SPSS®
SP
Mi
zeeland kende
de vluchtelingen
en de bommen
op zierikzee
éSSrSe 1900-2000
K™ RODE DINSDAGEN WAREN HEERLIJKE ACTIES
DE BILLEN VAN JANTJE WAREN GROF SCHANDAAL
provinciale
kerst 1969
WOENSDAG 24 DECEMBER 1969
Bommen op Zierikzee: beeld van de verwoeste woningen in de Sint-Domusstraat.
VLISSINGEN Het tweede decennium van
de 20ste eeuw: 1910 - 1920, een tienjarige
periode, waarin zich de eerste wereldoorlog
afspeelde. Tussen 1914 en 1918 rolde een
niets ontziende oorlogsmachine over Euro
pa. De moord op de Oostenrijkse troonpre
tendent Franz-Ferdinarit en zijn vrouw had
Europa in minder dan geen tijd in vuur en
vlam gezet. Als een oase in de woestijn lag
Nederland temidden van elkaar vijandig ge
zinde naties. Ons land handhaafde zijn neu
traliteit. Leger, marechaussee en mariniers
bewaakten de grenzen.
Maar ook in Nederland merkte men de gevolgen van
de oorlog. Heit was een tijd van schaarste en de
broekriem moest dan ook strak worden aangetrok
ken. Tal van produkten en artikelen waren schaars,
omdat de import stagneerde, maar ook, omdat de
export, zo goed en kwaad als dat ging, doorgang
moest vinden.
Zeeland kreeg natuurlijk ook zijn deel van de moei
lijkheden. Allereerst waren er de duizenden Bel
gische vluchtelingen, door het oorlogsgeweld van
huis en haard verdwenen. Nauwelijks voldoende ge
kleed, slechts het hoognodige bij zich, trokken zij
naar de veilige Nederlandse grensprovincies. Hon
derden kwamen via Zeeuwsch-Vlaanderen binnen,
duizenden kwamen met boten de Westerschelde af
zakken. In allerijl werden overal in Zeeland op
vangcentra ingericht: scholen en andere openbare
gebouwen, waren plaatsen, waar de vluchtelingen
werden opgevangen. Speciale barakkenkampen wer
den gebouwd om hen voor de verdere duur van de
oorlog onderdak te geven. Met veel improvisatie,
met veel zweet en met veel tranen werden in die
oorlogsjaren bergen werk verzet door mensen, die
bij wijze van spreken ln honderd jaar geen kanon
hadden horen bulderen. Hoewel Zeeland de oorlog
'li - '18 niet aan de lijve heeft ondervonden, was
dat kanongebulder wel degelijk te horen, althans in
die plaatsen, die het dichtst bij de grens waren ge
legen. Trouwens ook op Walcheren kunnen ze daar
over meepraten. Het kanongebulder langs de IJzer.
de rivier, waarom heen het land in vier jaar tijd in
een met bloed doordrenkt kraterlandschap werd ver
anderd, was bij gunstige wind vele tientallen kilo
meters ver te horen. In 1917 leek het er even op. dat
de Duitsers Nederland zouden binnen vallen. Reëel
doel was het mondingsgebied van de Westerschelde:
Zeeuwsch - Vlaanderen, Walcheren en Zuid-Beveland.
In Knokke stonden al zware kanonnen opgesteld,
waarop de afstand naar Vlissingen en naar Mid
delburg in kilometers was vermeld. Maar gelukkig
voor de Zeeuwen hebben de Duitsers hun ,plan K'
voor de verovering van de Scheldemond nooit uitge
voerd.
BOMMEN OP ZIERIKZEE
Herinnerden de schaarste en de duizenden vluchte
lingen de Zeeuwen anno 1914 - 1918 dagelijks aan
de oorlog, de Inwoners van Zierikzee maakten in de
nacht van zondag 29 op maandag 30 april 1917 op
hardhandige wijze kennis met de oorlog. In die nacht
verscheen een (verdwaald Engels vliegtuig bo
ven de stad, loste (per vergissing zijn bommen
en vervolgde zijn weg langs de duistere hemel, zon
der te weten, welk een catastrofe het in Zierikzee
had aangericht. Drie mensen werden gedood, in
totaal veertig huizen compleet verwoest, driehon
derd woningen liepen schade op. De slachtoffers wa
ren de zadelmaker Leydekkers met vrouw en pleeg
kind. Hun huis, Sint-Domusstraat 112, werd vol ge
troffen door de eerst afgeworpen bom. Zo groot
was de luchtdruk, waarmee de ontploffing gepaard
ging, dat de stoffelijke overschotten tientallen me
ters verder werden gevonden. Seconden later viel de
tweede bom: die kwam terecht op een pakhuis aan
de Molenstraat. De hier ontstane brand kon spoe
dig worden geblust. Een aantal .belendende perce
len' stortte onder het geweld van de explosie in.
