Geheimzinnige ervaringen van ICortgenenaar in de jungle Friesland neemt afscheid van stijlvolle commissaris zeeuwse nu DE WERELD VAN .CROEMANTI' EN .WINTI' BELANGSTELLING VOOR DE PRIMITIEVE MENS Illlllll MR H. P. LINTHORST HOMAN provinciale courant 18 EZnXEEQZini 23 MEI 1970 KORTGENE De Kortgeense heer J. C. Henkes draagt een naam, die verbindingen veronderstelt met de horecasector. Een veronderstelling die juist is. De heer Henkes is familie van stokers van het bekende vaderlandse geestrijke vocht en exploiteert boven dien zelf een horecabedrijf. Als zodanig is hij kenner van spijzen en dranken. Zijn adviezen voor de juiste wijn bij het juiste hapje kan men gerust opvolgen. Maar groter nog dan zijn kennis in de culinaire en drankensector is zijn bekendheid met het Zuidame- rikaanse en het Afrikaanse oerwoud, met de dierenwereld van deze jungles, vooral ook met de menselijke bewoners ervan, en speciaal ook met de geheimzinnige krachten waarmee de mens in de wou den van Suriname en Guyana, van Equatoriaal Afrika soms wordt geconfronteerd. De heer Henkes mijmert bij enkele van zijn amuletten over de sfeer van het oerwoud. Henkes serveerde niet altijd borrels en andere ape ritieven. Van de nog geen veertig jaren, die hij nu telt, zwierf hij er zo'n tien door de Afrikaanse en Latijns-Amerikaanse bush als prospector to dienst van de Nedediandse houtverwerkende industrie. .Dat betekende, dat je moest onderzoeken of op bepaalde terreinen de door de maatschappij gestelde verwach tingen werkelijkheid werden. Die onderzoekingen strekten zich uit tot de houtopstand, de wegenaan leg. en zelfs tot de mogelijke aanwezigheid van goudvelden. .Onderzoeker' zou misschien een betere benaming zijn voor mijn vroegere beroep', vertelt de heer Henkes, die naar deze merkwaardige baan solliciteerde via een kranteadvertentie. ,Er was een serie artikelen in dat dagblad aan voorafge gaan, die me boeide, vooral de publikatie over de mensen in het bos. Ik solliciteerde, was de enige uit vijftig kandidaten, die werd aangenomen. Veer tien dagen later het was omstreeks Pasen 1953 ging ik al op weg naar Suriname. Ik moest er vrij wel gelijk het oerwoud ln. Na een korte excursie in een fabriek werd ik met een ploegje van 10 man, met een prospectorsteam, letterlijk het bos Inge stuurd'. In dat oerbos van Suriname, later ook In Frans Guyana en in Afrika in Congo deed de heer Henkes een aantal ervaringem op, dat hoogst merkwaardig genoemd mag worden. De jonge Hollandse prospec tor komt ln aanraking met de giftigste slan gen, komt in gevaarlijke situaties niet roofdieren, komt soms in levensgevaaren brengt het er altyd goed af, zo vertelt hij. De heer Henkes: ,Van het begin af aan kon ik goed overweg met de bewoners van het oerbos, met de bosnegers en de Indianen. Ik toonde voor hen mijn belangstelling als mens. Ik heb ook werkelijk be langstelling voor deze primitieve mensen. Ik heb nooit de spot met hen, noch met hun ideeën gedre ven, ja, ik heb getracht mij hun denkwijze eigan te maken. Het gevolg was, dat zij een blind vertrou wen in mij stelden. MEDICIJNMAN blanke niet vaak'. De vertrouwenspositie, die de heer Henkes bij de bosnegers kreeg was zo groot, dat men hem zelfs aanbood tot .medicijnman' te wijden. ,Maar dat heb ik niet aanvaard. Als je dat wel doet en je bent volledig op de hoogte van hun geheimen, kom je het bos namelijk nooit meer uit. Maar men heeft mij nochtans magische krachten toegeschre ven en bepaalde amuletten en godenbeelden gegeven, die mij moeten beschermen en door het leven heen