 69 vervoerbedrijf (afk.); 70 deel van een trap; 71
lor.ahout; 73 natuurkundeterm (afk.); 75 tweetal; 77 mondijzer; 79
Jongensnaam: 80 persoonlijk voornaamwoord; 81 wapen; 83 Nederduits
(afk.); 85 huid; 87 NV (Fr.); 89 bijwoord; 90 vlagzalm; 91 gewicht
.afk 92 weidedieren; 93 meervoud (afk.); 94 toespraak: 97 biljartstok:
99 a mdrichting (afk.); 101 textielgrondstof; 103 voorzetsel; 104 vogelei-
genschap; 105 ingewijde; 108 rivier in Spanje; 110 heimelijk; 112
vaartuig: 113 in aanzien houden; 114 anno (afk.); 115 nakomelingschap;
li6 rivier in Siberie; 117 deel van de mast; 118 puistje: 119 de jongere
(a.k.), 120 worm; 122 jagerstas; 127 landbouwwerktuig; 132 teken: 135
geiuid; i37 schaap; 138 voegwoord; 139 pen; 141 vogel; 142 voorzetsel;
144 meisjesnaam; 146 verlaagde toon; 147 inhoudsmaat; 148 per persoon
(afk i; 149 ambtshalve (lat. afk.); 150 Frans onbepaald voornaamwoord;
152 kledingstuk; 154 modegek; 156 vogelprodukt: 157 rekening: 159
keuimerk; 160 vlaktemaat (afk.); 161 klein vertrek; 162 telwoord; 164
l.eiuge (afk.); 166 duur van eb en vloed; 167 menselijk geluid; 169 plaats
in Engeland, 171 dat is (afk.); 172 ongeveer (afk.); 173 aartsbisschop
(af*.); 175 godsdienst (afk.); 177 dierenverblijf; 179 koordvormig weef
sel; 181 de mond betreffende; 183 persoonlijk voornaamwoord; 184
uitroep: 186 enig: 189 meisjesnaam: 191 van het lopende jaar (afk.); 192
gewas; 193 hevig 194 opschudding; 196 anti; 198 beet; 200 deel
van een bijenkorf; 201 snijwerktuig: 203 dun; 205 smalle opening; 206
reptiel; 207 slot; 208 afstandsmaat: 209 woonschip; 211 telwoord; 213
soort ond. wijs (afk.); 214 Duits persoonlijk voornaamwoord; 216 titel
(afk.); 217 staaf; 219 rivier in Azië; 221 in orde; 223 optocht; 225
meisjesnaam; 227 tegenover (afk.); 228 stad der oudheid; 229 windrich
ting (afk 230 drank; 232 administratie (afk.); 233 hijswerktuig; 235
compositie; 237 kleurnuance: 238 plaats in België; 239 tochtje: 240
familielid; 241 afsluiting; 243 jongensnaam: 244 zuivelprodukt: 245 ik
(ia:.); 246 de lezer heil (lat. afk.); 248 deel van een kastje; 251
hemellichaam; 252 gewicht (afk.); 253 reinigingsmiddel: 254 voorzetsel.
De oplossingen dienen vóór dinsdag 5 januari 1971 in ons
bezit te zijn.
U dient uw brief of briefkaart als volgt te adresseren:
REDACTIE PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT,
WALSTRAAT 58-60, VLISSINGEN,
met in de linkerbovenhoek de vermelding: Kerstpuzzel.
