HOMOFIELEN,
OOK MENSEN
SCHRIK
REACTIES
DE VERHOUDING
JODEN - CHRISTENEN
OP HET
PASTORAAL CONCILIE
zeeuwse
courant
ttmumKMMnmmum
NIEUW EN OUD
P
23
25 APRIL 1970
,Hedenesse', Cadzand is dit voorjaar één van de acht vormingscentra,
waar, voor Zeeland 29 april, een besloten dagcursus plaats vindt over
het pastoraat aan homofielen voor protestantse en r-k pastores en hu
manistische raadslieden. Er zijn dertig deelnemers uit Zeeland en Bra
bant. Op deze pagina één en ander over het cursusonderwerp aan de hand
van gesprekken met pater Gottschalk, Amsterdam, inleider op Hedenes-
se en gereformeerd predikant Tieleman, Heinkenszand, deelnemer. De
dagcursus op Hedenesse zal worden bijgewoond door enige leden van de
Utrechtse studentenwerkgroep homofielen.
De KRO-tv zal morgenavond, zondag, op Ned. I een documentaire van Ad Zonne
veld uitzenden, getiteld .Een homofiel', een proeve tot verduidelijking. Aanvang
22.15 uur.
Op het programma van de nazi's stond niet
alleen do vernietiging van de joden, maar
ook van de homofielen. In de concentratie
kampen in Polen zijn tienduizenden homo
fielen omgebracht. Dat mag dan verleden
tijd zijn, geestelijk lijden nog steeds in ons
land de homofielen aan een stuk discrimi
natie, dat overigens ook zijn materiële kan
ten uiteraard heeft, hoewel de ontwikkelin
gen de laatste tien jaar snel zijn gegaan.
Dat is te danken aan een klein aantal pro
minenten en de organisatie van de homo
fielen zelf, die overigens lang niet alle
650.000 homofielen in ons land omvat. Daar
van zijn er 80 k 100.000 gehuwd.
Hoe men over die 650.000 denkt maakte
september vorig jaar drs S. Meiiof-Oank
duidelijk aan de hand van een opinieonder
zoek onder 1671 personen. Tien procent van
de ondervraagden wist niet wat een homo
fiel of homosexueel was, 62 procent kon een
juiste, 29 procent kon geen duidelijke om
schrijving geven, maar kon wel benaderen
waarom het ging. Met name de niet-weters
(vooral mensen boven de vijftig en weinig
ontwikkelden) waren weinig verdraagzaam,
soms zelfs agressief in hun afwijzing. Vier
en veertig proeent vond dat homosexuelen
beter niet kunnen laten merken dat ze het
zijn, acht en twintig procent vond dat dat
wel kon. Een ander deel wilde omstandig
heden en milieu in aanmerking nemen ten
aanzien van openlijk er voor uitkomen of
niet Ondanks dat Nederland moet door
gaan voor een tamelijk tolerant land
niet alleen op het gebied van de homofilie
is er toch nog lang niet alles uitmtend.
Er zijn sociale, psychologische en wat aJ
niet voor factoren die meespelen, cq tegen
spelen ten aanzien van de homofielen, die
genen dus, die zich aangetrokken weten tot
personen van hetzelfde geslacht. Waarbij
dan voor vrouwelijke homofielen meer h»»
woord lesbiennes wordt gebruikt. De term
homofilie verwijst meer naar de geestesge
steldheid, homosexualiteit duidt meer op
daaruit onstane lichamelijke relaties.
blinde hoeken
exegese
Niet ln het minst is de bijbelexegese oor
zaak geweest van discriminerende om
standigheden zoals die nu (nog) bestaan.
