Culturele rol provincie blijft klein en selectief' SGP zeker niet ,cultuurschuw' Is al dat geld voor de concertzaal wel verantwoord genoeg? ,Kerk, houd goed in de gaten waarover u staat te praten' Gs-lid Van Poelje afstand van schets' Bij het rijk is de sport randgebied TOEZEG GINGEN IN CONCRETO GEDEPUTEERDE VAN GEESBERGEN: SUBSIDIES TOETSEN AAN PROVINCIAAL BELANG VAN BENNEKOM PLEIT VOOR EEN ACTUELE' PRIORITEITENLIJST Onze pindabollen al gezien Vergaderingen van statencommissies openbaar maken' NORMEN ZIJN VERWORDEN.. GEDEPUTEERDE A. J. KALAND: Nieuw statenlid werd beëdigd VLISSINGEN BOEKEN IN HUIS ERKENDE BOEKHANDELS REACTIE OP KRITIEK Rustig slapen STEEKSPEL VOORAF Discussie Tekst Zeeland krijgt een recreatieconsulent 6 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT ZATERDAG 8 NOVEMBER 1969 ZA MIDDELBURG D<; behan deling van de sociaal-culturele ontwikkelingsschets in de sta ten van Zeeland lieeft vrijdag een groot aantal toezeggingen opgeleverd: 1. Er komt een vervolg op de schets in de vorm van een in ventarisatie en een prioritei tenschema; 2. De staten krijgen een sa menvattend advies' over de herstructurering van de vier Zeeuwse raden; 3. De adviescommissie van on derwijs heeft opdracht gekre gen om zich te verdiepen in de problemen van de werkende jeugd, de onderwijsmogelijkhe den in Zeeland en de aanstel ling van een functionaris als verbindingsman tussen cultuur en onderwijs; 4. Er zal worden bezien of commisievergaderingen van de staten in de toekomst open baar kunnen zijn; 5. Uitspraak over beheer, voe ding en werkwijze van het Cul tuurfonds zal eerst volgen na advies van de Zeeuwse Cultu rele Raad; 6. Er zal een advies komen over een psychiatrisch cen trum, speciaal voor Zeeuwse patiënten; 7. In afwachting van het on derzoekresultaat naar de mo gelijkheden van één groot pro vinciaal cultureel centrum zal worden aangestuurd op de stichting van centrale regio nale voorzieningen; 8. Er wordt nagegaan in hoe verre een op te richten dag school voor kunstonderwijs mee kan werken aan de oplei ding van schoolkader in de creatieve vakken; 9. Stichting Zeeland zal bezien :n hoeverre voorlichting aan bevolking nog kan worden ge ïntensiveerd; 10. De mogelijkheid van sa menwerking tussen Zeeuwse Culturele Raad en het Konink lijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen zal worden be studeerd; 11. Nagegaan zal worden in hoeverre bij de reconstructie van de concert- en gehoorzaal te Middelburg tegemoet geko men kan worden aan de eisen van een multi purpose cen trum; 12. Na de harmonisatie van de personeelsbezetting van de Zeeuwse raden en de Stichting Zeeland aanvulling behoeft; 13. Een betere vertegenwoor diging van de jeugd onder meer via de instelling van een jeugdparlement is al in be handeling: 14. Commissies uit de Jeugd raad zullen de problematiek van de vrijetijds- en ontspan ningscentra bestuderen. MIDDELBURG Toen vrijdagavond tegen zeven uur na een lange statendag de sociaal-culturele ontwikkelingsschets van gs voor kennisgeving werd aangenomen, betekende dat meteen het einde van een vergadering waarin .cultuur' in de meest brede zin van het begrip centraal had gestaan. Gedeputeerde A. L. van Geesbergen kon daarin nog eens wijzen op de bescheiden rol die de provhicie naar het oordeel van gs in dit hoofdstuk kan spelen. De heer Van Geesbergen achtte voor cultuur ,een autonome ont wikkeling van overwegend particulier initiatief' noodzakelijk en zag als taak voor de overheid ,deze ontwikkeling mogelijk te ma ken en ze te bevorderen, voornamelijk