De opgaven zijn als volgt:
VERTICAAL: 1 gezichtseinder; 2 schippersboom: 3 sterk smakend; 4
plaats in België; 5 van het jaar; 6 plant; 9 bevel; 10 offerplaats; 11
ah,(Lichting (afk.): 12 water in Friesland; 14 halswervel; 16 konings
zoon: 19 hetzelfde (afk.); 21 geografische aanduiding (afk.); 23 rustoord:
24 mwenaig orgaan; 25 heidemeertje; 26 strijdmacht: 27 eenheid van
kracht (afk.); 28 spoedig; 33 voormalig eiland in Nederland; 37 soort
nond; 38 voorzetsel; 39 verlichtingsartikel; 40 geestdrift: 41 vis; 42 land
in Zuid-Amerika; 43 bevel; 44 gebergte in Zuid-Amerika; 45 hond; 46
nagerecht; 47 waagstuk; 48 aarde; 50 rivier in Frankrijk: 53 stookplaats;
5. vreemde munt; 55 jongensnaam; 57 zijrivier van de Donau: 59 Engelse
ontkenning; 62 Duits persoonlijk voornaamwoord 63 de oudere (afk 64
alel; 65 haasten; 67 de dato (afk.); 68 bekende motorraces (afk.); 70
Trans Europa Express (afk.); 72 steenkoolprodukt; 74 gedeputeerde
staten (afk.): 76 Verenigde Naties (afk.); 78 bestaat: 79 landbouwwerk
tuig; 80 afwezig: 82 kostbare stof; 83 nummer (afk.); 84 water in
Engeland: 86 onderricht: 88 plaats in Overijssel; 91 huisdier; 92 afgele
gen; 94 deel van een kast; 95 boom; 96 kip met kuikens: 98 grondtoon;
100 geografische aanduiding (afk.); 102 herkauwer; 103 windrichting
(afk.); 104 Frans lidwoord; 105 plaats in Zuid-Holland; 106 lidwoord; 107
handelsterm; 109 houding: 111 noodsein (afk.): 112 zangstem; 113 godin;
*20 kleurstof; 121 voorzetsel; 122 droogvallende plaats bij eb; 123 titel
(afk.); 124 bovenste deel: 125 klaar, 126 zijns inziens (afk 128
persoonlijk voornaamwoord; 129 hoofddeksel; 130 en anderen (afk.); 131
tlauw; 133 dat is (afk.); 134 klein; 136 pausennaam; 137 hevige trek; 139
ingedijkt stuk land; 140 deel van een breuk; 143 vochtig; 145 aanwijzend
voornaamwoord; 147 delfplaats: 148 familielid; 149 zangnoot; 151 name
lijk (afk.), 153 koude lekkernij; 155 matrasovertrek: 157 lekkernij; 158
transportonderneming (afk.); 160 leemte; 161 ongeveer (afk.); 163
zangnoot; 165 plaats in Duitsland; 167 zangnoot; 168 zangnoot; 170
vooivoegsel; 171 naaigerei; 172 inhoudsmaat (afk.); 174 europium (afk.);
176 sportartikel; 178 onderofficier (afk.); 180 telwoord. 181 plaats in
AfiiK.a; 182 meisjesnaam; 183 kledingstuk; 185 plant; 187 deel van de
bijbel (afk.); 188 houten gebouw; 190 Indisch gewoonterecht; 192
meisjesnaam; 193 schel; 195 schrijfbehoefte; 197 Nederl. Televisie Stich
ting tafk 199 soort dak; 201 persoonlijk voornaamwoord; 202 spoedig;
z04 lulec.um (afk.); 206 transportmiddel: 208 meisjesnaam; 209 koraalei
land, 210 gezellig; 212 brandbaar koord; 214 deel van Amerika (afk 215
bed*ag; 216 uitgeslapen; 217 oude munt; 218 grandioos; 220 hoeveelheid
papier, 22' vaak (Duits); 222 stukje: 224 vorm van bedrijfsconcentratie;
226 gedroogde halmen; 229 naaigerei; 230 vorm van knellen: 231 Frans
-oegwoord, 234 het Romeinse rijk (lat. afk.); 236 maanstand (afk.); 238
verbinding- 242 plaats in Frankrijk; 247 NV (Fr.); 249 spil; 250
voegwoord.
oor alle christelijke feestdagen rijn er liederen om te worden gezongen. Sommige gijn
kerkelijk geauthorlseerd doordat ze een plaat* hebben gevonden in het rfflciële kerkboek.
Aan de meesten is dit lot niet besehoren, maar verscheidene zijn nochtans blijven leten
doordat ze zijn opgenomen ln de een of andere bundel, zodat ze door scholen en zondags
scholen bekend bleven. Maar de meeste liederen voor de chr. feestdagen hebben betrek
king op het kerstgebeuren. Het ls een schat van liederen, die wij In dezr lijd op alle mo
gelijke manieren kunnen horen en die In Ingeblikte vorm via de grammofoonplaat weer
voor de dag komen. Vroeger werden ze gezongen in de hulsgezinnen en de toen bestaande
zangverenigingen stimuleerden dit. I)eze zang was dan misschien niet zo volmaakt, maar
altijd Is beter datgene wat we zelf doen dan wat voor ons wordt gedaan en wanneer we
alleen maar passief luisteren, ook al Is het dan van een .Maastrichter Staar, of weet Ik
van welk beroemd koor. afkomstig.
