Breskens, een levendig dorp
met vele mogelijkheden
Open Oosterschelde
De natuur bedreigd
LEZERS SCHRIJVEN
4
VRAGEN ROND
INDUSTRIE
Vind maar eens een systeem
camera met lichtmeting door de
lens (over het volle beeldvlak)
voor zo'n aantrekkelijke prijs!
f595,-
RESTAURATIEPERIKELEN IN
GORTSTRAAT TE MIDDELBURG
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
MAANDAG 8 JUNI 1R7Q
BRESKENS Het is al eens eerder gezegd, Breskens is een
zeer levendig dorp, dat bepaald niet op één ,kurk' drijft. Men
bedrijft er sinds jaar en dag handel, landbouw en visserij. Al
vele jaren fungeert het als doorgangshaven voor vracht-, goe
deren- en personenvervoer, terwijl sinds een jaar of tien Bres
kens ook een bekende en zelfs goede naam heeft verworven
onder de toeristen. Als men goed kijkt zijn al deze zaken eigen
lijk terug te vinden op bijgaande foto die op een heldere voor
jaarsdag vanuit de lucht is gemaakt
Helemaal onderaan de oostelijke dam van de Breskense haven in het
rrtdden waarvan begin Januari de aangespoelde potvis werd .gesloopt'.
Daarboven de tijdelijke jachthaven. Voor een goed begrip, de foto werd
in het vroege voorjaar genomen toen de meeste jachten zich nog in dc
winterberging bevonden. De open plaatsen zijn nu al lang bezet door boord
aan boord liggende schepen, terwijl er nog zo bijzonder graag wat meer
naar Breskens zouden gaan als er maar meer ligplaats en andere
accommodatie was. Links van de dam het zwembad van Breskens dat
ook al heel lang neet meer aan de tegenwoordige eisen voldoet. Breskens
hoopt nog steeds en al heel lang op een nieuw bad (nabij Zee
bad?). De Bressiaanders zijn het ook waard want al jaren speelt de
jeugd van dit dorp een heel voor aam staande rol dn de Zeeuwse zwemwe-
reld. Het hele stuk havengebied jachthaven en zwembad) zijn eigenlijk
al lang voorbestemd tot .Derde Haven' maar daar as al zoveel over ge
sproken en geschreven dat vrijwel niemand er nog in gelooft. Midden
links de vissershaven, een gebied dat ook al jaren een ruime bijdrage
levert aan de economie vau Breskens. Helaas is het daar de laatste ja
ren wat stiller geworden door het wegblijven van de haringvloot, die
in het begin van de zestiger jaren met vele .spannen' binnenvielen om in
deze haven het zeebanket te veilen. De eigen vissers zorgen hoofdzake
lijk voor aanvoer van garnalen, afgewisseld met wat tong, schar en wat
er nog meer in de netten wil zwemmen. Aan het eind van de smalle
steiger do reddingsboot van kapitein Willem van de Bixtecke en zijn
equipage, dag en nacht bereid om mensen in nood de helpende hand te
bieden.
Daar boven de Middenhavenaaim met op de punt de scheepswerf en ma
chinefabriek van de fa gebr. v. d. San de. Links daarvan de markante silo
van de Coöp. Aankoopvereniging Landbouw Belang voor West-Zeeuwsch-
Vlaanderen. Verder bevinden zich op die havendam magazijnen, kan
toren en werkplaatsen van onder meer Vroon, Schoenmakers, Maas, De
Rooy etc. Nog meer naar boven de Handelshaven die bij laag water nog
gedeeltelijk droog loopt waarbij de schepen droog op zaten blijven zitten. Op
het bovenste gedeeóte van de foto de Haven Westzijde, een deel van de
bebouwde kom van Breskens met verf nieuwbouw, de Promenade over
het kunstmatig duin. de veerhaven met baggermolen en helemaal boven
aan is nog een gedeelte te zien van het Halve Maantje', van Zeebad
en van het bungalowpark in aanbouw. (Luchtfoto Wim Riemensi.
