Ié 1 i ALBANIË OP DE WEG VAN DE DE-ISOLATIE DE WEG IS EN PROBLEMEN ZIJN GROOT VOORNAMELIJK ,MADE IN CHINA' ZATERDAG 17 OKTOBER 1970 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 15 i li 1 t - LJ.. 4* leuzen, leuzen, niets dan leuzen. Het Albanese landschap krioelt ervan. Hodzja's roem staat in 20 meterhoge puntgave letters op bergioanden gegrift, ook de onverbrekelijke vriendschap met China wordt in alle toonaarden be zongen, maar de meeste parolen dringen er bij de bevolking op aan. zich ge zamenlijk te blijven inspannen voor een verdere uitbouw van een socialistisch Albanië. Zoals hier in het pittoreske Zuidalbanese stadje Gjirokaster. (Van onze speciale verslaggever) TIRANA (GPD) Er bestaan gegronde redenen om aan te ne men dat de kleinste communistische Balkanstaat Albanië zijn jarenlang met grote hardnekkigheid volgehouden afzondering- politiek voor een belangrijk gedeelte laat varen en de weg van de de-isolatie is opgegaan. De ontwikkelingen van de laatste maanden wijzen zeer duidelijk in deze richting. Opvallend in het nieuwe proces van Tirana's heroriëntatie, die overigens politiek en niet ideologisch gewaardeerd moet worden, is de Albanese bereidheid klaarblijkelijk met zoveel mogelijk landen uit de ka pitalistische wereld vaste contacten te leggen, zowel diplomatiek als cultureel en op economisch gebied. Dit Albanese streven werd trouwens vorig jaar al merkbaar. Niemand minder dan partijchef Enver Hodzja gaf er toen een verklaring voor. Hij deed dit in een rede ter gelegenheid van de 25ste verjaardag van Albanië's bevrijding. Hodzja zei destijds: ,Het Albanese volk, de partij en de regering maken met inachtneming van de revo lutionaire principes, belangrijke vorderingen op het vlak van de internationale betrekkingen'. Sindsdien zijn in een opvallend snel tempo tussen Albanië en meerdere Europese landen diplomatieke con tacten gelegd. Na Italië, Frankrijk en Oostenrijk, drie landen waarmee Tirana al geruime tijd betrekkingen onderhoudt, volgden Turkije, Fin land, Zweden en Denemarken. Op initiatief van de Albanezen worden thans afsluitende onderhandelingen gevoerd met Noorwegen en Zwitser land en zijn eveneens gesprekken ever diplomatieke erkenning aan de gang met Nederland en Bel gië. Parallel met het op het westen ge richte offensief lopen Albanese po gingen met .aartsvijand' Zuid-Slavië en het andere buurland Griekenland tot een betere verstandhouding te komen. De reden van Tirana's streven naar ontgrendeling en de gelijktijdig aan getoonde bereidheid tot coöperatie is tweeërlei. Ten eerste zullen de Albanezen als het om hun economie gaat niet blijvend afhankelijk willen zijn van China (het Chinese aandeel in de Albanese buitenlandse handel beloopt 65 tot 70 procent van het totaal) en daarom trachten zij meer vaste voet te krijgen in westelijke landen. Ten tweede is er de vrees voor de Sowjet-Unie, weshalve de Albanese pogingen om de betrekkin gen met de buren, in het bijzonder de Zuidslaven te verbeteren. Het tot dusver duidelijkste bewijs voor de Albanese intenties naar ont manning en samenwerking met de aangrenzende Balkanlanden leverden het partijblad .Zeri i Popullit' (Stem des volks) en het orgaan van het democratisch front, .Bashkimi' (Eenheid), dat eveneens in Tirana wordt uitgegeven. In een artikel ter gelegenheid van de 312ste verjaar dag van de Italiaanse inval in Alba nië medio april van dit jaar pleitte .Zeri i Popullit' zeer openlijk voor een normalisering van de be trekkingen tussen de drie landen in de westelijke Balkan. Het Albanese partijorgaan schreef in dit verband dat het nu, in het zicht van een bedreiging uit de Sowjet-Unie, in al ler belang zou zijn samen te wer ken, Eerder in het voorjaar had .Bashki mi', dat doorgaans