psr Solidariteit van mens tot mens
Stijlvol
en sober
Gevoelens van bewogenheid.,,
vreugde en dankbaarheid5
Zeeland herdacht
zijn bevrijding
xeeaws
Zeelands positie
Inundatie verantwoord
Toen en nu
Internationale verhouding
Welkomstwoord
tot gasten
van Zeeland
MR DRIJBER TOT
OUD-STRIJDERS:
VRIENDEN
VOOR ALTIJD'
6
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
MAANDAG 3 NOVEMBER 1969
MIDDELBURG Zware,
bronzen klnkketonen uit de
Lange Jan weerklonken zater
dag over Middelburg en wydo
omgeving om eraan te herin
neren, dat vijfentwintig jaar te
voren de wapens op het eiland
Walcheren waren neergelegd.
Toen hadden die klokken ech
ter niet kunnen luiden, want
zoals dr L. De Jong zaterdag
morgen in de Nieuwe Kerk
zei ,liet centrum van Middel
burg was onherkenbaar ver
minkt en er was westwaarts
water zover het oog reikte'.
Maar er was toen aldus dr
De Jong: ,Ecn stoer en on-
schokbaar vertrouwen in de
toekomst van de provincie, in
welker wapenschildde leeuw
zich aan het water ontwor
stelt'. Een vertrouwen, dat niet
is beschaamd: de klokken van
de Middelburgse Abdij meldden
het toen de bijeenkomst in de
Nieuwe Kerk werd beëindigd.
Vertegenwoordigers uit alle ge
ledingen van de Zeeuwse be
volking jongeren en ouderen
waren zaterdag in deze kerk
bijeen, toen om precies half 12
koningin Juliana binnentrad.
President-kerkvoogd mr F. W.
M. van Oppen en kerkeraads-
voorzitter dr G. J. van Embden
hadden haar bij de ingang van
de kerk begroet. Organist De
Vries had tevoren geïmprovi
seerd op het Valerius-bed .Ge
lukkig is het land' en voorts
op het Zeeuws volkslied. Bij het
binnentreden van de koningin
iedereen was gaan staan
speelde hij het .Geen dierder
plek' geheel: deze Zeeuwse
.hymne' eens door Jan
Morks gecomponeerd op tekst
van Poldermans tijdens de Bel
gische annexatiewoelingen in
1919 werd staande aange
hoord.
De bijeenkomst werd een sobe
re. maar stijlvolle plechtigheid:
Nederlands van karakter, maar
tevens ook met internationale
fof liever: geallieerde) allure.
Vóór de preekstoel waren de
vlaggen van de geallieerde lan
den opgesteld en achter konin
gin Juliana en minister-presi
dent De Jong zaten de ambas
sadeurs van Engeland, België,
Noorwegen en Canada, alsook
de gouverneur van het Bel
gische Oost-Vlaahderen dr R.
de Kinder. De commissaris der
koningin, mr J. van Aartsen,
begroette zijn gasten in het Ne
derlands eri het Engels en dr
L. de Jong herhaalde later tij
dens zijn indrukwekkende rede
een kort deel daaruit in het
Engels.
Het ging hier om een passage,
waarin hij herinnerde aan de
duizenden geallieerde soldaten,
die in de strijd rond de Schelde-
monding waren gevallen of ge
wond: ,De offers in het per
soonlijke vlak zijn hier door
bondgenoten en bevrijders in de
eerste plaats gebracht. Deze of
fers zullen bij ons in de herin
nering blijven voortleven met
een dankbaarheid die uit het
hart komt, maar die wordt
versterkt door hetgeen nuchter
inzicht ons leert'.
De koningin droeg een gouden
broche met het wapen van
Zeeland: ,Die heb ik hier eens
gekregen en ik draag die al
tijd als ik in Zeeland kom', zei
ze later in de kloostergangen
van de Abdij, toen ze gesprek
ken voerde met vertegenwoor
digers van de bevolking, de
Britse oud-strijders en de ille
galiteit. In de statenzaal was
ook aanwezig mevrouw S. C.
de Casembroot-barones van der
Felsz.
