de ontsluiting van schulpbier DE SPIEGEL WAS NIET TE REDDEN 23 wssmmmm provincial® zeeuwse coupanl 1 nT'i'iii»i'"i|iiii,Mmi"i!|in>i|i<; 1111HUIHUBllllllll 29 NOVEMBER 1969 PEEL IV; DE PARTY VAN DE ANGST htsrige deeltjes hebben we al kennisgemaakt met allerlei figuren, die in het c Jdw'pbier sleutelposities innemen. In de eerste aflevering zagen we, hoe men in het achtergebleven Jchvlpbïer op een perceel van de kleinlandbouwer Besuijen bij het graven van een v/aterloop op KI kolossaal ei stoolte, dat een aantal deskundigen bleek te bevatten, onder wie de planoloog in Von Keuvelen, een man van grote invloed, die Schulpbier lot ontwikkelingsgebied verklaarde. Er n-tl ace' nijverheid komen en drs Voorborgh van het directoraat industriebevordering roept kort hel verlaten van het ei zelfs ontroerd: ,Wat een bekken'. In deel II, >Dc bewening van het land, waar het leven goed was', horen we het gejeremieer van tattle kortzichtige autochtonen, onder wie do landdrost Luymen, voorvechter van do agrarische btlongen. Moor het eind van het liedje is toch, dat men 's avonds op het grote marktplein van Schulpbier in bont feestvertoon rond het ei host: de bevolking blijkt er zeer mee ingenomen it bewening slaat om in bejubeling. h het vorige deeltje begint men genuanceerd ta denken en is er sprake van toenadering. De bilcnties, die zich met de ontsluiting bezighouden hebben zich in prettige burelen neergelaten, oeor voor hel overige gebeurt er nog niet veel: het bekken komt maar niet van de grond. ,De loMltkelingsschets is een onbruikbaar stuk', roept Van Keuvelen, als hij tijdens een hearing gevloerd. Maar er is verontrusting op ander gebied. De Volksacademie voor Schulpbier en e'mie Omstreken (VSO) bereidt een voorstelling voor van het omstreden toneelspel ,Wie is krg voor Wilhelmina de Vos'. De oprichting van de VSO was mede een initiatief van de heer Fiancken Coorts, wiens regelmatige party's op zijn buiten ,t)e Blomme Gerards' in een kwade reuk Isrsn Ie slaan, als een dienstertje zich hierover wat ongelukkig heeft uitgelaten. In werkelijkheid is i, slechts sprake van culturele vertreding en wordt, als hoogste uitspatting, aan het eind van de ossd wel eens in gepaste sfeer een dansje gemaakt. Dc sfeer in Schulpbier was gespannen. Overal in het stadje hingen gehavende affiches van de voorstelling, die onder auspiciën van de Volksacade- nio van ,Wie is er bang voor Wilhelmina de Vos' nu worden gegeven. Er waren in feite drie kam- pa. Een groep ouderen, meest leden van de VSO, ie meenden dat men de vooruitgang niet kon te- pn houden, ja. die meenden, dat men in deze dingen rjim moest zijn; een groep puriteinen, die ook wel wigde tot ruim denken, maar toch vond dat be- piüde grenzen van het betamelijke niet mochten ionlen overschreden en dan spraken over vervaging nn het normbesef; en tenslotte was er dan nog een jrwp verbitterde jongeren, die geen kaartjes meer hd kunnen krijgen voor de voorstelling. Maar jon- ;;rtn waren dit eigenlijk niet. Zo waren zij bij voorbeeld bij geen enkele jeugdorganisatie aangeslo- ts en menig ambitieus jeugdleider brak zich het Irfd over liet probleem hoe deze ongrijpbare jeugd '.'grijpen. Men duidde ze aan met nozems, een term i; men haastig liet vallen toen men de herkomst n: dit woord achterhaalde. Een nozem, zo bleek, ms bij de oude Israëlieten niets anders dan het ;>s|f, nog ongemerkte dier in de kudde. De nozems nren als groep trouwens al uiteengevallen in kui- t;n en peren. De kuiven, of .vetkuiven', zijn ver- i;r weinig interessant, omdat ze ongecompliceerd ïjn. Ze accepteerden televisie als een bruikbaar me- l.ini, keken