UNIEK NATUURGEBIED VAU
NIET TE METEN NAAR
ECONOMISCHE MAATSTAVEN
OPPASSER VOOR SAEFTINGE
ZIET AL 35 JAAR AF
HET VERDRONKEN LAND VAN SAEFTINGE:
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT MAANDAG 14 SEPTEMBER 1970
Van de Zande, 35 jaar bewaker van Saeftinge. Foto F. K. A. Noiteej
Oud-adjudant der rijkspolitie, F.
van dér Zande uit Clinge, be
waakt het verdronken Land van
Saeftinge. Hij is 67, als politie
man gepensioneerd. Passen op het
verdronken land is zijn hobby:
J)at kan niet anders zijn dan een
hobbyhet aantal uren dat je er
in steekt is niet te betalen. Ik
ben er zo'n acht negen zondagen
achter elkaar, soms nog langer.
Zodra het een echt beroep wordt,
moet je vrije dagen geven. Op
die dagen moet er een vervanger
zijn, daar is geen geld voor, dus
is een beroepsoppasser veel slech
ter dan iemand, die het voor z'n
hobby doet.'
Het werk van de lieer Van der
Zande in Saeftinge begon in een
kerstnacht aan het. eind van de
dertiger jaren. Sinds 1935 was
hij rijkspolitieman in Clinge. In
de bewuste kerstnacht waren err
stropers in Saeftinge gesigna
leerd. Van der Zande ging erop
af, samen met de jachtopziener.
Hij rekende zes Belgen in, die
met behulp van kanongeweren
ruim 400 vogels hadden ver
schalkt. Toen dat bekend werd,
kwam de vogelbescherming in
actie. Voor hen ging ik de zaak-
beschermen, zo is dat gebleven.'
,De bewaking van het land van
Saeftinge heeft in hoofdzaak
voor de oorlog mijn aandacht ge
vraagd. In België bestond toen
nog geen controle op het gebruik
van kanongeweren. Ze kwamen
naar Saeftinge om te stropen.
De politie kon er weinig tegen
doen. Hun boten waren veel snel
ler. De schrik is er bij die Belgen
ingekomen door mijn hond, een
grote grijze bouvier. Ik richt die
honden zelf af. Stropers, die ik
niet bij kon lopen, hield de hond
bij. Hij beet goed door hoor, soms
moest de dokter er aan te pas
komen. Die stropers, de Neder
landse justitie was er niet mals
mee. Die stond achter haar opspo
ringsambtenaren, Nu ook nog
hoor, mr Lebret staat pal voor
de vogels.
Voor de oorlog moest je Saef
tinge beschermen togen de stro
pers, nu tegen de chemische fa
brieken. Je moet ook mensen be
schermen tegen Saeftinge. Het
gebied is gevaarlijk. Er zijn wel
mensen verdronken. De meesten
worden op het nippertje gered. Ik
heb er regelmatig mensen uitge
haald. De laatste vijf jaar is de
belangstelling voor het gebied toe
genomen, Dat komt natuurlijk
door het Baalhoekplan.'
De heer Van der Zande loopt nu
al 35 jaar meerdere malen per
week door het moeilijk begaan
bare gebied. Hij doet dat in een
tempo, dat voor jongere mensen
vaak moeilijk te benaderen is. Als
natuurliefhebbers dan hijgend ach
ter de verbazend fitte ex-politie
man aanploeteren, babbelt hij vro
lijk over zijn véle belevenissen
in het. vochtige natuurgebied, Op
antwoord kan hij vaak niet reke
nen, minder ervaren wandelaars
hebben het veel te moeilijk met
ademhalen om ook nog te kunnen
spreken, Toch beginnen, nauwe
lijks merkbaar, de jaren ook voor
de heer Van der Zande te tellen.
,Een man ziet heel wat af zunne,
als hij wat ouder wordt', laat hij
zich tijdens de- wandeling ontval
lenj
CLINGE Slechts weinige kilometers ten zuidoosten van het .verdron
ken Land van Saeftinge' staan grote chemische fabrieken, behorende
bij het Antwerpse havenindustriecomplex. Die fabrieken krijgen bezoek
van zeeschepen, die met de grootste moeite via de slechts voor vak
lieden bevaarbare Westerschelde hun Antwerpse havens kunnen berei
ken.
Om de vaartocht te vergemakkelijken zijn er plannen om bij Saeftinge
het Baaihoekkanaal aan te leggen, via welk kanaal de moeilijke Wester-
seheldebocht kan worden afgesneden. Als er dan meer schepen over de
Westerschelde kunnen komen, moet er ruimte gemaakt worden voor
meer fabrieken. Het zijn dan ook vooral Belgen, die voelen voor in
poldering van het Land van Saeftinge met het oogmerk het geschikt te
maken voor industrievestiging.