Later werd in de statenzaal
een eenvoudige lunch geser
veerd: in de oude refter van de
Abdij heerste een ongedwongen
sfeer. Ook hier werden velen
aan de koningin voorgesteld en
daarbij ontsponnen zich plezie
rige gesprekken. Een actie van
enkele Schotse oud-strijders:
.Dat zou bij ons niet mogelijk
zijn. daar is altijd afstand tus
sen koningin en laten-we-maar-
zeggen ,het volk'. Maar hier
kan iedereen naar uw koningin
toelopen. Dat is nog eens een
gemoedelijke monarchie hier...'
MIDDELBURG ,In deze provincie, op de
plaats waar de laatste Nederlandse troepen
in mei 1940 Zeeuwsch-Vlaanderen verlieten,
betrad koningin Wilhelmina nog geen vijf
jaar later weer de vaderlandse bodem. De
grenspalen waren weggeschoten in dat ont
redderd gebied er was geen grens. Kalk
om een streep over de weg te trekken, ont
brak; witte verf was nergens te vinden
tot een meelhandelaar zei, dat hij wel een
baal meel wilde afstaan. Met dat meel, grond
stof voor ons dagelijks brood, heeft men toen
een streep gemaakt en er is, om het verstui
ven tegen te gaan, enig water over gespren
keld. Ik ken geen gebeuren dat, symbolisch
als het ware, sterker getuigt van de schamel
heid van ons bestaan op dat moment in onze
historie'. Met deze woorden besloot dr L. de
Jong zaterdagmorgen zijn herdenkingsrede
in de Nieuwe Kerk te Middelburg. In dit slot
richtte hij zich tot koningin Juliana: ,Ik hoop
in uw geest te spreken wanneer ik de bood
schap van de dood van zovelen in 1940-1945
interpreteren wil als een omroep om, in onze
welvaart en in deze verwarde en gecompli
ceerde wereld, indachtig te blijven wat zo-
velen ook in ons land in die jaren van scha
melheid betracht hebben: solidariteit van
mens tot mens'.
Dr De Jong was zijn toespraak begonnen met en
kele persoonlijke herinneringen, namelijk aan zijn
eer3te naoorlogse bezoek aan Zeeland in februari
1035. .Grote moeite had het mij gekost om als
burger niet in uniform, niet eens functionaris
van het Militair Gezag steunend op een simpel
briefje van professor Gerbrandy, van Eindhoven
uit Bergen op Zoom te bereiken. Ik kreeg er na
lang wachten een lift naar Goe3, waar ik tegen
het einde van de middag aankwam. Hier liep ik
vast. Er was op dat moment geen enkel verkeer
meer in de richting van Walcheren, maar nadat
enige tijd was verstreken, kon xie commandant
van de Binnenlandse Strijdkrachten in Goes mij
helpen, doordat ik kon mee rijden op de enige
vrachtauto, die die avond nog naar Middelburg
ging.'
Dr De Jong wilde daarheen om twee redenen: twee
jaar tevoren hadden zijn enige broer en schoon
zuster vergeefs gepoogd naar Zwitserland uit te
wijken (ze waren al op Zwitsers gebied, toen de
Zwitserse politie hen terugstuurde: beiden zijn
omgekomen) en zij hadden hun jongste kind toe
vertrouwd aan een Haags echtpaar dat naar Mid
delburg was vertrokken. Dit niet-ingeschreven
kind was door de Duitse controle gesmokkeld.
.Wat door mij heenging toen ik mij over het bedje
van het slapende kind boog, kunt U zich indenken.'