Nu de KRO-radlo volgens uw ver
slag de .Studiegroep Oosterschelde'
de gelegenheid heeft gegeven als te
genstanders van de afsluiting van de
Oosterschelde him bezwaren via de
radio te laten horen zonder de voor
standers van afsluiting tegelijkertijd
de gelegenheid te geven e«n andere
mening te doen horen, meen ik als
voorstander van afsluiting een an
dere zienswijze naar voren te moeten
brengen. Ik vertrouw, dat meerdere
voorstanders achter mijn mening zul
len staan en zonodig tonen, dat zij
achter de regering staan bij de uit
voering van de Deltalwerken.
In uw verslag staat vermeld, dat
in de uitzending behalve de heren
Loeff en Boelmans ook een aantal
deskundigen, die zich achter de in
houd van het actiestuk hebben ge
schaard, het woord hebben gevoerd.
Wanneer dit deskundigen zijn, dan
toch zeker niet op waterbouwkundig
gebied, daar zij dan konden weten,
dat na de afsluiting bij Willemstad
de stroomversnelling veel groter is
geworden en bovendien de vloedhoog
te verhoogd is, zodat het gevaar van
uitschuring van de dijken niet denk
beeldig is met kars op dijkvnllen.
Rijkswaterstaat heeft alt ook voor
zien en het is niet voor niets, dat
zij de vooroevers der dijken van
Noord-Beveland en langs het Zljpe
met grind, steen en slakken heeft
bestort om dit uitschuren tegen te
gaan. Er is dan ook geen terugkeer
mogelijk en hoe sneller dc Ooster
schelde wordt afgesloten hoe beter.
Dat de Oosterscheldedam ter lengte
van plus minus S km meer zou kos
ten dan het op Deltahoogte brengen
van plus 200 km bestaande zeedijk
moet ik betwijfelen. Daarbij kom'
dan nog, dat de jaarlijkse onderhouds
kosten van 200 km zeedijk. Verder
denk ik dan nog. dat dan een einde
zal zijn gekomen aan de oever en
dljkvallen, die slechts in het Delta
gebied voorkomen en waardoor in de
loop der tijden gehele landstreken
in Zeeland verloren zijn gegaan en
die men later slechts ten koste van
miljoenen verslindende zinkwerken
met steenbestorting kon beteugelen.
Deze oevervallen, waardoor soms
miljoenen kubieke meter zand van
de vooroever door het onsamenhan
gende fyne zand als het ware weg
vloeit naar de diepere vaargeul en
zich soms ook tot onder de dijk kun
nen voortzetten, waardoor dijkbreuk
kan ontstaan, zullen na de afsluiting
niet meer .voorkomen, daar deze al
tijd na hoge vloeden, waarop lage
ebstanden volgen, door het verbre
ken van het evenwicht in de zand-
massa (door water verzadigd), ont
staan.
Wanneer de afsluiting tot stand ls
gekomen en een constante water
hoogte in stand wordt gehouden is
het gevaar voor vallen, die altijd
de vorm van een jacobsschelp aan
nemen, niet meer aanwezig en zui
len de dure zinkwerken niet meer
nodig zijn, temeer daar dan ook de
stroom de uitholling van do oevers
niet meer kan veroorzaken.
Natuurlijk komen bij een groot alge
meen belang andere belangen, zoals
de mossel- en oestercultuur m het
gedrang, maar de beveiliging van
een kwart miljoen bewoners moet nu
eenmaal zwaarder wegen dan de be
langen van de visserij, waarin slechts
enkele honderden hun brood verdie
nen.
Ik herinner mij nog, toen besloten
was tot afsluiting en inpoldering van
een deel der Zuiderzee ach en wee
door de vissers rondom de Zuider
zee werd geroepen en wanneer men
nu eens een kijkje In Urk neemt
en de vissers thuis zijn. ziet men
een vloot van machtige schenen,
waarmee nu de Urker3 hun bedrijf
verlegd hebben naar de Noordzee en
een welstand genieten, waarvan zij
vroeger niet hebben durven dromen.
Ook zij die nu de palingvisserij be
oefenen op het resterende deel van
de Zuiderzee hebben naar ik meen
niet te klagen.