door middel van subsidies'. De gedeputeerde wees in dit verband op de beklemde positie van het pro vincie tussen rijk en gemeente en de beperkte middelen die de pro vincie in haar subsidiepolitiek ten alle tijde uiterst selectief te werk moeten gaan'. De subsidie-objecten zullen moeten worden getoetst aan de maatstaf van een duidelijk pro vinciaal karakter, provinciaal niveau en provinciaal belang'. ,We hebben deze maatstaf', aldus de heer Van Geesbergen, ,in de afgelopen decennia steeds ruim geïnterpreteerd en zijn subsidiërend bijgesprongen in geval len waar van lokaal, hoogstens regi onaal belang gesproken kon wor den'. De heer Van Geesbergen noemde de ontwikkelingsschets .een verkenning geen programma, maar op de eerste plaats een stuk informatie waar door gs met de staten tot gezamen lijke formuleringen wil komen'. Centra Gedeputeerde Van Geesbergen acht te een groot provinciaal cultureel centrum ,een zaak van lange adem' met een toekomstperspectief dat in de buurt van het jaar 2000 zal ein digen en bij een Zeeuws bevolkings cijfer van 600.000. Hij achtte het wenselijk op veel kor tere termijn aan te sturen op centra le regionale voorzieningen met een meervoudig doel. In de tussentijd dient dan volgens de heer Van Geesbergen een .diepgaand onderzoek ingesteld te worden naar het provin ciale project. De gedeputeerde ver klaarde voorts niet bang te zijn voor experimenten en het daarvoor be stemde fonds aan te zullen spreken waar nodig is. Sprekend over het cultuurfonds kon de heer Van Gees bergen hangende het adviesberaad MENINGEN NOGAL STERK VERDEELD van de Zeeuwse culturele raad nog geen nadere mededelingen doen dan deze: het advies van de ZCR zal zich uitstrekken over voeding, beheer en werkwijze. Bovenlaag PvdA-woordvoerder ,J Stenvert liad ,het cultuurbeleid' in eerste instan tie' nog steeds teveel afgestemd op een maatscliappelijke bovenlaag* ge noemd. Hij achtte structurele wijzi ging dan ook beslist noodzakelijk, gekoppeld aan opheffing van de com municatiestoornis die er tussen de .oude' cultuurhedrijvers en de massa is. Openheid en vooral inspraak zul len hierbij volgens de lieer Sten vert in ruime mate moeten wor den gehanteerd. ,Die inspraak is hard nodig. Er is tot nu toe door de raden, de pers en par ticulieren al het nodige gedaan aan meningsvorming, maar de inspraak zelf is een ander punt. ,De heer Sten vert achtte in dit verband de huidige .bevolkingsprocedure' van de ZCR niet gelukkig en drong aan op een bezetting die voor de helft recht streeks door de bevolking gekandi deerd zal worden. De heer H. J. van de Zande, spre kend namens de WD: ,We hebben niets op cultuur tegen en ook wij ge loven dat het allemaal nog bij een te kleine groep terechtkomt. Onze vraag is alleen hoe we de anderen nu eeu bij die cultuurbeleving kunnen be trekken'. De heer Van de Zande pleitte in dit verband voor het geven van reductiekaarten aan beoefenaars van de amateuristische kunst voor voorstellingen van meer professione le aard. De heer J. A. van BenneUom (ar) was van mening dat (le drempel naai de cultuur vanuit het onderwijs over schreden moest worden. Hij hanteerde het brede begrip cultuur en dacht ook wat beoefenaars en ontvangers betreft in de meest brede zin door het hele Zeeuwse volk' te i de raden en dat de raden daar zelf bij betrokken worden zodat ze hun kennis kunnen inbrengen en niet van bovenaf gedirigeerd worden. De heer Dusarduyn achtte een fifty-fifty- samenstelling van de raden voorals nog democratisch genoeg. Hij deed voorts de suggestie aan de