de
ontsluiting
van
schulpbier
DE SPIEGEL WAS NIET TE REDDEN
23
wssmmmm
provincial®
zeeuwse
coupanl
1 nT'i'iii»i'"i|iiii,Mmi"i!|in>i|i<;
1111HUIHUBllllllll
29 NOVEMBER 1969
PEEL IV; DE PARTY VAN DE ANGST
htsrige deeltjes hebben we al kennisgemaakt met allerlei figuren, die in het c
Jdw'pbier sleutelposities innemen. In de eerste aflevering zagen we, hoe men in het achtergebleven
Jchvlpbïer op een perceel van de kleinlandbouwer Besuijen bij het graven van een v/aterloop op
KI kolossaal ei stoolte, dat een aantal deskundigen bleek te bevatten, onder wie de planoloog
in Von Keuvelen, een man van grote invloed, die Schulpbier lot ontwikkelingsgebied verklaarde. Er
n-tl ace' nijverheid komen en drs Voorborgh van het directoraat industriebevordering roept kort
hel verlaten van het ei zelfs ontroerd: ,Wat een bekken'.
In deel II, >Dc bewening van het land, waar het leven goed was', horen we het gejeremieer van
tattle kortzichtige autochtonen, onder wie do landdrost Luymen, voorvechter van do agrarische
btlongen. Moor het eind van het liedje is toch, dat men 's avonds op het grote marktplein van
Schulpbier in bont feestvertoon rond het ei host: de bevolking blijkt er zeer mee ingenomen
it bewening slaat om in bejubeling.
h het vorige deeltje begint men genuanceerd ta denken en is er sprake van toenadering. De
bilcnties, die zich met de ontsluiting bezighouden hebben zich in prettige burelen neergelaten,
oeor voor hel overige gebeurt er nog niet veel: het bekken komt maar niet van de grond. ,De
loMltkelingsschets is een onbruikbaar stuk', roept Van Keuvelen, als hij tijdens een hearing
gevloerd. Maar er is verontrusting op ander gebied. De Volksacademie voor Schulpbier en
e'mie Omstreken (VSO) bereidt een voorstelling voor van het omstreden toneelspel ,Wie is
krg voor Wilhelmina de Vos'. De oprichting van de VSO was mede een initiatief van de heer
Fiancken Coorts, wiens regelmatige party's op zijn buiten ,t)e Blomme Gerards' in een kwade reuk
Isrsn Ie slaan, als een dienstertje zich hierover wat ongelukkig heeft uitgelaten. In werkelijkheid is
i, slechts sprake van culturele vertreding en wordt, als hoogste uitspatting, aan het eind van de
ossd wel eens in gepaste sfeer een dansje gemaakt.
Dc sfeer in Schulpbier was gespannen. Overal in
het stadje hingen gehavende affiches van de
voorstelling, die onder auspiciën van de Volksacade-
nio van ,Wie is er bang voor Wilhelmina de Vos'
nu worden gegeven. Er waren in feite drie kam-
pa. Een groep ouderen, meest leden van de VSO,
ie meenden dat men de vooruitgang niet kon te-
pn houden, ja. die meenden, dat men in deze dingen
rjim moest zijn; een groep puriteinen, die ook wel
wigde tot ruim denken, maar toch vond dat be-
piüde grenzen van het betamelijke niet mochten
ionlen overschreden en dan spraken over vervaging
nn het normbesef; en tenslotte was er dan nog een
jrwp verbitterde jongeren, die geen kaartjes meer
hd kunnen krijgen voor de voorstelling. Maar jon-
;;rtn waren dit eigenlijk niet. Zo waren zij bij
voorbeeld bij geen enkele jeugdorganisatie aangeslo-
ts en menig ambitieus jeugdleider brak zich het
Irfd over liet probleem hoe deze ongrijpbare jeugd
'.'grijpen. Men duidde ze aan met nozems, een term
i; men haastig liet vallen toen men de herkomst
n: dit woord achterhaalde. Een nozem, zo bleek,
ms bij de oude Israëlieten niets anders dan het
;>s|f, nog ongemerkte dier in de kudde. De nozems
nren als groep trouwens al uiteengevallen in kui-
t;n en peren. De kuiven, of .vetkuiven', zijn ver-
i;r weinig interessant, omdat ze ongecompliceerd