gewoon naar Bonanza omdat ze daar plezier in hadden en gingen regelmatig naar een kap je: met een vakdiploma. Met de peren kreeg men vel meer te stellen. Zij kwamen veelal uit milieus Kt een intellectuele achtergrond, wat hen bijvoor- te!d de verplichting oplegde, moderne' kunst te be donderen, het stuur var. de bromfiets op te vijze ls en de televisie te verwerpen. Toch zullen ook zoals we later zullen zien. opgroeien tot even- vdchtige mensen met een positieve Inbreng bij het touwen aan een nieuw Schulpbier. Nu leveren zij «n nog wat verwrongen beeld op, maar ze zijn geëxcuseerd. Zo duidden zij bijvoorbeeld volwasser., gearriveerde personen aan met .kortharig, werkdrif- tig tuig', wat blijkbaar nog niet voldoende was, *>nt in de discussies, gevoerd in rokerige, vaak in paars geschilderde kelders en jeugdsociëteiten, nel bij herhaling het begrip .decadent establish ment'. Men kan nu de auteur verwijten, dat hij zich net aan de tijd houdt. We zijn nog zo'n zeven, echt jaar van het heden verwijderd en nu reeds valt het woord establishment, terwijl in een vorige af- l'.tering ook al sprake is geweest van inspraak. Ja, er is zelfs al een mr. Fisher opgedoken, een man met een sterke greep op de jeugd, die van heel «hulpbier één groot ludiek centrum wil maken. Men zal het zich herinneren: mr. Fisher moest haas- 6' u't 'ie verhaal worden verwijderd, omdat men achter ludiek iets smerigs zocht en de opdringende toeren de jurist naar het leven begonnen te staan. Manr men merkt wel, dat alles in Schulpbier zich anders ontwikkelt; door het isolement verloopt de ontwikkeling hier nu eenmaal langs ongewone lij nen, Aan deze, in wezen onbeduidende anachronismen behoeft men zich dus in het geheel niet te 'toren; als men bij wijze van spreken in 1869 over wtablishment had gesproken was men het nu al weer vergeten. We moeten weliswaar dóór de tijd neen inaar de grenzen van toen en van wat komt worden niet helemaal bepaald door het heden. ,Dit was al eer het was' hield Lou de Palingboer zijn secte voor, maar hij is ook gestorven. Met deze be schouwingen, waarvan de diepte velen zal ontgaan, komen we trouwens toch niet verder. We moeten het maar gewoon accepteren als mr. Fisher weer voor zijn tijd opduikt en ruimte vraagt voor de ludieke, spelende mens, die creatief bezig moet kunnen zijn. Zijn bedoelingen zijn er niet minder om. Vanaf nu spelen tijd en plaats geen rol meer, alles kan in Schulpbier, waar, zoals we in volgende afleveringen zullen zien, het bekken mooi van de grond komt. Laten we terugkeren tot de recente ontwikkelingen in het stadje. De peren zijn aansprakelijk voor de vernielingen aan de affiches voor ,Wie is er bang voor Wilhelmina de Vos'. Die hebben geen zin meer, vinden zij. de zaal zit bomvol en wij kunnen er niet meer in. Maar Dora op de Beek, de fraaie voor lichtster ten plattelande, heeft een ander uitgangs punt. Zij heeft ethische bezwaren tegen de voor stelling en rijdt nu in de Deux-Chevaux van de Stichting door het stadje met een leuze. ,Toon le vensstijl' staat er op, .mijdt Wilhelmina de Vos'. "Uit een luidspreker, die het actiecomité bovenop de automobiel heeft gemonteerd, schalt vrolijke marsmuziek. Ze wordt niet zonder begeerte gadege slagen door wethouder Opseyn Wencken, die zich als voetganger onder de ingezetenen heeft gemengd. En op datzelfde moment wordt de jonker plotseling bepaald bij het nut van zebrapaden: Dora moet rem men, als hij de rechtervoet voorzichtig vooruitge stoken op zo'n voetgangers-oversteekplaats plaatst. Ach. men kan zich de situatie zo gemakkelijk voor stellen. Er is een voorzichtige