hand na te gaan in hoeverre een vorm van samenwerking mogelijk is tussen de Zeeuwse culturele raad en het Ko ninklijk Zeeuwsch genootschap der neelstekort bij de raden en de Stich ting Zeeland. ,Vier raden werken met drieëneenhal ve man, en het instituut dat de gene rale functies in zich verenigt, met zeseneenhalve man. Is dit niet de zuinigheid die de wijsheid bedriegt? De heer Dusarduyn noemde het cul tuurfonds ,een heet hangijzer waar aan we ons vandaag nog niet zullen schroeien.' .Bestaan er tegen het even tueel autonome karakter ervan al leen bezwaren van budgetrechterlij- ke aard? Is het niet mogelijk een financiële verantwoordingsplicht achteraf in te stellen, zodat toch op het moment beslist kan worden? CHl'-woorilvoerder C. J. Buurman, plaatste eerst het begrip .cultuur' in de groei van de laatste decennia en stelde vast dat bij alle mooie en moeilijke woorden (,ze zyn als bal lonnen, ze klappen open en lopen leeg) deze waarheid blijft: ,de mens zoekt naar zijn identiteit'. De heer Buurman was van mening dat een cultuurpolitiek dit zoeken zou moeten onderkennen en het vin den bevorderen. Hij vroeg bijzondere aandacht voor de werkende jonge ren, hun ontwikkelingsmogelijkheden en hun vorming. Hij achtte voorts een onderzoek naar een groot pro vinciaal cultureel centrum geboden en wees op het opkomende verschijn sel van de tegencultuur waarin naast de grote bestaande gezelschappen nieuwe kleine groepen actief bezig zijn. De heer Buurman dacht dat in een aansluiting bij die activiteiten mis schien een eerste aanzet naar nieuwe vormen te vinden zou zijn. De CH- woordvoerder wenste het cultuur fonds onder de hoede van de staten te laten. (ADVERTENTIE) Er is nog veel meer nieuws bij BOEKHANDEL KUNSTHANDEL i DE VEY MESTDAGH Bellamy^ark 4.5-5 8 - Vlissïnge'n A. L. VAN GEESBERGEN EIS: VERDELENDE RECHTVAARDIGHEID MIDDELBURG De debatten over de culturele accommodatie spitsten zich in de statenvergadering van vrij dag voornamelijk toe op de situatie van de Middelburgse Concert- en Ge hoorzaal. De lieer C. J. Buurman (chuj zei er nog niet zo zeker van te zijn dat het geld dat nu aan de reconstructie zal worden uitge geven uiteindelijk wel zo goed te rechtkomt. ,We kunnen het misschien beter ge bruiken om eens een grondig onder- trum voor Zeeland'. De heer .J Sten vert (pvda) vroeg een startsubsidie voor vrije tijdscentra en vroeg of aan de concertzaal geen multi pur pose bestemming kon worden gege ven. Wordt al dat geld anders wel SUGGESTIE KVP-ER DRS DUSARDUYN: MIDDELBURG Het kvp-staten- lid drs XV. R. V. Dusarduijn heeft gisteren in de zitting van de staten van Zeeland de suggestie gedaan om de commissievergaderingen van de staten voortaan in het openbaar te houden. Volgens hem levert dat het voordeel op van een betere en effi ciëntere behandeling van bepaalde on derwerpen. Gedeputeerde J. van den Bos zei later dat het colige zal be zien of het op basis van de provin ciewet mogelijk en gewenst is daar toe over te gaan. .Deze nota over de sociaal-culturele ontwikkelingsschets leent zich t$r- pisch voor een vergadering in com- sie-verband', aldus de heer Dusar duyn. Hij legde nog uit dat op deze manier een betere vorm van inspraak wordt bereikt en dat statenleden en deskundigen in dergelijke gevallen openbare vergaderingen kunnen ont moeten. Teruggrijpend naar de vorige sta- tenzitting over de nota openluchtre creatie en een over de methode van behandeling in de PZC verschenen commentaar stelde de heer Dusar duyn nog vast dat de statenzittin- gen op die manier aan het