De tweede reden om naar Walcheren te komen
was: ,Het was mij innerlijk onmogelijk naar mijn
post bij de Londense radio terug te keren zonder
met mijn eigen ogen het ten naaste bij verdron
ken eiland te hebben aanschouwd.'
Zo trof dr De Jong Walcheren aan: >Het centrum
van Middelburg onherkenbaar verminkt. West
waarts water zo ver het oog reikte. Golven die
huizen en boerderyen binnenspoelde, en daar hier
og een deur waar doordrekie gordijnen heen en
weer bewogen als spookten er geesten in die ver
laten behuizingen. Hier en daar een oude dorps
kern gespaard, maar dan overvol en met loop
planken langs de gevels. Op tal van plaatsen waar
schuwingen tegen landmijnen. In de puinhoop die
eens Westkapelle was, gezinnen die bijeenhokten
in de grauwe en kille Duitse bunkers. Ik sprak
niet mensen met de burgemeesters en met de
functionarissen van het Militair Gezag, met boeren
en landarbeiders en hij allen trof ik aan een geest
van aanvaarding van het noodlot dat Walcheren
had getroffen, maar ook een stoer en onschok-
haar vertrouwen in de toekomst van de provincie,
in welker wapenschild de leeuw zich aan het wa
ter ontworstelt'.
Dr De Jong ging voorts in op de bijzondere positie
van Zeeland in de tweede wereldoorlog. Die positie
bleek al tijdens de Duitse inval in 1940. ,Ik ge
loof niet dat Nederlandse troepen zich ooit psy
chologisch m een moeilijker positie hebben be
vonden dan die aan welke de verdediging van Zee
land was toevertrouwd een paar duizend man,
die op de avond van 14 mei vernamen dat in het
gehele land de strijd gestaakt was, maar dat in
Zeeland, in Zeeland alleen, moest worden doorge
vochten, samen met en ook terwille van de Fran
sen, die ons te hulp waren gesneld. Lang heeft
die strijd niet geduurd, enkele dagen slechts. Men
was tegen de formatie van de Waffen-SS, die hier
aanviel, niet opgewassen en toen het er op de
ochtend van 17 mei korte tijd naar uitzag dat de
Fransen toch de Waffen-SS-ers aan de Sloedam
konden tegenhouden, werden een luchtbombarde
ment en een artillerie-beschieting van het centrum
van Middelburg ingezet, die beide evenals het
bombardement van Rotterdam die dagen tevoren
een terroristisch karakter droegen, en die aan het
centrum van Middelburg haar intieme sfeer voor
altoos ontnamen.'
Vervolgens behandelde dr De Jong enkele aspecten
van de strijd in Zeeland iin 1944, waarbij hij in de
eerste plaats op de oorlogsgevolgen voor West-
Zeeuwsch-Vlaanderen wees: ,Geen deel van ons
land met uitzondering misschien van midden-
en Noord-Limburg werd zo zwaar door het oor
logsgeweld getroffen als westelijk Zeeuwsch-Vlaan
deren, waar de Duitsrs slechts stap voor stap werden
teruggedrongen en waar dorpen en hehuizingen puin
hopen werden.
In die kletsnatte en kille herfst wist de bevolking
nauwelijks waar zij het vege lijf moest bergen.'
Uitvoerig besprak dr De Jong de inundatie van
Walcheren daarbij evenals hij in de televisie
reeks ,De bezetting' het deed het standpunt
verdedigend, dat de inundatie van het eiland ver
antwoord was. Het onder water zetten van Wal
cheren is overigens niet voorgelegd (naar da- De
Jongs oordeel opzettelijk niet voorgelegd) aan de
Nederlandse regering in Londen .vermoedelijk van
uit het besef dat men van die regering nauwelijks
kon vergen dat zij haar uitdrukkelijkeinstemming
betuigde met een operatie, die duizenden burgers
het leven kon kosten en die Walcheren naar
toen werd gevreesd voor lange tijd tot een
troosteloze en onvruchtbare woestenij zou maken'.
