DE SCHOK VAN DE
,P0P' IN
KNOKKES CASINO
ISAAK BABEL: .MINIATUREN, VERSPREIDE
VERHALEN EN DAGBOEKBLADEN'
iW
sprekende
en
de
spelende
Leonhardt
provinciale
zeeuwse
courant
iiiiuiiiiiiniiiiiii
'14
11 JULI 1970
VAN EN VOOR
DE DRAAITAFEL
In het Knokse Casino is het 23e Belgisch Zo
merfestival ingezet met de even belangwekken
de als schokkende internationale tentoonstel-
ling pop'art. Met werk van de grote' Ameri
kanen en Duitsers als Larry Rivers, Peter Saul,
Edward Kienholz en Rob. Indiana, van Claes
Oldenburg, Roy Lichtenstein, en daarnaast gro
te namen uit Engeland, Frankrijk en Japan
maar ook Benelux-pop is in grote verscheiden
heid te bewonderen (Woody van Amen, Marcel
Broodthaers, Pol Bury, Ger van Elk, Jaak Fren-
ken, Peter Engels, Jeroen Henneman, Lucassen,
Raveel, Mara en zoveel anderen meer)
Er staat een volkomen nutteloze roestige .macltine'
te draaien, die telkens ,tink' zegt in zijn rode belletjes.
Er is een kast vol oude geëmailleerde koffiekannen,
welk .tablau' heet .Western'. Er prijkt in een vi.
trine een soort kersentaart van plastic of zo
iets, maar het ding héét .Coektail-part.v' en er onder
zit een bandje, dat gespreks.roezemoes laat horen. Er
is een tafel vol eieren, en erboven nog een kast met ei-
aren, maai met Pasen heeft hot niets te maken. Een col
lage met oude kunstgebitten en tandenborstels, een
fiets, in plastie-verpakkïng, een paar vrouwenbenen,
een gebroken viool van polyester, trekken de aandacht.
Een paar reusachtige schedels van embryo's, op een
Een hoekje in de
Liefde, kussende
yop'art-tentoonstelling met (links) ,He t Bed', midden: Het paar aam t
monsterkoppen op stoelen.
trap, en voorgrond; De
stoel .gezeten', prijkt met do naam ,De Liefde.' Mari
lyn Monroe bekijkt dat allemaal, in reusachtige por
tretten met schreeuwende kleuren, en wat vereenzaamd.
staan er in de hal een stuk of vier ijzeren vaten waar
in een asfalt of zoiets gezeten moet hebben, maar die
nu ,pop' vormen waarvan ik de naam niet heb ont
dekt.
...Een oudere Belgische journalist stond er bij te stamp
voeten, en hij had wel twintig adjectieven: schanda
lig, onzinnig decadentie, vulgaire rommel en volslagen
krankzinnigheid. Maar het stroomt kijkers onder
meer vele bewonderaars. En in elk geval móet men
zeggen dat er in België en ongetwijfeld ook niet in Ne-
denand, ooit zulk een verzameling ,pop' gepresenteerd
werd. Dé merkwaardigheid van .the roaring sixties', die
alweer aan het voorbijgaan is, waarom een retrospec
tieve als deze in Knokke dubbel verdienstelijk én be.
langwekkend is.
Meer dan 130 werkstukken sieren (wérkelijk) de unie
ke expositie in het Knokse Casino. Van schilderijen die
het begin tonen van ,de nieuwe figuratie' na de non-
figuratieve kunst der jongste kwart-eeuw tot col
lages en assemblages toe, waarin de Duitse Wirtschafts-
wunderkinder meesters zijn. Zij zijn er onder meer ver
tegenwoordigd met een paar duizend maal vergrote si.
garettepeuken van plastic, terwijl de Amerikanen het
meer zagen in vrouwenbenen en conservenbinkjes.
De pop' art, die met .volkskunst' niets te maken heeft,
maar die ais .populair art wellicht beter: de kunst van
de straat mei haar afval zou kunnen worden genoemd,
is, althans niet hier in Knokke, een vorm van .contesta
tie. Wel van kritisch .veroordelen' van onze maat
schappij met haar overdreven sex, haar overvloed aan
voedsel, haar geldzucht en haar gemechaniseerde le
vensvormen.
Krankzinnig Vooral niét. Teken des tijds: vooral wél
Wat er van die ,pop' overgebleven zal zijn binnen tien
of twintig jaar zal eenvoudig moeten blijken. Het
kubisme heeft als kunstvorm een heel stuk meer dan
een halve eeuw overleefd, en de collega's .houden' het
al bijna evenlang.