glimlach over en weer, de montere wethouder treedt wat nader en Dora is voldoende wellevend om liet linkerportier voor hern open te stoten, een invitatie, waaraan de jonker niet gaarne wil ontsnappen. Men moet de autoriteit van deze nieuwe situatie niet geheel onderschatten. Dora rijdt nu, met haar leuze en de luidspreker, die een militant ,Alte Ka meraden' uitbraakt door het centrum van het stad je met naast haar de wethouder in eigen persoon die onder meer de portefeuille van culturele zaken beheert. Er volgt nóg een merkwaardige ontmoe ting. Op een hoge stoep ontwaren ze de heer Al- bert, met zijn missie het culturele leven te Schulp bier te stimuleren, de voorstelling, geen strobreed in de weg heeft gelegd. Maar de heer Albert oogt het tweetal beminnelijk glimlachend na, meer relative rend intellectueel dan veldheer, maar toch zeker van de triomf in deze slag. In de auto verbreekt Wen- cken het zwijgen. .Doortje' begint hij familiaar. ,Ik sta achter je, maar rij toch maar een landweg op'. Nou, dat liegt er niet om. In een vorige afleve ring hebben we gezien, dat Dora niet geheel gediend was van de avances van Wencken, maar ditmaal is ze toch geheel overrompeld door zijn krachtige, mannelijke optreden. Ze stuurt de auto in de richting van een nabijgelegen gehucht en brengt hem bij een damhek tot- stilstand. En dan blijkt, dat de integere wethouder geheel andere be doelingen heeft. Hij wil zijn hart uitstorten. De ontwikkelingen beginnen hem boven het hoofd te groeien. -Hij heeft, zo vertrouwt hij Dora toe, deze morgen bezoek gehad van een langharig artiest, vlassend op een uitkering ingevolgde de contra prestatieregeling. ,Een aardige knul, beetje vies maer toch verrekte aerdig en een vent die iets begrepen heeft van colo- riet en compositie. Maar helaas, de commissie heeft zijn werk teruggewezen. Het oude mecenaat is dood'. Ach, en het is Dora natuurlijk bekend, dat Wen cken al veel van deze mensen aan een bestaanmini- mum heeft geholpen. De kelders van het stadhuis staan vol met verf geteisterde doeken, waar geen hond brood van lust. Ze heeft zelfs het lijstje wel eens gezien, dat een ambtenaar voor Wencken heeft moeten samenstellen. Een lijst vol titels, want zon der titel wordt niets tot de kelders toegelaten. Het varieei-t van .Verkenning' tot .Compositie in blauw', maar veel verschil is er niet. Nu werd Wencken openhartig: ,De kelders raken vol, de gemeentekas leeg, we staan voor een dilemma van het aller- naargeestigste soort, wat moeten we doen, die knul len blijven volstoppen of zoeken naar éen andere oplossing, een rem, een afvloeiing misschien, uiter aard met een overbruggingsregeling? Dora reageer de bijzonder spontaan. .Neem ze gewoon bij de ge meente in dienst', adviseerde ze, ,als schilder'. De jonker lachte breed. .Schilders? Er is op dit punt geen enkele vacature', ,Ik bedoel huisschilders', zei Dora, m het geheel niet uit het veld geslagen. Jhr. Opseyn Wencken ver bleekte. .Huisschilders? Zou dat niet een slag in het gezicht zijn van deze fijnbesnaarde, creatieve men sen? Ik bedoel: zij hebben toch veel meer mogelijk heden. De wiekslag van de muze laat zich toch niet vangen in plamuur, het vlekkeloos kleur geven aan een tussendeur?' Dora toonde een lieve, bescheiden glimlach. .Als er niemand is om die schilderijen te kopen', legde ze uit, .zal de maker er ook niet van kunnen leven. Hij zal dus zolang iets anders moeten doen. Als hij werkelijk zo gedreven is, zal hij in zijn vrije tijd voortschilderen. Talent laat zich nooit verdnnger. Vroeg of laat komt dan het moment van erkenning en kan de man op eigen benen staan'. ,Met