Daarnaast zijn ook in andere wetenschap
pen te lang verkeerde inzichten doorgege
ven en hebben die hun invloed kunnen doen
gelden, Homofielen is van het begin af aan
in de maatschappij niet alleen de oorzaak
van natuurrampen aangewreven, ook hon
gersnood ontstond door hen en onvruchtbaar
heid. In de zeventiende en achttiende eeuw
werden homofielen ter dood gebracht van
wege .sodomltische praktijken' en in En
geland was tot 1956 levenslange gevange
nisstraf het gevolg van buggery', de anale
coïtus, zoals Van Dantzig in een NVSH-
publicatie noteerde. Niet voor niets kwamen
Desondanks deed het centrum voor staat
kundige vorming van de KVP nog in de
vijftiger jaren pogingen om de strafbepa
lingen tegen de homosexualiteit te verzwa
ren, zoals van dr Trimbos is te vinden in
.Pastorale zorg voor homofielen', de weer
gave van een in juni 1968 gehouden studie
dag. Het vervolg op die studiedag, met na
me in de regio, is thans de reeks besloten
dagen op enige vormingscentra.
Pater Gottschalk, die in dezelfde tijd dal
het KVP-studiecentrum wat tegengestelde
ideeën spuide begon met pastorale zorg voor
homofielen in Amsterdam met name. daar
bij later gesteund door radiopastor Kla-
mer van Hilversum uit en de gereformeerde
predikant Brussaard in Den Haag, ziet
zeer veel nut in deze dagen. ,Wij krijgen
nog steeds uit alle delen van het land men-
PATER GOTTSCHALK
daarom vele homofielen uit Engeland naar
ons wat toleranter land. Pater dr J. Gott
schalk, die al tien jaar geleden de eerste
pastorale zorg onder homofielen in Amster
dam begon kan over de buitenlanders in
Amsterdam meepraten. Hij heeft ze ontmoet
uit België, Duitsland, Frankrijk, Nieuw-
Guinea, Australië, Engeland Pater Gott
schalk over de theologie en de kerken: ,de
kerken hebben, aansluitend op het cultuur
patroon van het westen een afweerhouding
aangenomen tegenover de homofielen. Een
van de punten waarmee wij zitten te kijken
is dat aan theologische hogescholen en der
gelijke geen bijzondere aandacht wordt ge
schonken aan de nieuwe inzichten omtrent
bijbel en homofilie, wel aan de sexuele mo
raal, maar de rest wordt onder de tafel ge
schoven, er is bij de opleiding een grote
lacune.' De bijbel wordt nog steeds mis
bruikt bij de benadering van de homofiel.
Dr C. J. Labusschagne schrijft daarover
zeer zinnige dingen in het januarinummer
van ,Kerk en Theologie' als hij spreekt over
het vaak op een emotionele en ongenuan
ceerde wijze hanteren van de bijbel, .waar
bij het bijbels getuigenis geweld wordt
aangedaan onverschillig of men die han
teert ter bestrijding of ter verdediging van
homofilie'. Zowel Genesis als Levitïcuc en
Romeinen worden aangevoerd ter bestrij
ding van de homofiel. Dr Labusschagne con
cludeert dat men in het Oude Testament niet
verder dan het oultisch-religieuze aspect
van het probleem is gekomen, ,maar toch
geeft dit boek wel een aanwijzing voor de
houding van de mens, tussen Leviticus 18
en 20 in Leviticus 19: .Gij zult uw naaste
liefhebben als uzelf.' Ook in het Nieuwe
Testament wordt het probleem op zich niet
aan de orde gesteld. Het blijkt een pro
bleem dat in deze tijd om een oplossing
aanklopt bij de sociale ethiek. De christe
lijke ethiek heeft hierbij alle inspraak'.
sen doorgestuurd, er zijn blinde hoeken,
waar nog steeds niets aan pastorale zorg
voor homofielen wordt gedaan. Als ik een
Zeeuwse homofiel zou krijgen, dan zou ik
hem alleem maar een bevriende Antwerpse
psychiater kunnen noemen. Ik ben bijvoor
beeld eens gebeld door een dominee op één
van de Zeeuwse eilanden, aan de kant van
Brabant. Die had een jonge homofiel in
zijn gemeente, maar hij wist niet hoe hij
dat moest opvangen.'