devalueren zijn. ,We moeten de uitdaging aan nemen om meer en anders te gaan vergaderen', was zij opvatting. Ge deputeerde Van den Bos deed de sug gestie aanvankelijk af met de op merking dat openbaarheid van com missievergaderingen niet geregeld is in de provincie. In de replieken ver weerde het kvp-statenlid zich overi gens met de mededeling dal het vraagstuk van de openbaarheid an ders ligt dan een bepaling in de gemeentewet. De heer Van den Bos realiseerde zich dat de gemeenteraad van Rotterdam tegenwoordig ook openbare commissievergaderingen houdt en hij toonde zich bereid de zaak nader onder ogen te zien. verantwoord besteed? Als de situatie bij het oude blijft, zal de concert zaal in die opzet- slechts een gering aantal personen dienen. Bij uitbrei ding en vergroting van de doelstel ling zulien veel meer mensen van de voorzieningen kunnen profiteren en dan zal het geld ook meer de mocratisch verdeeld zijn. ,De heer Stenvert vond dat me&r mensen dan tot nu toe het geval was. in staat moeten worden gesteld van culurele zaken mee te nemen wat ze er van mee willen nemen, daarbij verwij zend naar het woord van Laurens ten Cate .Ieder mens heeft er recht op zich waar te maken'. De heer J. A. van Bennenkom (ar) vroeg naar later bleek ten overvloede naar de taak van de provincie in de reconstructie van de concert- en gehoorzaal. ,Een cultureel middelpunt als Middelburg dient naast andere goede voorzieningen ook een concert mogelijkheid te hebben. Er zal nage gaan worden of dit volgens de re constructieplannen kan worden be reikt of dat de schouwburg geschikt gemaakt moet worden'. Gedeputeerde A. L. van Geesbergen meende dat een gereconstrueerde con cert- en gehoorzaal geheel zou pas sen in de door hem geschetste cen trale regionale voorzieningen en her innerde nog eens aan het standpunt van gs dat waar het in Middelburg een instelling betreft van grotere dan strikt plaatselijke betekenis de provincie in de subsidiëring wel de gelijk een taak ziet. waarbij het prin cipe van de verdelende rechtvaardig heid natuurlijk gehanteerd za! wor den. ,We kunnen in deze provincie niet buiten cultuur. De nieuwkomer vraagt ernaar en ook de man die er zijn industrie wil vestigen. Tpch moeten we ervoor waken dat de cul tuur waarin we mede zullen voorzien niet louter en alleen economisch ge bonden is. Cultuur kan ook op zich van bijzondere waarde zijn. Zonder cultuur is <je mens onvolkomen.' De heer Van Bennekom betreurde het waar het om zulke belangrij ke zaken ging dat de schets van gs geen enkele prioriteit aangaf en pleitte voor het samenstellen van .niet al te grote' deskundige commissies die ter verkrijging van een prioritei tenlijst een inventarisatie zal moe ten maken. ,Dan weten we waar we aan toe zijn'. De heer Van Bennekom had een spe ciale aanbeveling voor beheer en voe ding van het cultuurfonds. Hij zei gedacht te hebben aan een bijdrage van de provincie en een bijdrage, van het bedrijfsleven dat ten zeerste bij een gunstige culturele ontwikkeling gebaat is. Wat beheer betreft achtte hij een aantal vertegenwoordigers nodig, van wie de helft plus één door de pro vincie zou moeten worden geleverd (.kennende mijn grote eerbied voor het gezag boven ons gesteld)' en de overigen door het bedrijfsleven. Drs W. R. V. Dusarduyn, fractie voorzitter van KVP vond het .be paald geruststellend' dat men zich beraadt op een herstructuering van MIDDELBURG ,AJs hier het woord .cultuur' wordt ge zegd, kijkt men nogal eens on ze kant uit', aldus de heer C. Boender, fractievoorzitter van de