een mooie ontslagbrief van de gemeente als huisschilder' meende Wencken, die plotseling gehee' voor het idee gewonnen scheen. Dora startte de auto, het probleem was voldoende besproken. Opseyn Wencken scheen geheel opgelucht, hij was niet langer de gedeprimeerde, onder de last van de kunst gebogen edelman, die de jongste ontwikkelingen naar de kelders had moeten verwijzen. Zo bereikten ze het stadje, waar zich intussen een optocht had geformeerd, een stoet van mensen van verscheiden opvatting, maar met één doel: Wilhelmina de Vos mocht niet opgevoerd worden. .Dood aan het establishment' las Dora op een borc en een ander spandoek, gedragen door twee for se, haar uit het voorlichtingswerk bekende tuin ders, droeg de woorden .Allemaal apekool, konden we maar spuiten'. De stoet bewoog zich in de rich ting van liet .buiten ,De Blomme Gerards' van de Plancken Coortsen, waar, zo was uitgelekt, die avond weer eens een party zou worden gegeven Het was Wencken niet ontgaan, dat vanuit de verte burgemeester Klaarhamer dit beeld van bedrijvigheid gadesloeg. ,Rij maar aan op Klaarha mer' beval hij Dora, .misschien heeft die een ver klaring af te leggen. Deze wanordelijkheden zijn onduldbaar, daar komen vragen over, let maar op' .Wat is dit voor een ordeverstoring?' richtte Wen cken zich hooghartig tot de eerste burger van Schulp bier, .waarom grijpt het apparaat niet in?' Klaarhamer glimlachte minzaam. .Een demonstratie' legde de magistraat uit, ,er is een vergunning voor afgegeven'. Wencken gaf zich niet gewonnen. ,Dus U legaliseert dergelijke uitspattingen, die alleen maar op eencollectieve frustatie duiden? Schan de. In het college is hier het laaste woord nog niet over gesproken'. Zo liet hij de magistraat achter, die volkomen ontredderd de teksten op de spandoeken begon te controleren met de opgave, zoals die hem door het comité van actie was verstrekt. Tussen Dora en Wencken. terug in de automobiel van de Stichting, kwam het nu ook tot een con troverse. .Amper een kwartier geleden verzekerde U mij nog, dat U achter mij zou staan', begon de verontwaardigde voorlichtster, ,en nu hangt U de huig alweer naar de wind', ,'t Is de huik liefje' verzeker de Wencken, ,en laten we er niet meer over praten Ik sta achter het idee, maar dit wordt me te dol. Ik behoor vanavond ook tot de gasten op ,De Blom me Gerards'. En ik prefereer nu eenmaal een rustig verloop van deze bijeenkomsten. Altijd uitermate ge animeerd. Het zou leuk zijn, als je me vanavond zou kunnen vergezellen. Dat is dan tevens een mooie gelegenheid je in ons kringetje te introduceren. Het contact met de andersdenkende zal je niet scha den'. Dora stemde toe. En zo reden ze naar De Blomme Gerards, voor de optocht uit, waarin men nu ook mr. Fisher ontwaarde, die een aantal van zijn leer lingen allerlei merkwaardige bordjes liet meevoeren, zoals .Ludiek is uniek' en .Klaarhamer weg uit Schulpbier'. alsof dit aan de gevestigde orde' ook maar iets kon veranderen. Zelfs Dora werd op het buiten vriendelijk ontvangen. .Wij respecteren af wijkende opvattingen', verzekerde haar de heer Plancken Coorts, voor hij haar even terzijde nam om een artikel in de Schulpbiersche Courant door te nemen. Maar onder de geregelde gasten op ,De Blomme Gerards' heerste intussen grote onrust over de stoet, die het afgelegen landhuis naderde: geen wonder, dat men dit later ,de party van de angst" zou noemen. Mevrouw Plancken Coorts daarentegen was een toonbeeld van rust, een voorbeeld van moed. beleid en trouw, hoewel de heer Plancken Coorts. maar dat wist niemand, zich in militaire dienst nooit een hoogvlieger had