De homofielen leven volgens pater Gott
schalk onder een maatschappelijke druk.
.Een homofiele leraar aan een landbouw
school die samenwoont met zijn partner en
wilde verhuizen kreeg geen vrije dag daar
voor. Hij woonde op kamers was het mo
tief. Dan: de dubbele belasting voor vrien
den, de noodzaak om in een bedrijfspen
sioenfonds te gaan, terwijl in feite de na
bestaande. in dit geval dus de partner,
niets krijgt. Bekend is natuurlijk wel dat
vriendinnen die samenwonen niet zo opval
len. Maar toch moet men er niet te licht
over denken. De druk die er op hen ligt,
de angst om verraden' te worden al is
het maar een kind dat vraagt: .heb jij geen
man?' kan leiden tot voortdurend ver
huizen. Dn waar helemaal geen opvang is.
kom je een bijna onuitsprekelijke mense
lijke tragiek tegen. In de Bijlmermeer, een
jaar oud, zijn nu al dertig zelfmoorden ge
constateerd.'
opvang
Die opvang is zeker ook noodzakelijk in
de regio. Ln Zeeland is één onderlinge ge
spreksgroep van homofielen en heterofie-
len, degenen dus die wél in de maatschap
pij zijn geaccepteerd. Pater Gottschalk ziet
een duidelijke taak voor de Zeeuwse pasto
res. Het gaat niet alleen om een mentali
teitsverandering bij deze pastores zelf, zij
moeten ook de moed hebben kritisch te
functioneren en in eigen omgeving een
mentaliteitsverandering tot stand te bren
gen. .Maar dat betekent niet dat het de
kant van de repressieve tolerantie uitmoet.
Men mag niet in de gettofase ten aan
zien van de homofielen en die zelf ook
niet blijven hangen.' Bij de homofielen
gaat het in de eerste plaats om zelfac
ceptatie en daarna om integratie. Die inte
gratiegedachte moet ook aan de andere zij
de. in dit geval dan de pastores de ge
meenten, de kerken, in feite de hele maat
schappij, tot uitdrukking worden gebracht
en worden gerealiseerd. Het gespreksgroe-
penwerk, met een duidelijke decentralisa
tie en regionalisatie, is hierbij één van de
meest geschikte vormen.
,De opvang moet in een eigen centrum kun
nen gebeuren. En omdat het hier om de
totale mens gaat, dient een dergelijke op
vang en benadering interdisciplinair te zijn,
dus vanuit verschillende takken van weten
schap. Gewoon, omdat de nieuwe visie op
mens en maatschappij mede door de mens
wetenschappen tot stand is gekomen.'
Pater Gottschalk is daarom ook voor sa
menwerking met het COC (7000 leden).
Die samenwerking is er ook. Vanuit de
strijd tegen de discriminatie kan men door
gaan naar de veranderende visie op de
sexualiteit van de mens. Want die wijzi
ging hangt nauw samen met de inzichten
omtrent de homofilie. Daarbij gaat het in
de sexualiteit niet in de eerste plaats om
de creatie, maar om de recreatie. Via re
creatie komt men aan affeotie, aantrek
kingskracht. En dan de verschillende vor
men daarvan.
,De goede adviezen die nogal eens door do
minees en geestelijken worden gegeven aan
homofielen: .Trouw maar dan gaat 't wel
over', zijn levensgevaarlijk. En het wordt
nog stééds gedaan. Alleen daarom al zijn
dergelijke informatieve dagen als in Cad
zand nuttig. Er is maar een kleine groep
homofielen die zich aan de maatschappe
lijke discriminerende druk, die onder an
dere tegenhoudt da.t ze voor hun homofiel
zijn uit durven komen, zich durven verzet
ten. Of Nederland toleranter is? Neen, al
leen omdat in ons land een kleine groep
constant tegen het onrecht blijft vechten
en er is daarbij een wisselwerking met
het COC daarom gebeurt er niets; ook
wettelijk.'
blackout
En over de integratie (gelijke rechten,
promotiekansen en dergelijke) zegt pater
Gottschalk: .Slechts een kleine groop intel
lectuele homofielen zal zich durven verzet
ten tegen de discriminerende maatschappij.