Yerseke
Zo zal ook voor de vissers, die hun
bedrijf op de Oosterschelde en Gre-
velingen uitoefenen wel door omscha
keling, hetzij op NoordzeevlsserlJ.
hetzij op recreatiegebied weer wel
een boterham te verdienen zijn. Toen
voor enige jaren door naar ik meen
strenge winter op Yerseke's banken
de oesters waren doodgevroren, heb
ben, mede met het oog óp de naderen
de afsluiting van de Oosterschelde,
enige oesterhandelaren hun beroep
niet meer voortgezet, maar zJch toe
gelegd op de championkwekerlj en
men heeft later kunnen lezen, dat
zij niet gaarne meer naar hun oude
beroep zouden terug willen.
Wanneer de heren Loeff, Boelmans
en anderen naaste familieleden bij
de ramp verloren hadden, zoals bijna
alle bewoners van Ouwerkerk, Nieu-
werker, Oosterland, Stavenisse, Oude
Tonge en nog andere gemeenten, zou
den zij wellicht andera over de af
sluiting denken.
Zelf hebben wij familieleden, die toen
de muren van hun woningen gingen
scheuren lil uiterste nood op het dak
kllommen, om tenslotte bij net ineen
storten van het huis met het dak in
de golven plonsden, niet anders den
kende dat hun laatste uur geslagen
was. Na de pannen eraf geworpen
te hebben kwam het dak weer wat
hoger te liggen, waarna zij tot op
het middel in het ijskoude water
zittende na uren drijven tenslotte het
geluk hadden tegen een dijk aan te
drijven en tot de weinigen behoorden,
die er op deze wijze het leven af
brachten.
Vinden de heren het dan zo ver
wonderlijk, dat bij de najaarsstor
men deze mensen van angst nog
steeds niet in slaap kunnen komen
en pas gerust zullen zijn. wanneer
zij zullen vernemen ,de Oosterschelde-
dam is dicht'.
Pas dan zullen zij Juichen en de
%-iag uitsteken.
Misselijk deed het mij aan dat zelfs
een kamerlid durfde te beweren ,<lr
ramp van 1953 doet mij niets'.
C. van de Klinpe,
Paul Krugerstraat 224
Vlissingen.
Naar aanleiding van het interview
inct mr J. v. Aartsen, door Kees
van der Maas, vermeld In de PZC
van 30 mei 1970 (en waar ik aan de
uitspraken van mr J. van Aartsen
niet twijfel) wil ik gaarne via de
PZC de volgende vragen stellen.
Is het beeld van Noord-Beveland van
thans niet te verkiezen boven het
beeld, dat Nleuwdorp en omliggende
dorpen, betreffende de komende In
dustrieën, gaat kriigen?
Worden zij straks door de Industrieën
niet meer menselijk bewoonbaar; en
is de bevolking tot uitsterven ge
doemd
Waarom vestigen de heren directeu
ren en hun staf zich niet in één van
die mooie dorpen, inplaats van op
veilige afstand onze ondergang gade
te slaan
Waarom is het zo opvallend dat wij
Zuid-Beveland zo mooi vinden, om
dat de heren directeuren zo bang
zijn er straks te wonen
Waarom mogen wij niet opvallend
trots zijn op onze omgeving, nu
wij weten wat er stralcs boven ons
hoofd hangt
Zal de bevolking van Nleuwdorp en
omgeving niet teruglopen, terwijl
wij kort bij de industrieën komen
te zitten, en de industrieën de toon
van onbewoonbaarheid zelf aangeven,
door op veilige afstand hun woon
plaatsen te kiezen?
wat voor nut heeft het effect van
de industrie voor de bouwnijverheid,
dienstensector en de middenstand van
de omliggende don>en?
Komen wij als dorpsbewoners niet
ln ernstige moeilijkheden in de socia
le en culturele sector?
De _grote voordelen van de Indus
trieën zijn volgens de gegevens zeer
duidelijk gesteld, doch de kleine
nadelen voor de dorpsbewoner* wor
den niet openbaar gemaakt en ver
zwegen
Wat wordt er gedaan door het pro
vinciaal bestuur om de onbewoon
baarheid van de bedreigde dorpen
op te heffen, en de ontvolking tegen
te gaan?