ïjn. Ze accepteerden televisie als een bruikbaar me-
l.ini, keken gewoon naar Bonanza omdat ze daar
plezier in hadden en gingen regelmatig naar een kap
je: met een vakdiploma. Met de peren kreeg men
vel meer te stellen. Zij kwamen veelal uit milieus
Kt een intellectuele achtergrond, wat hen bijvoor-
te!d de verplichting oplegde, moderne' kunst te be
donderen, het stuur var. de bromfiets op te vijze
ls en de televisie te verwerpen. Toch zullen ook
zoals we later zullen zien. opgroeien tot even-
vdchtige mensen met een positieve Inbreng bij het
touwen aan een nieuw Schulpbier. Nu leveren zij
«n nog wat verwrongen beeld op, maar ze zijn
geëxcuseerd. Zo duidden zij bijvoorbeeld volwasser.,
gearriveerde personen aan met .kortharig, werkdrif-
tig tuig', wat blijkbaar nog niet voldoende was,
*>nt in de discussies, gevoerd in rokerige, vaak
in paars geschilderde kelders en jeugdsociëteiten,
nel bij herhaling het begrip .decadent establish
ment'. Men kan nu de auteur verwijten, dat hij zich
net aan de tijd houdt. We zijn nog zo'n zeven,
echt jaar van het heden verwijderd en nu reeds valt
het woord establishment, terwijl in een vorige af-
l'.tering ook al sprake is geweest van inspraak.
Ja, er is zelfs al een mr. Fisher opgedoken, een man
met een sterke greep op de jeugd, die van heel
«hulpbier één groot ludiek centrum wil maken.
Men zal het zich herinneren: mr. Fisher moest haas-
6' u't 'ie verhaal worden verwijderd, omdat men
achter ludiek iets smerigs zocht en de opdringende
toeren de jurist naar het leven begonnen te staan.
Manr men merkt wel, dat alles in Schulpbier zich
anders ontwikkelt; door het isolement verloopt de
ontwikkeling hier nu eenmaal langs ongewone lij
nen,
Aan deze, in wezen onbeduidende anachronismen
behoeft men zich dus in het geheel niet te
'toren; als men bij wijze van spreken in 1869 over
wtablishment had gesproken was men het nu al
weer vergeten. We moeten weliswaar dóór de tijd
neen inaar de grenzen van toen en van wat komt
worden niet helemaal bepaald door het heden. ,Dit
was al eer het was' hield Lou de Palingboer zijn
secte voor, maar hij is ook gestorven. Met deze be
schouwingen, waarvan de diepte velen zal ontgaan,
komen we trouwens toch niet verder. We moeten het
maar gewoon accepteren als mr. Fisher weer voor
zijn tijd opduikt en ruimte vraagt voor de ludieke,
spelende mens, die creatief bezig moet kunnen zijn.
Zijn bedoelingen zijn er niet minder om. Vanaf nu
spelen tijd en plaats geen rol meer, alles kan in
Schulpbier, waar, zoals we in volgende afleveringen
zullen zien, het bekken mooi van de grond komt.
Laten we terugkeren tot de recente ontwikkelingen
in het stadje. De peren zijn aansprakelijk voor de
vernielingen aan de affiches voor ,Wie is er bang
voor Wilhelmina de Vos'. Die hebben geen zin meer,
vinden zij. de zaal zit bomvol en wij kunnen er niet
meer in. Maar Dora op de Beek, de fraaie voor
lichtster ten plattelande, heeft een ander uitgangs
punt. Zij heeft ethische bezwaren tegen de voor
stelling en rijdt nu in de Deux-Chevaux van de
Stichting door het stadje met een leuze. ,Toon le
vensstijl' staat er op, .mijdt Wilhelmina de Vos'.
"Uit een luidspreker, die het actiecomité bovenop
de automobiel heeft gemonteerd, schalt vrolijke
marsmuziek. Ze wordt niet zonder begeerte gadege
slagen door wethouder Opseyn Wencken, die zich als
voetganger onder de ingezetenen heeft gemengd.
En op datzelfde moment wordt de jonker plotseling
bepaald bij het nut van zebrapaden: Dora moet rem
men, als hij de rechtervoet voorzichtig vooruitge
stoken op zo'n voetgangers-oversteekplaats plaatst.