Het overgrote deel kandat niet. Met
de daaropvolgende integratie ligt dat net
zo. Van de COC-leden zijn er maar een
paar honderd academici en juist academici
durven een eigen leven te leiden, de rest
ailt in een gettobestaan, of vlucht in huwe
lijken. Zij leven een krampachtig leven,
durven ook niet een relatie aan te gaan,
hebben angst om zich te bekennen, op
straffe van ontslag en dergelijke. Bij intel
lectuelen ligt zo'n zaak zij kunnen soms
niet makkelijk gemist worden ln hun be
roep al iets anders. Zijn ook mans ge
noeg om zichzelf te helpen.
Nog twee opmerkingen van pater Gott
schalk tot slot: ,Laat men de homofiel
m ieder geval accepteren zoals hij of zij
is. En laat men vooral niet die .blackout'
hebben, de overtuiging dat het .bij ons' niet
kan voorkomen.'
WILL. VERKERK
DS D. TIELEMAN
Schrikreacties' noemt de gereformeerde predikant D. Tiele
man (30) de voor een deel anonieme post, die hij kree£
nadat hij in de Zeeuwse Kerkbode de artikelserie .Homo
fielen mogen er zijn in de kerk' had geschreven. Hem wer-
len .onbybelse leringen' verweten, hel .verdraaien door
kunstgrepen van een door God verfoeide zonde'. Een ano
niem stuk omvatte niets meer dan een adresbandje met
erop: ,Aan de heer D. Tieleman, sympathisant niet homo
fielen'. Het adresbandje zat om een opgave formulier voor
de vereniging van verontrusten in de gereformeerde kerken.
De jonge predikant kwam in zijn studietijd eigenlijk door
het contact met een homofiele Zeeuwse student iets meer
over de bepaald aanwezige nood van homofielen te weten.
En omdat hij in Zeeland niemand kende om de rela
tie met de landelijke werkgroep pastorale hulp aan homo
fielen te leggen (in die groep onder andere pater Gottschalk
is Bussaard (geref.) en ds Klamer, (hervormd) is hij er
in mee gaan draaien. De schrikreacties komen volgens
ds Tieleman voort uit het gebrek aan die noodzake
lijke informatie, niet alleen puur feitelijke, .wereldlijke'
informatie, maar ook over de bijbelexegese ten aanzien van
homofilie.
Nó. de Hedenesse-dag over het pastoraat aan homofie
len, gelooft hij, is in eerste plaats nodig een pastoraal
beraad, desnoods meer beraden regionaal, uiteraard inter
kerkelijk en met humanisten erbij. Dat pastoraal beraad
moet zich bekendmaken, een lijst van adressen van Zeeuw
se pastores publiceren, waar homofielen contact mee kun
nen opnemen zo zij dat willen en waar heterofielen voor
informatie terecht kunnen. De geestelijke leidslieden
hebben de taak zich in de eerste plaats zelf vertrouwd
te raken met de problematiek waarmee homofielen (al is
het alleen al de pure discriminatie) te maken hebben. Zij
zullen daarin de theologische implicaties van de exegese
moeten verdisconteren, misschien een stuk vitale vervreem
ding, .vitale afkeer', zoals Van Emde Boas het heeft ge
noemd, in het contact moeten overwinnen. De pastores
moeten zich er voorts ten opzichte van de gemeenten pu
bliekelijk mee bezig houden, een duidelijk stilzwijgen
verbreken. Is het noodzakelijk over homofilie te pre
ken en daarin de huidige bijbelexegese duidelijk te maken
Ds Tieleman acht dat niet nodig: ,Ik heb wel gebeden voor
homofielen, maar de kwer e va informatie is momenteel
belangrijker dan er in de pre .jidacht aan schenken.