Wanneer we die kerstliederen nagaan zijn
er vele bij die reeds een geschiedenis van
eeuwen achter zich hebben en tijden lang
van het ene geslacht op het andere zijn
overgeleverd. Wanneer ge de kerstliederen
in de gezangenbundel van de hervormde
kerk nagaat, kunt ge zien dat één op de
zes een lied is van middeleeuwse oor
sprong Daaronder ook het tot nu toe niet
overtroifen kerstgezang- komt, verwondert
u hier. mensen, ziet. hoe dat u God be
mint. In andere liederenbundels vinden we
ook een heieboel kerstliederen die in de
middeleeuwen hun ontstaan hebben gevon
den en menigeen van deze is uit de schaf
van vijf en meer eeuwen geleden weer
naar voren gehaald. Er gaat een bepaalde
bekoring uit van deze middeleeuwse liede
ren, die ln zeer veel gevallen tot de echte
volkspoësie moeten worden gerekend.
Slechts heel zelden is ons de naam van
een dichter bekend Meestal moet er wor
den volstaan met de aanduiding van de
eeuw waarin zulk een lied is ontstaan,
terwijl de deskundigen de mogelijkheid
open houden dat het nog veel ouder kan
zijn. want wanneer zij een kerstlied door
de loop van de eeuwen nagaan, blijken er
vele varianten te zijn. Telkens weer is
men aan het moderniseren gegaan, waar
door het lied niet altijd verbeterd is. De
middeleeuwse gezangen in de bundels van
de kerken zijn dan ook meestal niet de
oorspronkelijke, althans niet de oudste
die uit een .devoot ende profitelyck boec-
ken' of uit een Hofken der geestelycker
Liedekens' bekend zijn. Er gaat echter
altijd weer een bekoring uit van die oude
liederen, die ons treffen door hun zachte,
innige, kinderlijke eenvoud en het kerstge
beuren weergeven door een voorstelling
die niet aan Palestina ontleend is. maar
aan de onmiddellijke omgeving waarin ze
zijn ontstaan. Evenals Pieter Bruegel zijn
volkstelling in Bethlehem schildert in het
midwintergebeuren van het Vlaamse land
(zelfs een kerk ontbreekt er niet) zo zien
we het ook getekend in de middeleeuwse
kerstliederen.
Zo moet het ook zijn wanneer wij het
kerstfeest vieren. Het moet geen gebeuren
wezen van vroegere tijden en verweg.
maar dichtbij en geplaatst middenin de
eigen tijd. Van een grot wist men in deze
liedekens nog niet. wel van de stal als een
houten schuur, vol reten, met riet gedekt
of een vervallen huysken zonder deuren.
Gewoonlijk zijn die oude kerstliederen be
schrijvend. Ze vertellen ons wat er ge
schied is. Ze zijn niet gekunsteld, wat
altijd een kenmerk is van de volkspoëzie.
Wat hun een bekoring verleent, tot in onze
dagen toe. ls de eenvoud van uitdrukking,
de innigheid waarmee de dichter met zijn
verhaal meeleeft en de wijze van uitbeel
ding. Hij laat ons alleen maar iets zien.
Ook kenmerkend voor vele van deze liede
ren is dat ze een refrein hebben, of
althans enkele regels die na ieder couplet
worden herhaald. Zo eindigt het: Nu zijt
wellekome in het: kurieleis, wat er in de
hervormde bundel in vertaling staat: ont
ferm u Heer, welke vertaling weer niet
past bij de melodie. Het gezang: Komt
allen tesamen, wordt besloten met de drie
maal herhaalde opwekking: Komt laten
wij aanbidden die Koning. Waarschijnlijk
zijn alleen deze refreinen door alle aanwe
zigen gezongen. Maar hoe verhalend en
eenvoudig die middeleeuwse kerstliederen
ook mogen zijn. er zit altijd iets in van
datgene wat het kerstfeest ons verkondi
gen wil. Het: Komt, verwondert u hier,
mensen ls weer het klassieke voorbeeld.