Ach. men kan zich de situatie zo gemakkelijk voor
stellen. Er is een voorzichtige glimlach over en weer,
de montere wethouder treedt wat nader en Dora is
voldoende wellevend om liet linkerportier voor hern
open te stoten, een invitatie, waaraan de jonker
niet gaarne wil ontsnappen.
Men moet de autoriteit van deze nieuwe situatie
niet geheel onderschatten. Dora rijdt nu, met haar
leuze en de luidspreker, die een militant ,Alte Ka
meraden' uitbraakt door het centrum van het stad
je met naast haar de wethouder in eigen persoon
die onder meer de portefeuille van culturele zaken
beheert. Er volgt nóg een merkwaardige ontmoe
ting. Op een hoge stoep ontwaren ze de heer Al-
bert, met zijn missie het culturele leven te Schulp
bier te stimuleren, de voorstelling, geen strobreed
in de weg heeft gelegd. Maar de heer Albert oogt het
tweetal beminnelijk glimlachend na, meer relative
rend intellectueel dan veldheer, maar toch zeker van
de triomf in deze slag. In de auto verbreekt Wen-
cken het zwijgen. .Doortje' begint hij familiaar.
,Ik sta achter je, maar rij toch maar een landweg
op'.
Nou, dat liegt er niet om. In een vorige afleve
ring hebben we gezien, dat Dora niet geheel
gediend was van de avances van Wencken, maar
ditmaal is ze toch geheel overrompeld door zijn
krachtige, mannelijke optreden. Ze stuurt de auto
in de richting van een nabijgelegen gehucht en
brengt hem bij een damhek tot- stilstand. En dan
blijkt, dat de integere wethouder geheel andere be
doelingen heeft. Hij wil zijn hart uitstorten. De
ontwikkelingen beginnen hem boven het hoofd te
groeien. -Hij heeft, zo vertrouwt hij Dora toe, deze
morgen bezoek gehad van een langharig artiest,
vlassend op een uitkering ingevolgde de contra
prestatieregeling.
,Een aardige knul, beetje vies maer toch verrekte
aerdig en een vent die iets begrepen heeft van colo-
riet en compositie. Maar helaas, de commissie heeft
zijn werk teruggewezen. Het oude mecenaat is dood'.
Ach, en het is Dora natuurlijk bekend, dat Wen
cken al veel van deze mensen aan een bestaanmini-
mum heeft geholpen. De kelders van het stadhuis
staan vol met verf geteisterde doeken, waar geen
hond brood van lust. Ze heeft zelfs het lijstje wel
eens gezien, dat een ambtenaar voor Wencken heeft
moeten samenstellen. Een lijst vol titels, want zon
der titel wordt niets tot de kelders toegelaten. Het
varieei-t van .Verkenning' tot .Compositie in blauw',
maar veel verschil is er niet. Nu werd Wencken
openhartig: ,De kelders raken vol, de gemeentekas
leeg, we staan voor een dilemma van het aller-
naargeestigste soort, wat moeten we doen, die knul
len blijven volstoppen of zoeken naar éen andere
oplossing, een rem, een afvloeiing misschien, uiter
aard met een overbruggingsregeling? Dora reageer
de bijzonder spontaan. .Neem ze gewoon bij de ge
meente in dienst', adviseerde ze, ,als schilder'. De
jonker lachte breed. .Schilders? Er is op dit punt
geen enkele vacature',
,Ik bedoel huisschilders', zei Dora, m het geheel niet
uit het veld geslagen. Jhr. Opseyn Wencken ver
bleekte. .Huisschilders? Zou dat niet een slag in het
gezicht zijn van deze fijnbesnaarde, creatieve men
sen? Ik bedoel: zij hebben toch veel meer mogelijk
heden. De wiekslag van de muze laat zich toch niet
vangen in plamuur, het vlekkeloos kleur geven aan
een tussendeur?'
Dora toonde een lieve, bescheiden glimlach. .Als er
niemand is om die schilderijen te kopen', legde ze
uit, .zal de maker er ook niet van kunnen leven.
Hij zal dus zolang iets anders moeten doen. Als hij
werkelijk zo gedreven is, zal hij in zijn vrije tijd
voortschilderen. Talent laat zich nooit verdnnger.