Er Is een pracht van een catalogus bij deze boeiende en
.choquerende' tentoonstelling, uitgegeven door André
de Kachc. De expositie kwam er door een initiatief van
de H. Emiel Langui, ere-administrateur.generaal van
Schone Kunsten te Brussel. En de hh. Gustav en Jac
ques Nellens van het Casino zetten voor dit evenement
brééd de deuren open van hun speeltafel-etablisBemenl.
Maar dót is boven en benéden amuseert, men zich, wal
kinderlijk-geschrokken bij de confrontatie met deze pop'
ort-boeman,over het algemeen kostelijk. Behalve de
érnstigen, die in de verzameling zoiets als de onder
gang van de wereld zien.
E. B.
De befaamde, uit een oogpunt
van niuziekltistorie uiterst be
langrijke zes .bijbelse sonaten'
Aan Ituhnau zijn thans uitge
bracht in de serie .Das alte
Werk' van Telefunken: zij
«orden uitgevoerd op orgel en
klavecimbel door Gustav eLon-
hardt, op zichzelf een garantie
voor een volledig verantwoorde
uitvoering. Tocii hebben we met
een lichte verbazing naar deze
twee nieuwe platen geluisterd,
verbazing omdat Leonhardt
niet alleen speelt, maar ook
spreekt, vrjj uitvoerig zelfs: hij
leest Kuhnau's inleidingen tot
de sonaten voor.
De componist heeft namelijk
voor deze sonaten uitvoerige
toelichtingen geschreven, ze be
vatten het .programma' van elk
werk. Zo zet hij omstandig uit
een wat er gebeurt ussen Da.
vid en Goliaui, hoe David voor
Saul op de harp speelt, enfin
elke sonate heeft zo zijn eigen
omstandige inleiding, die mis
schien essentieel is voor een
juist begrip van het werk. We
zeggen .misschien', we weten
het niet zo zeker: de muziek
is op zichzelf al zo boeiend,
dat wat ons betreft de toe
lichting niet erg belangrijk is.
Leonhardt echter is kennelijk
een andere mening toegedaan:
hij leest vóór elke sonate de in
leiding voor, evenals tijdens de
uitvoering de korte toelichting
meestal maar één zin die
in de originele uitgave is afge
drukt.
Dat voorlezen van inleiding en
toelichting heeft ons eerlijk
gezegd weinte bevredigd. Het
is voldoende lijkt ons, de inlei
dingen te lezen. Waarom moet
Leonhardt de luisteraar dat al
lemaal voorlezen? Wanneer
men de plaat voor een tweede
keer opzet komt er een lichte
irritatie naar boven: men wil
immers naar een grammofoon
plaat luisteren voor de mu.
ziek, niet voor een toelichting.
Gevolg: men zet de naald een
stuk verder om de sprekende
Leonhardt zo spoedig mogelijk
om te zetten in een spelende
Leonhardt.
Er komt bovendien nog een
wat we zouden willen noemen
stilistisch bezwaar tegen het
voorlezen door Leonhardt. De
tekst is zestiende-, zeventïende-
eeuws Duits, het doet meer aan
Luther denken bij wijze van
spreken dan aan het moderne
Duits. Het heeft een zekere
zwier, het is beeldend, het is
bovendien de taal van een spi
ritueel man: Kuhnau was een
goed schrijver (h\j heeft eens
een satire gepubliceerd over de
muzikale kwakzalver). Gustav
Leonhardt echter leest de tekst
gortdroog voor, zonder veel nu
ances. het klinkt vooral rustig
en beheerst. Zou Kuhnau dat
zo bedoeld hebben? We betwij
felen het.
De literatuur uit die dagen is
nogal uitbundig, ze werkt met
donkere en lichte vlakken, niet
felle tegenstellingen. We ge
loven, dat de sprekers van die
dagen met veel gloed hebben
gedeclameerd. Dat deden de do
minees in Nederland, dat zul
len de predikanten van de Lu
theranen in Duitsland ook wel
gedaan hebben. Een voorbeeld
van zulk een eloquente figuur
is bijvoorbeeld professor Ehren.
fried Kumpf uit .Dokter Faus.
tus' van Thomas Mann: hij
sprak nog in oudduitse ter
men. Over een tegenstander
riep hij eens uit: ,Dass ihn der
Teufel bescheisse, Amen!'. De
manier waarop Leonhardt de
toelichtingen bij de Kuhnau
sonaten uitspreekt, doet haast
vermoeden dat hij deze woor
den zelfs niet kent
Maar waarom kritiek op de
sprekende Leonhardt? Over de
spelende en om hem gaat 't
immers niets dan goeds: de
ze zes sonaten van Kuhnau
worden verantwoord en knap
uitgevoerd, voor een deel op
het orgelpositief uit de her
vormde kerk van Bennebroek,
voor een ander deel op het cem
balo, dat Martin Skrowoneck
uit Bremen nabouwde naar
instrument van J. D. Dulcfcc.
uit Antwerpen. (Telefunte
SAWT 0553-54-B).