moeten helpem', zegt de heer Henkes. Hij bezit dan ook een vrij uitgebreide collectie amuletten, beelden, trommen en dergelijke voorwerpen. Sommi ge toont hij vrijmoedig, andere houdt hij wat achteraf. Soms zijn het fraai bewerkte stukjes klein kunst, dan weer stelt de amulet niets anders voor dan een stukje hout met een linnen zakje. De heer Henkes gaat niet in op vragen omtrent de achtergrond en de inhoud van de magische oer woudkrachten, die deze voorwerpen zouden represen teren. Hij zegt alleen: ,Ik heb zoveel gezien dat ik dit soort dingen niet moet onderschatten. Ik geloof natuurlijk niet alles, er is ook veel suggestie en poespas by, maar ik wens de krachten aan de Winti (de geesten) en de Croemantl (de beschermgoden) door de bosnegers toegeschreven niet als een grapje te beschouwen'. Wat ls de aanleiding van de .magische status' die de lieer Henkes van bosnegers en Indianen kreeg? SLANGEN Dat vertrouwen ging zover, dat Ik de bosnegers hun Winti-dansen (geestendansen) kon laten stop. pen. Ik heb dat zelfs wel eens gedaan. Dat lukt een .Ik veronderstel mijn voorliefde voor slangen', zegt hij. /Daar kon ik nogal gemakkelijk mee omgaan, maar hij schiet ik de lach ik besefte niet dat ik macht had over die dieren. Ik had eens een vreemd exemplaar gevangen, dat ik nooit eerder had ge zien. Ik stopte het reptiel in een doosje, maar het glipte eruit. De slang tikte met gesloten bek op mijn hand, waarna mijn greep wat losser werd. Eein groep je bosnegers, behorende tot mijn team, stond om mij heem.... .Dat ls een gevaarlijke bergs lang en zeer giftig', zei de oudste. Dat had je me dan wel eens eerder mogen zeggen, repliceerde ik, maar de man zei: .Dat hoeft niet. Deze slangen zullen u nooit bijten'. .Nadien heb ik ze toch maar wat omzichtiger be handeld, ofschoon ik inderdaad nooit gebeten ben- Pas toen men mij beelden en amuletten begon aan te bieden, kreeg ik door dat men mij als .magisch begaafd' zag.... Derden hebben mij er op attent ge maakt dat ik bij bepaalde voorvallen inderdaad beschermd werd door die amuletten. Zelf zeg ik: ,Je kunt het ook aan toeval, aam mazzel toeschrij ven....', aldus de heer Henkes. .Op een dag zijn we bezig het was in Suriname bomen te vellen. De bijl vliegt van de steel af tn mijn richting. Voor ik reageren kan suist die mij voorbij. ,Wat een mazzel!' roep ik. .Nee, zegt de ne ger-voorman, dat is de Winti.... Eens valt er een machete (kapmes uit een boomstam, onmiddellijk uit de schors, met het scherp in mijn vingers.... geen druppe.tje bloed te zien.... Ik denk weer geluk gehad te hebben... >Dait doet de Croemanti', zeggen de negers'. Van de Duka's- volgans Suriname-kenners een groep negers, die in stamverband in slavernij werden ge voerd en ook als stam collectief weer wegliepen en in het oerwoud de vryheid kozen heeft de heer Henkes een Dagoë Ponsoe, een gouden beeld. Zo te zien een stuk hout met een rode lap. De essentie van dit beeld zit in het wassen, in de wijding, en in de werkende stof, ln een pakje achter aan het beeld gebonden, vertelt de heer Henkes. Hij heeft het niet in een laboratorium willen laten onderzoe ken. ,Ik vermoed, dat er plantaardige bestanddelen inzitten, wellicht ook nog dierlijke. Maar ik laat het in de toestand, zoals ik het heb gekregen.' Hij toont ons ook een voorouderbeeld van de Ba- têkè-stam uit Afrika. .Voor de negers heeft dit beeld echter geen waarde, want de werkende stof, die in de buikholte hoort te zitten, ontbreekt.' Als we wat sceptisch reageren, zegt de heer Hen kes: .Onderschat u de macht van