BEDRIJFSOPVOLGING VROEGTIJDIG ONDER OGEN ZIEN zeeuwse courant Pachtovereenkomst voor een Hoeve. provinciale 15 DONDERDAG 29 OKTOBER 1970 Bedrijfsovername is geen eenvoudige zaak omdat reeds in een zeer vroeg stadium begonnen dient te worden. Eenmaal ge maakte fouten zijn moeilijk meer te herstellen. En het levens geluk van een mens kan ermee gemoeid zijn, dat ervaren wij vaak. Dat het moeilijk is de ontwikkelingen, die aan de gang zijn, te zien en te erkennen is ons bekend. Zeker geldt dit voor de zelfstandige ondernemer, omdat in deze tijd zijn bestaan ermee gemoeid is. Voorlichting vragen over deze moeilijke materie en daarna uw eigen conclusie trekken is van zeer groot belang. De voorlichters, werkzaam bij de organisaties, de boekhoudbureaus en de notarissen zijn hiertoe ten alle tijde bereid. Dat is de conclusie van de heer J. Markusse, economisch- sociaal voorlichter van de Zeeuwse Landbouw Maatschappij te Goes, die op ons verzoek in onderstaand artikel zijn visie geeft op de veelvuldig opduikende problemen rond de be drijfsopvolging in de landbouw. De land- en tuinbouwsector en dus de in dividuele agrarische bedrijven worden geconfronteerd met zeer grote structu rele ontwikkelingen. Deze ontwikkeling is er één van schaal vergroting, dus een groei naar grotere eenheden. De oorzaken hiervan zijn gelegen In: een snelle technische vooruitgang op het jebied van mechanisatie, motorisatie en automa tisering: een steeds duurder worden van de produktie- factor arbeid; een aanmerkelijke stijging van de grondprij zen in vergelijking met tien jaar geleden; een sterk gestegen rentevoet. Er zijn ook nog andere omstandigheden die omdat ze de structurele problemen vaak verster- kern mede van belangrijke invloed zijn op de problemen in de agrarische sector: een markt- en prijsbeleid waarin geen of zeer weinig ruimte wordt gegeven voor een stijging van de prijzen van de land- en tuinbouwproduk- ten; een toename van de uitgaven in de gezins sfeer van elke burger, dus ook in de gezinnen van de boeren en tuinders; een voortdurende stijging van de sociale voorzieningen waar dc zelfstandige ondernemer zelf zorg voor dient te dragen; een kapitaalviucht uit de land- en tuinbouw, omdat er op de levensvatbare bedrijven plaats is voor ten hoogste één opvolger. De andere kinderen onttrekken hun deel van het vermogen dat door de ouders is vastgelegd in grond of gebouwen aan het bedrijf bij overlijden van de ouders. Wie al deze omstandigheden nog eens op een rijtje voor zich ziet zal het niet verwonderen, dat er een toenemend aantal moet ophou den. HOE IS DE HUIDIGE SITUATIE OP HET DOORSNEE LANDBOUWBEDRIJF? Op verschillende zelfstandige land- en tuinbouw bedrijven is de rentabiliteit nu al zodanig, dat er voor privé uitgaven en besparingen te weinig overblijft. In iedere onderneming zijn deze be sparingen en/of reserveringen een noodzaak, om dat anders de groei naar grotere eenheden en vervanging van arbeid door kapitaal (machines) met kan worden bijgehouden. De vermogensbehoefte is aanzienlijk toegenomen en dit zal nog steeds verder gaan. immers de investering per arbeidskracht neemt nog toe in grond, gebouwen, machines, werktuigen en vee; op het merendeel van de bedrijven wordt en zal in toenemende mate het aantrekken van vreemd vermogen (dat wil zeggen een beroep doen op het aantrekken van kredieten) noodzakelijk zijn. Hieruit vloeit weer voort, dat de verplichtingen voor rente en aflossing steeds hoger wor den. In het bijzonder bij en vóór de bedrijfso- verdracht komen al de genoemde ontwikkelingen en problemen levensgroot en in alle consequen ties op de jonge boer af. Zit er voldoende toekomst in het bedrijf? Hoe moet ik het kapitaal op tafel brengen? En wat zijn de lasten? In een gezinsbedrijf als landbouw vragen die gezamenlijk in het gezin onder