getoond. Hij had het tot ser geant-majoor-schrijver gebracht en derhalve werd over deze periode nooit meer gesproken. Zijn echt genote had. als inleiding op de feestelijkheden, de ■-ooi naar de kin gebracht en bepaalde zich tot het stemmen van het instrument. En daar was dan al weer, zoals zo vaak op deze party' s was gebeurd, de eerste verrassing. Omdat buiten de herfst bezit had genomen van het landschap en de bladeren zich in een feest van rood, bruin en geel kleurden .n een melancholieke prelude op het verval, zou de violiste deze avond afwijken van haar gebruikelijke repertoire en een populair werkje brengen, dat voor al bij het gevoelige deel van de jeugd zou aanslaan; Les fcuilles mortes. En terwijl de eerste tonen kras send het instrument ontstegen, naderde in de verte somber en dreigend de stoet, ernstig gedund, omdat alleen de ludieke aanhang van de 'heer Fisher was doorgelopen, toen hevige herfstregens de omgeving begonnen te teisteren. In ,De Blomme Gerards' waren de laatste tonen van Les feuilles mortes nog niet verklonken of de heer Plancken Coorts ontvouwde een concept voor een rede, waaraan hij die middag onafgebro ken had.gewerkt: ,De integratie van de creatieve jeugd en haar verhouding tot ons huidige culturele bestel'. De heer Plancken Coorts stelde daarin, dat te lang het kortharige establishment zich arrogant had opgesteld en dat de inbreng en de inspraak van de spelende, jonge mens, een verwaarloosde factor was, die men te lang onbenut had gelaten. Hij trof het hijzonder slecht, want op dat moment was boer Besuijen tot het vertrek doorgedrongen. Besuijen hield de omliggende gronden van het buiten zo'n beetje bij en kwam, in de wetenschap dat hem tijdens deze bijeenkomst nooit z'n rechtmatige ver goeding onthouden werd, even afrekenen. Besuijen had intussen, gekozen in het bestuur van de Boeren bond, een cursus spreken in het openbaar gevolgd, vruchteloos, naar het scheen, want nu riep "hij, als reactie op de mooie rede van Plancken Coorts, .alle maal gelul!' Het was een pijnlijk moment. Gelukkig duurde dit maar kort, of eigenlijk ongelukkig, want door een openstaande zijdeur trad de demonstrant Fisher bin nen, gevolgd door zijn jonge, volkomen verregende discipelen. De groepen stonden zwijgend tegenover elkaar. Wat niemand verwacht had, maar wat het ijs aardig brak; het bleek dat de ambtenaar eerste klasse van de Dienst Luchtreiniging Willem Goed- blc'ed in de stoet had meegelopen, die nu een stap je voorwaarts deed en onbevangen sprak .Weest blij makkers. Overal zijn kastjes neergezet, als deel van ons preventieve program. En als de kastjes door slaan, reinigt onze dienst de lucht'. Allerlei dinjren werden plotseling duidelijk. De ambtenaar eerste klasse Goedbloed. die nog iets monkelde over het tij dig voldoen van de reinigingsrechten, luisterde fre quent naar de fabeltjeskrant; de ambtenaar werk te buiten werktijd; de ambtenaar was een meeloper, die in het geheel niets begrepen had van de ach tergronden van dit bezoek aan het buiten van de Plancken Coortsen Daarom nam een discipel van de heer Fisher het initiatief over om het bestuur van de VSO een program van eisen aan te bieden. .Poepelepé' riep de industrieel Drilmeijer, die over de schou der van Plancken Coorts stond mee te lezen, dat ventje heeft stilistische gaven. Een bruikbare kracht'. En zich tot het ventje wendend: .Wat denk jij van een aantrekkelijke baan in mijn onderneming? Representatiekosten en autovergoeding, vijfdaagse werkweek, pensioen en sociale lasten vrij? Nou?' De aanbieder van het petitionnement liet zijn toch al verregende bordje vallen