Gustav Leonhardt heeft vor'
jaar nog een reeks platen o:'
genomen, eveneens boeiej
vertolkingen. Zo had hij de
ding van een reeks Purcell-m
voeringen met het King's G'.
lege Cnoir uit Cambridge, E;
internal'onaal gezelschap ve
uiterst 'bekwame musici aj:
daarvoor vorig jaar in de te
vormde kerk van Bennebrc-:!
b\jeen geweest: Jamic Bou;
man, countertenor, Nigel
gers, tenor, Max van Egnxa
bas. liet King's College Cbi:
en het Leonhardt Consort.
.Geestelijke muziek aan
Engelse hof' heet deze phr
composities van Henry PurcC
onder andere de prachtige i
them .Rejoice in the Lord'
de kroningsmuziek ,My heg
is inditing,' in 1685 uitgevosi
bij de kroning van James li
Een steal van de Engelse toe
traditie is vooral ook het vi*
stemmige .Remember not, Led
our offences,' de litanie uit
Anglicaanse liturgie. Br
King's Collegekoor staat ons?
leiding van David N. Wf
cocks.
Een prachtige opname. Op
hoes zijn alle instrumentenr
meld, inclusief bouwer en bou
jaar. (Telefunken SAWT 95
B).
Een plaat met alleen het Le»
hardt-Consort: muziek van
ber Foglietti, Rosenmüller,
ventiende eeuwse composite
Ook deze opname kwam ver)
jaar (april) tot stand In a
kerk van Bennebrok. Zij ton
opnieuw welk een mdrukwi
kend ensemble Nederland V-
zit in <i.t Leonhardt-Consr.
Het gaat hier om musici, it
hun groot technisch vermop:
In dienst hebben gesteld ra
een oud klankideaal, hun mus',
ceren wordt geschraagd dos:
grote musicologische kr~
(Telefunken SAWT 9556-1
III
IN DE TWINTIGER en ook wel in de derti
ger jaren was Itaak Babel een van de heel
bekende figuren uit de moderne Russische
letterkunde. Slaat men een encyclopedie uit
die tijd op, dan vindt men opmerkingen als:
,Zrjn .Geschiedenissen uit Odessa' en de ver
halen uit de Poolsch-Russische oorlog, ,Boed-
jonnu's Cavalerie' behooren tot de beste
proeven van de nieuwste Russische Letter
kunde' (Dit is bijvoorbeeld uit Oosthoek's,
1932). Met andere woorden Babel werd als
een van de beste Sowjetschrijvers erkend.
Hij was in 1894 te Moldawanka bij
joods koopmansgeslacht geboren, en hij werd ook
zelf voor de har.del opgeleid. Maar het jaar 1920 ziet
hem ais een cavalerist bij het Rode Leger in de veld
tocht tegen Polen. Dat klinkt nogal indrukwekkend,
Babei als mannetjesputter, maar in wezen was hij
een typisch joods-Russische intellectueel, overge
voelig, op het hysterische af, romantisch aangelegd,
en altijd wordt zijn brilletje vermeld. Hij was dus
wel m een voor hem hoogst merkwaardig milieu te
rechtgekomen. Was het zijn kennelijke nieuwsgie
righeid naar wreedheden, al gewekt in zijn jeugd,
tijdens de pogroms in de Oekraïne, die hem bij de
kozakken terecht deed komen? Dan is h.j aan zijn
trekken gekomen, getuige niet alleen de prachtige
bundei ,Rode Cavalerie,' maar ook de vele andere
verhalen die van beestachtige martelingen en ge
meenheden vertellen. Heeft hij enige tijd ln de revo
lutie geloofd? Zeker js, dat hij vrij vaak geprobeerd
heeft echte Sowjet-literatuur te maken, en even ze
ker dat dit altijd op een mislukking uitliep, dan
wordt hij banaal en vervelend. Ook heeft hij geen
voor een roman, hij Is een nog typi
scher novellist dan zijn bewonderende voorbeeld, De
Maupassant. Zijn instelling is evenwel veel te kri
tisch geweest, en reeds vanaf 1928, na het verschij
nen van zijn .Verhalen udt Odessa,' waarin hij geen
blad voor de mond nam, werd Isaak Babel door de
'•fficiële kritiek Ln de USSR onwelwillend behan
deld en meer dan wantrouwend bekeken. Toch zal
net noj tot 1939 duren eer men hem in hechtenis
neemt onder beschuldiging, een aanhanger van Trots
ky te zijn. In 1941 is Babel overleden, men weet nog
steeds met, onder welke amstandigheden. En ook
daarna is hij nog een hele tijd doodgezwegen. Pas
Ln 1954 werd hij posthuum gerehabiliteerd, en na die
datum verschijnen ook in de Sowjet-Unie weer edi
ties van zi'jn werk, zij het enigszins gecensureerde
en gekuiste.
