RUIT ROND ROTTERDAM \w MARNIX GIJSEN ZEVENTIG Zaterdag 18 oktober 1969 Maquette-tekening van het Kleinpolderplein: rechtsboven de uitgang naar Den Haag. TToén haag RIJKSWATERSTAAT DIRECTIE WEGEN o bestaande wegsnel ®!h te maken wegen OVERSCHIET - ■T.- :>Jii;dl8üï!QJT*iM1 a>3* (Van onze correspondent) UTRECHT GPDEr is geen oplossing in zicht voor de verkeersproblemen in de randstad-Holland. De wegenbouw blijft ondanks grootscheepse projecten als de ,Ruit om Rot terdam' ver achter bij de toename van het verkeer. Als de huidige inzichten over de financiering van de wegenbouw niet worden losgelaten zal in die toestand geen verandering komen. De ruit om Rotterdam: plattegrondje mond. hoofdingenieur bijzondere dien sten bij rijkswaterstaat, directie we gen. Ir. Van Hellemond is onder meer betrokken bij de uitvoering van de ruit om Rotterdam, een gigantisch complex van wegen, viaducten, plei nen. bruggen en tunnels, waarvan belangrijke onderdelen al in gebruik zijn genomen. In 1972 is het pro ject. dat rond 750 miljoen gulden kost, nagenoeg gereed. Nu al ech ter doen zich bij de van Brienenoord brug één van de twee oeverver bindingen van de ruit in de spits uren grote opstoppingen voor. De 41 kilometer lange ruit om Rotterdam bestaat op de Beneluxtunnel na uit twee rijbanen van elk drie rijstro ken en heeft duidelijk een dubbele functie. Ze is niet al'een de grote route voor het doorgaande verkeer, maar fungeert tevens als een soort superrondweg voor het lokale ver keer. De totale oplossing voor alle verkeersproblemen rond Rotterdam biedt zij echter niet. ,Ons kruis is', aldus ir. Van Hellemond, ,dat wij moeten bouwen voor de spitsuren. Dat is een onmogelijke opgave. Als iedereen tegelijk de kerk uit wil wordt het ook dringen. Maar je zou toch al een heel stuk verder zijn, -wanneer 't spitsuur zich meer spreid de'. Op de van Brienenoordbrug duurt het ochtendspitsuur van half acht tot half negen en het middagspits uur van vijf tot half zeven. De brug verwerkt op het ogenblik per etmaal 59.000 voertuigen en zit daarmee vrijwel aan zijn topcapaci teit, die eigenlijk vrij laag is. Ben normale weg van twee keer drie rij stroken kan gemakkelijk 100.000 au to's per etmaal aan. De steile hel lingen, de weefbewegingen die ge maakt moeten worden en de openings perioden voor de scheepvaart beïn vloeden de capaciteit van de brug zeer ongunstig (ter vergelijking: de uit twee rijstroken bestaande Maas tunnel verwerkt weliswaar met veel pijn en moeite per dag zo'n 86.000 auto's. De drukte in de Maas tunnel is overigens veel gelijkmati ger over de dag verdeeld dan op de van Brienenoordbrug). In Rotterdam passeren dagelijks 206.400 voertuigen de Nieuwe Maas. De twee niet tot de ruit behorende oeververbindingen (de Maastunnel en de Willemsbrug) nemen er in totaal 133.000 voor hun rekening, de van Brienenoordbrug en de Beneluxtunnel 71.600, De Bene luxtunnel (een toltunnel het ta rief voor een personenauto bedraagt één gulden) is één van Nederlands opmerkelijkste voorbeelden van een niet-kloppende verkeersprognose. In 1964 nog werd aangenomen dat de tunnel in 1970 per dag 57.000 voertui gen zou verwerken. Het gaat er ech ter op lijken, dat het er nog geen 17.000 zullen zijn. Op het ogenblik gaan er maar 12.600 auto's per dag door. De Beneluxtunnel zal in de toe komst behalve van de ruit om Rot terdam ook deel uitmaken van een nieuwe autosnelweg (de Beneluxweg) van Den Haag naar Roosendaal en wordt dan zeker een stuk drukker. Er zal geen sprake van zijn, dat van de overcapaciteit straks nog veel over ls. Maar voorlopig is van de vier zijden van de ruit de westelijke (met de Beneluxtunnel) nog duide lijk onderbelast') en de oostelijke (met de van Brienenoordbrug) ei genlijk al overbelast. De noordelijke en de