Vroeg of laat komt dan het moment van erkenning
en kan de man op eigen benen staan'.
,Met een mooie ontslagbrief van de gemeente als
huisschilder' meende Wencken, die plotseling gehee'
voor het idee gewonnen scheen. Dora startte de auto,
het probleem was voldoende besproken. Opseyn
Wencken scheen geheel opgelucht, hij was niet
langer de gedeprimeerde, onder de last van de kunst
gebogen edelman, die de jongste ontwikkelingen
naar de kelders had moeten verwijzen. Zo bereikten
ze het stadje, waar zich intussen een optocht had
geformeerd, een stoet van mensen van verscheiden
opvatting, maar met één doel: Wilhelmina de Vos
mocht niet opgevoerd worden.
.Dood aan het establishment' las Dora op een borc
en een ander spandoek, gedragen door twee for
se, haar uit het voorlichtingswerk bekende tuin
ders, droeg de woorden .Allemaal apekool, konden
we maar spuiten'. De stoet bewoog zich in de rich
ting van liet .buiten ,De Blomme Gerards' van de
Plancken Coortsen, waar, zo was uitgelekt, die
avond weer eens een party zou worden gegeven
Het was Wencken niet ontgaan, dat vanuit de
verte burgemeester Klaarhamer dit beeld van
bedrijvigheid gadesloeg. ,Rij maar aan op Klaarha
mer' beval hij Dora, .misschien heeft die een ver
klaring af te leggen. Deze wanordelijkheden zijn
onduldbaar, daar komen vragen over, let maar op'
.Wat is dit voor een ordeverstoring?' richtte Wen
cken zich hooghartig tot de eerste burger van Schulp
bier, .waarom grijpt het apparaat niet in?'
Klaarhamer glimlachte minzaam. .Een demonstratie'
legde de magistraat uit, ,er is een vergunning voor
afgegeven'. Wencken gaf zich niet gewonnen. ,Dus
U legaliseert dergelijke uitspattingen, die alleen
maar op eencollectieve frustatie duiden? Schan
de. In het college is hier het laaste woord nog niet
over gesproken'. Zo liet hij de magistraat achter,
die volkomen ontredderd de teksten op de spandoeken
begon te controleren met de opgave, zoals die hem
door het comité van actie was verstrekt.
Tussen Dora en Wencken. terug in de automobiel
van de Stichting, kwam het nu ook tot een con
troverse. .Amper een kwartier geleden verzekerde
U mij nog, dat U achter mij zou staan', begon de
verontwaardigde voorlichtster, ,en nu hangt U de huig
alweer naar de wind', ,'t Is de huik liefje' verzeker
de Wencken, ,en laten we er niet meer over praten
Ik sta achter het idee, maar dit wordt me te dol.
Ik behoor vanavond ook tot de gasten op ,De Blom
me Gerards'. En ik prefereer nu eenmaal een rustig
verloop van deze bijeenkomsten. Altijd uitermate ge
animeerd. Het zou leuk zijn, als je me vanavond
zou kunnen vergezellen. Dat is dan tevens een mooie
gelegenheid je in ons kringetje te introduceren.
Het contact met de andersdenkende zal je niet scha
den'.
Dora stemde toe. En zo reden ze naar De Blomme
Gerards, voor de optocht uit, waarin men nu ook
mr. Fisher ontwaarde, die een aantal van zijn leer
lingen allerlei merkwaardige bordjes liet meevoeren,
zoals .Ludiek is uniek' en .Klaarhamer weg uit
Schulpbier'. alsof dit aan de gevestigde orde' ook
maar iets kon veranderen. Zelfs Dora werd op het
buiten vriendelijk ontvangen. .Wij respecteren af
wijkende opvattingen', verzekerde haar de heer
Plancken Coorts, voor hij haar even terzijde nam
om een artikel in de Schulpbiersche Courant door
te nemen. Maar onder de geregelde gasten op ,De
Blomme Gerards' heerste intussen grote onrust over
de stoet, die het afgelegen landhuis naderde: geen
wonder, dat men dit later ,de party van de angst"
zou noemen. Mevrouw Plancken Coorts daarentegen
was een toonbeeld van rust, een voorbeeld van moed.
beleid en trouw, hoewel de heer Plancken Coorts.