En waarom niet? Met het Land van Saeftinge
gaat geen gebied voor massarecreatie verlo
ren. De toerist, die het waagt om voorbij het
Zeeuws-Vlaamse Nieuw-Namen over de
dijk te klimmen om dan op eigen houtje het
3500 hectare grote, regelmatig door Schelde-
water overspoelde schorrengebied in te wan
delen heeft weinig kans levend terug te ko
men.
Sinds 19 november 1584 is het land van Saeftinge
onbewoond- Op die datum vernielde een vloedgolf
de dijken en werden de dorpen Saeftinge en Namen
van de kaart geveegd. Sindsdien spreek.- men van
het verdronken Land van Saeftinge. een gebied waar
slechts vogels en 's zomers enkele kleine schaaps
kudden het kunnen uithouden Saeftinghe werd oer-
laaci. vrij gebied voor zout water en geharde ge
wassen zonder aantoonbare economische waarde.
UNIEK GEBIED
Helemaal zonder waarde? ,Neen, het is een uniek
gebied met grote natuurwetenschappelijke betekenis',
zegt ir J .J. Kalb, de jeugdige consulent bosbouw
en natuurbehoud voor staatsbosbeheer in Zeeland.
.Vooral nu de schorren Lussen Bath en Ossendrecht
zullen worden ingepolderd voor de aanleg van het
Antwerpen Rijnkanaal is het uitgestrekte ver
dronken Land van Saeftinghe het enige schorren-
gebied van allure, dat In hot deltagebied zal over
blijven. Op grond hiervan zou men het moeten be
schouwen als een historisch monument, want alleen
bier kan nog op redelijke schaal worden bestudeerd
hoe de vorming van de Zeeuwse eilanden zich heeft
voltrokken.'
Saeftinge is volgens ir Kalb een waar openlucht-
taboratonum voor bodemkundig onderzoek. Het is
het enige gebied, dat groot genoeg is om sedimenta
tiepatronen en daarmee samenhangend het reliëf en
het mechanisme van kreekvorming te bestuderen.
Saeftinge ligt in een overgangsgebied tussen zout
m brak water. Het vertegenwoordigt daarmee vol
gens ir Kalb .een studie-object, dat van het grootste
belang moet worden geacht voor de fundamentele
kennis van de bodem van estuarium- en deltagebie
den in het algemeen en van ons land in het bijzon.
d"r. Omdat door de uitvoering van het deltaplan
alle brafcwater-getijdegebieden in ons land verloren
zuller is de wetenschap voor deze onderzoekingen
volledig op Saeftinge aangewezen.
Maar er is meer: de internationale wetenschappe
lijke betekenis van Saeftinge blijkt uit het feit, dat
net gebied als studie en demonstratie-object wordt
geDruikt door het internationaal instituut voor lucht-
icartering en aardwetenschap te Delft, één van de
Nederlandse instituten, die deskundigen uit en voor
de ontwikkelingslanden opleiden.
Ook voor botanici is het verdronken land ongemeen
interessant. Zeewaardige zoutplanten en zoetwater-
drinkende oeverplanten komen hier onder de moei
lijkst mogelijke omstandigheden met elkaar in con
tact Men vindt er het geïmporteerde Engels slijk-
gras en zeebies, verder lamsoor, gewoon Engels gras
en zilt zwenkgTas. Wat voor de begroeiing geldt.
gaat ook op voor de lagere dieren in
Voor vogels is Saeftinge Zeelands belangrijkste
voedsel- en broedgebied. Het is het domein van de
eenden Volgens een telling in de laatste week van
augustus 1968 bleek dat 60 procent van de eenden
in het hele Westerscheldegebied (zo'n 22.000 6tuks)
zich ophield in het landvan Saeftinge.
Voor wflde ganzen is Saeftinge zowel voedsel als
slaapgebied. Buiten de broedtijd vormen de schorren
voedselgebied voor wintertalingen, smienten en pijl
staarten. Voor deze dieren gaan door de deltawer
ken andere belangrijke voedsel gebieden verloren, zo
dat ze in zuidwest Nederland na 1980 geheel op Saef
tinge aangewezen zijn. Deskundige houden er re
telling mee, dat de grauwe gans. de brandgans en
de kluut vogels, die zich nu langs het Haringvliet
ophouden zich na de uitvoering van de deltawer
ken naar het land van Saeftinge zullen verplaat
sen. Als SaefLnge wordt Ingepolderd zullen deze
vogeös hun laatste levensmogelijkheid m het delta
gebied verliezen.