Is deze inundatie uit een militair oogpunt ver-
antwoord geweest? Het vormt slechts een
schrale troost voor de nabestaanden van die
genen, die toen met name in Westkapelle het
leven verloren, maar ik meen dat deze kern
vraag in het licht van alles wat wij thans we
ten, bevestigend kan worden beantwoord. De
totale desorganisatie van hel, Duitse verdedi
gingsapparaat waar men van Canadese kant
op rekende heeft zich niet voorgedaan en
daar is uit voortgevloeid, dat Britten en Cann»
dezen hun ongeleend hachelijke landingen moes-
en uitvoeren bij Vlissïngen en Westkapelle.
Alleszins is het waarschijnlijk, dat de belang
rijkste landing, die bij Westkapelle, zou zijn
mislukt ware het niet dat de gevaarlijkste van
de grote Duitse kustbatterïjen na twintig fni-
nuten door zijn granaatvoor raad heen was
een voorraad die men juist door de inundatie
van het eiland niet had kunnen aanvullen.'
Dr De Jong herinnerde er in dit verband aan, dat
op 28 november 1944 het eerste convooi de haven
van Antwerpen binnenvoer: daarmee kwam de be
voorrading van de geallieerden op een hechte ha-
sis. Had die basis ontbroken, zouden de gevolgen
van Hitiers Ardennenoffensief vermoedelijk veel
ernstiger zijn geweest. Ook die overweging be
stempelt het onderwater zetten van Walcheren als
een bittere noodzaak.
Dr de Jong herinnerde er aan dat de Canadezen ,in
de modder va.n deze provincie' aan gesneuvelden en
gewonden meer dan dertienduizend man verloren.
Dat betekent dat ,wlj daar de tot bescheidenheid
nopende conclusie aan mogen verbinden dat de offers
in het persoonlijke vlak in de eerste plaats door
onze bondgenoten en bevrijders zijn gebracht'.
,Ik weet namens u allen te sproken wanneer ik uit
drukking geef aan de hoop dat deze offers on
persoonlijk voor de meeaten onzer doeh maar al te
persoonlijk voor vaders en moedors, voor verloofden,
echtgenoten en kinderen, voor vrienden en beken
den ver overzee, bij ons volk als geheel en bij de
Zeeuwen in het bijzonder, in de herinnering blijven
voortleven met een dankbaarheid die uit het hart
komt, maar die wordt versterkt door hetgeen nuch
ter inzicht ons leert'.
In het vervolg van zijn rede toetste dr De Jong de
idealen van toen aan de situatie van thans: ,Er zijn
er, die nu ouder geworden, maar ergens nog ha
kend naar dat bezielend ideaal, om zich heen zien
met verbijstering. Hebben wij zo vragen sommi
gen zich af voor de vrijheid van godsdienst ge
streden om een kerkgebouw te zien gebruiken voor
een huldiging die dwars tegen onze normen ingaat?
Hebben wij gestreden voor de vrijheid van onder
wijs om een deel van onze universiteiten en hoge
scholen zich te zien ontwikkelen tot centra van de
batten, waar het intolerant extremisme van de ene
dag plaats maakt voor een nog intoleranter, nog
extremer extremisme op de volgende?'
Het antwoord van dr De Jong: ,Ja juist daar
ging het om. Het ging er ora dat wat in ons volk
naar boven zou komen aan rijp en groen, aan
gezonde en ongezonde krachten, aan vruchtbare
en onvruchtbare denkbeelden, zich weer in vrij
heid kon nieten, ook opdat datgene wat onge
zond en onvruchtbaar zou blijken, in vrijheid
weerstaan zou worden. Deze nimmer aflatende
worsteling is het, die vooral sinds liet begin van
vorige eeuw, de inhoud vormt van onze geschie
denis. Wie deze geschiedenis nagaat, constateert
een groei, een aanpassing aan gewijzigde verhou
dingen, een doorbraak, telkens opnieuw, van
nieuwe normen. Deze doorbraak beeft zich vol
trokken met heftige debatten, met heftige po
litieke strijd, maar zonder veel geweldpleging en
praktisch ook zonder bioed\ergieten. Waardoor?