Is dat ook niet wat discriminerend? En in feite preek je
Impliciet altijd a.1 over homofilie als je aandacht schenkt
aan de gediscrimineerden in deze wereld'.
RUIMTE
Er zijn meer dingen nodig. In feite in de eerste plaats de
ruimte maken voor de homofiel zelf: hen, voorzover zij
dat willen natuurlijk, helpen elkaar uit de moeilijkheden
te helpen. Dat kan door het organiseren van gesprekskrin-
gen. zoals men die elders in ons land al veel aantreft. Die
gesprekskringen zijn vooral een mogelijkheid voor de homo
fielen om door contact met elkaar zich te leren aanvaar
den, om het hele probleem menselijker te maken, te rela
tiveren ook. ,Het is niet de bedoeling een gescheidenheid
te continueren, het moet meer een overgangsstadium zijn
naar het gesprek tussen homofielen en heterofielen, een
onderdeel van eeen emancipatiepolitiek
Binnen de kerkelijke gemeente is er dan de directe pasto
rale zorg voor zowel de ouders die bijvoorbeeld op een
gegeven moment horen dat hun kind homofiel is. ,Dat kan
vaak een enorme paniek geven, zowel bij de ouders als
de kinderen. Want de kinderen gaan zich zelf als zodanig
herkennen en zullen dit moeten erkennen en aanvaarden;
de ouders zullen hun angst moeten afleggen en één lijn
met hun kinderen moeten trekken. Misschien dat wij als
predikanten daaraan iets mogen helpen, ze niet alleen la
ten begaan. Het is een puur menselijk probleem, men mag
't geen sexueel probleem noemen. Daarom kun je het als
pastoor ook niet alleen af. Er is teamwerk nodig, een sa
men denken en werken van medici, sociologen, psychiaters,
theologen'
Daarom is men er ook niet met alleen maar een beraad van
pastores. Na een beraad van leden van geloofsgemeen
schappen zou er op de duur een Zeeuws adviescentrum
moeten komen, mogelijk als een deel van een bureau voor
levens- en gezinsmoeilijkheden. .Meestal durft men zich
nu niet bekend te maken aan een pastoor als homofiel,
want, stel dat het eens fout zit bij die wijkpredikant, dat
die man gaat pi-aten Dan ben je als homofiel verkocht.
Niet alleen daarom, maar ook vanwege de afweerhouding
ook. die er in de kerk en niet alleen onder pastores
heerst ten aanzien van de homofiel, gaan vele homofielen
de kerk uit. Menselijk gesproken heeft de kerk een stuk
de boot gemist, maar ze :s nu bezig een kind van haar
tijd te worden De homofiel die binnen de kerk leeft zal
deze ontwikkeling met spanning volgen'.
Op het pastoraal concilie van de r-k kerkprovincie werd geïnformeerd toen het rapport
,De verhouding tussen Joden en christenen' ter sprake kwam, waarom In de commissie
die dit ontwerp-rapport had samengesteld, geen Joden zitting hadden gehad. Dit zou
een logische zaak zijn geweest. Je kunt toch moeilijk over de verhouding met een ander
gaan praten, wanneer die ander zelf niet meepraat. In ruime mate heeft men In de R-K
Kerk, toen het ging over de oecumene, over de verhouding tot andere kerken, leden van
andere kerken laten meepraten en wei in die mate dat zo ongeveer de helft van de des
betreffende commissie uit leden van andere kerken bestond. Dit achtte men vanzelf
sprekend, want de verhoudingen kunnen toch moeilijk van één kant worden besproken en
geregeld. En wanneer het nu gaat om de verhouding tot de joden, laat men, ter voorbe
reiding van het pastoraal concilie wél zeven leden van andere kerken en godsdienstige
gemeenschappen meepraten, maar geen enkeie jood.