de medicijnman nen met Ze kunnen bij wijze van spreken .iemand dood zitten denken', geen opwekkend gezicht, zo'n man ln trance'. MAGIE Hij gaac verder: ,Im Zuid.Amerika maakte ik ook wonderlijke dingen mee. Indianen gaven mij be paalde kruiden en zelden: .Wrijf er handen en voe ten mee in als je op jacht gaat, en je komt zeker een schildpad tegen. Het werkte, evenals met wilde varkens en andere dieren. Magie? Toeval? Ik weet het niet, maar later bleek, dat ik met behulp van deze kruiden de dieren en daarmee hun vlees tij dens de jacht als het ware op bestelling geleverd kreeg.' De heer Henkes laat ons een Yorka-boea zien, een amulet die volgens de Surinaamse bosne gers beschermt tegen de boze trekjes van de geesten van oveiledenen. GEESTEN Veel respect kreeg hij bij de bosnegers, omdat hij zich weinig angstig toonde voor de .geesten van do den'. ,Ik heb eens mto of meer verplicht zitten treu ren bij een overleden hoofdman. Stel u voor: de man stond de ritueel voorgeschreven vier weken bo ven de aarde, en dat in een tropisch klimaat! Er is wel enige inlandse jenever nodig om dat te kun nen doorstaan. Maar de negers zijn erg bang van de geesten van overledenen. Als ze het stoffelijk overschot uiteindelijk naar de primitieve begraaf- plaas in het bos roeien, wordt dit niet netjes ter aarde besteld, maar snel ln een kuil gesmeten, waar na men al even snel wegroeit. Is men eenmaal uit het gezicht van de begraaf plaats, dan heeft men het grootste plezier. Men denkt de geest van de dode door de snelle begrafe- nishandeling voor het lapje te hebben gehouden.' ,In Afrika, in de voormalige Franse Congo hadden wij eens een huis op een heuveltje. Toen we er nog niet zo lang inwoonden vernamen we, dat de heuvel een grafheuvel van een stamhoofd was/Ik wilde geen moeilijkheden met de omwonende bevolking riskeren en zei, dat ik wilde gaan verhuizen. .Blijft u gerust woneri. Er zal u daar niets overkomen. De geest van de hoofdman heeft laten weten, dat hij geen bezwaar heeftwerd mij gezegd', vertelt de heer Henkes. ,B!j veel van mijn ervaringen zet ik een vraagteken, ook zeg ik wel: dat was puur toeval, maar in een aantal gevallen moet men toegeven, dat het op zijn minst wonderlijk is', aldus de heer Henkes, die van mening is dat sommige missionarissen naet altijd even tactisch optreden tegen de bevolking, die zij tot hun gelooi' willen brengen. ,Zij provoceren dan door zogenaamde geestenbosjes binnen te gaan of dood afgodenbeelden stuk te slaan. Dat vind ik geen juiste methode aldus de heer Henkes. Met enige trots toont de heer Henkes zijn verzame ling amuletten, geestenbeelden, speren, bogen, trom. men en jachttrofeeën, en vertelt dan een paar won derlijke jachtervaringen. ,In de omgeving van ons junglekamp in Suriname hield een panter huis. We hadden nogal last van het dier. Het doodde onze hon den. ,Komt u maar vanavond bij mijn hut. Daar komt hel beest wel langs', zij mij een Piaiman (een Indiaanse medicijnman). Ik ging posten bij het hutje. Inderdaad kwam het dier langs en ik wist het neer te leggen. De huid stroopte ik met de bedoeling die te prepare ren. .Dat zal u niet lukken. Alle haren zullen uitval len. De panter is namelijk behekst door een andere Piaiman, die u wel kent, maar die u niet welge zind is. U zult die man ook nooit meer zien', zei da Piaiman waar ik had gepost'. .Alles kwam uit', ver volgt de heer Henkes, .ofschoon ik de andere medi. cijnmon, die de panter .behekst' zou hebben goed ken de, heb ik hem inderdaad nooit meer gezien, pe huid heb ik volgens de regels