Doordat ons volk door zijn aard en ons staatsbe
stel, door zijn aanpasbaarheid telkens die aan
passing en die doorbraak mogelijk gemaakt heb
ben'.
Bezinning op de bezettingstijd, toen een intolerante
tyrannie hier de scepter zwaaide, houdt ons voor en
scherpt ons in dat tolerantie een deugd is. aldus dr
De Jong. De grens wordt alleen dan bereikt wan
neer een extremistische minderheid er bewust op uit
is aan een meerderheid haar wil op te leggen.
Tot slot stipte dr De Jong de internationale ver
houdingen sinds de tweede wereldoorlog aan: De
merkwaardige dialectiek van de ontwikkeling heeft
er toe geleid, dat de grote machtconcentraties die
onze aarde kent, of zij het willen of niet, gedwongen
worden juist bij hun onderlinge conflicten een
mate van behoedzaamheid te betrachten, die in de
wereldgeschiedenis een volstrekt novum betekent'.
In dit verband meende dr De Jong de stelling aan te
durven ,dat wij in de jaren sinds 1945 ettelijke in
ternationale crisissen hebben beleefd, die in een
vorig tijdgewricht met grote waarschijnlijkheid tot
een nieuwe wereldoorlog zouden hebben geleid'.
.Wanneer wij thans balans opmaken van ons weder
varen sinds de vernietiging van do misschien meest
misdadige macht, die de historie ooit heeft gekend,
dun lijkt het gepast te bedenken, dat in die algelo
pen vijfentwintig jaar proefondervindelijk is aange
toond, dat de veiligheid onzer democratische samen
leving bepaald wordt door bet nauwe samengaan niet
gelijkgezinden. Want. wanneer de meidagen van 1940
en de jaren die er op volgden, ons één les bobben
ingebrand, dan toch wel deze dat in deze hachelijke
en onzekere wereld een klein volk als het onze in
zichzelf alleen onvoldoende steun en onvoldoende
beveiliging vindt'.
MIDDELBURG -- B:.i de tan-
vang van de herdenkingsbijeen
komst in de Nieuwe Kerk t.e mid
delburgvan rechts naar links:
burgemeester mr J. J. Drijber, me
vrouw De Jong (echtgenote van
prof. dr L. de Jang), mr J. van
Aartsenhm de koningin, minis
ter-president De Jong, mevrouw
Van Aartsen, dr De Kinder, gou
verneur van Belgisch Oost-VIaan-
deren en prof. dr L. de Jong.
TOEVALS
TREFFER
IN DOMBURG
DOMBURG Twee Engelse
oud-strijders beleefden zterdag
in' Domburg enkele momenten
vol emoties toen zij precies
25 jaar nadat zij op de ,hoge
hill' in Domburg de laatste
Duitse tegenstanders hadden
uitgeschakeld elkaar ont
moeten. Het was een complete
toevalstreffer. William David
Hurley uit Wicksord was voor
de herdenkingsbijeenkomst uit
genodigd. Hij verbleef het af
gelopen weekeinde bij de fami
lie Mes in Middelburg, vrienden
sinds de bevrijding. Met dit
echtpaar maakte Hurley zater
dag een autotocht over Walche
ren. Toen zij er niet in slaagden
de bussen van de battle-field
tour' te achterhalen vroegen ze
enkele heren met groene ba
retten, die in Domburg bij de
hoge hill liepen, waar deze bus
sen konden zijn. Tijdens dit ge
sprek herkende Hurley plotse
ling zijn ,maat' Alex Cryan
uit Eccleston. Deze Cryan was
op eigen gelegenheid naar Wal
cheren gekomen nadat hij had
vernomen dat de bevrijding van
Zeeland zou worden herdacht.