maar dat wist niemand, zich in militaire dienst nooit
een hoogvlieger had getoond. Hij had het tot ser
geant-majoor-schrijver gebracht en derhalve werd
over deze periode nooit meer gesproken. Zijn echt
genote had. als inleiding op de feestelijkheden, de
■-ooi naar de kin gebracht en bepaalde zich tot het
stemmen van het instrument. En daar was dan
al weer, zoals zo vaak op deze party' s was gebeurd,
de eerste verrassing. Omdat buiten de herfst bezit
had genomen van het landschap en de bladeren
zich in een feest van rood, bruin en geel kleurden
.n een melancholieke prelude op het verval, zou de
violiste deze avond afwijken van haar gebruikelijke
repertoire en een populair werkje brengen, dat voor
al bij het gevoelige deel van de jeugd zou aanslaan;
Les fcuilles mortes. En terwijl de eerste tonen kras
send het instrument ontstegen, naderde in de verte
somber en dreigend de stoet, ernstig gedund, omdat
alleen de ludieke aanhang van de 'heer Fisher was
doorgelopen, toen hevige herfstregens de omgeving
begonnen te teisteren.
In ,De Blomme Gerards' waren de laatste tonen
van Les feuilles mortes nog niet verklonken
of de heer Plancken Coorts ontvouwde een concept
voor een rede, waaraan hij die middag onafgebro
ken had.gewerkt: ,De integratie van de creatieve
jeugd en haar verhouding tot ons huidige culturele
bestel'. De heer Plancken Coorts stelde daarin, dat
te lang het kortharige establishment zich arrogant
had opgesteld en dat de inbreng en de inspraak van
de spelende, jonge mens, een verwaarloosde factor
was, die men te lang onbenut had gelaten.
Hij trof het hijzonder slecht, want op dat moment
was boer Besuijen tot het vertrek doorgedrongen.
Besuijen hield de omliggende gronden van het buiten
zo'n beetje bij en kwam, in de wetenschap dat hem
tijdens deze bijeenkomst nooit z'n rechtmatige ver
goeding onthouden werd, even afrekenen. Besuijen
had intussen, gekozen in het bestuur van de Boeren
bond, een cursus spreken in het openbaar gevolgd,
vruchteloos, naar het scheen, want nu riep "hij, als
reactie op de mooie rede van Plancken Coorts, .alle
maal gelul!'
Het was een pijnlijk moment. Gelukkig duurde dit
maar kort, of eigenlijk ongelukkig, want door een
openstaande zijdeur trad de demonstrant Fisher bin
nen, gevolgd door zijn jonge, volkomen verregende
discipelen. De groepen stonden zwijgend tegenover
elkaar. Wat niemand verwacht had, maar wat het
ijs aardig brak; het bleek dat de ambtenaar eerste
klasse van de Dienst Luchtreiniging Willem Goed-
blc'ed in de stoet had meegelopen, die nu een stap
je voorwaarts deed en onbevangen sprak .Weest blij
makkers. Overal zijn kastjes neergezet, als deel van
ons preventieve program. En als de kastjes door
slaan, reinigt onze dienst de lucht'. Allerlei dinjren
werden plotseling duidelijk. De ambtenaar eerste
klasse Goedbloed. die nog iets monkelde over het tij
dig voldoen van de reinigingsrechten, luisterde fre
quent naar de fabeltjeskrant; de ambtenaar werk
te buiten werktijd; de ambtenaar was een meeloper,
die in het geheel niets begrepen had van de ach
tergronden van dit bezoek aan het buiten van de
Plancken Coortsen
Daarom nam een discipel van de heer Fisher het
initiatief over om het bestuur van de VSO
een program van eisen aan te bieden. .Poepelepé'
riep de industrieel Drilmeijer, die over de schou
der van Plancken Coorts stond mee te lezen, dat
ventje heeft stilistische gaven. Een bruikbare kracht'.
En zich tot het ventje wendend: .Wat denk jij
van een aantrekkelijke baan in mijn onderneming?
Representatiekosten en autovergoeding, vijfdaagse
werkweek, pensioen en sociale lasten vrij? Nou?'