der kunst geconser veerd, maar er bleef niets van over...' RAADSELPANTER Het junglepad van de heer Henkes werd eens ge kruist door een andere panter. ,Ik raakte het dier met de karabijn. Het tuimelde van het pad af d« bush in, en verdween. W(J volgden een enorm bloed spoor, honderden meters lang. Donker bloed. Het beest moest wel aan bloedverlies creperen. Plotseling hield het bloedspoor op. Van de panter geen spoor, geen haartje zelfs. Het doorzoeken van de omge ving leverde niets op. Ook roken we dagen later niets dat wees op de geur van een kadaver. De bos. negers vonden het niet zo vreemd ,Het was een Croe- manti-panter, en die kan men niet doden', zeiden ze". In Suriname stond de heer Henkes destijds bekend als een expert Inzake negers en Indianen, en hun leefmilieu: het oerwoud. .Zelfs het gouvernement verwees de pers en andere belangstellenden naar mij. Ik heb het rijksmuseum voor de volkenkunde ln Leiden eens aanvullende gegevens verstrekt. Men deed aanvankelijk nogal ongeïnteresseerd, wellicht omdat ik geen titel bezit', besluit dhr Henkes, die de geringe belangstelling van de museum .teleur stellend' noemt. GERARD C. VAN LOO. LEEUWARDEN (GPD) Mr H. P. Linthorst Homan heeft het nog steeds vreselijk druk: tot 1 juni is hij commissaris van de koningin in Friesland. Me* hem een afspraak maken Ls een kwestie van lange adem. Per telefoon leest hij een maand uit zijn agenda voor: elk uur vergaderen, allerlei linten, bullen en prjjzen uitreiken en aanzitten aan diners. Elke activiteit heeft zijn eigen pak met bijpassende sokken. Een commissaris van de koningin behoort tot de groep grote verkledcrs in dit land. Na lang zoeken blijkt er een gaatje in de agenda; dit interview wordt geplaatst tussen de uitreiking van een serie koninklijke onderscheidin gen en het plechtig toespreken van de winnaars van een culturele prijs. Als die bijeenkomst te laat is be gonnen kwam het doordat de com missaris volledig de tijd vergat, toen hij ging uitleggen ,dat je bij alle gepraat over ae problemen van het noorden het idee krijgt dat sommi ge .mensen hier per se in de zielige hoek willen zitten. Laatst kwam ae minister-president naar Groningen. Ik zei tegen rn'n Groningse coliega Toxopeus: Jk hoop dat je er niet teveel publicite.t over krijgt.' ,Hoe zo?', vroeg hij. .Omdat', hoe be roerd de situatie ook is, ,je de zaak niet minder gunstig moet voorstel len. Sommige industriëlen moeten langzamerhand gaan denken dat ze zich bij een vestiging in het noor den in een vreselijke ellende bege ven. Want sommige lieden doen al leen maar somber, ze willen per se in de nare hoek zitten, dat is een vreemde zelfkastijdingebehoefte.' Op het bureau van de heer Lint horst Homan liggen grote hopen pa pier, bijeengehouden door paperclips, in ambtelijke kringen doorgaans .de stukken' genoemd. ,Ik neem soms vier aktentassem vol mee naar huis. Dat zijn echt geen dingen die je voor de vorm even doorkijkt. Een heleboel mensen sluiten om half zes, ze sponzen dan de hele boel uit hun hersens, maar dat is bij mijn baan niet het geval Vroeger werkte k door tot half twee, ik probeer nu al tijd om twaalf uur in bed te liggen en ik ontspan me met sport en af en toe wat uitgaan. Dat uitgaan is voor mij nog leuk want in Fries land heb je ais commissaris weinig verplichte nummers, collega's in het westen hebben het nog veel druk ker met de representatie, daar moet je in de society meedoen, hier kun nen de mensen om je heen hangen.' ,De afgelopen winter héb ik veel ge schaatst, 'e morgens vroeg en tussen de middag, ik ben ook gestart voor de Elfstedentocht. Ik heb de illusie dat ik heim met eoed weer en redelijk ijs kan uitrijden. Het fijne van zo'n sport is, dat je het gevoel hebt dat je tegen de rand van Je kunnen aan zit. Maar a'.