een nog veel fellere toon aanslaat dan ,Zeri i Popullit', zich buitengewoon vriende lijk jegens de Grieken uitgelaten. Het blad deed dit naar aanleiding van de afsluiting van een handels verdrag tussen Athene en Tirana. .Bashkimi' noemde de overeenkomst een logische en zeer verstandige daad. Twee maanden na de opzienbarende publikatie in het partijorgaan ,Zeri i Popullit' eind mei reisde de Albanese partijchef Enver Hodzja met groot gevolg naar de Noordal- banese Alpen. In het grensplaatsje Bajram Curri, op een steenworp van het autonome, Zuidslavische gewest Kossovo, waar een Albanese minder heidsbevolking van 800.000 zielen woont, sprak Hodzja .historische' woorden, die volkomen tegengesteld waren aan de teneur van verhalen die aangaande de ontwikkelingen in Kossovo jarenlang in de Albanese radio-uitzendingen konden worden beluisterd of in de pers werden op gediend, In Hodzja's rede was niets meer van .discriminatie en achterstelling' te bespeuren, hij sprak met geen woord meer over de .minderwaardi ge behandeling die de Albanezen zich in Zuid-Slavië moesten laten welgevallen'. Hodzja prees de ont wikkelingen in het aangrenzende Kossovo. Hoewel het woord .Sowjet- Unie' niet in zijn rede voorkwam en Hodzja niet verheelde dat er tussen Albanië en Zuid-Slavië een diep en onverzoenlijk ideologisch conflict be staat, wees zijn betoog duidelijk in de richting van de noodzaak tot. (politieke) samenwerking. Het antwoord is nu aan de andere partij. Kansen op een resultaat zijn aanwezig, temeer daar de Zuidslavi sche pers en meerdere invloedrijke politici in Belgrado de Albanese ini tiatieven zeer positief hebben ge waardeerd. Mogelijke voorlopers van een akkoord zijn wellicht de reeds zichtbare vormen van samen werking tussen Tirana en Belgrado op industrieel, economisch en cultu reel niveau. Het is in dit verband van belang te weten dat de geregel de Zuidslavische bitumen-transpor- ten van de Centraal-Albanese stad Elbasan van Bitola in Zuidslavisch Macedonië, de aanwezigheid van Zuidslavische technici in Tirana, als mede de uitwisseling van periodie ken en films pas van korte datum zijn. Dit kan dus inderdaad allemaal wijzen op .dooiweer'. (Van onze speciale verslaggever) Wie de dagelijkse uitzendingen van radio Tirana beluistert, of zijn informatie over de kleine rebel op de Balkan uit de twee in het buitenland verschijnende Albanese periodieken put, loopt zeker kans te worden misleid. Het sterk poli tiek geaccentueerde vierkleurentijdschrift Shiperia Ere (Nieuw Albanië), dat uitgegeven wordt in de Albanese, Russische, Chinese, Franse, Engelse en Ara bische taal, onderscheidt zich namelijk in geen enkel opzicht van Commerce Exterieur Albanais, een maandblad op fraai glanspapier, als het er om gaat, de industriële opmars, de sociale verworvenheden en de economische bloei van de volksrepubliek breedvoerig uit te meten. Als de nood aan de man is. staat onze jeugd klaar om het vaderland te verdedigen met het geweer in de hand opname uit .Shgiperia e Re' (Nieuw Albaniëvan novermber parade 7 op de Boulevard Helden der Natie in Tirana. Geheel in deze trant zijn ook de pro- paganda-uitzendingen van de midden golfzender Tirana en de 200 kilowatt- sterke Albanese kortegolfzenders, die hun boodschappen' in twaalf talen (onder andere Servokroatisch, Rus sisch, Grieks, Duits, Engels, Frans, Arabisch en Italiaans) de wereld in sturen. Gejubel en gepoch overheersen immer, kritiek jegens zichzelf wordt nooit gehoord. Het is begrijpelijk dat de Albanezen trots zijn op hetgeen zij sinds de herovering van hun land door Enver Hodzja's partisanen- brigades in alle sectoren van het leven heb ben bereikt. Dat is namelijk ook niet zo weinig. Men moet zich echter wel terdege realiseren