Een anderen bom viel door het dak van de woning
van mr Polfliet aan de Oude Haven. Wel veel scha
de maar geen persoonlijke ongelukken. Slechts een
tweejarig jongetje van de familie werd licht gewond.
Twee andere bommen vielen bij de gasfabbriek, zon
der al te veel schade aan te richten. Bijzonder hard
handig en onplezierig was dus de kennismaking
van Zierikzee met de oorlog. Financieel viel het.
gelukkig allemaal nogal mee. De Engelsse rege
ring, die pas twee maanden later toegaf, dat een
Engels vliegtuig de bommen had laten vallen, kwam
over de brug met bijna öên ton schadevergoeding.
De .bommenpot' was zelfs Jaren later nog niet ge
heel leeg.
Een veel mildere vorm van de gevolgen van de
oorlog openbaarde zich in Vlissingen. Daar kwam
het tot een flinke volksoploop, toen de Middelburgse
arbeiders van de Schelde wat al te nadrukkelijk
de draak staken met hun Vlissingse collega's, die
in plaats van de goede klei-aardappelen, de voor
de verwende Zeeuwse tong bijkans niet te eten
zandaardappelen kregen voorgeschoteld. De Vlis-
singers namen dat niet. Zij hepen met meer dan
duizend te hoop voor het stadhuis, met luide kreten
hun misnoegen kenbaar makend aan het gemeen
tebestuur. Het liep allemaal nog al goed af: van
.hogerhand' werd een deputatie van de ontevreden
arbeiders snel toegezegd, dat er voortaan echte klei-
Belgische vluchtelingen in het veilige Zeeland.
aardappelen zouden worden gedistribueerd. Ieder
ging daarop weer vreedzaam naar huis. De vol
gende morgen kon de consument zich te goed doen
aan onvervalste klei-aardappelen.
Zeeland en de oorlog 14-18 zal bij velen ook herin
neringen oproepen aan de befaamde eenheidsworst,
waarvan eigenlijk niemand precies de samenstelling
kende Je kon er van alles in aantreffen, tot stuk
jes touw toe, maar het vlees moest je bij wijze van
spreken met een vergrootglas zoeken. En dan nog
niet te spreken over het regeringsbrood, dat van
een samenstelling was, die je bepaald niet liet wa
tertanden. Het had veel weg van een flink brok
elastiek en zo smaakte het ook. Het waren inder
daad geen prettige tijden, de jaren 1914 - 1918,
maar Nederland bleef in elk geval neutraal en dat
alleen al betekende een enorme winst. Schaarste
en gebrek werden mopperend op de koop
toe genomen.
Aan de grenzen waakte m de oorlog 14-18 ons leger.
Het was een bijzonder roerige tijd', zo herin
met oud-vakbondsman J. Neuteboom zich.
,maar voor de vakbeweging een erg belang
rijke periode. Het aantal acties was enorm
groot. De arbeiders wisten dat het om belang
rijke dingen ging. Het elan, waarmee gede
monstreerd werd, het is haast niet meer te ge
loven. Vooral de Rode Dinsdagen waren heer
lijke acties'.
In 1909 moest in Den Haag nog een Rode
Dinsdag de manifestaties van de arbeiders,
waarop vooral de beweging voor algemeen
kiesrecht centraal stond worden afgelast
wegens de toen heersende cholera. Maar in de
periode 1910-1913 toen in Nederland meetings
en demonstraties elkaar zonder onderbreking
opvolgden, stonden de Rode Dinsdagen cen
traal in de uitingen van de algemene ontevre
denheid over het sociale, economische en po
litieke klimaat.
verbod
,In 1912', vertelt de 85-jarige heer Neuteboom
,werd de demonstratie verboden. Maar het
werd desondanks weer een onvergetelijke Rode
Dinsdag. Duizenden kwamen weer uit heel
het land naar Den Haag. In tien optochten
van elk gemiddeld 5000 man trokken we langs
verschillende routes naar het Binnenhof'.