Moeten wij op eerlijke wijze verdwij
nen. of moeten wij als primitieve
bevolking ten ondergaan, ten koste
van de komende wei vaart?
Mogen wij geen deelname hebben aan
de zo belangrijke toekomst van ons
fehele volk?
ijn dit de principes van een hoog
staand principieel landsbestuur, om
geen oog te hebben voor dc kleine
nadelen, die de Industrie ln de weg
kunnen staan
Graag wou ik deze vragen via dc
PZC openhartig stellen om het
gehele gebeuren in onze omgeving on
der ogen te zien, en elke paniek op
te heffen, en achter de eerlijke fei
ten zien te komen.
Hopende dat niemand zich gekwetst
zal voelen door de door mij gestelde
vragen en opmerkingen, besluit ik
dit gedaan te hebben voor alle ln
angst; levende bewoners van de na
bijkomende industrieën.
A. Blankenburgh,
Lewedijk 11,
Nleuwdorp (Z).
HULPACTIE
ROEMENIË
De plaatselijke federatie vrouwelijke
vrijwillige hulpverlening, doet hier
bij een beroep op de Ingezetenen van
Zeeland, kleding af te staan
Roemenië. Wij. in Zeeland, die weten
wat watersnood is, zullen begrijpen,
dat alles wat ln goede staat ver
keert, gebruikt kan worden en wel
kom is. De heer A. Mosselman, Sta-
üonweg 12. Kruinningen is zo vrien
delijk de verdere verzending te ver
zorgen.
Als opvangcentrum ls in Middelburg:
Het Dienstencentrum, Schutterhof-
straat, beschikbaar gesteld. Het
Dienstencentrum ls geopend van
maandag tot en met vrijdag 9 uur
s morgens tot 12 uur, en 'a middags
2 uur tot 5 uur.
Verdere contactpunten zijn: me
vrouw H. van Kruiningen, Keurhove
76. trf. 2318; mevrouw J. Gillissen-
Polderman, Nassaulaan 95, tel. 2542;
mevrouw M. Davidse-Meyers. Rijks
weg 26 Nieuw- en St-Jöosland, tel.
01182-214: mevrouw M. Bommeljé-
Wisse, Noordv.eg 208, St-Laurens,
tel. 5182: mevrouw A. Vriesman-Ger-
de, Kastanjelaan 13a, tel. 2131.
W. Schoolmeester-Hoencamp,
Secretaresse PI. V. V. H.
Middelburg.
(ADVERTENTIE)
Praktka super TL
Metaus
Jeoa T 2,8/30 mm
Vraaz uw f^tohamkkar
Vele mensen zullen bij het le«cn van
de®e titel zeggen: Ach, het loopt
zo'n vaart niet', of erger: Het, ril
mijn tijd nog wel duren', wat hele
maal een egoïstisch standpunt ia.
Maar als wij over 30 jaar nog leven
de wilde dieren willen zien, dan ie
het nu hoog tijd, dat daarvoor iets
wordt gedaatn. Men heeft altijd een
goed argument klaar, om het syste
matisch uitroeien van een diersoort
te vergoedlijken. In het ene geval is
het dier schadelijk voor de landbouw
(vogels met name), of voor de vee
teelt (zoals de kangoeroe in Austra
lië. die moeten worden uitgegroeid
omdat ze het gras van de schapen
opeten), of voor de visserij (de aal
scholver en reiger). Het ernste is
wel het doden om het doden, wat
werd gedaan met de bison, of het ge
nadeloos uitmoorden van een dier
soort uit winstbejag, bijvoorbeeld de
zadelrob en ijsbeer. Maar laten we
het nu eens niet over de uitsterven
de bonte katachtigen, mensapen of
ijsberen hebben. Nee, we blijven in
Nederland en wat zien w« dan? Een
even grote nood. Van onze zoogdie
ren worden met uitsterven bedreigd:
de das, visotter, zeehond, vos en
boommarter. Maar ook de vogels
komen er niet zo beet af en de Ne
derlandse vogelstand moet. door be.
strijdingsmiddel en etc. menige veer
laten.