dat. Albanië aan het begin van de tweede wereldoorlog werkelijk nog op de onderste trede van de onderontwik keling stond. De gemiddelde leeftijd bij voorbeeld lag destijds nog ruimschoots onder de 40 jaar, wat voornamelijk in de hand werd gewerkt door steeds terugkerende mala ria-epidemieën. Die ziekte is inmiddels over wonnen. Ook kunnen de Albanezen thans wat opgewekter in de toekomst kijken want offi ciële statistieken van dit moment onthullen een doorsnee-leeftijd van 69 jaar. Verder bestond er geen leerplicht tegen nu een achtjarige lag het percentage analfabe ten schrikbarend hoog (62 procent) de curve is in dertig jaar tijd gedaald tot 4 procent ,was de armoede onder de feodaal geregeerde bevolking onbeschrijfelijk nu kent de Albanees een relatieve welvaart, die wordt gekendmerkt door een toereikende voedselvoorziening en voldoende woongele genheid stelde de Industrie in die jaren absoluut niets voor thans vormt zij een zeer hechte pijler die 's lands economie en was er ln land- en mijnbouw van deskundige leiding, gedegen aanpak en reële opbrengst ook al geen sprake. Daarin is onder het communistische bewind van partijchef Enver Hodzja eveneens een wending ten goede geko men. MOEILIJKHEDEN De totdusver bereikte resultaten kunnen ech ter niet verhelen dat de machthebbers in Tirana haast onafgebroken met latente moeilijkheden zitten opgescheept, met lastige problemen op binnenlands gebied dus wel te verstaan. Een evident geval van een serieus conflict werd onlangs door de anders zo zwijgzame partijkrant. Zeri i Popullit (Stem des Volks) omstandig uit de doeken gedaan Het blad maakte melding van twee zelf moordgevallen in het Zuidalbanese district Tepelena. Een reconstructie van het verhaal in het partijorgaan bracht aan het licht, dat nieuwe, in 1969 door Enver Hodzja gelanceer de sociale hervormingsplannen met. betrek king tot de gelijkberechtiging van de vrouw en de ontplooiing van de jeugd in het bewus te gebied op enorme weerstand waren ge stuit. De in patriarchale tradities vastgeroeste Skipetaren hadden zo'n massale agigatie ge pleegd tegen de plannen van Tirana, dat de/i- niet van de grond kwamen. Dramatisch was de ontknoping, want twee .jonge en .zeer toegewijde' regionale partij functionarissen. die in hun pogingen om Hodzja's nieuwe sociale ideeën gestalte te geven, stelselmatig tegengewerkt waren, er kenden hun onmacht en sloegen uit louter wanhoop dc hand aan zichzelf. De gevolgen bleven niet uit. Terwijl de dode kameraden niet staatseer ten grave werden gedragen en een officiële hoofdschuldige voor lange tijd achter slot en grendel ging, royeerde de woedende Hodzja zowat het complete partij, bestuur van Tepelena, dat bij de communisti sche bonzen in Tirana reeds te boek had gestaan als een modeldistrict. CULTURELE REVOLUTIE Als men het aspect van de zelfmoord even achterwege laat, vormt het Incident van Tepe lena geen op zichzelf staand geval, maar past het volkomen in het kader van de maatrege- en, die het bewind heeft genomen en in de toekomst ongetwijfeld nog zal treffen, om het tempo van en de kwaliteit in het proces der industriële en agrarische ontwikkeling op te voeren. Dat die totdusver genomen maatregelen in grijpend, in overwegende mate zelfs van tota litaire aard waren, valt niet te ontkennen. Een sprekend voorbeeld was het jaar 1966, toen een begin werd gemaakt met het vierde vijfjarenplan. Binnen het raam van dit plan bond Tirana gedecideerd de strijd aan met de bureaucratie. Ministers, departementen en plaatselijke besturen werden fel gelaakt om hun .onverantwoordelijk gedrag' en .verkeer de mentaliteit'. Het resultaat van deze mas sieve Hodzja-kritiek was dat het administra tieve staatsapparaat totaal werd hervormd (ook ingekrimpt). Zowat