BEKWAME GIDS
Wetenschapsmensen en natuurliefhebbers kunnen het
verdronken Land van Saeftinge slechts betreden
jnder leidmg van een bekwame gids. De meest er
varen man op dit gebied is zonder twijfel de 67-jari-
ge heer F. van der Zande. gepensioneerd adjudant
van pobtie uit Clinge. Ontelbare malen liep hij
reeds alleen of als gids voor belangstellenden door
het verraderlijke natuurgebied, waar de voetganger
zich voortdurend bedreigd weet door zuigende mod-
de, te laat herkenbaar drijfzand of plotseling op
Hef moeilijk begaanbare Land van Saeftinge: zuigende modderkreken, afgewisseld mei manshoge begroeiing.
(Foto F. K. A. NoUeel
komend water, dat de weg terug definitief af
snijdt.
Voor de heer Van der Zande heeft Saeftinge nauwe
lijks geheimen. ,Ik loop hier al vanaf de dertiger
jaren'. De gepensioneerde politieman blijft erfit
bij. De onervarene, die een tocht van zo'n vier uur
inet hem mee maakt, voelt al snel zijn benen. Af
wisselend dient men zich te verplaatsen door zwaar
zuigende klei. dan weer door meer dan manshoge,
zeer dichte begroeing. Als men tijdens het lopen
niet naar het zuid-oosten kijkt, waar men vanaf ho
gere plaatsen de chemische installaties van de Ant
werpse industrie kan ontwaren, waant men zich in
Saeftinge in het onbewoonde, ongerepte oerland
Juis: na het moment, dait een wandelaar de rest
van het kleine gezelschap van deze ervaring deelge
noot maakt, broekt de illusie: ook in Saeftinge kan
je struikelen over een achteloos weggeworpen plas
tic doosje. Verpakkingsmateriaal is nog de meest on
schuldige vorm van vervuiling, die het land van
Saeftinge bedreigt. Lopend langs de Schelde-slik-
lijn v/ijsi de gids bruine randen aan in de begroeiing
can het unieke schorrengebied: .zie je die bruine
lijn? Dat komt door het chemische afval van de
Antwerpse fabrieken.'
KASTEE1 SAEFTINGE
Vanaf hetzelfde strand ziet men bij laag water
eeuwenoude boomstronken boven de Schelde uitste
ken. .Op die plaats heeft vroeger het kasteel Saef
tinghe. omgeven door bomen gestaan', aldus de gids.
De industrialisatie van de omgeving heeft er
zichtbare gevolgen. De heer Van de Zande, onver
moeibaar doorstappend, toont de plaats, waar 2 jaar
geleden nog 2000 meeuwennesten zaten. ,Die zlja
nu weg, dat komt door de fabrieken', stelt hij vaat
Het ;s één van de veranderingen in het verdronken
land, die de Saeftmgekenner minder droef stemt
Hij meent, dat er teveel meeuwen zijn. ,Ze vreten al-
ies voor de andere vogels weg. Geloof me maar. all
je hier ligt te slapen en die beesten denken dat je
dood bent. dat je ze dan zo bij je hebt. Ze vreten
eerst je oren eraf.'
Nuttiger eters in Saeftinghe zijn de paar kleine
schaapskudden. Zij houden delen van de begroeiing
mooi kaal De schapen worden in de gaten gehouden
door schuwe herders met nerveuze handen. Volgen
de heer Van der Zande valt er met de kudden in
Saeftinge nauwelijks droog brood te verdienen. Her
ders laten zich niet zien, als de heer Van der Zande
gasten bij zich heeft op zijn tochten door Saeftinge,
de kans op ontmoetingen met menselijke wezens 1®
daarom in het schorrengebied uiterst gering. Het
mag een uitzondering heten toen het gezelschap,
waarin zich uw verslaggever bevond op hun wande
ling eer. man gewapend met een zeis tegenkwam. Het
.vas een personeelslid van de bemiddelde Belg, die In
Saeftinge een jachtvergunning heeft.
De Belg, zo bleek uét het gesprek, had het plan opge
vat om in zijn terrein op jacht t.e gaan. Hij had
daartoe zijn knecht reeds vooruit gestuurd om een
pad voor hem vrij te maken door hut stugge gewas.
Het gesprek tussen gids en grassnijder gaat onmid
dellijk over de toekomst van het verdronken land.
De gids maakt zich het minst zorgen. .In de dertiger
jaren praatten ze al over inpoldering. Ik ben nu
35 jaar ouder en loop nog steeds door hetzelfde ge
bied. Je imoet niet alles geloven wat ze zeggen.'
Het verdronken Land van Saeftinge: een grillig spel van lijnen.
Luchtfoto Wim Riemen»)