In dit schrijven wil ik het hebben
over de verarming van de natuur
onder invloed van de jacht. Wat zegt
moet afgeschoten, met klemmen ge
vangen, of vergiftigd worden. U
vraagt wat schadelijk wild is? De
jachtwet formuleert het als volgt:
.Tot het schadelijk wild behoren en
kel de dieren die door hun aantal
en- of levenswijze erkend schadelijk
zijn en het gehele jaar gedood mo
gen worden'. Dit zijn: houtduiven,
zwarte en bonte kraai, kauw, ekster,
Vlaamse gaai. wild zwijn, konijn, voa,
verwilderde kat, bunzing, hermflOijn,
wezel en eekhoorn. Wat betreft de
houtduif, kauw, konijn, wild zwijn
en vooral verwilde kat, ben ik het
eens met de jachtwet. Deze dieren
kunnen door aantal en- of levenswij.
ze schadelijk zijn. Maar wat betreft
bijvoorbeeld de bonte kraai, vos en
eekhoorn, deze dieren komen nog
maar zo spaarzamelijk voor in Ne
derland, dat men ze nauwelijks nog
tot het schadelijk wild kan rekenen.
Dit geldt met name in Zeeland ook
voor de ekster. Daarover straks meer.
Men kijkt dus blijkbaar niet verder
dan de spreekwoordelijke neusleng
te. Wat zijn vos, bunzing en her
melijn tenslotte anders (fan bloed
dorstige moordenaars? Ze mogen per
ongeluk wel eens een rat vangen,
maar verder zajn het .maar kippedie.
ven'. Dat deze dieren een onmisba
re schakel in het biologisch even
wicht zijn en een natuurlijke «elec
tie bewerkstelligen (zieke of ver
wonde dieren vallen het eerst aan
hen ten prooi) ontgaat veie jacht,
houders, .want ze pakken ook wel
eens een fazant'.
Wat dat overschot aan ratten, mui
zen en konijnen betreft, daarvoor
heeft de mens wel een vergift of een
klem (voor wat betreft de konijnen).
Deze klemmen worden opgesteld op
zogenaamde wissels van konijnen,
die er dan met een gebroken poot
in blijven zitten, en er een paar uur
dood gemarteld worden. Om op het
gif terug te komen, de jachthouder
vergeet blijkbaar dat dat in het veld
langs slootkanten gebruikt wordt,
waar ook wel eens een fazant loopt,
zodat de kerstbout van deze jacht
houder ook wel vergiftigd kan we
zen. ,Moge het u wel bekomen'.
Wat de scliriver dezes ook niet be
grijpt, te hoe men nog houtduiven
aura, te schieten voor de consumptie.
Weet de jager, de poelier en de con
sument dan niet dat vele boer juist
gif verspreiden tegen de duiven?
Hoeveel duiven gaan er niet dood aan
het gif, doch wel aan een schot ha.
gel Dit even terzijde.
Maar wist u, dat men zelfs zo ver
gaat gif te gebruiken in recreatie-
armex natuurgebieden als het wa
terwingebied te Oranjezon, waaruit
wij ons drinkwater betrekken
PROOST!
Hier worden eieren uitgelegd, welke,
zijn ingespoten met een zwaar ver
gif. volgens insiders strychnine, ter
bestrijding van de eksters, bonte
kraaien, zwarte kraaien en kauwen.
U vraagt waarom? Wel het ia ten
slotte .schadelijk wild' en als zodanig
.vogelvrij". (En laten we er nu maar
niet aan denken wat er zou kunnen
gebeuren als een kind zo'n gif ei
vindt en er mee gaat spelen).