SGP, vrijdagmiddag bij de behandeling van de culturele paragraaf in de staten van Zeeland. ,Het onderwerp cultuur' brengt ons inderdaad veel moeilijkheden. De SGP wordt nogal eens gezien als cultuur- schuw, maar dat zijn we van cultuur op zich zeker niet. Het gaat er maar om welke rai ling er aan het begrip gegeven wordt. Dat we niet cultuur- vijandig zijn, moge al blijken als ik er op wijs dat reeds aan het eerste mensenpaar een cul tuuropdracht werd gegeven. Tussen de bedoeling van de Opdrachtgever en de uitleg van vandaag is echter de zon de gekomen. De hedendaagse normen, waarden en doelein den gaan uit van de redenering dat de mens autonoom is. De normen stemmen niet meer overeen met de opdracht. Op de vraag wat is goed? én wat is niet goed? kan geantwoord worden volgens de subjectieve maatstaf van het menselijk oordeel en er kan ook volgens een objectieve maatstaf geoor deeld worden, want tenslotte heeft de Opdraclilgèver ook gezegd God lief te hebben bo ven alles en .de naaste gelijk zichzelf. Metend met die maat komt men tot interessante conclusies.' ,Er zijn zo vele zaken tot nu van de mens, er zijn echter ook vele zaken die tegen dit liefdesgebod vloeken. Do norm loosheid neemt vormen aan die er toe leiden dat de door velen zo fel begeerde vrijheid in de slavenketenen dwingt. Al wat afwijkt van Gods gebod leidt tot slavernij.' ,Ook andere partijen zien dit gevaar v«»n degeneratie en spreken het uit. Een lid van deze vergadering heeft onlangs nog gezegd dat het in de poli tiek niet om progressief of conservatief gaat. maar dat het erom gaat of het nihilisme een kans krijgt. Ik hoop dat deze gedachte weerklank vindt in zijn eigen partij en bij an deren, zodat duidelijk zal zijn dat de SGP niet altijd ongelijk heeft.' FRACTIEVOORZITTER C. BOENDER MIDDELBURG Aan het begin van de gisteren gehouden statenzit- ting is de heer J. D. J. Martens uit Hulst beëdigd als nieuw statenlid. Hij krijgt daarin zitting voor de KVP en vult als zodanig ae vacature op. ontstaan door het vertrek van de heer P. H. M. Adriaansens naar Dordrecht. f ADVERTENTIE) ontvangt deze week van de 4 MIDDELBURG De .hinderlijke vra gen' van ds II. M. Strating, een dag tevoren in de provinciale kerkverga dering gesteld over de industriële ontwikkeling van Zeeland hebben gistermiddag in de statenzitting ge leid tot een ander vinnig debat tus sen gedeputeerde A. J. Kaland en een aantal statenleden. Omdat de te neur van de discussie in de kerkver gadering van de Zeeuwse hervormden was: .Overheid, houd goed in de ga ten waarover u praat', sloeg de heer Kaland terug met: .Kerk, houd goed in de gaten waarover u praat. Gy staat in de wereld, maar zijt niet van de wereld. Velen hebben ook zorgen om de toekomst van de kerk.' Het begon allemaal toen gedeputeerde Kaland antwoord gaf op een vraag van de heer J. A. van Bennekom, of het ,in de toekomst misschien moge lijk zou zjjn op het punt van de volks gezondheid bij de vestiging van nieu we industrieën wat minder geheim zinnig te doen, aangezien op dat ter rein nogal wat bezorgdheid de kop opsteekt'. Gedeputeerde Kaland: ,De verdergaan de industriële ontwikkeling levert geen zorgen voor de volksgezondheid. We gaan nauwgezet te werk en scha kelen de meest deskundige instanties in, wanneer het gaat over de vraag of een vestiging gewenst is of niet. Er is gekozen voor industriële ont wikkeling. Het college van gs be geleidt die ontwikkeling. Bij de sta ten en het publiek is een zeker ver trouwen nodig in het beleid van gs. We hebben echt geen behoefte aan als maar