Het werd daar in Domburg een
ontroerend weerzien na zoveel
jaar.
.Corunna' verliet
Vlissingse haven
zonder tamtam
VLISSÏNGEN Zonder enig tam
tam verliet zondagmorgen even na
half twaalf de Britse oorlogsbodem
.Corunna' de buitenhaven van Vlissin-
gen met aan boord een aantal pers
mensen en Schotse oud-strijders. Op
de valreep kwam een enkeling voor
het laatst iemand de hand drukken.
De enige aanwezige vertegenwoordi
ger van de Nederlandse marine was
de matroos die eenzaam de laatste
kabel, die de .Corunna' nog met de
kade verbond, in het water liet plon
zen. Op volle kracht verdween het
oorlogsschip langs de Zeeuws-Vlaam
se kust uit het zicht richting Groot-
Britannië.
Mr Van Aartsen in Nieuwerherk:
Slot van pagina 1)
burg in de ontvangstkamer van de
ambtswoning waren voorgesteld. Het
waren minister president P. J. C. de
Jong, prof dr De Jong, de ambassa
deurs sir Peter Garran (Groot-Brit-
tannië), dr W. van Cauwenberg (Bel
gië), G. Rogstad (Noorwegen), Chr.
de Margerie (Frankrijk) en A. J.
Piek (Canada). Voorts dr R. de Kin
der, gouverneur van Oost-Vlaande-
reu, generaal-majoor W. M. Berk
hout, territoriaal bevelhebber zuid,
rn.gr Ernst, bisschop van Breda, de
leden van gedeputeerde staten van
Zeeland J. M. A. C. van Dongen, jhr
mr T. A. J. W. Schorer, J. van den
Bos. A. J. Kaland, A. L. van Gees-
bergen en griffier der staten dr D.
van der Wel. En verder de lieer J.
Parent, kabinetssecretaris van de
commissaris der koningin en mr M.
J. M. van Driel, referendaris bij het
kabinet.
Kranslegging
In de luwte van de omringende Abdy-
complexmuren begon zaterdagmid
dag om half drie de plechtigheid bij
het verzetsmonument op de Groen
markt. De organisatoren hadden een
heel vak vrijgehouden voor de oud
strijders, die zaterdagmorgen waren
begonnen aan de zogenaamde battle
field tour langs landingsplaatsen en
de plekken waar gevechtshandelin
gen hadden plaats gevonden. De oud
strijders die onder meer naar Baar
land gingen arriveerden echter te
laat voor de plechtigheid. Men had
zich kennelijk verkeken in de duur
van de trip.
Na het ,Last Post'-signaal door een
lid van de Marinierskapel werd een
minuut stilte betracht. De vlag ging
in top en de marinierskapel speelde
de Valeriusliederen .Gelukkig is het
land' en ,0 Heer die daer'. Het was
de sfeervolle muzikale entourage
voor de kranslegging door de konin
gin, door commissaris der koningin
mr Van Aartsen en door burgemees
ter mr Drijber van Middelburg. Bij
het leggen van een krans namens de
geallieerden traden ook de ambassa
deurs naar voren. Er werden bij het
monument ook bloemen gelegd na
mens het voormalig verzet, het Ve-
teranenlegioen Nederland en de B.N.
M.O. De sobere, maar indrukwekken
de plechtigheid werd afgesloten met
het spelen van het Wilhelmus.
Het magere najaarszonnetje gaf
aan de wandeling van het hoge
gezelschap vanaf de Groenmarkt
naar het stadhuis toch een fees
telijke aanblik. Ook bij deze wan
deling was de belangstelling niet
overweldigend, het publiek ge
droeg zich disciplinair, zodat men
zonder problemen het stadhuis be
reikte. Wat het publiek opviel
was het ontbreken van bloemen in
de hand van de koningin tijdens
deze wandeling door de stad.