Helaas weten de Vlaamse gaaien,
zilvermeeuwen en egels niet aat de
ze .hartige hapjes' met voor hun zijn
neergelegd, deze dieren lusten name.
lijk ook eieren. Wat de schadelijk
heid van eksters, bonte kraai en
zwarte kraaien betreft, dit wordt
zeer sterk overdreven. De ekster is
in Zeeland altijd een betrekkelijk
zeldzame vogel geweest en het aan
tal bonte en zwarte kraaien ia hier
de laatste 4 jaar zo sterk terugge
lopen, dat de door hun aangerichte
schade nihil te noemen ls. Des on
danks werden op 2 mei jl 7 eksters
vergiftigd gevonden ln het water
wingebied. Als u dan weet dat de
ekster populatie van het waterwin
gebied plus minus 14 stuks was en
er altijd een bepaald percentage van
de vergiftigde vogels over hot hoofd
wordt gezien, betekent dat, dat dc
ekster populaitie nu kan variëren
Lussen 7 en 0 exemplaren.
Hierbij komt nog het gevaar, dat
de dode dieren door buizerd, kraai
em roek gegeten worden, die op hun
beurt sterven. Dus zouden er, na die
winter van 1968-1969, ln Zeeland nog
burizerden over zijn, dan wordt hier
mee zeker gemaakt dat ze de klap
van 1968-1969 niet te boven komen.
Als we nu eens de Jachtwet nader
gaan beschouwen zien we nog veel
meer fraais, op de pagina's gewijd
aan het jachtwild. Men rekent daar
toe namelijk naast de beleende jacht
vogels als fazant, patrijs en svilde
eend ook: korhoenders, sneeuwgan-
zen, roodhalsgams, krakeend, witkop,
eend, manderijneend, poelsnip en box
je. Hoeveel van deze soorten zijn
qua aantal even algemeen als de
wilde eens of fazant, dat ze zomaar
geschoten mogen worden? Niet één!
Ook. de weidelijkiheid van geweer-
bezitters zou ik op de korrel willen
nemen. Men spreekt in Nederland
schande over ae methoden van de
Belgen en Italianan, t.o.v. de zang
vogelvangst en consumptie. Men kan
dit echter mijns inziens niet represen-
tieif achten voor de Belgen en Italia
nen, want in dat geval moet men
ook hier in Nederland maar eens
goal rondkijken. Enige maanden ge
leden kocht ik van een wildhande.
laar 2 reëenkoppen voor mijn sche
delcollectie. Bij het schoonmaken van
de koppen vond ik in de hindekop
8 en in de kop van de bok 36 hagel
korrels. Volgens de jachtwet mogen
reëen alleen geschoten worden met
eon kogelgeweer, mits daarvan de
trefenergie ten minste 100 kgrn op
100 meter afstand van de loopmond
bedraagd.
Tijdens een stookolie telling voor het
rijks instituut voor natuurbeheer
vond ik een blauwe reiger, en toen
ik de schedel voor mijn collectie
schoonmaakte trof ik daarin 2 ha
gelkorrels aan. Een kauw, met een
gebroken vleugel bij mij gebracht,
strief na een week aan loodvergif-
^'frUjorert.23* 660 4-5 mm ko£eltie
Een grauwe mantelmeeuw, in Vrou
wenpolder dood gevonden, had «a
gescheurde lever, geperforeerde in-
gewanden en een gaatje in zijn borst,
hij bleek met hagel geschoten u
zijn.
Een in Overzande doodgevonden to.
renvalk, had een gebroken vleugel
en een gat in de borst, gevolgen van
een 4,5 mm bukskogeltje. Tot slot
wat betreft de jagers en schieters
het volgende: mijn vriend en ik von
den e«ns bij de roestplaats van een
groep ransuilen, 2 dode exemplaren.
Nader onderzoek wees uit aat de
dieren waren geschoten, waarschijn
lijk met een flobert-geweer of een
5,5 mm luchtbuks. De schedels wa
ren volkomen versplinterd. Had de
dader ze geschoten om te laten pre
pareren, doch ze met een kopschot
onbruikbaar gemaakt? Het zou mij
niet verwonderen, wamt zo'n opgezet
te uil staat immers zo mooi op de
schoorsteen en de buren hebben er
ook een. U begint, naar ik van har
te hoop, in te zien, dat het er in de
Nederlandse natuur helemaal niet zo
rooskleurig uit ziet als u aanvan
kelijk wel dacht. Ik hoop dat het u
hiermede duidelijk is geworden, dat
er iets dient te gebeuren. Wat er
dient te gebeuren om de natuur te
redden?