De aanbieder van het petitionnement liet zijn toch
al verregende bordje vallen en begaf zich ijlings
naar een zijkamertje, waar Drilmeijer hem wachtte
voor het tekenen van het contract. Maar de rest
van het groepje toonde zich onbevredigd. Hoewel
Plancken Coorts nog riep, dat het de armzalige korl-
harigen op het beslissende moment aan begrip had
ontbroken, werd hij met zijn gasten krachtig naar
buiten gewerkt, waar hen de regen ran déze on
barmhartige herfstavond wachtte
.Ze hebben het huts bezet' riep Plancken Coorts, ge
heel uit zijn gewone doen. En zo was het. De be
zetting van .De Blomme Gerards' was eer. feit ge
worden. Hier moest de sterke arm uilkomst bieden.
Maar daaroi'er meer n deel V:
DE CC GRIJPT IN
over het optreden van het Corps Civiel, tot bescher
ming van burgerpersonen in oorlogs- en ongewone
tijden.
r 'r«liii
IVAGENINGEN (GPD) Hij doel
ijs denken nan een examinator zo-
fk Inj daar in Hof van Gelderland in
"ngeningen aan een tafeltje zit. met
tegenover zich steeds wisselende per-
r«; tcnvijl op enige afstand in
net ielablis.se ïent de volgende kandi
Mat achter een kop koffie op zijn
beurt wacht. Er ia evenwel een groo'
verschil. De lieer Koen Aartsma
s'elt geen vragen. Hij is de onder
trangde. De journalisten lossen elk
aar nan zijn tafeltje af en steed-
ieuw onthult hij de achter
van de opheffing van lie
----De Spiegel, waarvan hi.:
JMmircdnoteur is. De jom-nalistei
n7,men geen genoegen met t sim
J Dcrshericlit. Zij willen meer we
ten. Dat kan. Geduldig staat de heer
rün ."1 ze woord in Hof vai
oeiaerlnnd, pal tegenover de drukke
confV?n ?oniPr f" Keuning, die uit-
»r lnr 's van I,ct weekblad dat in
,'J" nanto .jaargang zal blijven ste-
°P 1 januari zal er geen Spie-
Mi meer bestaan. ,Dus met vervroegd
pensio.en', grapt een van de journa
listen.
Een grapje in een gesprek met een
hoofdredacteur wiens blad op het
punt staat te verdwijnen lijkt enigs
zins misplaatst. Dat valt mee. Dc
heer Aartsma maakt er geen drama
can. ,De redactie was eigenlijk blij
.oen de directie dit besluit nam. We
wisten dat wanneer de verschijning
aiet gestaakt zou worden, het bud-
jet van de redactie aanzienlijk zoi
worden ingekrompen. Dit betekende
dat we een slechter blad zouden moe
ten gaan maken. Daar voelden we
-ïiets voor. Liever geen blad uitge
ven dan een slecht blad'. De heer
Aartsma wint er geen doekjes om
Het is een duidelijke zaak dat de
familiebladen uit de tijd zijn. Jf
-siet dat ook in het buitenland.
Weekbladen in deze stijl zijn ten dode
opgeschreven. Er zullen er in Neder
land ongetwijfeld nog meer volgen.
Toch is deze ontwikkeling die mede
m de hand wordt gewerkt door het
medium televisie, niet de directe oor
zaak van het heengaan van De Spie
gel. ,Het teruglopen van het adver
tentie-aanbod is de grote klap ge
weest', legt de hoofdredacteur uit.
De'laatste twee jaar een daling van
dertig procent, veroorzaakt door de
invoering van de reclame op de tele
visie. Het gevolg was een verlies van
enkele tonnen'.
Dit jaar is het abonnee-aantal van
Spiegel teruggelopen van 195.000 tot
ongeveer 185.000. Zonder de adver
tentieproblemen was dit volgens de
iieer Aartsma een aantal waarmee
men door had kunnen gaan. Vooral
gezien de grote plannen die de re
dactie nog koesterde. Het weekblad
houdt namelijk op te bestaan midden
in een periode dat zich grote ver
anderingen aan het voltrekken wa
ren. Van een christelijk-nationaal
weekblad ging het de progressieve
kant op. Niet alleen de inhoud, maar
ook de vormgeving was al ingrijpend
gewijzigd.