op hetzelfde moment keerde Albanese minister-president Mehmet Sjehoe uit Peking terug en barstte de Albanese versie van de grote ideologische en culturele revolutie los. Moskeeën en kerken werden gesloten of ge sloopt. de godsdienstbeoefening was niet. meer toegestaan. Hierbij zij opgemerkt, dat het bewind het '.ooral had gemunt op de conservatieve moslem-ethiek, die als de belang rijkste hindernis op de weg de vooruitgang stond aangemerkt. Verdere maatregelen wa ren de .mobilisat ie' van studenten en ambtena ren. die tijdelijk en in etappes produktief werk moesten gaan verrichten in industrie of landbouw, en een breed opgezette campagne, die inhoudt dat duizenden ongehuwde vrou wen en meisjes ook nu nog van het ene naar het andere landsdeel worden overgehe veld, teneinde daar, voor een bepaalde tijd, frisse ideeën op te doen en nieuwe kennis te vergaren. Ondanks herziene werkmethoden en de lange reeks van .opvoedkundige' maatregelen blij ven de problemen zich aandienen. Dat bleek zeer wel uit het betoog, dat de voorzitter van de staatsplanningscommissie, Abdyl Kellezi, in juni van dit jaar afstak. Kellezi hield een terugblik op 1969, het voorlaatste jaar binnen het vierde vijfjarenplan 1966-1970). Zijn con clusie was dat de proöuktie duidelijk was achtergebleven bij de raming. VIJFJARENPLAN Volgend jaar zal een begin worden gemaakt het het vijfde vijfjarenplan (1971-1975). Grote projecten wachten op hun voltooiing. Hoogte punt uit deze episode zal de dag zijn, waarop het ganse Albanië geëlektrificeerd is. De rege ring in Tirana wil dit belangrijke moment laten samenvallen met de 30e verjaardag van de Albanese communistische partij. Dat is op 8 november 1971. De pijler van dit project is een enorm waterkrachtstation bij Vau i Dejes in het noorden van het land. Hier werken Albanezen onder leiding van Chinese specialis ten aan een .oeuvre' waarvan de jaarproduc tie systematisch zal worden opgevoerd tot 1.800.000.000 kilowatt-uur. China zal ook voor andere projecten in Albanië weer rentevrije kredieten en gespecialiseerde krachten ter beschikking stellen, maar de bewindvoerders in Tirana beseffen natuurlijk zeer goed, dat het land daarmee niet gered is. Integendeel. Hodzja en de staatsplannen zijn ervan overtuigd dat het nieuwe vijfjarenplan ook op een nieuwe manier moet worden benaderd en aangepakt. Uit een rede van chef-ideoloog Hysni Napo op de tiende plenai re vergadering van het Albanese centrale comité in juni van dit jaar bleek, dat men dit onder meer wil bereiken door aan de ene kant. excessief centralisme tegen te gaan, terwijl dan anderzijds op lager niveau autonomie moet worden uitgebreid en initiatieven dienen te worden aangewakkerd. Op dezelfde bijeen komst werden ook richtlijnen uitgezet voor modernere methoden van economische zaak voering, voor nieuwe bestuursvormen en in het algemeen voor een meer deskundige aan pak door een diepere kennis van de economi sche wetten. Waarmee nogmaals aangetoond dat de Alba nezen ook nu nog in him beperkte isolement een lange weg hebben af te leggen, met de steun of zonder de hulp van China. (Van onze speciale verslaggever) TIRANA (GPD) ,Het is zes uur hier is radio Tiranau hoort het nieuws Bij zijn bezoek aan Zuid- oost-Albanië is kameraad-partij chef Enver Hodzja stormachtig verwel komd in KorceOp verscheidene plaatsen in de volksrepubliek zijn gis teravond verkiezingsbijeenkomsten ge houden 622.000 studenten en scho lieren zetten vandaag de eerste schre den in het nieuwe onderwijsjaar' Een kwartier lang klinkt de monotone stem van de nieuwslezer door de ether. Maar Radio-Tirana zwijgt in alle talen over het onderwerp, dat op dat moment centraal staat in het wereldgebeuren: er wordt met geen enkel woord