1. De jachtwet en de schadelijke die
ren lijst op de helling.
2. Het vergiftigen van vogels (scha
delijk of niet) te verbieden. (Voor
werkelijk schadelijke dieren, aan
daartoe terzake kundigen, afschot-
vergunning verlenen).
Di*. zijn mijn ideeën hierover en
ik sluit dit schrijven met het uit
spreken van de hoop. hiermede u
als lezer attent gemaakt te heb-
ben op de noodzaak van instandhou.
ding van de Nederlandse dierenwe
reld.
W. J. Phaff,
Middelburg.
De Inspanningen, die het gemeente
bestuur van Middelburg zich ge
troost, om historische bouwwerken
zo lang mogelijk voor het nageslacht
te behouden, mogen op zich erf lof
waardig zijn, het neemt niet weg,
dat door de algemene ijver, de za
ken eens lekker stevig aan te pak
ken, enkele kleinigheden over het
hoofd worden gezien, die do geres
taureerde gebouwen binnen enke
le decennia wederom tot het droef
geestige stadium van eerbiedwaardi
ge puinhoop zullen degraderen.
Wanneer de argeloze stadgenoot eens
de moeite zou willen nemen, tussen
7 uur 's morgens en 12 uur 's nachts
zo'n stukje gouden-eeuwse architec
tuur (waarmee bijvoorbeeld de Gort-
straat uitbundig staat te pronken) te
betreden, dan staat hem. althans in
deze straat, tenminste 200 keer per
dag de sensatie van een uitheems
aandoende aardbeving te wachten.
Tevens zal hij kunnen constateren,
hoe de gastvrije bewoner van het
pand met een gewoontegebaar zijn
dagelijkse emmertje neergekomen
kalk en ander gesteente van de zol
der opveegt, zulks mogelijk gemaakt
door de welwillende medewerking
van ontelbare zwaargewichtvervoer
middelen, met het Streekvervoer
Walcheren als de grote kampioen.
Indien de liefhebbers van het Mid
delburgse stedenschoon de mening
zijn toegedaan, dat anno 1970 de be
strating van deze verkeersader (en
deze met alleen), bestaande uit op
heuvels en dalen aangebracht, recht
hoekige kasseien, het enige plavei-
Sel is dat zich volledig aanpast aan
.rustieke 17e eeuwse sfeer', dan
dient men ook consequent te zijn en
alle moderne vervoermiddelen toe
gang te weigeren, met uitzondering
van de boerensjees, de sleperskar en
de paardetram
Verkeer
Het van twee kanten toestromende
verkeer noopt de sukkel, die het nog
steeds waagt zich als voetganger
voort te bewegen, zich hoestend en
proestend een weg te banen over
romantische scheefgezakte- en de
meest grillige hoogteverschillen to
nende middeleeuwse stoepen en
stoepjes, voorzien van de nodige toe
ristische attracties, zoals doorgeroes
te kelderluiken. putdeksels met
hangsloten, hoogoprijzende hekken
en afgebrokkelde en loszittende te
gels. Bij dit laatste dient te wor
den opgemerkt, dat tijdens de natte
moesson het zich daaronder verza
melde regenwater, althans bij hen
die nog met de ferme tred van een
jonge haan door het leven kuieren,
voor een plotselinge, weldadige af
koeling tot onder de oksels kan zorg.
dragen.