De voorzitter van deze commissie, mgr A.
Ramselaar, die dit bezwaar tevoren reeds
schriftelijk onder ogen had gekregen, gaf
op deze waag in zijn mondelinge inlei
ding te Noordwijkerhout dit antwoord, dat
hem bij de voorbereiding van het rapport
een gevoel van diepe smart had bevangen.
Joden en christenen zouden dicht bij elk
aar moeten staan omdat ze geestelijk vol
komen uit één stam zijn opgegroeid. De
bijbel van de joden is het Oude Testament
van de christenen. Jezus en zijn discipe
len waren joden. Wanneer we nu echter als
christenen met joden in aanraking komen,
.moeten we denken aan de discriminatie
van de joden door Rome'. Aldus ongeveer
verdedigde mgr Ramselaar zich tegen het
verwijt dat geen joden in de commissie
hadden meegesproken. Voorts herinnerde
hij aan het bezoek dat paus Paulus VT in
1964 aan Jerusalem heeft gebracht. Veel
ophef is er toen gemaakt van zijn ontmoe
ting met Athenagoras. de patriarch van
Constantinopel. alsof dat de grootste ge
beurtenis toen is geweest. Geen enkel con
tact heeft hij aldaar gehad met de syna
goge. Zo ooit, dan is er toen gebleken welk
een afstand er is tussen ,het katholieke
denken en de joodse existentie'. Ook met
de regering van Israël heeft de paus geen
bespreking gehad. Dat kon ook moeilijk,
want de paus heeft het bestaan van de
staat Israël (nog) niet willen erkennen. Tel
kens legde hij er nadruk op dat hij alleen
als pelgrim in het Heilige Land wilde ko
men. .Wanneer zij (nl de joden) een uitno
diging van een concilie krijgen, zullen
zeggen dat ze dit niet kunnen
Aldus mgr Ramselaar.
De behandeling van het rapport over de
verhouding joden-christenen had, als een
ellips kennelijk twee brandpunten. Het
ene was het tweede Vaticaans concilie en
hetgeen er aldaar, na veel moeite, uit de
bus is gekomen. We doelen op hetgeen er
gezegd is in de verklaring .Nostra Aetate',
die aanbeveelt, op grond van ,het gemeen
schappelijk erfgoed', .de wederwijdse kennis
en waardering door broederlijke ge
sprekken (te) ondersteunen en aanbevelen'.
Veel is dit niet en geconstateerd werd dat
er van dit weinige eigenlijk nog niets is
terechtgekomen. In de parochies zo la
zen we .bestaat geen verlangen van de
katholieken met de joden te spreken". Er
is in het geheel geen enkele waag naar.
Dit geldt zelfs van de pastores. Deze zijn
ook niet vertrouwd met de bijbelse theolo
gie die hier in het geding komt. Het bleek
voor het concilie uiterst moeilijk om in de
zen af te wijken van de lijn die door Rome
is uitgestippeld. Voorlopig heeft men
blijkbaar genoeg aan de celibaatskwestie.