-s je hier schaatet heb je als commissaris van de koningin ook geen mensen om je heen, ze den ken misschien alleen: ,Hé de commis saris. die vent za-l ook wel lekker op- zïchzelf willen zijn. Ik heb ook eens met minister Mansholt gereden, voor persfotografen een mooie sensatie, maar de mensen hier zeiden: .Hé, daar rijdt die Mansholt, en het laat hen verder onverschillig. Het kan ze niks schelen hoe Laat je binnenkomt'. ,Da? heb je bier met zeilen ook, laatst had ik iemand een gat in z'n boot gevaren, ik kwam aan de wal en daar zei iemand: die commissaris weet ook niet wat bakboord en stuur boord ls. Dat kun Ie hier zeggen, in vele provincies is aat ondenkbaar'. .Toeh ben ik een man van stijl, Ie mand uit de oude training. Zo draag lk Ln de statenvergadering een Jac- Suet, niet omdat ik het zelf zo lol- g vind dat soort kleren te dragen maar uit eerbied voor anderen. Op begrafenissen ga je toch ook niet zonder hoge hoed. Straks moet .k hier van die hele deftige culturele Erijzen uitreiken, dan zit ik keung het pak met de stijve witte boord. Als je dit soort dingen niet doet wordt het allemaal zo moeilijk. Van iemand die zulke prijzen uitreikt wordt in wezen iets buitenissigs verwacht, heel weinig mensen en daar hoor ik zelf niet bij, kunnen zonder protocol die hebben een na tuurlijk gezag en prestige, die hoe ven er geen pak voor aan. En waar om heeft een brugwachter een uni form aan? Omdat zo'n schipper in de gaten moet hebben: die man is de baas op de bnig. Laat ie hem dicht, dan laat !e hem dicht. Gaat zon man in een gewoon hemd en in een pilobroek de brug op, dan heeft hij voor een schipper geen gezag, de schipper vaart gewoon door, die brug in de poeier'. ,AI die deftige pakken hebben ook niks met reehtse politiek te maken, zoals de jeugd vaak denkt. Je moet eens op een receptie van de Sovjet- ambassade komen: dat i« toch ook allemaal protocol. En dacht je dat Mao elke dag door die rivier zwemt. Dat doet ie even, misschien voor de foto, en hij doet het ook om een be. paalde stijl, prestige te krijgen'. ,Bij de finish van de laatste Elfste dentocht drong het publiek op, het nam de hekken mee, 15000 mensen waren op het ijs. Het was niet meer te vertrouwen. Commissaris, je moet helpen, zeiden ze, want de koningin was ook op dat ijs. Maar ik had rn'n schaatspak aan, in dat deftige gezelschap zag ik er buitenissig uit, en wat begin je dan. Toen moest de plaatselijke burgemeester optreden. Hij werd door agenten aan de kant geduwd. Die kwamen uit eeen ander dorp, die kenden hem niet. Ik ben de burgemeester zei de man. Je kunt me nog meer vertellen zeiden de agenten. Zo'n burgemeester had zijn hoge hoed op, de ketting om moeten hebben, dan was liet gelukt, want dan had de man zijn ontzag en her kenning aangehad. De jonge garde wordt ten onrechte bijgebracht dat dit koude drukte van het gezag is. By een atletiekwedstrijd trek je toch ook niet iedereen een zelfde broekje aan, daar moet je de mensen toch ook uit elkaar houden'. ,Ik probeer altrid zo informeel mo gelijk te zijn. Ik hou niet van def tigheden, misschien ben ik daar wel eens te ver in gegaan, ik probeer al tijd het midden te vinden tussen een stijlvol iets en het gewone con tact, maar voor een commissaris van de koningin is dat soms wel moei. lijk'. .Ik wilde deze baan helemaal niet toen Bee! en