zuidelijke zijde (de noordelijke randweg en de zuidelijke randweg) functioneren nog maar voor een deel. Pas rond 1972 zal blijken hoe groot hun rol is. De ruit is rijk aan tot de verbeel ding sprekende kunstwerken als de van Brienenoordbrug, de Beneluxtun nel en het één kilometer lange via duct door de Spaanse polder. Maar ook het Kleinpolderplein wordt zeer imposant. Op dit plein sluit rijksweg 13 (de overstelpend drukke weg naar Den Haag) aan op het loka le Rotterdamse wegennet en links en rechts op de noordelijke randweg. Om het gigantische verkeersaanbod te verwerken wordt het plein in vier lagen uitgevoerd. Op 1 november komt de eerste fly-over op het plein gereed en kan het viaduct door de Spaanse polder, dat tot dusver al leen in oost-west-richting bereden mag worden, ook voor het west-oost- verkeer in gebruik worden gesteld. Indrukwekkend is ook het verkeers plein in de vorm van een ster, dat bij Pernis de zuidwestelijke hoek van de ruit moet gaan vormen. Ook de ster is getekend in vier lagen. Waarschijnlijk worden er voorlopig echter maar drie uitgevoerd. De ver keersdrukte op de ,Ster van Pernis' zal voor een belangrijk deel afhan gen van de toekomst van de Zuid- nollandse eilanden. Rotterdam heeft met die eilanden grote havenplannen, waar minister Schut op grond van de tweede nota ruimtelijke ordening echter niet aan wil. Maar Rotter dam is er niet de stad naar om het hoofd snel in de schoot te leg gen. Het gemeentebestuur blijft ook nog steeds vechten voor een contai nerhaven op de noordelijke oever tus-' sen Hoek van Holland en Maassluis. Komt die haven er, dan zal dat dui delijk van invloed zijn op de drukte op het reeds voltooide Kethelplein in de noordwestelijke hoek van de ruit. De Rand-stad-Holland is voor weg- ontwerpers een probleemgebied. Niet alleen om zijn dichte bebouwing en zijn drassige bodem, maar vooral ook om zijn dynamiek. In de rest van het land ligt het wat gemak kelijker. Als traks bijvoorbeeld de E8 klaar is, dan ligt er een weg, die Twente bij wijze van spreken eens en voor altijd uitstekend met West-Nederland verbindt. Je hebt er haast geen omkijken meer naar. Over de Randstad-problematiek zegt ir. Van Hellemond: ,Als de mensen zeg gen: ,We hebben geen zin meer om in die hoge flats te wonen, we doe ken dat groene hart van Holland maar eens op', dan wil dat zeggen, lat er een enorme aanpassing van het wegennet nodig is. Als ze zeg gen: ,Dat Westland daar maken we grote havens van', dan heeft dat ook weer voor ons consequenties'. Een probleem is, dat het voorberei den van een weg zo onnoemelijk veel tijd kost. Je krijgt zittingen van een landbouwschap, 3e krijgt handteke ningenacties, etc. etc. en als het dan eindelijk zover is, dat je beginnen kunt, is je ontwerp vaak al weer achterhaald door nieuwe ontwikke lingen. Je kunt het dan alleen nog maar zo'n beetje bijknutselen. Het voorbereiden en bouwen van een weg in de Randstad-Holland kost ze ker zeven jaar'. ,De Randstad zal', aldus de heer Van Hellemond, .al tijd een stad blijven van files en ronddolende automobilisten, op zoek naar een parkeerplaats. Hoe groot de rol van het openbaar vervoer zal worden hangt volgens hem in de eer ste plaats af van de lengte van de files en de ruimte op de parkeer plaatsen. ,De meeste mensen wachten liever tien minuten in hun auto voor de van Brienenoordbrug dan tien mi nuten in regen en wind op de bus'. (Van onze kunstredactie) De schrijver Marnix Gijsen zal maandag de dag herdenken, waar op hij zeventig jaar geleden, in de laatste herfst van de vorige eeuw, als Jan Albert Goris in Antwerpen werd geboren. Gijsen, zoals hij zich later als dichter en romancier zou noemen, ontwik kelde zich tot een unieke persoon lijkheid in de Nederlandse letterkun de. Toen hij twintig jaar