gerept over de grootscheepse kapingsactie van de Palestijnse commando's. Eergisteren was het precies zo. De radar op de miniatuur-luchthaven Rinas, 25 kilometer noordelijk van Tirana, had toen plotseling een witte stip gelokaliseerd. De indringer bleek een Algerijns toestel te zijn, dat boven de Middellandse Zee was gekaapt. Na een tussenlanding op Sardinië had de luchtpiraat de piloot gedwongen koers le zetten naar Albanië, maar blijkens de BBC lustten de autoriteiten op Rinas het .grapje' niet. De Albanezen poeierden de gekaapte machine on der het voorwendsel van .zeer slecht weer' af en dirigeerden het vliegtuig in noordelijke richting. Later landde het toestel in de Zuid slavische kustplaats Dubrovnik. Ook van dit incident heeft de Albanese bevolking geen kennis kunnen nemen. Het nieuws is voorbij, uit de luidspreker komt nu partizanenmuziek. Ondanks het vroe ge uur, wordt er aan het zonnige strand in de baai van Durrës al volop genoten. En wat vijf jaar geleden nog niet zo goed door de beugel kon. is nu een heel gewone zaak: goed gepro portioneerde Skipetaren-dochters .paraderen in bikini langs de kust. Op het rimpelloze water van de Adriatische Zee, ongeveer drie mijl uit de kust, dobbert een onderzeeboot. Het schip is van Russische makelij, maar het: draagt de rode Albanese ster. Twee met zware machinegeweren uitge ruste patrouilleboten vormen het escorte. Het konvooi passeert de haven van Durrës en verwijdert zich in noordelijke richting. Goed geïnformeerde bronnen twijfelen aan het be staan van een werkelijke, modern uitgeruste, Albanese vloot. Tirana zou het nog steeds met de drie onderzeeërs moeten doen, die het in 1961 van de Russen loskreeg. Dat was vlak voordat Hodzja en Kroesjev enorme ruzie met elkaar kregen en de breuk tussen Albanië en de Sowjet-Unie een feit werd. Moskou verloor hierdoor zijn onderzeebootbasis op het Albanese eilandje Saseno. vier zeemijlen buiten de kust van het stadje Valona. Weinig schot zit er in de voorgenomen uit breiding van Durrës' handels- en marinehaven. Al vijf jaar geleden bestonden er uitgewerkte plannen om de haven naar een desbetreffend Russisch ontwerp te moderniseren, maar het is bij een maquette gebleven. Een ter plaatse werkzame Poolse ingenieur verzekert mij, dat binnen de pieren slechts plaats is voor één volwaardig zeeschip. Wat bij Durrës voor anker gaat zijn vrachters uit Finland, Zwe den, Polen, Oost-Duitsland, Griekenland, Italië, ook boten uit jonge Afrikaanse staten, waar mee Albanië naar verhouding vrij intensieve handelsbetrekkingen onderhoudt, en natuur lijk kolossen uit het verre China. Een haven in opkomst is Shengjini, 20 kilo meter oostelijk van de Montenegrijnse grens en onder de rook van de Noordalbanese industriestad Skhodra. Aclït jaar geleden ont ving Tirana een aanbod uit de DDR. De Oostduitsers wilden van Shengjini een vol waardige en moderne haven maken. Wel ver bonden zij er een belangrijke voorwaarde aan: de DDR zou gedurende de eerste tien jaar het volledige gebruiksrecht over de nieu we haven moeten krijgen. Albanië heeft naar men zegt dit aanbod verontwaardigd van de hand gewezen. 10.00 UUR: Zacharias Rama, in het dagelijks leven leraar Duits aan een gymnasium in Tirana en in de zomermaanden tijdelijk als gids in dienst van het. staatsreisbureau Albturist, geeft in het 1- mei-restaurant van Durrës bij Turkse koffie en raki uitleg over lonen en prijzen en wonen. Zijn betoog vormt in grote lijnen de bevestiging van het beeld, dat men zich de laatste tijd in het buitenland over dit Balkan- land heeft opgebouwd: dat wil zeggen Albanië kent een relatieve welvaart, die zich vooral kenmerkt door een toereikende voedselvoor ziening en voldoende woongelegen heid. Er is een wettelijk