Sohermerhorni me in '45 vroegen. Ik wil daar niet heen. ik ben geen Fries maar een Drent, ik hoor daar niet, zei ik, maar na lang aandringen heb ik het toch ge daan. Ilc had een moeilijke tijd ach ter de rug, via Spanje was ik naar Engeland gekomen, in de oorlog ben ik trouwens in Madrid nog Sinter klaas geweest. In het huis van fle ambassadeur, ik was helemaal ge schminkt, echte katholieke gewaden aan, want sinterklaaskleren kun Jc daar niet huren. Spaanse katholie ken waren wel zeer geschokt. Ik moest me op de slaapkamer van de ambassadeur omkleden en daar had ik nog een grote kanten beddesprei omgeslagen. Het was een reusachtig succes, vermomd optreden kan wel eens fijn zijn'. Maar toen kwam ik in Friesland, ik was nervues, onzeker, geen re ceptie, drie kwartier nadat ik was ge arriveerd zaten we te vergaderen en sindsdien is het 25 Jaar hollen ge weest Ik had niet gedacht dat er eo weinig geld zou komen. Je moet zoveel afremmen, maar je kunt een commissaris er toch niet verantwoor delijk voor stellen dat een bepaalde brug niet gebouwd wordt of een weg hobbelt. Ik rjjdt zelf ook wel eens er gens en dan denk ik: wat een rot- weg, maar er is geen geld, Ze moe. ten het anders doen, hoor je dan. Maar wie zijn .ze' Dat zijn we met z'n allen. Er is wel een sinterklaas die alles goed doet, maar als het verkeerd gaat hebben we het zelf gedaan. En dan leert de jeugd wel: zo'n commissaris wil macht uitoefe nen, maar wiüen ze zelf dan alleen maar rotzooi? Soms botst dat, ln de dierenwereld heb je dat ook, rn'n twee honden kunnen soms vreselijk zitten kiften, die hebben ook de be hoefte zich af te zetten, een tijdje later zijn ze weer dikke vrienden'. Er was hier van de mts een pro- testweek tegen de luchtvervuiling. Ze vroegen of ik wou meedoen. Het allemaal nogal speels opgelet. Ik zou per fiets gaan. Ik was. er niet ge rust op. ik dacht, lk zal wel voor schut gezet worden, en als commis saris ben Je dnn erg kwetsbaar, maar het ging goed'. ,lk heb misschien niet al teveel ge voel voor humor, Friezen hebben dat ook niet. Ik kan enorm lachen om een goed cabaret, maar ik hou niet van menson die de hele dag stralend zijn, dat is niet normaal. Ik ben zelf ook vaak niet stralend. Ik houd ervan ergens tegen aan te schop pen, ook in deze overheid. Ik doe net niet vaak in het openbaar, dat heeft weer met die stijl te maken. Maar af en toe wil je de hele zaak wel gaan shockeren als je hoort wat voor beeld de mensen nog steeds ^am Friesland hebben'. ,Op scholen hoor je nog steeds: Frie zen, koppig, blond haar, blauwe ogen. Als je hier een paar uur rondloopt merk Je al dat het niet klopt. Men sen buiten Friesland denken ook nog vaak dat dit een provincie van lou ter veeteolt en recreatie is. Ze den ken ook dat Friesland los van Ne derland staat, het bekende grapje met het paspoort. Misschien bevor deren Friezen dit zelf ook wel, Ik heb zelf meegewerkt aan de tweeta lige borden bij de plaatsen, maar ik zet er nu toch wel oen vraagteken bij: moet dat nog wel?' .Maar een Fries wil zijn Fries-zijn vaak erg accentueren. Vlak na de oorlog zei een prof op een Ameri kaanse universiteit: de Amerikanen moesten Friesland helpen om vrij Ie komen en zich los te maken van Ne. derland. Die man zag ze duidelijk vliegen'. .Insiders houden van Friesland. Ik houd van Friesland. Het bezoek aan Friesland neemt steeds toe. Het aan tal recreatiejachten is de laatste Saar jaar verdubbeld. Toch bederft et de provincie niet, daar passen we erg voor op. Met plannen voor een dam naar Ameland en een cen trale aan