en begaf zich ijlings naar een zijkamertje, waar Drilmeijer hem wachtte voor het tekenen van het contract. Maar de rest van het groepje toonde zich onbevredigd. Hoewel Plancken Coorts nog riep, dat het de armzalige korl- harigen op het beslissende moment aan begrip had ontbroken, werd hij met zijn gasten krachtig naar buiten gewerkt, waar hen de regen ran déze on barmhartige herfstavond wachtte .Ze hebben het huts bezet' riep Plancken Coorts, ge heel uit zijn gewone doen. En zo was het. De be zetting van .De Blomme Gerards' was eer. feit ge worden. Hier moest de sterke arm uilkomst bieden. Maar daaroi'er meer n deel V: DE CC GRIJPT IN over het optreden van het Corps Civiel, tot bescher ming van burgerpersonen in oorlogs- en ongewone tijden. r 'r«liii IVAGENINGEN (GPD) Hij doel ijs denken nan een examinator zo- fk Inj daar in Hof van Gelderland in "ngeningen aan een tafeltje zit. met tegenover zich steeds wisselende per- r«; tcnvijl op enige afstand in net ielablis.se ïent de volgende kandi Mat achter een kop koffie op zijn beurt wacht. Er ia evenwel een groo' verschil. De lieer Koen Aartsma s'elt geen vragen. Hij is de onder trangde. De journalisten lossen elk aar nan zijn tafeltje af en steed- ieuw onthult hij de achter van de opheffing van lie ----De Spiegel, waarvan hi.: JMmircdnoteur is. De jom-nalistei n7,men geen genoegen met t sim J Dcrshericlit. Zij willen meer we ten. Dat kan. Geduldig staat de heer rün ."1 ze woord in Hof vai oeiaerlnnd, pal tegenover de drukke confV?n ?oniPr f" Keuning, die uit- »r lnr 's van I,ct weekblad dat in ,'J" nanto .jaargang zal blijven ste- °P 1 januari zal er geen Spie- Mi meer bestaan. ,Dus met vervroegd pensio.en', grapt een van de journa listen. Een grapje in een gesprek met een hoofdredacteur wiens blad op het punt staat te verdwijnen lijkt enigs zins misplaatst. Dat valt mee. Dc heer Aartsma maakt er geen drama can. ,De redactie was eigenlijk blij .oen de directie dit besluit nam. We wisten dat wanneer de verschijning aiet gestaakt zou worden, het bud- jet van de redactie aanzienlijk zoi worden ingekrompen. Dit betekende dat we een slechter blad zouden moe ten gaan maken. Daar voelden we -ïiets voor. Liever geen blad uitge ven dan een slecht blad'. De heer Aartsma wint er geen doekjes om Het is een duidelijke zaak dat de familiebladen uit de tijd zijn. Jf -siet dat ook in het buitenland. Weekbladen in deze stijl zijn ten dode opgeschreven. Er zullen er in Neder land ongetwijfeld nog meer volgen. Toch is deze ontwikkeling die mede m de hand wordt gewerkt door het medium televisie, niet de directe oor zaak van het heengaan van De Spie gel. ,Het teruglopen van het adver tentie-aanbod is de grote klap ge weest', legt de hoofdredacteur uit. De'laatste twee jaar een daling van dertig procent, veroorzaakt door de invoering van de reclame op de tele visie. Het gevolg was een verlies van enkele tonnen'. Dit jaar is het abonnee-aantal van Spiegel teruggelopen van 195.000 tot ongeveer 185.000. Zonder de adver tentieproblemen was dit volgens de iieer Aartsma een aantal waarmee men door had kunnen gaan. Vooral gezien de grote plannen die de re dactie nog koesterde. Het weekblad houdt namelijk op te bestaan midden in een periode dat zich grote ver anderingen aan het voltrekken wa ren. Van een christelijk-nationaal weekblad ging het de progressieve kant op. Niet alleen de inhoud, maar ook de vormgeving was al ingrijpend gewijzigd. .Het stond enkele jaren als een paal boven water, dat de Spiegel als fa milieblad oude stijl zichzelf had overleefd. De koers moest worden omgebogen. Besloten werd de ver anderingen