In ons land zijn we zo gelukkig dat Charles B. Tim
mer, bekend vertaler uit het Russisch, zich bij
zonder voor Babel interesseert We danken daaraan
de reeds enkele malen herdrukte bundel .Verhalen,'
die voo- het eerst in 1962 in ons land verscheen, en
die zowel .Rode Ruiterij' als de .Verhalen uit Odes-
sa' bevat, plus een aantal andere verhalen die Tim
mer met zorg bij elkander had gezocht. Het werd zo
een boek van 370 bladzijden, dat we bij verschijnen
warm aanbevolen hebben voor wie het niet kent,
doen \vn het nogmaals. Dan verscheen in de .Kleine
Belletrie'-reeks van Athenaeum-Polak en Van Gen-
.ïept Babel's .Toneel' ln vertaling, en thans, als wel
kome aanvulling een hoogst interessante bundel .Mi
niaturen.' verspreide verhalen en dagboekbladen, ook
v.eer opgespoord en prachtig vertaald door Charles
Timmer, die hiervoor zelfs in Russische archieven
heeft gesnuffeld. Het betreft hier ongebundeld ge
bleven, maar wel in kranten of tijdschriften gepu
bliceerde vertellingen, en een enkel manuscript.
Er bestaat in zo'n geval natuurlijk wel gevaar voor
een anti-clLmax. Is datgene wat Babel zelf niet ge
schikt gevonden heeft voor bundeling, om welke re.
den dan ook, voldoende de moeite waard, met andere
«oorden is, na .Verhalen,' de lectuur van deze .Mi-
maturen' geen lichte teleurstelling?
Het is een vraag die zowel met ja als met nee beant
woord moet worden. Isaak Babel is een schrijver van
zo groot formaat, dat men alles wat hij geschreven
neeft, bij elkaar wil hebben en ook wil lezen. Zelfs
de mislukkingen, al is het slechts om ze erven in te
zien. Zo zijn. evenals in .Verhalen.' ook hier weer een
paar pogingen om echte Sowjet-literatuur te be
drijven het moet voor Timmer geen onverdeeld
genoegen geweest zijn ze te vertalen. Maar daar
naast zijn er ware juwelen van vertelkunst en ver
der ook hoogst merkwaardige stukken, zoals zijn
allereerste opschrijfsels uit 1915 (.Kinderjaren, bij
Grootmoeder') en het bijzonder belangrijke inter
view met Babel uit het jaar 1937. ,Over de creatie
ve weg van de schrijver.' Dit interview vond plaats
in de tijd toen de Stalinterreur op zijn hoogst was,
en de vragen zijn vaak nogal gemeen en uitlokke-
rg. Toch wist Babel, gevat, geestig en heus niet voor
één gat te vangen, in zulke gevallen keurig-vage
antwoorden te geven. Bij voorbeeld:
Vraag. Uit uw eerder gedane uitspraken zou men
kunnen opmaken dat u een vurig voorstander van de
grote allure bont, van solide aanpak, van realisme en
dat u zier. op Tolstoj en Sjolochow oriënteert. Hoe is
dit te rijmen met wat we in uw werken aantreffen
Want daaruit zou men de gevolgtrekking kunnen
maken dat het eerder de uitzonderingen op de regels
zijn dto u interesseren en niet de typische verschijn
selen. Terwijl anderzijds het realisme voor u een
hoeksteen betekent voor uw artistieke wereldbe
schouwing.
Babel: In een brief van Goethe aan Eckermann heb
ik eens een definitie van de novelle gelezen het
verhaal van beperkte omvang, het genre, waar ïk
me art meest In thuis voel. Zijn definitie van de no
velle luidt heel eenvoudig: een verhaal over een uit
zonderlijke gebeurtenis. Misschien is dit niet juist,
ik wee: het niet, maar Goethe dacht er zo over. Ik
geloof dat 4k voor een beschrijving van het typische
in een woordenstroom van Tolstoj noch over de nodig
kracht., noch over voldoende gegevens beschik en dat
i.et me bovendien niet zou interesseren. Ik vind het
interessant hem te lezen, maar niet om zijn methode
na te volgen. U roert het punt van het zwijgen aa.n.
