mode flap hoeden en petten rinkelende kettingen: in midwinter hoogmode stoffen: van klassieke ruit tot soepel jersey WOENSDAG 1 OKTOBER PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT Een zwarte jurk mét roze streepgamering en iets klokkende rok. Een laatste foto in het Zeeuwsvlaamse land. Die pet-achtige hoofddeksels zijn er in vele kleuren, in vele materialen en in vele variaties. Voor de vrouw van dertig tot veertig jaar komen ze bijvoor beeld in imitatiebont voor. Echte bonthoeden (en -petten) zijn er ook volop. Ze zijn wat prijziger natuurlijk, maar kun nen vaak dienst' doen. Voor bonthoeden wordt vaak bever of nerts gebruikt. Vaak kan men zo'n hoed combineren met een bontsjaal en een mofje. Naast de flaphoeden (dit sei zoen ook met een vierkante bol gezien) blijven de clochehoeden, de bretons en de kleine dopjes in trek. Kleine hoedjes die goed blijven zitten zelfs bij guur en stormachtige herfst- en winter weer, zullen zeker niet uit de collectie verdwijnen Het mate riaal is vooral jersey, en daar naast velours. Voor de tieners zijn er grof- gebreide of grofgehaakte ba retten met bijpassende sjaals in alle mogelijke kleuren te koop. De petten zijn veel voorzien van een klep en een sjaal die in het hoofddeksel vast zit. Wat de kleuren betreft: ocelotprint, en beige tot bruin in veel nuances blijven in de mode omdat het zo goed combineren is. Daar naast in de jeugdige petten vol op vrolijke kleuren en ruiten. Oud-roze, de modekleur die vrij. wel overal opduikt, van de kin derkleren tot in herenkleding, is tussen de hoeden nog niet ontdekt. Maar hef publiek maakt de mode en zodra er vraag naar komt, zal men in de hoedenbranche niet schro men om met zo'n teer kleurtje te gaan werken. De modebewuste vrouw anno winter 1969-1970 kan goedgemutst het seizoen door. Er is veel variatie 'n de hoofddeksels. Voor de jongere vrouwen zijn de grote flaphoeden vaak gecombineerd met een sjaal favoriet. Maar met een pet-achtige hoed kan ze ook heel modieus de winter doorkomen Accessoires noemt men ze meestal: de ringen, armbanden, kettingen en hangers. Maar er schijnt een ontwikkeling aan de gang te zijn die de kettingen en aanverwante artikelen een grote plaats in het modebeeld wil geven. Bij zulke kettingen en andere rinkelende toestanden hoort dan een effen truitje, jurk of pak. Als accessoire Handige vrouwen die zelf een jurkje in elkaar knut selen, zullen de stoffenwin- kels goed in het oog moeten houden. De confectie lijkt weieens vrij duur te worden, de stoffenwinkels hebben ook hun prijsverhogingen gehad, maar niet in zo sterke mate. Bovendien wil elke stoffenwin- kel nog weieens met een aantal voordelige aanbiedingen komen in couponnetjes. En dan blijkt dat het echt mogelijk is om voor minder dan twintig gulden een jurkje mét lange mouw, en inclusief, rits, knopen, garen en patroon, te kunnen krijgen. Het vereist enige handigheid, enige oefening en een portie sportiviteit. De meeste vrouwen naaien overigens zelf om de sport. Ze zijn een beetje kastje- kijken-moe en bovendien zijn de financiële voordelen vrij groot. Wie niet zo handig op hef ma- chïen is, zal weloverwogen ge weven stoffen moeten kiezen en niet 't eerste 't beste goedkope jersey couponnetje kopen, want de gebreide stoffen rekken nu eenmaal altijd een beetje, en als het dan mislukt, is men gauw geneigd die naaimachine goed ver weg in een diepe kast te zetten en verder te klagen over de naar hun smaak vrij dure confectie. Beginners dus kunnen beter even van die mo dieuze jersey afblijven. Maar er zijn zoveel leuke stof fen, in zoveel verschillende uit voeringen en dessins die zich wél makkelijk laten verwerken dat het 't proberen waard is En als het eerste jurkje onder de machine vandaan is ge komen, volgen er meer. De mode spreekt voornamelijk dus van |ersey, maar daarnaast ook van tweeds en trevira 2000. Kunstleer komt er ook, lang zaam maar zeker, maar ook da vereist een beetje vertrouwd heid met de naaikunst. Bij de stoffen horen de mo dieuze garneringen: van Chanel band tot schakelceintuurs. Maar de beste raadgeving dit er is: bekijk al die stofjes een- in zo'n stoffenzaak. Alles hang er tot de soepelste stof die nie! kreukt, niet gestreken hoeft te worden en toch niet uithangt tot de klassiekste ruiten en krijt streepjes toe. Op de tekening van de hand van Els Smet- sers is het mischien wat al te bont gemaakt, maar het geeft een aardig beeld van wat de vrouw aan mode-accessoires kan kiezen. Hef begint met een combinatie van. haar- versiering, armband, oorbellen en enkelband van houten kralen. Om de hals een hele bos metalen kettingen, die op een tuniek- pak gedragen zeker wel tot de zoom van de tuniek horen te komen. Verder is er een moderne visie van een sieraad van een zilveren ketting aanwezig en een leren cein tuur met een brede gesp. Behalve deze bijouterieën blijven de klas- sieke gouden sieraden in zwang. Bloedkoraal en granaat zijn en blijven in Zeeland favoriete stenen. Voor de jeugdigen worden vaak drie kleine steentjes verwerkt in een bandringetje. Daarnaast groeit de belangstelling voor parels en briljantes. Overigens is de mode in edelmetaal vrij stabiel. Klassieke broches en armbanden in goud winnen het daarom op de lange duur toch altijd van de grote hoeveelheden metalen kettingen en ceintuurs Deze winter mag er echter nog wel een aardige serie sieraden gedragen worden.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1969 | | pagina 27