m drie fasen uit te voe ren', vertelt de heer Aartsma. Vo rig jaar werd de ondertitel christe- lijk-.nationaal weekblad weggelaten ,Een kreet die uit de tijd was en dn de verjongde redactie naar in de orei klonk', gaat de heer Aartsma ver der. .Begin dit jaar werd tevens he uiterlijk veranderd; We schakelde over naar een kleiner handzamer for maat'. Tegelijkertijd verloor ook de inhou- het confessionele stempel. In d nieuwe Spiegel verschenen intei views die gezien bijvoorbeeld de pc ltlieke gezindheid van de geïnterview den in de oude Spiegel totaal or. voorstelbaar zouden zijn geweest. De derde fase zou per 1 januar, aanstaande ingaan. Weer verder bij sturen. een dikker en een mooier blad, terwijl het dan tevens in de bedoeling lag met een grootscheepse reclame-actie te beginnen, ,We wis ten dat we op de goede weg waren. In vakkringen hadden we reeds een goede naam gekregen', aldus de heer Aartsma. ,Toen werden we echter ioor de commerciële afdeling in de ug aangevallen. In plaats dat de re- lactie voor 1970 zoals aanvanke- ijk het plan was een groter bud get kreeg, zouden we daarentegen moeten gaan bezuinigen. Toen heb ien we gezegd: hef het blad da- naar liever op'. Snkele maanden geleden zijn de aar. leien van drukkerij VAD A iZome; ;n Keuning) overgenomen door Klu ■ver in Deventer. [Dit speelde bij het opheffen van de Spiegel geen rol' oetoogt de hoofdredacteur. .De op heffing was al eerder ter sprake ge veest. De komst van de nieuwe di recteur, de heer A. Vermeer, heeft het zelfs nog even tegengehouden, omdat hij niet meteen wilde begin nen met het opheffen van een blad. Et- is toen nog lang en breed over gepraat maar de conclusies bleven tenslotte hetzelfde'. Ondanks alle veranderingen bleven veel abonnees, die de oude Spiegel een geweldig blad vonden, de nieuwe Spiegel trouw, zij het dat zij niet spaarzaam waren met liun kritiek .Hun trouw was werkelijk soms ont roerend. Ze vonden de nieuwe koer.- fout, maar wilden het blad toch nie' loslaten. Het werd een soort haat :efde verhouding', zo schetst de hoe Aartsma de situatie Viet zelden leidde deze s.tuatie tc ngekomen brieven, die m gespierd- taai (.soms zelfs lasterlijke taal' ■varen gesteld. Dat de Spiegel zich moeilijk !os kon maken van het ver leden blijkt uit de cijfers van eei rapport, dat deheer Aartsma te voorschijn haalt. In het afgeloper voorjaar kon 89 procent van de abon nees (53 procent gereformeerd en 36 procent hervormd") nog gerekend worden tot de oude lezerskring. Bo vendien dateerde tweederde van de abonnementen van tien jaar geleden of nog langer. Tevens bleek dat de lezers vooral bij de ouderen te vin den waren. Tweederde van de ge zinshoofden waren boven de vijftig, :ar.„w -.ilfs boven de 65. Vele abonnees zijn dus de Spiegel ioor dik en don trouw gebleven. Het neeft niet geholpen. Ip l januar verdwijn; net otad, dat n 1906 voor het eerst werd uitgege ten dooi W. K:rchner in Amster- lam onder de naam ,week;llustratie 'oor het christelijk gezin' In 1930 verd het blad overgenomen door Zo- ner en Keuning ai Wagenmgen en 3e naam werd veranderd in .De Spie- rel'. waaraan enkele jaren later de landuidlng christelijk - nationaal weekblad werd toegevoegd- In 1940 verdween het blad" vanhet toneel in 1945 direct na de bevrijding .veer te verschijnen. Eerst nog een maal in de veertien dagen, in ver band met de papierschaarste. De uit geefster vond hier een oplossing voor: Ji de Spiegelloze weken verscheen .De kroniek van de week', die behai- ve de naam weinig verschil met De Spiegel vertoond-*

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1969 | | pagina 23