het Bergumernteer, springt ledereen Je wel in de nek, maar er is geen provincie die meer zijn best doet om alles gaaf te houden. Zo is het bij ons verboden om aan de oevers van veel meren huisjes te bou wen. Aan het meer van Grouw staat één huisje dat stond er voor de oor log al. Je moet dat eens met de Loosdrechtse plassen vergelijken. En die mensen uit het westen willen ons dat wel eens eventjes vertellen hoe het moet. Alles wat inbreuk op het landschap maakt, wordt hier ge weerd. Een paar autokerkhoven zijn nooit te vermijden, maar verder is de provincie schoon. Ook de bepa lingen voor de bewoning van oude boerderijtjes zijn destijds zo streng gomaakt. dat ik in Friesland geen boerderijtje kon vinden waar ik na rn'n pensionering in mocht wonen' ,Toen ik hier ln Friesland kwam, zijn m'n vrouw en ik Fries gaan Ie. ren, maar lk heb weinig zelfvertrou wen. Ik ben gauw bang dat ik iets verkeerd zeg. Ik heb 't ook nooit willen doen voorkomen alsof ik een Fries was. want dan word je toch maar surrogaat. Maar mensen die hier komen zeg lk altijd praat ge rust Fries Ik vind trouwens dat. veel Friezen accentlozen Nederlands spraken dan veel Hollanders. Je moet ze uit het westen op de teevee eens bezig horen, dan doen heel wat Frie zen net beter'. ,Nou zit ik 25 jaar ln Friesland, en steeds weer valt liet me op: Friezen maken geen reclame voor zichzelf. Nu staat in Sneek een metaalfabrlek die. eri dat hoorde lk van anderen, razend knapne booreilanden maakt. Waarom weet men dat niet? Daar moeten we reclame mee maken, zeg ik dan. Je lijkt Goebbels wel. re clame maken voor een volk, zeggen ze dan hier. Reclame ligt ons hier ln Friesland niet. En als ik het dan doe. dan hoor je: die commissaris staat zijn provincie op te hemelen'. ,Maar het is waar: de precisie van sommige Friezen is formidabel. Dat planetarium in Franeker loopt nog steeds op de seconde, hoeveel men sen weten dat? Er zijn nog steeds Friezen die zo iets maken, hoorde ik van een hoogleraar. Ik ben het gaan uitzoeken er zijn hier op dorpen tal van christelijke verenigingen aie zelf lensjes slijpen voor telescopen'. .In Heerenveen maken ze een moei lijk apparaat dat een van de belang rijkste onderdelen in de Apollo is. Ik heb aan de krant hier gevraagd er over te schrijven, en die mensen zeggen dan: de commissaris wil weer opscheppen over Friesland, maar is dat opscheppen. Waarom schrijven ze zo ©lts nu nooit eens, waarom lees je wel als je een weg hebt geopend: die weg had-ie tien Jaar eerder moe ten openen? ,Maar je moet Amerikanen die hier een fabriek hebben, eens over Fr.e- zen horn. Ze zijn wild enthousiast. Een dochtertje van zo'n Amerikaan zit ln Friesland ergens op de lagere school. Ze praat wat Fries. Een vriendinnetje zei: je vader gaat i toch weer weg. alle knappe mannen gaan hier altijd weg. Dat meisje zei toen: als pa en ma weggaan, blijf Ik hier'. .Waarom ligt het werkloosheidscijfer hier zo gunstig? Friezen hebben een trots: het zijn broodnuchtere arbei ders. ze houden van Friesland, ze zingen en dichten erover, maar als er geen werk Is, trekken ze weg. Van sommige dorpen is na de oorlog tien procent naar Canada vertrok ken*. ,Maar toch blijven allerlei mensen al tijd weer somher doen over liet noor den. men geneert zieh hier som* voor een gewone opgewektheid, vro lijkheid grenst soms aan zonde. En Is iets mooi, dnn mug het niet al te lang zo hlyven. Als het prachtig zo merweer is. zegt een noorderling: morgen zal het wel regenen',

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1970 | | pagina 18