Het wapen van de buitenparlementaire actie
bleef in die woelige jaren voor de eerste we
reldoorlog niet zonder resultaat. Bij de gemeen
teraadsverkiezingen van 1913 bijvoorbeeld
steeg het aantal .rode' zetels in het land van
118 tot 175. Vooral m de grote steden kon een
organisatie als het NVV, die vanaf 1912 aan
zienlijk nauwer met de SDAP ging samen
werken, zijn stem in de gemeentepolitiek laten
horen: Amsterdam 12 zetels, Rotterdam 4,
Den Haag 6, Enschede 7.
In 1911 vonden in Rotterdam en Amsterdam
grote stakingen in de havens plaats, die in
Rotterdam de reders algauw deden beslui
ten de eisen van de stakers in te willigen
Het NVV, dat achter de Rotterdamse staking
stond, had niettemin lang niet altijd met de
ze strijdmethode succes. .Afgezien van het
hevige onderlinge gekrakeel', aldus de heer
Neuteboom ,was de vakbeweging gewoon te
zwak. Niet qua ledental We gingen allemaal
de straat op om nieuwe leden te ronselen. Die
stroomden dan ook bij duizenden toe. Maar hel
was nu eenmaal zo dat de leiders heel goed be
seften dat ze bij de werkgevers niet al teveel
eisen konden stellen. De oorlog stond voor de
deur. Er kwam werkvermindering. Dan denk
je natuurlijk we! even na voordaft je gaat
staken'.
stempelen
Hij is zelf in het grafisch bedrijf werkzaam
geweest. Hij weet: ,Een vooruitgang was pas
aantoonbaar als je je loon van 1S20 ging ver
gelijken met dat uit 1914. In dat jaar ver
diende ik als typograaf 14 in de week. In
1920 was dat al 35,-.'
Ip de oorlogsjaren was er voor de vakbeweging
overigens werk voldoende voorhanden. Door de
terecht scherp bekritiseerde levensmiddelen-
politiek van de regering, die bijvoorbeeld toe
stond dat er overdadig veel voedsel uitgevoerd
werd, moest er wel hongersnood komen.
subsidie
Welslwaar slaagde het NW er tegen de ach
tergrond van de snel stijgende werkloosheid
m zijn werkloosheidskassen door de overheid
gesubsidieerd te krijgen, maar de problemen
voor de ongeorganiseerden stegen met de dag.
De heer Neuteboom: ,De werklozen moesten
tweemaal per dag komen stempelen voor hun
uitkering. Ze stonden dus voortdurend onder
controle. Maar tenslotte werd de situatie
zo moeilijk, dat er hongeroptochten door de
straten trokken'.
In 1915 besloten de vakbonden tot een algeme
ne actie om loonsverhoging. In 1916 begonnen
SDAP en NW aan een actie voor een berere
levensmiddelenvoorziening. In 1917 gingen de
Rotterdamse bootwerkers in staking. Zij ver
overden een havenreserve van 4500 main, die
een garantieloon var ƒ18 per week zou ont
vangen. In Amsterdam kwam het ln die tijd
al tot plunderingen van aardappelschuiten en
broodkarren. De door wethouder Wibaut in
gestelde Centrale Keuken, waar men voor
respectievelijk 15 en 12 cent een middag- en
een avondmaal kon bemachtigen was in Am
sterdam zeker niet voor zijn taak berekend.
In 1918 eiste de Spaanse griep ook nog eens
17.000 slachtoffers in Nederland.
gemakkelijker
Voor de vakbeweging kwamen de zaken na
1918 wat gemakkelijker te liggen. De heer
Neuteboom: ,In de oorlog was veel vernield.
Er kwam ineens een overvloed aan werk, die
aanhield totdat na 1920 weer een malaise
haar intrede deed. Maar na 1918 kon de vak
beweging gelukkig wat betere omstandigheden
voor de arbeiders scheppen. De lonen gingen
wat omhoog en de arbeidstijd omlaag. In het
grafische vak bijvoorbeeld steeg het uurloon
van 1917 tot 1920 van 27 op 77 cent. En de
arbeidstijd werd teruggebracht van 57 op 45
uur.'
In 1920 telde het NW 250.000 leden, meer
dan de helft van het totaal aantal (480.000)
georganiseerden. De heer Neuteboom: ,De vak
bond heeft ln die moeilijke jaren toch wel het
een en ander bereikt Eigenlijk was er ook
een overeenkomst met de tijd van nu. De lei
ders zeiden ook toen tegen de arbeiders: denk
erom, we kunnen niet voortdurend om loons
verhoging vragen, dan selachiten we de kip met
de gouden eieren'.
1820: de emancipatie van de vrouw begint.