De muzikale show op de markt vorm-
de de afsluiting van de bevrijding®,
herdenking. Een uur lang was men
blootgesteld aan een nogal gure na-
jaarswind, die het bijwonen van het
overigens fraaie kijk- en luisterspel
tot een ,kouwe bedoening' maakte,
Het was vijf uur toen het einde
kwam van het bezoek van koningin
Juliana aan Middelburg. Het op de
kleine steentjes samengedromd pu
bliek was er getuige van hoe zij har-
telijk afscheid nam van burgemeester
Drijber. De commissaris der koningin
reed mee naar de vliegbasis Woens-
drecht om de vorstin uitgeleide tc
doen.
MIDDELBURG Bewogen
heid, vreugde en dankbaarheid.
Met deze drie gevoelens is vol
gens de commissaris der ko
ningin in Zeeland, mr J. van
Aartsen zaterdagmorgen in zijn
welkomstrede in de Nieuwe
Kerk te Middelburg, de bevrij
ding herdacht. Bewogenheid om
hetgeen in vijf donkere oorlogs
jaren is geschied, vreugde en
dankbaarheid om het herstel
en de bloei van na de oorlog.
,Met bewogenheid herdenken wij, als
onze gedachten verwijlen bij hen, die
voor onze bevrijding hun leven verlo
ren, de gevallenen van de geallieerde
strijdkrachten, mannen en vrouwen
van het verzet, de slachtoffers onder
de burgerbevolking en zovele ande
ren. Wij denken daarbij ook aan het
leed, dat nog in grote delen van ons
land, waaronder ook Schouwen-Dud-
veland, geleden zou worden in de
laatste oorlogswinter 1944-1945', al
dus de commissaris.
.Maar ook met mote vreugde en
dankbaarheid mogen en kunnen wij
heden de bevrijding van 25 jaar te
rug gedenken. Reeds in de eerste
troonrede, uitgesproken door Hare
Majesteit koningin Wilhelmina na de
bevrijding, namelijk op 20 novem
ber 1945, wordt met voldoening ge
wag gemaakt van de krachtsinspan
ning gericht op het herstel van ons
land. Met name wordt met dank
baarheid gewaagd van de redding
van Walcheren, dankbaarheid tenvil-
le van de getroffen landstreek, maar
bovenal als symbool van herwonnen
levenskracht. Ook op die hei-wonnen
kracht mogen wij vandaag even het
licht laten vallen. In de afgelopen 25
jaar is niet alleen een volledig her
stel bereikt, maar is onze provincie
ook tot nieuwe bloei gekomen. Nieu
we toekomstmogelijkheden zijn voor
Zeeland open gelegd, zij het dan na
zwaar te zijn geteisterd door oorlogs
handelingen en watersnood', aldus de
woorden van mr Van Aartsen.
ZINVOL
AUeen reeds hierom achtte hij her
denken van de bevrijding zinvol.
.Maar ook om andere redenen', zo
vervolgde hij. ,Ec dacht, dnt wij met
name tegenover hen, die dc oorlogs
jaren niet bewust hebben meege
maakt en dat Is zo langzamer
hand een hele generatie verplicht
zyn duidelijk te maken en levend te
houden welke offers gebracht moes
ten worden om vrijheid en gerech
tigheid te herwinnen, indien deze
hebben moeten plaats maken voor
dictatuur en willekeur'.
Zich richtend tot koningin Juliana
zei de heer Van Aartsen. dat haar
aanwezigheid een bijzonder accent
aan deze bevrijdingsherdenking gaf.