vastgesteld minimumloon van 40C lek per maand. Slechts één categorie blijft daar nog onder: dat zijn de straatve gers, die maandelijks met 300 lek tevreden moeten zijn. Het, gemiddelde maandloon van boeren, arbeiders en ambtenaren ligt rond 650 lek. De arbeiders zijn in zes categorieën onderverdeeld. De honorering loopt uiteen van 500 lek (voor een ongeschoolde landbouw- arbeider) tot 800 lek (voor pak weg een hoofdopzichter in een koperverwerkenae fa briek) Ter vergelijking, maar onder voorbe houd: maandsalaris van minister 1200 lek plus onkosten, staatssecretaris 1000 lek plus onkosten, kolonel 950 lek, kapitein 800 lek. Als men bij Albanezen informeert naar het □edrag dat een gezin van vier personen (va ler. moeder en twee kinderen) per maand nodig heeft om in de noodzakelijke levensbe hoeften te kunnen voorzien, dan zijn de reacties tamelijk eensluidend. Deze som vari eert volgens hen van 600 to 700 lek en zou dus ongeveer overeenkomen met de gemiddel de maandelijkse verdiensten. Hierbij zij op gemerkt, dat de medische hulp, inclusief tand arts, gratis is, dat de werkende bevolking geen pensioenpremie betaalt maar van staats wege verzekerd is, dat er geen belastingen worden geheven (enige uitzondering is de invoerbelasting) en dat de huishuur in ver houding tot de lonen zeer laag is. Voor twee kamers, een keuken, een doucheruimte en een hal in één van de nieuwe flatgebouwen aan de rand van Tirana verlangt de staat per maand 35 lek. Een duik in de prijzen leert dat .luxe' ver- bruiksartikelen voorzover verkrijgbaar aan de zeer dure kant zijn. De bewering nochtans, dat een televisietoestel (schermbreedte 59 cm) in Albanië 1200 lek kost, is niet met bewijzen te staven, omdat in geen enkele zaak zo'n apparaat verkrijgbaar is. Natuurlijk wordt er gefluisterd dat er wel Oostduitse en Hongaarse toestellen het land binnenkomen (invoerrechten tien procent van de koopsom), maar die zijn zegt men niet zonder wrok bij voorbaat gereserveerd voor familie en vriendjes van partijfunctionarissen. Wanneer men er gemakshalvevan uitgaat dat de Albanezen in hun land voor 1 Nederlandse gulden 3,40 lek uitbetalen dan be draagt het gemiddelde Albanese maandloon in guldens uitgedrukt 191,-. 12.00 UUR: De 3ruga e Deshmoreve' in het hartje van Durrës biedt een uitstekende gelegenheid zich in de prijzenlawine te verdiepen. Ik noteer: reiswekker .made in China' met ,3 jewels' ƒ52,90; klosje wit Chinees naaigaren ƒ0,70; Chinese fiets, merk Zhonggiu, zeer elegant van uitvoering met trommelremmen ƒ270,-; Oostduitse herenschoenen ƒ41,-; Albanese kin derschoenen vanaf 16,-; Chinees herenkos tuum 250.-; flanelstof p. m 5,-; sigaretten, merk Arberia 1,03; Chinese thee, 50 gr 1,50; doosje sardientjes van Albanees fabrikaat 1,20; glas spuitwater in hotel 0.30: flanellen 1-pers. deken 40.-; kilo aardappels (zeer rede lijke kwaliteit) 0,40; kilo uien 0.50: Albane se ansichtkaart .printed in Italy' 0,30... Over een gasleiding beschikt tot dusver alleen de Centraal-Albanese plaats Stalinstad. Elders kookt men elektrisch, op flessen gas of maakt men gebruik van het petroleumstelletje. 14.00 UUR: lk ben op zoek naar de moskee, die vijf jaar geleden zo'n geweldige indruk op me maakte. Maar er moet iets gebeurd zijn, want die gigantische mohammedaanse bidplaats is ge woonweg onvindbaar. Een eenvoudig schoolboekje voor leerlingen van Iv Gym ontrafelt het .mysterie'. Op pagina 9 van dit boekje, .Gjuha-Angleze', dat dit jaar in Tirana is uitgegeven, staat: de volksrepubliek Albanië is het eerste land ter wereld zonder moskeeën bij kerken'. Daaron- ler een in de Engelse taal gestelde uitspraak van de Albanese partijchef Enver Hodzja. die vooral de mohammedanen, maar ook Grieks orthodoxen en katholieken in belangrijke ma te verantwoordelijk stelt voor de stagnatie welke voor, tijdens en na de oorlog in het land gevoeld werd en nog regelmatig optreedt. 