oud was debuteerde hij met expressionisti sche gedichten die in elk opzicht het stempel droegen van zijn opvoe ding. Hij kwam van het jezuïeten college, studeerde daan-na filosofie te Leuven en was aanvankelijk een strijdbaar en overtuigd katholiek. Onder de jongeren had hij enige naam als dichter, maar daar bleef het bij, ook al omdat hij door zijn studie in beslag werd genomen. Hij pro moveerde tot doctor in de geschie denis, vervulde enkele betrekkingen in het ambtelijke leven en was een tijdlang secretaris van de burge meester van zijn geboortestad. Voor zijn dertigste jaar werd hij tot hoogleraar benoemd. Zijn ver vreemding van het katholicisme zal er toe hebben bijgedragen dat hij weinig verzen schreef en. zich enige jaren lang beperkte tot het publi ceren van studies en reisverhalen. Toen hij op 57-jarige leeftijd als romanschrijver debuteerde met .Jo achim van Babyion' dachten velen dat Marnix Gijsen een jeugdige sclirijver was. Inmiddels was hij hoogleraar geworden in de Ameri kaanse letterkunde te Gent en latei- werd hij hoofd van de Belgische voorlichtingsdienst te New York niet de rang T an gezant. Literaire diplomaten zijn vrij schaars in de wereld en Gijsen met zijn voor keur voor melancholieke ironie, com bineerde zijn schrijven van romans met de waardigheid van zijn ambt door een taalgebruik, dat zo ver zorgd was en zo' prachtig van struc tuur, dat het een van de oorzaken werd van zijn unieke literaire car rière. Hij is een hoffelijk realist, die in een groot aantal korte romans afreken de en nog eteeds afrekent met alles wat in strijd is met menselijke waar digheid. Zijn jeugd en zijn Ameri kaanse ervaringen bezorgden hem gegevens waarmee hij met weemoe, dig sarcasme een omvangrijk oeuvre bij elkaar schreef. .Telemachus in het dorp', ,Goed en Klaaglied om Agnes', ,Ter- Leentje' en dan harder van kwaad', .Klaaglied om wille toon,De vleespotten ,Wat de dag meebrengt', .Diaspora', ,Er gebeurt nooit iets', zijn slechts een deel er van. Zelfspot is hem nooit vreemd ge weest: Ondanks het gemak waarmes hij zich door de officiële ambtelijke wereld beweegt, maakt hij een wat gereserveerde indruk. Hij is ook een beetje wereldvreemd. Er wordt over hem verteld dat hij in New York een auto ging kopen en dat hij antwoordde op dé vraag w;elke auto zijne excellentie dan zocht met ,een rooie'. Wie hem ontmoet, wordt altijd ge boeid door zijn zachte, heldere en rustige stem. Tegelijk valt het op dat hij vrij klein en tenger is en da nadrukkelijkheid mist die de mee3ta jongere schrijvers eigen is. Hij heeft eens in een vraagesprek gezegd, dat verhalen schrijven ten slotte niet anders is dan uitkiezen van alles wat belangrijk is en dat de rest moet worden verzwegen. Hij noteerde daarbij ,ilc kan een schrij ver niet anders zien dan als moralist. Dat natuurlijk in de breedste zin van het woord.' Als motief voor het schrijven vond hij een uitstekende formule: een boek heeft geen andere bedoeling dan te doen uitschijnen hoe moeilijk het le ven is en hoe we, haast elke dag, verplicht worden ons tegenover ons zelf en anderen te verantwoorden.' Marnix Gijsen heeft zich in al zijn romans strikt aan dat voorschrift ge houden. Het maakt hem tot een van de belangrijkste auteurs van ons taalgebied. IEDER HANTEERT DE termen sadisme en masochisme, de eerste voor de lust om pijn te doen lijden, de tweede voor die 0111 zelf pijn te lijden. De term sadisme, afgeleid van de naam van de markies de Sade (1740-1814) is al in de loop van de negentiende eeuw in zwang ge raakt. Toen R. von Krafft-Ebing. de eerste wetenschappelijke, nn geniale, sexuoloog, in 1886 zijn hoofdwerk ,Psychopathia Sexualis' uit gaf, noemde hij de lust 0111 pijn te lijden en zich aan gewelddaden te onderwerpen naar Leopold von