Het andere brandpunt van de bespreking
vormde het ontwerp-rapport dat op de ge
nerale synode der hervormde kerk in be
handeling is geweest. Daartegen is. na de
behandeling ter synode nogal wat verzet
gerezen, omdat het de staat Israël aan
vaardt en zelfs stelt dat, wie zich tegen
deze staat keert, keert zich tegen Gods be
doelingen met dit volk. Een groep theolo
gen uit Nijmegen (dominicanen) hebben
zich in een open brief aan het breed mode-
ramen van de hervormde kerk. zeer fel ver
zet tegen dit ontwerp-rapport, omdat hier
in als gelijkwaardig naast elkaar waren
aangenomen .Gods uitverkiezing, Zijn be
loften en trouw én de feitelijke geschiede
nis van het joodse volk'. Zij het dan ook
dat de leden van de commissie van het pas
toraal concilie de politieke gevolgtrekking
voor de tegenwoordige tijd vermeden had
den, liep hun ontwerp-rapport op zeer vele
punten parallel met het hervormde, met
een gevolg dat een gedeelte der sprekers
op dit pastorale concilie zich tegen heel de
strekking van dit rapport keerde. Wanneer
men uitgaat van het probleem van het an-
TIqSEMOTSME (zoals
tisemitisme (zoals het r-k ontwerp-rapport
doet) komt men, volgens hen, tot uitspra
ken die rieken naar politiek. Zo werd door
een en ander betoogd. Het bestaan van
Israël als joodse staat maakt het onmoge
lijk een houding tegenover het jodendom
aan te nemen die niet tevens een politieke
keuze inhoudt. Het rapport zou zich ook
reeds op dit politieke terrein hebben bege
ven door over het joodse volk te spreken.
Men had het moeten hebben over de jood
se godsdienst en de belijders daarvan, als
of men dit zo maar kan scheiden. Daarom
wilden degenen die dit geluid lieten ho
ren per se niet verder gaan dan het tweede
Vaticaans concilie was gegaan. En zo be
leefden we dezelfde strijd die er ook ln
hervormde kringen wordt gestreden over de
vraag welke onze christelijke houding moet
zijn tegenover het jodendom. Hoe men het
ook noemen wil. en van welke kant men de
ze zaak ook wil bezien, altijd zal men in
moeilijkheden komen. Gebruikt men het
woord .Israëlieten', dan kan er weer te
veel aan de staat Israël worden gedacht,
alsof de bewoners van deze staat (tenmin
ste de meerderheid) geen Israëlieten zijn.
De naam ,het joodse volk' kon bij de tegen
standers van het rapport_ ook al geen ge
nade vinden om dezelfde reden. En dan
wordt er toch aanvaard dat iedere vorm
van antisemitisme moet worden verworpen
en dat het christendom zich altijd bewust
moet zijn van de bijbelse verbondenheid
met het uitverkoren volk der joden. En
waarom dan weer niet zo vragen we
nogmaals met dat gedeelte van de jo
den, dat ln Israël met de rug tegen de
muur staat en voor wie de enige mogeltjk-
heid om te blijven leven is dat zij vech
ten voor hun bestaan? We zullen waarlijk
niet alles vergoelijken, laat staan goedkeu
ren, wat er in het Midden-Oosten geschiedt.
Het ls er volop' oorlog en we zouden m
Jeruzalem veel liever vrede zien. Voor het
probleem van de vluchtelingen zal een op
lossing gevonden moeten worden. Doch
tegelijk moeten we daarbij bedenken dat
de Israëli's ook nagenoeg allemaal vluchte
lingen zijn of hun nakomelingen. We zijn
ons bewust dat we in de politiek zijn ver
zeild, maar we zouden niet weten hoe het
anders mogelijk is wanneer er in de tegen
woordige tijd over de joden wordt gespro
ken en zelfs wanneer het gaat om hun ver-
-louding tot de christenen. Dat is het won
derlijke en uitzonderlijke bii Israël dat
godsdienst en volk niet te scheiden zijn.
Wanneer enige kerk, welke dan ook, in de
tegenwoordige tijd enige uitspraak doet.
sit ten er altijd politieke kanten aan.
Toen het over Israël ging, was het pasto
raal concilie angstvallig voorzichtig alle po
litiek erbuiten te houden. Laiter werd er
bijna klakkeloos een verklaring en adhesie
betuiging aanvaard voor de aartsbisschop
van Zambia, die zijn stem verheven heeft
fterrecht o.i.) tegen de onvrijheid van de
katholieke kerk in de Portugese koloniën,
alsof dit niet tevens een stuk politiek is,
Het tweede Vaticaans concilie zat in moei
lijkheden door de kerken van de landen in
het Midden-Oosten die met Rome verbon
den zijn. Wanneer deze het bestaan van
de staat Israël zouden aanvaarden, zouden
ze in hun landen meteen als landverraders
getekend zijn.