Het verdient dan ook aanbeveling,
zich als voetganger de atletische ga
ven van een hordenloper eigen te
maken en ln het donker over katte-
ogen te beschikken, om zonder ge
vaar voor een .buiklanding' de Gort
straat langs het .trottoir' van vo
ren naar achter door te komen. On
danks nauwgezette training blijkt
deze kaart voor 65-plussers niet haal
baar. Zij en met hen vele anderen
spoeden zich derhalve over de rij
weg c.q. door de goot voort. Wan
neer twee motorische giganten elk
aar brullend tegemoetsnellen, dan
ziet genoemde voetganger zich ech
ter genoodzaakt, een nog Intensiever
gebruik van beide benen te maken
en via de daarin tot op hoge leef
tijd verrassend verborgen gebleven
springkracht, op meer of minder
(pot).sierlijke wijze op de zo-
juist nog smadelijk afgewezen stoep
te belanden. De beschermengelen van
deze moedige passanten hebben zich
tot nu toe zeer tolerant betoond.
Jonge moeders met kinderwagen»
vormen een doorgaans vredig straat
beeld, dat tijdens de spitsuren in de
Gortstraat helaas sporadisch wordt
aangetroffen. In het belang van haar
voortbestaan wordt de overmoedige
enkelinge of de tot tranens toe door
dit schrijven ontroerde Dolle Mina,
die plannen mocht koesteren hierin
verandering te brengen, dringend
aangeraden een andere route te kie
zen. Fanatieke doordouwsters, die
persé om deze tijd toch ergens met
net jonggeboren kroost in de Gort-
straat wensen te vertoeven, dienen
verplicht te worden hun kinderwa
gens in de omgeving te stallen, de
inhoud ervan, ondanks luidkeels ge
uite protesten, in een jute zak over
dc schouder te slingeren, om op de
ze wijze te trachten, dicht langs de
gevels voortschuifelend, tot het ge
stelde doel te geraken.
Wanneer men, jja kennismaking van
dit sombere verhaal, ziet hoé een
handvol werkers rond Serooskerke ln
no-time enorme stukken provinciale
weg van een keurige asfaltlaag voor
ziet, dan verdient het toch wel aan
beveling, deze knapen eens ten stad-
huize op de koffie te nodigen en ze
als ouwe jongens onder mekaar langs
de neus weg te vragen, of ze die paar
honderd meter Middelburgse keien
niet ,effe tussedoor mee wille pakkc.
As de baas effe niet kijkt.' Voor
het goeie doel en de schuddende ge
veltjes. En of ze dan tevens zo vrien
delijk zouden willen zijn, een bulldo
zer in de stoet mee te voeren. Dan
zouden ze de afgebrokkelde stukken
.granitaal kunstgenot', in Middel
burg aangeduid met de naam trot
toir, voor het stadhuis op diverse
hopen kunnen schuiven. Niet bedoeld
als bijpassende decoratie, doch uit
sluitend ten behoeve van de trim-
actie voor burger en toerist.
Want jongens en meiden, het blijft
oefenen! Voor de Hoogstraat: voor
de Molstraat enfin noem ze maar
op
P. D. de Heus,
Middelburg.
Lasexamens bij
technische school
Van de lascursus aan de gemeentelijke
avondschool voor nijverheidsonderwijs
te Vlissingen slaagden voor het getuig
schrift vlambooglassen beginners,
J. A. Bakker. C. van Bel zen; O. P.
L. Kint, T. P. Sluljter; D. J. Verburg;
T. Weening; J. J. de Wit; J. Bal; J,
Voet; J. BuIJs; J. A. Janssen; H. J. M.
Jimenez; P. A. Mlnderhoud; A. C. van
Rijswijk; E. Slnay; W. M. Verstraate;
E. A. P. J. Wijne; A. L. J. ln den
Bosch.
Afgewezen: geen.
Vlambooglassen gevorderden: A. J. Bal;
I. M. BartelsonJ. A. Corré; A C. van
Hoorn; M. J Kal jouw; W. F. Kramer;
E. A. Luteljn; J. Melse; A, de Meul-
meester. Afgewezen: 2 kandidaten.
Autogeen lassen beginners: M. R. van
Caaand; L. Cortvriendt; R. H. Elders;
O. R. Erentreich; H. G. Erentreich; H-
van Olnkel; O. M. Grootjaps; D. J.
SchuUwerve.
Afgewezen: geen
Autogeen lassen gevorderden: C. M.
Boucherie; T. M. Th,. Meesters. Afgewe-
geen.