Om een ander, minder bekend kerstlied
aan te halen:
Ons is een Kind gheboren.
Een sone ghepresenteert
Hy wil die helle gaen storen.
Als mensche ghefigureert.
Hi wil cms alle ghemeyne
Verlossen wter pine
Met sinen bloede alleyne.
Wie deze middeleeuwse geestelijke liede
ren wil verstaan doet er goed aan zich
eerst eens verdiepen in de Herfsttij der
Middeleeuwen' van prof. J. Huizinga. Hij
laat ons zien dat beelden en symbolen die
worden gebruikt en die ons nu wat over
dreven en zelfs onnatuurlijk voorkomen,
passen in de felheid die het middeleeuwse
leven kenmerkte. Als bloeitijd van het
geestelijk lied wordt gerekend de 15e
eeuw. Deze is voor onze landen de tijd
geweest van twee godsdienstige bewegin
gen, die beide, leder op eigen wUs, een
diepe invloed hebben uitgeoefend. We den
ken hier aan de Broederschap des Gemee-
nen Levens en alles wat daarmee samen
hing en aan de observantiebeweging bU de
Franciscanen, waarvan Johannes Brugman,
die een paar Jaar gardlaan (overste) ls
geweest van het observantenklooster te
Sluis, de motor was. Deze Brugman is niet
alleen als volksredenaar bekend gebleven
(praten als Brugman), maar ook als dich
ter van geestelijke liederen, waarvan er
tot op heden worden gezongen. Ook buiten
de kloosters heeft zich toen een godsdien
stige geesidrif* geopenbaard welke zich in
liederen uitte. Eveneens en dat maakte
deze tijd nog meer bewogen stond het
er economisch niet zo goed voor. Het was
een tijd van burgertwisten en oorlogen. De
oude maatschappelijke verhoudingen wan
kelden. De rol die het geld ging speler,
wordt steeds groter en tegelijker tijd
wordt de wereld slechter en onbetrouw
baarder Werkloosheid is er overal, met
het gevolg dat er steeds meerderen aan
het zwerven raken. In het geestelijke lied
en vooral in het kerstlied komt dit tot
uiting. Jozef en Maria worden de armsten
van de armen, hoewel dit niet zo kan
geweest zijn. daar immers Jozef grondbe
zit had in Bethlehem en daarom zich
moest laten inschrijven. Voorts zijn zij
zwervers over Gods aardbodem, voor wie
in de koude nacht zelfs ge>en herberg open
stond. Er is uit deze tijd een merkwaardig
zinnebeeldig lied bewaard, waarin Jezus en
Maria worden voorgesteld als de goede
waard en waardin, die geen gasten bedrie
gen en geen zwerveling de deur wijzen.
Ons moge zulk een beeldspraak twijfelach
tig schijnen, in het raam van de tijd van
ontstaan was het dit niet Het geestelijk
lied is geweest de neerslag van wat er
leefde onder het volk, ook onder de armen
van geest.
Dese boose werelt
En is anders niet
Dan loos. guaet ende vals.
Onghestadich als dat riet.
Dat voer alle winden helt:
So wie der werelt volgen wil.
Syn herte blyft onghestelt.
Dit is de wereld waarin Christus geboren
is en wanneer in felle kleuren het armoe
dige bestaan van Jozef en Maria met hun
kindeke wordt getekend en de onbarmhar
tige koude van de kerstnacht, ls dit een
weerspiegeling van het leven van seer
velen die moesten leven in de onbarmhar
tige tijd van de middeleeuwen. Het kerst
evangelie wordt nu in deze liederen midden
in die tijd geplaatst en daaraan sullen,
sommigen althans, met innige eenvoud
zich hebben opgetrokken, terwijl anderen
tot barmhartigheid bewogen werden. Jezus
heeft verkoren bij armen en zwervers te
zijn. bij hen, die van de ene dag op da
andere moesten leven zonder een vast
bestaan. Is de wereld sindsdien zoveel
veranderd? We moeten echter wel zien in
een groter verband. Armen hongerigen,
zwervers zijn er nog genoeg; bij mill!oe
nen zelfs. Het kerstevangelie wil ook nu
nog naar hen heenwijzen, eerder dan naar
de feestmalen die wij in een welvaarts
staat aanrichten om aan deze dagen nog
iets bijzonders te maken. We willen eindi
gen met een paar strophen uit één van de
alleroudste ons bekende kerstliederen.