Dezelfde moeilijkheid heeft overigens ook
de Wereldraad van Kerken wanneer het
gaat om een verklaring over de verhouding
van kerk en Israël Bezwaren tegen het
rapport over de verhouding joden-christe
nen waren op het pastoraal concilie ook
dat het geschreven is vanuit een zekere een
zijdigheid. Hoe kan het ook anders wan
neer over Israël wordt geschreven en ge
sproken? Daartegenover werd gesteld dat
zeker de kerk van Rome geen recht heeft
hier veroordelend te spreken, want ln de
geschiedenis heeft zij zich wel zeer eenzij
dig met Israël beziggehouden en dit was
een eenzijdigheid ten nadele van Israël. Ook
al heeft de bespreking in Noordwijkerhout
slechts een mager resultaat opgeleverd.
:och is het goed dat erover gesproken is
en mgr Ramselaar zal er wel voor zorgen
dat de studie over dit onderwerp voort
gaat. Gebleken is wel dat dit bitter nodig
Johannes 2:7 en S.
,iGeen nieuw gebod... een
oud ge-bod toch een
nieuw gebod'.
Nieuw en oud kunnen soms
op een merkwaardige ma
nier door elkaar lopen. Wie
bijvoorbeeld kijkt naar u:at
ons als de nieuwste mode
wordt voorgezet ontkomt
met aan de indruk dat het
sprekend lijkt op wat vroe
ger gedragen werd. Toch is
het niet zander meer het
oude dat terugkomt: door
dat mensen van nu het ma
ken en dragen is het iets
nieuws geworden.
Iets soortgelijks is er non
oudsher aan de hand met
wat Jezus Christus ons
leerde over ons leven: als
Hij de zijnen zegt dat God
wil dat. zij elkaar liefheb
ben, dan is dat niets nieuws,
voor de mensen van toen
evenmin als voor ons. Van
het begin af hebben mensen
geweten dai de enige goede
manier van met elkaar le
ven is dat je het goed
maakt voor elkaar. Maar
wat brengen wij er samen
van terecht? Als wij om
ons heen kijken lijkt het
een uitgemaakte zaak dal
dat gebod het niet meei
loet als het dat ooit gt
laan heeft!
Maar dan kan het ons ge
beuren zoals het Johan
nes overkwam dat wij
mogen zien hoe dat oude.
dat Jezus leerde, nieuw
werd. doordat Hij het in
zijn eigen leven waarmaak
te. Doordat Hij mensen lief
had, het goede aan ze deed.
Niet op de manier van lief-
zijn-voor-elkaar, maar wt
die heilige liefde, die be
vrijdt en ruimte maakt voor
een nieuw begin. Zo maakt
Hij het niet alleen waar in
zijn eigen leven. Maar wit
door die liefde werd aange
raakt, merkt tot zijn ver
wondering dat het door
gaat. Dat het in zijn eigen
leven en da.t van anderen
gaat groeien. Dat zij er
mdanks zichzelf soms
neens iets Mn waar gaan
maken, van die liefde waar
bij een mens zichzelf ver
geet en zich inzet voor ds
ander.
Wij praten in deze tijd veel
over vernieuwing van onze
wereld en wij zien daar aan
alle kanten de tekenen van.
Maar als die vernieuwing
iiie! ook inhoudt dat veel
mensen, door Christus ge
leerd en door Zijn Geest
aangeraakt, het oude gebod
waarmaken. dan zal het
nieuwe toch weer het oude
patroon vertonen van ons
'iflrn nis mensen onder elk
aar. AUeen door Hem kan
oud werkelijk nienic wor
den.
Middelburg
A. H. A. Bakker.