Ik moet u een geheim verklappen. Ik heb er enkele
jaren aan besteed om getrouw aan mijn smaak met
veel omhaal van woorden, Ln alle uitvoerigheid, fi
losofisch te schrijven om de waarheid aan het licht
te brengen, waarover ik het had. Maar ik heb er niets
van terecht gebracht. (Hier zinspeelt Babel stellig
op zijn mislukte aanzetten tot Sowjet-literatuur).
En dot is de reden waarom ik, al bleef ik een be-
wonderaa7' van Tolstoj, in mijn werk een tegenover
gestelde richting ben Ingeslagen. Om te maken dat ik
er wel iets vam terecht zou brengen. Ik heb uiw vraag
heel goed begrepen, al heb ik er geloof ik, een onge
rijmd antwoord op gegeven. Waar het om gaat is
dit. De kwestie is dat Ljew N i kola/je wits j Tolstoj
temperament in overvloed bezat om alle vieren
twintig uren van een etmaal te beschrijven, waar
bij hij alles wat hem overkwam ln zijn herinnering
registreerde, terwijl ik kennelijk over niet meer tem
perament beschik dan voor de allerinteressantste vijf
minuten die ik heb beleefd. Daar Is dan dit genre
van de novelle uit voortgekomen. Zo moet het ge
zien worden.
Vraag. Dal wil zeggen dat Tolstoj over drieëntwintig
uur en vijfenvijftig munten meer kracht beschikte?
Babel' Weet u, zelf vernedering ligt helemaal niet in
mijn aard en als ik me het leven wilde vergiftigen
met dj vraag, wie beter schrijft, Ljew Tolstoj of ik.
zou ik, zelfs al kwam ik tot de overtuiging dat hij
beter schreef, geen andere gevoelens voor hem meer
koesteren dan haat en woede.'
Over het algemeen zijn de verhalen die hier wer
den bijeengebracht, heel erg kort; de titel .Mini
aturen' doet het al vermoeden. Babel was, zoals
reeds gezegd, een bewonderaar van de novellekunst
van Guy de Maupassant (men leze het verhaal ,Guy
de Maupassant' In .Verhalen-') en wist. als dsi
grote Franse verteller, veel m weinig regels te si'
ger ©ren. Verhalen a.ls .Doudou' en .Haar da?1 bi-
slaan maar twee bladzijden of zijn nog korter,
tooh boren ze zich in de herinnering, vooral .Doudce'.
Bijzonder trffend is ook het verzwegen-gruwelijki
verhaal ,De Deserteur,' een geconcentreerde m
telling var- een verhaal van Gaston Vidal, óók
twee pagina's lang.
.Mimaturen' heeft in zijn veelheid er zijn bijna
tig korte en langere verhalen) iets van een luk-
doscoop met indringende beeldjes van het toch a!
bonte, tot het extreme neigende Russische leven, d£
door Babel dan nog meestal in zijn allerextreema!'
uitingen lis betrapt en vastgelegd.
Tenslotte nog een paar uitlatingen, tekenend vox
deze schrijver: .Onlangs beleefden we plotseling»
vloedgolf va.n literatuur over hoe de menisen in
provincies Olonots, Wologda, of als u wilt Archanw
reilden en zeilden, liefhadden, elkaar vermoordt
en hun districtsverkiezingen hielden. En dat alk
weergegeven met het authentieke koloriet van
taal zoals die in Olonete of Wologda gesprok?
wordt. Maar wat we er uit opsteken is dat het
in die streken kleurloos on primitief Is.' (pag
Deze kritische noot dateert unt... 1916! Uit 191-'
.Onze onbekommerde vernietigingsdrang biedt
vriendelijk zijn rekeningen aan in de vorm van h
ger en werkloosheid. De mannen die van het (in
komen hebben geen emplooi, hun vrouwen hebbes
geen geld om de gezinsuitbreidingen te bekostig
de fabrieken richten hun koude schoorsteenpijp?
lot de hemel op' (pag. 42).
We schreven al eens: ,Het is, achteraf gezien althi»
van t begin af zonneklaar: hier is een vreemdeeü
in de Russische bijt neergestreken, dit móet r-
gaan.'
Isaak Babel: Miniaturen, Verspreide verhalen en tof
hoekbladen, vertaald door Charles B. Timmer.
sterdam, Moussault's Uitgeverij NV 1970, 9,50.