Saclier-Masoeh, destijds een bekend Oostenrijks schrijver, in wiens boeken herhaaldelijk personen voor bomen die met deze afwijking zijn behept. Von Krafft-Ebing schrijft dat deze lust .wissenschaftlioh damals noch gar nicht gekannt war', wat er op wijst dat zelfs deze grote geleerde en baanbreker te weinig van De Sade gelezen had. Want ook in de tot 1886 bekend geworden werken van de mar ld es komt liet .masochisme' als verschijnsel meermaals voor. Maar goed, de aanduiding is blijven plakken, ook al zit het etiket wat scheef, zoals in zovele gevallen, de erotiek betreffende, we noemen het woord erotiek' zelf, dat algemeen, en ten onrechte, voor .sexuali- teit' wordt gebruikt; de term .onamsme' (lees er de bijbel, het ver haal over Onan maar op na. het slaat nergens op)met .sodomie' is het al niet veel beter, enzovoorts. Dat Sacher-Masoch (1836-1895) die ten tijde van die ongelukkige doop dus nog '.eefde. en bovendien van aïjn nijvere schrijverij leefde, niet erg blij was met het etiketje, valt te gissen. Lang heeft het er naar uitgezien dat het overigens zijn enige roem zou blijven, want ais schrijver raakte hij volkomen in het vergeetboek, ondanks zijn tachtig boeken. In ons '.and is het vooral Alfred Kossmanndie die zich voor deze auteur en voor het masochisme interesseert. Eerst voerde hij in een eigen boek (,De Misdaad' name lijk) een masochist ten tonele, toen gaf hij een korte sayistische biografie van Sacher-Masoch uit .Martelaar voor een dagdroom', welk essay gevolgd werd door de vertaling van een tweetal uitsteken de galicische vertellingen, ,De Capitu'.ant' en .Het Volksgericht'. Thans brengt Kossmann een vertaling van de roman .Venus im Pelz'. een onderdeel van de grote, onvoltooid gebleven comédie humai- ne ,Dat Vermachtnis Kains'. Het ;s een ondankbare en vrij zinloze bezigheid. De Sade met Von Sacher-Masoch te vergelijken, maar het wordt natuurlijk gedaan nu zij sinds Von Krafft-Ebing een soort negatieve Siamees tweelin gen zijn, en sinds de belangstelling voor de Oostenrijker ook weer iets is opgeleefd. Von Sacher-Masoch ;s op z;,in schaarse beste momenten een schrijver van zeer bijzondere kwaliteiten, maar hij kan eenvoudig niet in de schaduw staan van de markies. De Sade was voor alles een origi neel, glashelder denker, een filosoof. Sacher-Masoch was daarentegen een uiterst zwakke denkei zodra hij redeneert komt men in de oa- naliteit en in de mist terecht. Slechts zijn overprikkelde gevoelig heid kon hem opzwepen tot geniale hoogten, en hij bezat een enorme intuïtie, die tot een diep borend psychologisch inzicht leiden kon. Bij hem loopt echter alles dood. hij heeft geen voorland. De Sade is een man die een geweldige invloed uitgeoefend heeft, en nog steeds uit oefent; hij doorbreekt alle grenzen en men heeft hem eigenlijk nog niet .ingehaald'. Vandaar dat die enorme invloed nog steeds verder werkt. Sacher-Masoch is als een slang die in zijn eigen staart bijt, interessant en schitterend, maar je schiet er weinig mee op, je komt er niet verder mee. Bij De Sade kijkt men als door een kristal klare verrekijker naar het menselijk gewoel tot ver voorbij de .Verlichting', bij Van Sacher kijkt men door een troebel glaasje naar de warwin kel in een Victoriaanse salon. Von Sacher is verschrikkelijk eenzijdig. Nu is het masochisme op zichzelf een vrij hopeloze, eenzijdige zaak, Kossmann wees daar al eens op :n .Martelaar voor een dagdroom'. Het is ondoenlijk, iemand te dwingen, uit eigen behoefte datgene te doen wat men zelf gTaag wil. De werkelijk wrede vervult zijn eigen wensen, niet a'.e van de masochist. Heel duidelijk komt dat dan ook uit in het karakteristie ke verhaal .Venus in bont": zodra de Venus werkelijk wreed wordt, en de .masochist' voor haar eigen plezier* laat ranselen