Opgelega slecht noemde men in liet begin van deze.
eeuw de artiest. Vooral zij, die liet vak beoefenden
dat enkele jaren tevoren in Parijse herbergen en
kroegen de betiteling cabaret meekreeg, moesten
het ontgelden. Voor velen vias het cabaret een ver
boden vrucht. Ouders steunden allerminst het zang
talent van dochterlief. Vooral een dochter bij hel
cabaret was een funeste zaak. In het bijzonder hel
optreden na de voorstelling moest het ontgelden.
Vele caberetières, soubrettes en zangeressen dienden
na een optreden de mannelijke gasten gezelschap te
houden. ,Voor een amusant gesprekje" luidde de op
dracht van de werkgeverdie niets liever zag dan
dat de heren het pand verlieten met een sterk op
gevoerde rekening.
Dit heilig moeten werd echter spoedig afgeschaft.
Er kwam een zeer lage gage voor in de plaats. Een
compensatie was mogelijk. Na een optreden ver
kocht men de gezongen liedjes. Zelfs artiesten met
grote namen als een Koos Speenhof], zijn vrouw
Cesar me Jean Louis Pisuisse, Dirk Witte. Louis en
Heintje Davids, Nap, Fientje en Chris de la Mar,
Buziau en Willy Derby leurden met eigen proza.
EIGEN WERK
Ook de oud-soubrette Marga Verwey, die een, voor
velen onbekend vroeger, met behulp van plakboe
ken, door de tijd vergeeld foto's anno 1969 sterk
verouderde kranteberichten en programma-aankondi
gingen, doet herleven, verkocht op kermissen en in
café's eigen werk.
De tijd van het mansen was omstreeks de jaren
twintig voorbij. Van enige sociale voorzieningen voor
artiesten was echter nog geen sprake. Ziek zijn
was voor eigen rekening. Bleef je een paar dagen
weg, dan trapte de baas je eruit.
Toch leven er bij vele oud-artiesten prettige her
inneringen aan die tijd. Vooral het buiten de stad
werken was zeer ln trek. De artiesten bleven vaak
overnachten in de plaats waar ze werkten. Ontmoe
tingen met vakbroeders waren niet uitgesloten. In
sommige steden had men zelfs speciale artiesten
pensions. Marga Verwey in haar huis aan de Prin
senstraat. JZijk, die tijd was erg gezéllig, Toen
hoorde je niet, dat mensen aan een hartverlammig
stierven. Men was minder gejaagd.'
Pais en vree onder de artiesten bleek ook toen een
onmogelijkheid, er was veel kinnesinne. Men was
vaak jaloers op het succes van de ander. Het pu
bliek, hoofdzakelijk bestaande uit de gegoede burger,
was het niet altijd eens met het voorgeschotelde.
Koos Speenhoffs Met broekie van Jantje" noemden
velen een vies liedje. Het in het openbaar gebrui
ken van een woord als billen' heette een grof
schandaal. De door de cabaretiers voorgeschotelde
levensliedjes bezorgden velen daarentegen een brok
in de keel. JSchte smartlappen' wil Marga Verwey
ze niet noemen. Zij- ziet ze meer als realiteit, aan
trekkelijk opgediend.
TEGENSTAND
Ondanks tegenstand van haar ouders bestond bij
haar al vroeg de hunkering naar het toneel. De
Haagse bezocht ln haar jeugd vaak het Scala-theater
Vrienden en vriendinnen, met wie ze een toneelge
zelschapje vormde interpreteerden de ln de Haagse
gelegenheid opgedane kennis. Ze belandde na haar
huwelijk in het Haagse Operakoor. De stap naar
de kleinkunst, een wereld die geheel anders bleek
dan was voorgespiegeld, ,de mentaliteit was sterlc
verbeterd volgde spoedig.
De artiest, die ln Den Haag begon, mocht zijn
eerste proeve van bekwaamheid afleggen in ,La fa
vorite" in de Boekhorststraat. Eigenaar van de zaak
was de vader van de enige jaren geleden overleden
Cor Steyn .Marga Verwey herinnert zich Cor Steyn
nog als 10-jarige knaap, die de harmonika mocht
bespelen, wanneer de artiesten zich moesten ver
kleden. Het woord soubrette, dat Marga Verwey
achter haar naam meedroeg hield in, dat er veel
tranformaties in de liedjes zaten. Achter de scher
men kwamen tijdens 'n optreden tientallen verkleed
partijen tot stand, leder liedje kreeg een toepasse
lijk entourage.
Marga Verwey zingt nog steeds. Vaak op verzoek.
Het liefst liedjes van vroeger, waarin de liefde en
het leven hoogtij vieren en de sex verboden Is.