.Wederom worden wij er bij bepaald
hoe uwe majesteit meeleeft met ons
volk, met zijn zorgen en zijn vreug
den. Dat geldt ook alle wederwaar-
MIDDELBURG De toegang tot
het stadhuis werd na afloop van de
militaire muziekshow byna be
stormd door de verkleumde genodig
den. Dat leverde wat moeilijkheden
op want op dat moment verlieten
juist de ambassadeurs het gebouw
aan de voorzyde. En zo moesten ve
len even buiten blyven. Zoals oud
burgemeester Bolkestein van Mid
delburg. Ook oud-burgemeester mr
B. Kolff van Vlissingen was by de
ontvangst door het Middelburgs ge
meentebestuur in een stadhuis waar
hal, trouwzaal, raadzaal en burger
zaal al snel waren volgestroomd met
genodigden.
Hoewel er in de toekomst geen
reünies meer zullen plaatsvinden
blijft u altijd welkom, zo zei bur
gemeester Drijber in een toe
spraak. ,U bent vrienden voor al
tijd'. Jhr Schorer sprak eveneens
een kort woord tot de gasten.
Generaal Hakewill Smith bedank
te met name het verzet voor wat
zij hebben gedaan aan het op
rollen van de Duitsers in en om
Middelburg. Nog altijd komt. al
dus de generaal, te weinig naar
voren de grote rol die het verzet
heeft gespeeld in de beslissende
dagen.
Het gaat niet alleen om de geallieer
den maar wel degelijk ook om het
verzet, zo zei de generaal. Burge
meester Drijber bedankte bij de ont
vangst op het stadhuis met name
de heer J. Parent, secretaris van het
kabinet van de commissaris van de
koningin voor zijn werkzaamheden
bij de organisatie van de herdenking
van de bevrijding. De dag werd af
gesloten met een massale maaltijd
in het Vlissingse Scheldekwartier.
MIDDELBURG Bij de aan
komst van koningin Juliana bij
de Nieuwe Kerk in Middelburg
werden bloemen aangeboden door
mevrouw M. M. Antheunisse -
Walrave, echtgenote van de heer
C. Antheunisse, voormalig verzets
strijder.
MIDDELBURG Toen de konin
gin zich in het Middelburgse stad
huis bevond waaide van een ex
tra vlaggestok de koninklijke
standaard.
digheden van onze provincie en haar
bewoners', aldus de commissaris. Tot
de minister-president zei hij: ,U zult
begrijpen, dat 'ik slechts met enige
moeite weerstand kan bieden aan de
verleiding uw aandacht te vragen
voor bepaalde aspecten van het Zee
land van nu'.
De heer Van Aartsen maakte voorts
met genoegen gewag van de aanwe
zigheid van de ambassadeurs van
Groot-Britannië, België, Noorwegen,
Frankrijk en Canada. ,Uw aanwezig
heid vandaag herinnert ons er aan
hoe zonen van de naties die u ver
tegenwoordigt, hebben gestreden en
zijn gevallen ook voor de vrijheid van
de inwoners van deze provincie', al
dus mr Van Aartsen. Hij sprak ook
een welkomstwoord tot de gouver
neur van Oost-Vlaanderen, wiens
aanwezigheid er aan herinnerde, dat
van Belgisch Vlaanderen uit
Zeeuwsch-Vlaanderen is bevrijd.
Tot professor De Jong zei hij. dat
het voor het provinciaal bestuur van
Zeeland n- mmer een vraag is ge
weest wie het zou uitnodigen voor
het uitspreken van een rede in deze
bijeenkomst. De commissaris merkte
voorts op, dat het provinciaal be
stuur er bij de voorbereiding zeer
bewust naar heeft gestreefd alle
groeperingen van de Zeeuwse bevol
king in de gelegenheid te stellen
zich te doen vertegenwoordigen.
,Met al zij» gasten van elders
waartoe ik niet in de laatste, plaats
de commandanten van de geallieerde
strijdkrachten van weleer reken
wil het Zeeuwse volk vandaag zijn
bevrijding herdenken én weren', al.
dus mr -van Aartsen.