meer rokende schoorste nen. We zullen waken voor en strij den tegen wat het welzijn van de be volking kan schaden'. En daarop A. J. KALAND volgde zijn uitval in de richting van de pnövinoiaie kerkvergadering. De AR-woordvoerder Van Bennekom had ,wat moeite met de exegese van de heer Kaland. Uw interpretatie ls er een beetje naast. Het lijkt een beetje op een uitspraak als .ga maar rustig slapen; wij waken, kiezers, gij hebt gekozen, laat de rest maar aan ons over'. De heer Van Bennekom kon die opvatting niet delen. ,Het gaat er mij om de sfeer van geheim zinnigheid te doorbreken. Ik blrjf er op hopen dat de bevolking meeer op NA AARDENBURG' MIDDELBURG Er is giste ren in de zitting van Zeeland» staten een stevig kwartiertje lang een pittig steekspel gele verd over de vraag of gede puteerde M. J. van Poelje zich op het bezinningsweekend van de PvdA in augustus nu wel of niet had gedistantieerd van de sociaal-culturele ontwikke lingsschets, die het college van gs heeft geproduceerd, het col lege waar hij zelf deel van uitmaakt. En daarbij ging het ook om deze vragen: draagt deze gedeputeerde nu wel of geen medeverantwoordelijkheid voor de schets? kunnen des kundige griffieambtenaren in volle vrijheid een advies uil- brengen, zonder tevoren reke ning te houden met de opvat tingen van gedeputeerden. De heer C. Boender (sgp) bracht de zaak aan het rollen. .Het is natuurlijk het goed recht van een gedeputeerde om Eifstand te nemen van een nota als deze. Maar over de wor dingsgeschiedenis ervan heeft hij dingen gezegd, waarmee ik niet gelukkig ben. Ik heb de indruk gekregen, dat gs tot de conclusie zjjn gekomen: zo moet het dan maar met die nota. Welke waarde moeten de staten nu aan deze nota hech ten? En al3 de gedeputeerde zegt dat de ambtenaren aan hun promotiekansen moeten denken, wanneer zij zich vrijer willen opstellen, dan stel ik de vraag: gs zijn toch verant woordelijk is het niet? Het zijn toch allemaal serieuze mensen op de griffie. Dat ze aan hun promotiekansen denken is toch logisch. Hoe moeten wij het standpunt van de gedeputeerde op die PvdA-vergadering in genomen, nu eigenlijk opvat ten? Ook de heer J. A. van Benne kom (ar) was, zoals hij zei, erg benieuwd naar het ant woord op de vragen van de heer Boender. Vervolgens ontwikkelde zich met de heer Van Poelje achter de katheder deze discussie. .Inderdaad geef ik de voorkeur aan een ambtelijk advies, dat niet tevoren is afgestemd op wat wordt geacht dat de me ning is van gedeputeerde sta ten. Ik prefereer een onEif- hankelijk advies...' Gedeputeerde A. J. Kaland: .Een advies met vooropgestelde mening wordt nooit gevraagd!' Van Poelje: ,Ik heb nooit be doeld te zeggen dat gs by voor baat opdrachten aan ambtena ren hebben gegeven over de aard van hun advies. Maar het gebeurt nu eenmaal dat bij de samenstelling van adviezen te voren wel eens enigszins reke ning wordt gehouden met wat gs zullen denken.' Statenlid Van Bennekom: .Voor ons een interessante dis cussie!' Van Poelje: .Geluk kig is het niet zo dat de amb tenaren het college in het alge meen naar de mond praten'. Kaland: .Juist'. Het werd wat druk met inter rupties en statenvoorzitter mr J. van Aertsen kwam daarom even tussenbeide om gs-lid van Poelje te verzoeken zijn verklaring voort te zetten. Daarop ontstond er in de ge luidsinstallatie van de staten zaal een oorverdovend ge kraak. Even later het was weer al lemaal verstaanbaar ver volgde de heer Van Poelje; ,In Aardenburg heb ik inderdaad een grapje gemaakt over de promotie van ambtenaren. Dat was een