door haar min naar. is die .genezen'. Wat ons overigens onzin lijkt, zo gemakkelijk gaat dat niet. A Tenus in bont' is een nog al fascinerend boek met magnifieke v passages en vee! zwakke plekken. Het werd liefderijk en veer krachtig door Kossmann vertaald; de waardering die hij het boek toedraagt heeft zijn vertaling spankracht gegeven, het is .opge frist' door dit hedendaagse Nederlands. Dat mocht ook wel, want de Venus :s inmiddels merkbaar 99 jaar oud geworden Venus im Pelz' verscheen in 1870). De inkleding is wat ouderwets-stereotiep, een verhaal in een verhaal. Mogelijk heeft Von Sacher gehoopt dat men hem minder .verdenken' zou wanneer hij zijn bekentenissen in de mond van een derde legde. Vergeefs dan, De .ik', een man uit het Noorden, droomt eerst dat hij een gesprek met Venus, de klassieke godin der liefde (van marmer, maar in bont, deze keer) een gesprek over de liefde heeft. Dat gesprek is half komisch, half banaal. Hij vertelt de droom later aan zijn oudere vriend Severim, een Galicisch edelman, even in de dertig, bij wie hij een schilderij, Venus in bont" ziet hangen: een prachtige vrouw in bont, zweep in de hand, die haar voet onverschillig rusten laat op een neergeknielde man in wie Severin zelf, tien jaar jonger, is te herkennen. Deze bekent hem dan dat hij dezelfde droom heeft gedroomd, maar dan met open ogen, en hij voerhandigt hem een manuscript om te lezen. Maar eerst laat hij zijn jonge vriend nog zien hoe hij thans vrouwen dresseert, ze vliegen voor hem en aan bidden hem. .Goethes: ■Je moet hamer of aambeeld zijn' is nergens beter van toepassing dan op de verhouding tussen de man en de mouw, dat heeft trouwens mevrouw Venus uit je droom je ook toegegeven. Op de hartstocht van de man berust de macht non de vroww, en tij weet die te benutten wanneer de man niet oppast. Hij heeft geen andere keus dan de tiran of de slaaf van een vrouw te zijn. Wan neer hij zich aan haar overgeeft, krijgt ltij meteen het juk om de nek en zal de zweep voelen', fp. IS). Dit nu, en hier is in dit verband veel te weinig de nadruk op ge legd, is eigenlijk de hoofdstrekking van hel hele verhaal. Wanneer de ,ik' het manuscript uit heeft, vraagt hij Severin naar de moraal van de hele geschiedenis, en deze spreekt dan de verbluffende woor den (in 1870) ,fde moraal?)' Dat de vrouw, zoals de natuur haar geschapen heeft en zoals zij de man tegenwoordig behoort, zijn vijand is en enkel of zijn slavin of zijn meesteres kan zijn, nooit echter zijn metgezel lin. Dat zal ze pas kunnen zijnwanneer ze dezelfde rechten heeft als hij, wanneer ,ze gelijkwaardig aan hem is door cultuur en arbeid'. Men zou vanuit dit uitgangspunt een heel andere theorie op kun nen bouwen. Had Von Sachér die probleemstelling maar duidelijker gekozen, dan was hij rnogeljk een belangrijk schrijver geworden. Nu is hij helaas .geniaal, maar met te korte beentjes', zijn boek krijgt geen vaart, men struikelt over pouffes en chauffeuses en blijft tussen de draperieën hangen. Severin verhaalt in zijn bekentenissen hoe hij, een echte levensdilet tant, zich vervelend in een badplaats in de Karpaten, onder de bekoring komt van een beelschone weduwe. Wanda von Dunajow. Severin is gepredisponeerd tot het aanbidden van koude venussen in bont, ze mogen gerust van marmer of zelfs van gips zijn; zijn fantasie speelt er wel rondomheen. ,Ik ben ook in de liefde een dilettant die nooit verder is gekomen dan de schets, het eerste bedrijf'. We mogen aannemen dat ook Wanda zich verveelde, en dat Severin niet lelijk, en in elk geval interessant was. Letterkundige kroniek door HANS WARREN In het begin spreekt Wanda of ze de reïncarnatie van een Griek se hetaere is. Romantisch gezien is die conversatie tussen Seve rin en Wanda niet erg gelukkig, want