16.00 UUR: Onder luid gekakel springen voor hotel Adria- tik 25 Chinezen in het groezelig- warme water van de Adriatische Zee. Zij zijn zegt men ingeschakeld bij de constructie van een machinefabriek in Tirana, dat 42 kilome ter verderop ligt. Het totale aantal Chinezen in Albanië wordt thans op ongeveer 3000 geschat. Het laat zich aanzien dat de materie le hulp uit Peking omvangrijker is. dan in het westen algemeen gedacht wordt. In Berat bijvoorbeeld staat het Mao Tse Toeng-bedrijf. Het is een gigantische textielfa briek met een indrukwekkend arsenaal aan zeer moderne machines, alles .made in China' tussen 1963 en 1968. De fabriek telt een personeelsbestand van 5000. Albanië hoeft er niets voor terug te doen, want- Peking deed 't Hodzja gewoon cadeau. Al eerder waren in het kader van het derde vijfjarenplan (1961- 1965) enkele met Chinese financiële steun (rentevrije kredieten) tot stand gekomen pro jecten in bedrijf genomen. Verder zijn Mao's specialisten op het ogenblik ingeschakeld bij de bouw van een reusachtig waterkrachtstal i- on. Het project aan de Drinrivier, zal uiteindelijk op een jaarproduktie moeten komen dit is althans zo gepland van 1.800.000.000 kw/uur. Ook op militair gebied heeft Albanië Chinese hulp ontvangen. Dat blijkt bijvoor beeld uit foto's die vorig jaar op 29 novem ber van een bevrijdingsparade in Tirana ge maakt werden. In die stoet reden 20 Chinese raketten mee. Opvallend waren toen ook de op moderne jeeps gemonteerde Chinese stalin orgels en Chinese pantserwagens met raket uitrusting. 18.00 UUR: De Albanese experimentele televisie komt in de lucht. Het nieuws, commentaar, een stukje muziek, een toneelspel en een montage van pakkende scènes uit voetbalwedstrijden, die gedurende de laatste vijftien jaar in bekerver- band zijn gespeeld. Het programma duurt drie uur. Tegen negenen gaat Tirana weer uit de lucht. De technische kwaliteit van de uitzendingen doet zeer redelijk aan, maar met de cameraregie is het duidelijk minder ge steld. Dat de Albanezen overigens niet hebben stil gezeten, bewijst de aanwezigheid van een ■elayeerstation op de ruige rotsen van het Daj'ti-massief buiten Tirana. Zij vangen er [taliaanse programma's uit Bari en Joegosla- /ische uit Titograd glashelder mee op. Een jprekend voorbeeld: de wereldkampioenschap pen voetbal in Mexico werden in Albanië pri ma ontvangen. En gratis uiteraard! 21.00 UUR: Jit het ietwat verouderde instrumentarium ïotel Adriatik komen buitenlandse melodieën, .-an het viermansorkestje op het terras van iet zijn zeker niet de nieuwste vondsten op iet terrein van de amusementsmuziek, maar lier, bij volle maan en met. die zilverkleurige \driatische Zee in het blikveld, moet men liet het onderste uit de kan willen heb- Wals, tango en bossa-nova wisselen elkaar in snel tempo af. Zweedse en Oostenrijkse vrouwen doen alsof er in Albanië eigenlijk geen mini-verbod van kracht is en zijn in hun korte rokjes niet meer van de dansvloer weg te slaan. En naarmate de stemming vro lijker wordt en de muziek uitbundiger, stromen uit de richting van het haven stadje Durrës steeds meer mensen na derbij, oude vrouwen, mannen, jonge meisjes en kinderen die al lang in bed hadden moeten liggen. Op eerbiedige afstand blijven zij staan, in het mulle zand van het strand. Wel langer dan een uur. Stilzwijgend turen zij vanuit de duisternis naar die vrolijke kapita listische herrie in dat licht. Dit tafereel zal zich elke avond herhalen. Het is de blijvende confrontatie van twee totaal verschillende werelden

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1970 | | pagina 15