ogen gezien moeten worden. IN DE AGRARISCHE GEZINNEN ZAL AAN DE BEDRIJFSOVERNAME REEDS IN EEN VROEGTIJDIG STADIUM AANDACHT MOETEN WORDEN GESCHONKEN. Reeds vóór het verlaten van de lagere school zal men samen met de onderwijzer, een beroepskeu zebureau en het kind moeten bekijken welke opleiding de beste is. Een kind zal van een goede vooropleiding al tij a de vruchten plukken in zijn latere leven. Ook indien hij zelfstandig land- of tuinbouwer wordt. Het kiezen van een zo breed mogelijke basisop leiding is noodzakelijk opdat men in het latere leven nog verschillende kanten op kan. De ont wikkelingen vereisen dit nu eenmaal. Wij komen nu reeds in te veel gezinnen waar men zegt; .Had ik het geweten, dan hadden we een andere schoolkeuze voor hem gedaan.' In een vroegtijdig stadium zullen de ouders onder ogen moeten durven zien of ook in de toekomst het bedrijf rendabel te achten zal zijn. Tevens is het noodzakelijk te bezien of er ook voor de opvolger voldoende eigen vermogen aanwezig is om een voldoende rendabel bedrijf op te zetten. Indien dan de beslissing is genomen dat de zoon op zal volgen op het bedrijf, is het van enorme betekenis dat hij voor zijn werk beloond wordt. En dan niet zoals vroeger wel voorkwarft en nu ook nog wel voorkomt dat hij het alleen moet doen voor zakgeld en kost en inwoning. Van enige kapitaalsvorming voor een latere overname is dan immers geen sprake! Indien men de zoon alleen zakgeld geeft, leert men het bedrijf niet kennen. Op het oog kunnen de inkomsten voldoende hoog zijn, doch in werke lijkheid niet. De waarheid komt dan pas naar voren indien de zoon bijvoorbeeld gaat trouwen. Dan immers blijkt dat in sommige gevallen voor 2 gezinnen geen voldoende inkomen over blijft. Als uitgangspunt van de beloning van de mee werkende zoon of dochter zal ten minste het geldende cao-loon dienen te worden genomen (met aftrek van kost en inwoning). Iedere ouder wil zijn kind op financieel gelijke wijze behandelen. Indien voor studerende kinde ren door de ouders hoge studiekosten betaald zijn, is het juist dat deze verrekend worden. Hiertoe zijn verschillende mogelijkheden. Door studenten wordt tegen deze zienswijze wel gea geerd. Het volgende voorbeeld mag echter ver duidelijken dat dit niet terecht is. Zoon A leent op 21-jarige leeftijd van zijn ouders een bedrag van 50.000 om een zaak te beginnen. Hij zal hiervoor rente en aflossing moeten betalen. Zoon B mag een universitaire opleiding volgen, kosten: 40.000. Hij heeft er bezwaar tegen dat 'deze lening terugbetaald moet worden of met de boedel verrekend dient te worden. Wij menen dat zoon B de situatie dan verkeerd beoor deelt. Wel is het bij de verrekening billijk dat met de fiscale voordelen voor de ouders van kinderbij slag en aftrek rekening wordt gehouden. Het is begrijpelijk dat de bedrijfsopvolging op een zakelijke basis geregeld dient te worden. En dat deze regelingen zwart op wit dienen te worden gezet. De uitdrukking: .slecht weer is goed weer om een erfenis te delen' past niet meer in deze tijd. Het is onjuist om alles maar op zijn beloop te laten tot het figuurlijk gespro ken slecht weer is. Iemand die het bedrijf overneemt zal van tevo ren dienen te weten waar hij aan toe is. Vader en moeder zullen dan ook vaak de beslissing moeten nemen hoe zij de voortzetting gereali seerd willen zien. Een openheid hieromtrent met de andere kinderen is zonder meer noodzakelijk. Een vuistregel voor deze bedrijfsovername is in beginsel niet te geven, omdat de omstandighe den van bedrijf tot bedrijf erg verschillend zijn. DE VORMEN VOOR BEDRIJFSOVERNAME, DIE VAAK TOEGEPAST WORDEN, ZIJN: a. De maatschap. ook wel genoemd de geleidelijke bedrijfsover- dracht. De zoon wordt dan voor de helft mede-eigenaar van het bedrijf, dus van de grond en gebouwen en de werktuigen en