uit liet verdere verloop van het verhaal moet men wel opmaken dat Wanda vrij preutse Victori aanse begrippen heeft, allerlei dubbelzinnig en onduidelijk gezwij mel ten spijt. Want de zaak is door de schrijver onzuiver gesteld, en daarmee heeft hij de kans een meesterwerk te schrijven, en die zat er volop in, verprutst. Zoals het boek nu is, vol verkniptheden en opzettelijke vaagheden vraagt het haast om een herschrijving in een moderne, heldere -stijl. Het gekke is dat de intrigue, als men hem er uitlicht, magnifiek blijkt, alleen de uitwerking is zo onbevredigend gebleven. Severin zoekt een heerszuchtige vrouw, die hem kwellen wil. Wanda is daar aanvankelijk afkerig van. Een kiempje in haar rijpt, ze wordt nieuwsgierig, laat zich langzamerhand overhalen, en gaat op den duur zelfs in op een curieus contract: Severin wordt haar slaaf in de letterlijke betekenis van het woord. Contractueel leg gen ze vast dat zij zelfs over zijn leven beschikken mag. Ze zullen zich naar een land begeven waar zo iets nog geldig is, en waar de vernedering voor Severin (hij is tenslotte een edelman) minder op vallend zal zijn. Weliswaar komen ze niet verder dan Rome, maar de zaak spitst zich genoeg toe. Wanda houdt wel van Severin, zij heeft hem talloze malen gewaarschuwd en hem zijn vrijheid terug willen geven, maar zij komt tenslotte ook in zo n vreemde situatie te verkeren dat zij ook gaat ontsporen en hem op alle mogelijke manieren echt gaat vernederen. Hij is niet alleen werkelijk haar la kei in livrei, ze gaat verder. Zo ver zelfs, dat ze hein bijvoorbeeld een keer voor een ploeg spant die ze dan door negerinnen laat be sturen. Soms haat hij haar dan ook bijna, en eenmaal probeert hij zich te verdrinken, maar hij blijft haar slaaf. Zij weet hem nu op zo'n ma nier de vrijheid te hergeven dat de vernedering nog groter wordt, door hem een beurs toe te gooien bijvoorbeeld, omdat hij geen cent bezit om weg te gaan. Uiteindelijk wordt Wanda werkelijk gruwe lijk wreed. Ze neemt een echte minnaar, een beeldschone Griek die zowel het hoofd van mannen als vrouwen volkomen op hol brengt. Ook Severin ondergaat zijn grote charme: .Nu begrijp ik de man nelijke Eros en bewonder Soc-rates die ten opzichte van zo'n Alkibia- des deugdzaam is gebleven'. Wanda gaat zo ver dat ze Severin in haar boudoir door de Griek laat geselen. Dan is de cirkel gesloten. Ze had hem gewaai-schuwd, zich als het ware gerechtvaardigd voor het zover kwam: .Wat wil je nu? Er sluimerden gevaarlijke drif ten in mij, maar jij hebt ze pas wakker gemaakt; wanneer het mij nu genoegen doet om je te kwellen, te mishandelen, ben enkel jij zelf schuldig, jij hebt van mij gemaakt wat ik nu ben'. Het wordt de catastrofe, Severin keert naar huis terug, hij wordt bedrijfsleider op het landgoed van zijn vader, en leert wat hij tot dan toe niet gekend had, en wat was .als een dronk fris water": werken en plichten te vervullen. Hij kon tegen zichzelf zeggen: ,de kuur was wreed maar radicaal, en de hoofdzaak is: ik ben ge zond geworden'. Nogmaals: erg geloofwaardig klinkt dat niet. en een geslaagd lo gisch boek is .Venus in bont' evenmin. Wel is het een boek dat geschreven moest worden, en die noodzakelijkheid voelt men nog steeds, hij redt het werk, al heeft Von Sacher niet de moed gehad volkomen eerlijk te zijn. Want, en dat is het vreemde, maar een ander hoofdstuk: Leopold van Sacher-Masoch heeft in werkelijk heid reizen ondernomen met contracten meesteres-knecht, minstens met twee vrouwen. Bestond daar maar een oprecht dagboek vnn het zou boeiender zijn dan deze opgeschroefde en wat henerm ge romantiseerde versie. I.eopolri von Saclicr-Masoclr. Arbeiderspers, Amsterdam, grote A.B.C. UI.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1969 | | pagina 16