.Het stond enkele jaren als een paal
boven water, dat de Spiegel als fa
milieblad oude stijl zichzelf had
overleefd. De koers moest worden
omgebogen. Besloten werd de ver
anderingen m drie fasen uit te voe
ren', vertelt de heer Aartsma. Vo
rig jaar werd de ondertitel christe-
lijk-.nationaal weekblad weggelaten
,Een kreet die uit de tijd was en dn
de verjongde redactie naar in de orei
klonk', gaat de heer Aartsma ver
der. .Begin dit jaar werd tevens he
uiterlijk veranderd; We schakelde
over naar een kleiner handzamer for
maat'.
Tegelijkertijd verloor ook de inhou-
het confessionele stempel. In d
nieuwe Spiegel verschenen intei
views die gezien bijvoorbeeld de pc
ltlieke gezindheid van de geïnterview
den in de oude Spiegel totaal or.
voorstelbaar zouden zijn geweest.
De derde fase zou per 1 januar,
aanstaande ingaan. Weer verder bij
sturen. een dikker en een mooier
blad, terwijl het dan tevens in de
bedoeling lag met een grootscheepse
reclame-actie te beginnen, ,We wis
ten dat we op de goede weg waren.
In vakkringen hadden we reeds een
goede naam gekregen', aldus de heer
Aartsma. ,Toen werden we echter
ioor de commerciële afdeling in de
ug aangevallen. In plaats dat de re-
lactie voor 1970 zoals aanvanke-
ijk het plan was een groter bud
get kreeg, zouden we daarentegen
moeten gaan bezuinigen. Toen heb
ien we gezegd: hef het blad da-
naar liever op'.
Snkele maanden geleden zijn de aar.
leien van drukkerij VAD A iZome;
;n Keuning) overgenomen door Klu
■ver in Deventer. [Dit speelde bij het
opheffen van de Spiegel geen rol'
oetoogt de hoofdredacteur. .De op
heffing was al eerder ter sprake ge
veest. De komst van de nieuwe di
recteur, de heer A. Vermeer, heeft
het zelfs nog even tegengehouden,
omdat hij niet meteen wilde begin
nen met het opheffen van een blad.
Et- is toen nog lang en breed over
gepraat maar de conclusies bleven
tenslotte hetzelfde'.
Ondanks alle veranderingen bleven
veel abonnees, die de oude Spiegel
een geweldig blad vonden, de nieuwe
Spiegel trouw, zij het dat zij niet
spaarzaam waren met liun kritiek
.Hun trouw was werkelijk soms ont
roerend. Ze vonden de nieuwe koer.-
fout, maar wilden het blad toch nie'
loslaten. Het werd een soort haat
:efde verhouding', zo schetst de hoe
Aartsma de situatie
Viet zelden leidde deze s.tuatie tc
ngekomen brieven, die m gespierd-
taai (.soms zelfs lasterlijke taal'
■varen gesteld. Dat de Spiegel zich
moeilijk !os kon maken van het ver
leden blijkt uit de cijfers van eei
rapport, dat deheer Aartsma te
voorschijn haalt. In het afgeloper
voorjaar kon 89 procent van de abon
nees (53 procent gereformeerd en 36
procent hervormd") nog gerekend
worden tot de oude lezerskring. Bo
vendien dateerde tweederde van de
abonnementen van tien jaar geleden
of nog langer. Tevens bleek dat de
lezers vooral bij de ouderen te vin
den waren. Tweederde van de ge
zinshoofden waren boven de vijftig,
:ar.„w -.ilfs boven de 65.
Vele abonnees zijn dus de Spiegel
ioor dik en don trouw gebleven. Het
neeft niet geholpen.
Ip l januar verdwijn; net otad, dat
n 1906 voor het eerst werd uitgege
ten dooi W. K:rchner in Amster-
lam onder de naam ,week;llustratie
'oor het christelijk gezin' In 1930
verd het blad overgenomen door Zo-
ner en Keuning ai Wagenmgen en
3e naam werd veranderd in .De Spie-
rel'. waaraan enkele jaren later de
landuidlng christelijk - nationaal
weekblad werd toegevoegd- In 1940
verdween het blad" vanhet toneel
in 1945 direct na de bevrijding
.veer te verschijnen. Eerst nog een
maal in de veertien dagen, in ver
band met de papierschaarste. De uit
geefster vond hier een oplossing voor:
Ji de Spiegelloze weken verscheen
.De kroniek van de week', die behai-
ve de naam weinig verschil met De
Spiegel vertoond-*