het vee. Hij wordt een bepaald bedrag schuldig aan de vader, waarover hij rente betaalt. De winst wordt in een bepaal de verhouding gedeeld. In het maatschapscon tract wordt een clausule opgenomen, dat de zoon dan later de andere helft van het bedrijf over kan nemen voor een prijs vast te stellen door 3 deskundigen, een zogenaamde oveme- mings- of verblijvingsbeding. Deze maatschap zal alleen toegepast kunnen worden als het bedrijf een voldoende inkomen voor minimaal 2 gezin nen op kan leveren. En dat is op veel bedrijven een groot en toenemend probleem. b. De verkoop bij leven. De ouders verkopen dan het bedrijf aan nun kind en de opvolging is verzekerd. Men zal echter uitdrukkelijk moeten bezien of de zoon de rentelasten en de aflossingsverplichtingen op kan brengen, met andere woorden of er een voldoende verteerbaar inkomen overblijft. In ve le gevallen bestaat deze mogelijkheid niet, zeker niet bij de zeer hoge rentestand van nu. Op aandrang van de standsorganisaties is bij over dracht van vader op zoon van het gehele bedrijf in de meeste gevallen het registratierecht van 5 procent vervallen. Dit heeft een aanzienlijke verlichting met zich mee gebracht. p. Verpachten met langjarige termijn. Ook komt het; voor dat de ouders het bednjf aan hun zoon verpachten met een zogenaamde langjarige termijn, soms voor 24 jaar of langer. Voor de bedrijfsopvolger is dit een gunstige regeling. Hij dient namelijk de grond niet te financieren. Voor de ouders kan dat in sommige "evallen wanneer men enkel en alleen van de pachtopbrengst moet leven resulteren in een te laag inkomen. Ook dit toont al aan dat deze oplossing een uitzondering is. De oudedagsvoorziening voor de zelfstandige is immers een zorgelijke zaak. Bo vendien zal de opvolger er rekening mee moeten houden, dat - na het overlijden van de ouders zijn broers en zusters hun erfdeel op zullen eisen. Wanneer zij genoegen nemen met grond en dit als beleggingsobject zien. wat in de praktijk weinig voorkomt, ontstaan er geen moeilijkheden. Wanneer zijn broers en zusters echter geld willen, en dit schijnt regel te wor den, zal het bedrijf verkocht dienen te worden of zal een belegger gezocht dienen te wor den. In sommige families bestaat wel eens onenigheid over de boedelverdeling: het bedrijf wordt dan verkocht volgens rechtelijk bevel. Het pacht- recht blijft gehandhaafd, doch de pachter heeft geen voorkeursrecht van koop. Om dit te voor komen bestaat de mogelijkheid in het pachtcon- tract een clausule te laten opnemen dat de zoon het voorkeursrecht wordt gegeven van koop tegen de waarde vast te stellen door 3 deskundi gen. d. Verkoop aan belegger. Indien één van de hierbovengenoemde wijzen van overdracht niet te realiseren is, dan blijft er nog een mogelijkheid over en wel een belegger te zoeken, die bereid is de grond te kopen en deze te verpachten aan de zoon-opvolger. In de meeste gevallen wordt hierbij een langjarig pachtcontract bedongen. Helaas moeten wij con stateren dat het aantal beleggers aan het afne men is, zodat men tot de gelukkigen gaat beho ren, indien men een dergelijke persoon of instel ling nog vindt. In de praktijk constateren wij dat steeds meer beleggers hun grond af gaan stoten, waardoor de pachter verplicht is zijn grond te kopen. Indien men met een belegger in zee gaat is het van enorme betekenis hiervoor een bonafide persoon of instelling te zoeken. Ook zal men een bedrijf, dat nu of in de naaste toekomst niet levensvatbaar is, beter niet aan een belegger over kunnen doen. Immers de prijs die wordt betaald is lager dan die van vrije grond. Indien men het na enige jaren toch niet kan bolwerken op een dergelijk bedrijf en men dan gedwongen is het bedrijf te staken, gaat de belegger er met een flinke winst vandoor die men dan beter zelf had kunnen realiseren. Wat ons