raillerende opmerking. En als je dat zo zwart op wit in de krant ziet, dan geef ik toe dat het een minder ge slaagd grapje was.' De heer Van Poelje ging nog even in op wat hij in de be wuste bijeenkomst van de PvdA in Aardenburg had ge zegd. ,lk ben toen begonnen met de mededeling dat ik me deverantwoordelijkheid' draag als gedeputeerde voor deze schets. Maar dat betekent toch niet dat ik nooit zou mogen la ten bljjken dat ik het niet met elk woord en met elke zin in deze schets eens zon zy». We zijn het tenslotte eens gewor den over de definitieve tekst Kaland (opnieuw interrumpe rend): ,We hoeven het in het college heus niet altijd eens te zijn. U weet dat er onlangs nog een zaak aan de orde is geweest, waarover ik heb ge zegd dat als het zo door zou gaan ik met een minderheids- nota bij de staten zou komen.' Van Bennekom: .Valt nu de tekst van deze schets onder de verantwoordelijkheid van het hele college of niet?' Van Poelje: .Natuurlijk wel. dat heb ik toch gezegd. Ik wil dat nu weer niet herhalen. Ik wil echter wel zeggen dat mijn bijdrage aan de schets anders zou zijn geweest als ik eerst de discussie in Aardenburg zou hebben bijgewoond. Als ik de schets alleen zou hebben ge maakt zou die er ook anders hebben uitgezien. Wanneer men dat in de staten .distan- ciëren' noemt, dan heb ik daar vrede mee. Ilt zie niet in dat ik dat niet zou mogen zeggen, zonder dat ik de medeverant woordelijkheid ontken.' M. J. VAN POELJE: Zwembaden op de de hoogte wordt gesteld van wat er gebeurt of staat te gebeuren.' Er kwamen nog meer reacties. De heer C. J. Buurman: ,Mag de kerk soms ook exclusief denkenPvdA-woord voerder C. Hoek: ,Wil je vertrouwen wekken, dan zul je openheid moeten toepassen over wat met de ontwikke ling van Zeeland te maken heeft.' En P -A. Roels (eveneens pvda): ,Ik wil opkomen voor het recht en de plicht van de kerk om zich uit te spreken.' De heer Kaland had het verwacht. Niemand van de sprekers heeft echter herhaald wat ik eerst heb gezegd: Kerk, gij zijt welkom in het gesprek over de Zeeuwse problematiek. Als er iemand is, die tot een gesprek wil bijdragen, dan ben ik het. Ik ben altijd bereid om te discussiëren. De CHU is op zeven plaatsen in Zee land geweest. Maar we kunnen al leen een beleid voeren als er vertröu- wen is. Ik betreur het dat er in be paalde groeperingen wantrouwen is. Iedere groep met een eigen taak en verantwoordelijkheid moet tot op ze kere hoogte in beslotenheid werken om daarna openlijk verantwoording af te leggen. Preventief toezicht is voor een slagvaardig beleid niet ac ceptabel.' De heer Kaland wees erop dat voordat een nieuwe industrie zich in Zeeland vestigt bijvoorbeeld de provinciale raud voor de luchtverontreiniging al le gegevens nagaat. Dat gebeurt ook met de gegevens van Pechiney in het Sloe, met de ervaringen van de deputatie die onlangs in de VS is geweest, met de gegevens van een bedrijf in Zeeuwsch-Vlaanderen. De discussie liep wat te ver uit naar de zin van voorzitted mr J. van Aart- scn, die op een gegeven moment af hamerde en de debaters adviseerde op een andere plaats over deze zaak het gesprek voort te zetten. eerste plaats MIDDELBURG ,Bij het rijk is de sport nog steeds een randgebied en ik hoop dat er binnen niet al te lange, tijd een duidelijk nationaal sportbe leid van de grond komt', aldus de Zeeuwse gedeputeerde M. J. van Poel je (pvda) tijdens de behandeling van het hoofdstuk .sport' uit de sociaal- culturele ontwikkelingsschets door provinciale staten van Zeeland. De heer Van Poelje zag het ontbreken