Die soete Jesus lach int hoy.
Ootmoedelyc. voer twee stomme beesten:
Al was tlogijs niet alte moy.
Sochtans hielt hi doer sijn feeste
Met haer, die aider ootmoedichste van
gheeste
Sijn moeder, dat suyver maechdekijn.
Dies zinghen wij nu, die minste er. oock
die meeste:
Gebenedijt moeten si beyde sijn.
Als Jesus lach int open hups,
Ende beefde met sijn leden cout,
Maria aensach dat groot abuys:
Si dancte hem seer menichfout.
Dat hi die vaders, jonc ende out.
Verlossen zoude wter hellen pijn.
Des singhen wij nu. die minste en oock
die meeste:
Ghebenedijt moeten si beyde sijn.
Marie vraagt dan in dit lied aan Jozef een
papken te maken en Jozef moet antwoor
den ,Ey lacy, hier en is melck noch
broot'. Het lied eindigt dan. en daarin
vinden we de directe betrokkenheid van de
dichteres (en later ook van de zangers)
bij dit kerstgebeuren:
Si die dit liedeken heeft ghedicht.
Was zeer bedruct van sinnen.
Eylaes. sy en was niet wel verlicht
In goddeliker minnen.
Mer si droech doleur int herte binnen
Ende daer toe menich swaer ghepijn.
Moer si sanghet om troost te ghewinnen.
Ghebenedijt moeten si beyde sijn.
Je kunt van het kerstfeest
veel kwade dingen zeggen:
je kunt schelden op de val
se romantiek en de senti
mentaliteit die rond dit
feest hangen, en die deze
dagen onverteerbaar ma
ken: je kunt het knusse,
het burgerlijke, het gezapi
ge hekelen, en zeggen dat
het meer een vreetfeest
dan een vredefeest is: je
kunt je in een duidelijk
protest aan de hele zaak-
onttrekken: maar als je
dan dit alles hebt gedaan,
dan kun je je misschien
ook nog eens een keer af
vragen: waarom moeten
we nu juist met Kerstmis
zo gebeten zijn op valsi
romantiek en sentimentali
teit. op knusheid en geza
pigheid. waarom schrijnt
onze overvloed in het zicht
van een anders armoede
juist met Kerstmis zo erg
Is dat misschien omaaf we
er, bi) alle protest, toch
iets in zien, in dat kerst-
feesf Scheld ik misschien
zo hard juist omdat ik er
zoveel van vericacht
Misschien. Maar: wat zou
dat dan moeten zijn. wal
verwachten we van Kerst
mis. wat zien we er in?
Zou het dit kunnen zijn.
met Kerstmis zouden wij
allemaal zo verschrikken ik
graag iets zien doorbreken
van de eenvoud en echt
heid. de gewoonheid, de
simpelheid, die het bijbelse
kerstverhaal dragen. Het
gaat daar om een timmer
man met een vrouw en eer.
kindje, waar hij nog niet
eens een behoorlijk huis
voor heeft: om wat her
ders die buiten de keurige
maatschappij leven; en
die mensen spelen de
hoofdrol, hun eenvoud en
gewoonheid worden ten
troon geheven En dat zou
den wij eigenlijk in ome
beste ogenblikken ook wel
willen, dat eenvoud en ge
woonheid en echtheid op
de troon zaten, dat een
voud en echtheid in ome
maatschappij de hoofdrol
speelden in plaats van pres
tatie en succes.
Misschien is het inderdaad
dit wat we haast tegen
beter weten in verwach
ten van Kerstmis, allemaal,
en zij die het kerstfeest vie
ren op traditionele wijze, en
zij die daartegen proteste
ren.
Als dat zo is. dan zouden
we hierop elkaar kamen
vinden, op ons gezamelijk
verlangen naar eenvoud en
echtheid.
A Blommerde
Middelburg,