in de praktijk vaak opvalt is, dat de andere kinderen weinig bezwaar hebben tegen verkoop aan een belegger voor de verkeerswaar- de van verpachte grond, doch indien dit voor dezelfde prijs aan een zoon bedrijfsopvolger wordt verkocht, men dit soms een te lage prijs vindt. Een naar mijn mening inconsequente rede nering. e. Testament. Ook bestaat de mogelijkheid de onroerende goederen aan de zoon bedrijfsopvolger te legate ren. De erfgenamen kunnen bij een dergelijke testamentaire beschikking hun erfdeel in grond opeisen. Dit kan voor de opvolger aanleiding tot moeilijkheden geven. Tevens is het mogelijk een testament regelmatig te veranderen. WELKE WAARDE BIJ OVERDRACHT GROND. Bij de eigendomsoverdracht is het belangrijk welke grondwaarde als uitgangspunt wordt geno men. Indien de grond overgenomen moet wor den voor de marktwaarde en men zit in een gebied waar veel onteigeningen plaatsvinden, zal deze vaak zeer hoog zijn. Het is onmogelijk dat de jonge boer deze prijs kan betalen, omdat er dan geen verteerbaar inkomen overblijft. Een andere waarde is die van de agrarische gebruikswaarde. Dit is de waarde afgestemd op een bepaald rendement van de land- en tuin bouw, afhankelijk van de kwaliteit van de grond. Deze gebruikswaarde zou het meest reëel zijn voor de boer en zou afgestemd dienen te wor den op het gemiddeld te behalen rendement. De waarde waar in de praktijk het meest mee gewerkt wordt, is de verkeerswaarde van ver pachte grond. Het is van groot belang zwart op wit te zetten voor welke waarde men het bedrijf over wil doen. Vergeet men dit, dan zal het twistpunt over .welke waarde hebben de ouders nu bedoeld' groot kunnen zijn. Bij de overname van een pachtbedrijf zijn de problemen gemiddeld genomen aanmerkelijk ge ringer, omdat de eigenaar verpachter voorziet in een groot deel van de vermogensbehoefte en de pachter ook wat de pachtsom betreft door de pachtwet wordt beschermd. WELKE MAATREGELEN Een goed geregelde bedrijfsopvolging is van groot belang voor de toekomst van de zoon die boer wil worden. Te vaak laat men het pro bleem op zijn beloop. Er zijn zoals hierboven weergegeven diverse systemen van overdracht waaruit een keuze moet worden gedaan, die aansluit bij de eigen situatie. Het juiste systeem geeft vaak een verlichting van de moeilijkheden. Het grootste probleem voor de eigenaar-gebrui ker, de grote hoeveelheid kapitaal met name voor grond en de kosten hiervan in verhouding tot de rentabiliteit, is een nog steeds onopgelos te zaak. Het gaat er immers bij iedere ondernemer, dus ook de boer en tuinder om, dat hij een voldoen de verteerbaar inkomen overhoudt. De gedachte van de grondbauk schreeuwt om een praktische uitwerking, waar men niet te lang mee mag wachten. Het gaat er oin dc hoge grondlasten voor de boer te verlichten. ,Gcen woorden maar nu spoedig daden', daar wacht de praktijk op. Ook ligt hier een taak voor de wetgevende macht. De gedachte van professor Polak om via een zogenaamde boerenerfpacht de op het be- irijf werkzame zoon, die het bedrijf overneemt, meer te beschermen dan nu het geval is dient eveneens nader uitgewerkt te worden. De klok staat, wat deze maatregelen betreft, op 5 voor Iwaalf en de tijd gaat snel. J. MARKUSSE. Goede school als basis voor brede opleiding. De ondergetekende. wonende hierna tc noemen „de verpachter". verklaart te hebben verpacht aan de mede-ond wonende hierna te noemen „de pachter", die verklaart in pacht aan te nemen: EEN HOFSTEDE, bestaande uit; Gebouwen en erf lm cu Akkerbouwland - ha a ca Grasland ha a ca Boomgaard ha a ca ha a ca ha a ca Water, Moeras, Schorren ha a ca Tezamen groot ha a ca gelegen te kadastraal bekend gemeente Sectie nummers Pachtcontract, belangrijk document tn boerenbedrijf.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1970 | | pagina 41