van een nationaal sportbeleid als een belemmering bij het tot stand bren gen van een gecoördineerd provin ciaal sportbeleid. Overigens bleken de verschillen van mening in de staten over dit hoofd stuk niet bijzonder groot. De heer A. J. Schot (sgp) maakte hierop een uitzondering: .Tegen sport op zich zelf hebben we geen bezwaar. Wel echter als het op zondag gebeurt en als er sprake is van een wedstrijd element. Dit laatste is schepselver ering en dus afgoderij'. De statenleden D. Geuze (ar),' mr K. A. Keuning (pvda), en C. J. Buur man (chu) spraken zich allen uit voor de totstandkoming van het in de sociaal-culturele ontwikkelings schets aanbevolen provinciale sport centrum. Dit centrum zou volgens deze woordvoerders vooral dienst kunnen doen als opleidingsinstituut voor sportleiders. De heer Geuze zag een dergelijk centrum vooral als sta gecentrum. De heer Keuning, wilde er ook een opdeiling in onderbrengen voor bondsbestuurders en dergelijken. De heer E. J. van Ruymbeke toonde MIDDELBURG Zeeland krijgt in de nabije toekomst een recreatiecon sulent. Dit deelde gedeputeerde A. L. van Geesbergen gistermiddag mee in antwoord op een vraag van de heer C. J. Buurman. Het wordt dan de tweede provincie die een dergelijke functionaris krijgt. Dat zal hier dan gebeuren naar analogie van de pro vincie Friesland, waar de zaak lang zamerhand uit het experimenteersta dium is gekomen. Vraag en antwoord over een dergelijke recreatieconsu lent waren de enige dingen, die bij de behandeling van de nota in de sta ten gisteren werden gezegd over het hoofdstuk openluchtrecreatie. M. J. VAN POELJE zich kritisch ten opzichte van c* centrum, dat hij ,een zaak voor; voor beroeps' zag worden. Gedept- teerde Van Poelje was van menin: dat een dergelijk centrum een va de eerste studie-objecten behoort I' zijn: ,Ook ik heb alle hulde voor de vrijwilligers, die de sportbeoei:- ning mogelijk maken. Toch is er c: goede sporttechnische en pedog sche vorming nodig'. In een vei verschiet zag de heer Van Poelje wel de mogelijkheid, dat de overlie- zal moeten subsidiëren, omdat sportleiders voor de verenij wellicht onbetaalbaar zullen w VVD-woordvoerder mr J. 1 Schlingemann toonde zich voorstoc- der van goede sportaccommodatie; ,Die bevorderen het industriële WH maat'. Volgens de heer Schlingeman: zullen de overheid en het bedrijfsle ven slechts moeten helpen bij de tot standkoming van accommodaties all de organisaties het nleL aankunnen Gedeputeerde Van Poelje gaf ln gro te lijnen antwoord op zijn vraag naa.' een prioriteitenschema. De heer Va: Poelje stelde, dat in de eerste plaat-1 de aandacht moet gaan naar de ver schillende typen zweminrichtingen ,Dat is niet alleen belangrijk voor de sport, maar deze biedt in do praktijk bijzonder weinig ruimte. De gedeputeerde zag hier in de eerste plaat3 een taak liggen voor het mi nisterie van onderwijs en hij sprai als zijn mening uit, dat het provin ciaal bestuur hierover wederom op aan zou dringen. Voorts stelde de heer Van Poelje, dat in de komende tien jaar in Zeeland zeker nog enkele tientallen sporthallen en sportzalen zullen moeten worden gebouwd. De totstandkoming van een groot sta dion en een overdekte kunstijsbaan zag hij binnen afzienbare tijd nog niet tot de mogelijkheden behoren Andere taken van de provincie inza ke de sport zijn, aldus de heer Van Poelje, opleiding van kader, steun bij de algehele doorvoering van de sport keuring en financiële steun bij gro te sportmanifestaties.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1969 | | pagina 6