no
provinciale
zeeuwse
courant
GOES
Tussen Goes-nu en Goes-straks liggen nog enkele maanden,
de maanden vóór 1 januari 1970: dan gaat
op Zuid-Beveland de gemeentelijke henindeling in. Wat
er aan de herindeling voorafgaat en vastzit op enkele
pagina's van deze PZC-bijlage wordt er een indruk van
gegeven. Voorts ls er een fotografisch kijkje op de
nieuwe lcemeni, die straks deel zullen uitmaken
van Goes. Het nummer bevat een bijdrage over de econo
mische pijlers van Goes en in gesprekken wordt nader in
gegaan op een aantal industriële facetten van de Beve-
landse centrumstad. De komende braderie op donderdag, vrjjdag
en zaterdag, waarover in dit nummer informatie is
mede aanleiding geweest voor enkele gesprekken over
de plaats van Goes als koopcentrum, terwijl verder een
beschouwing is gewijd aan
de situatie rond het fruitcorso, dat dit jaar niet
op de derde zaterdag van september door de straten zal
trekken
Goes, centrum van Beveland.
Nee, Goes centrum van Zeeland, zeggen ze
in Goes, met een blik op de kaart. Bestuurlijk
Goes vindt, dat die plaats de afgelopen ja
ren te weinig aandacht heeft gekregen, dat
zelfs de functie van Goes in de Bevelanden
is onderschat en dat Goes daardoor ook is ge
remd bij de uitvoering van de eigen plannen.
Er is sinds 1965 een reeks van zaken ge
weest, die vooral bestuurlijk Goes een gevoel
van politieke onderwaardering heeft gegeven.
De argumentatie voor de herindeling op Zuid-
Beveland, het streekplan voor Midden-Zee
land, de aanwijzing tot secundaire inplaats
van premaire kerngemeente, onbegrip voor
de noodzaak in het kanaal een nieuwe, gro
tere sluis aan te brengen, de verbetering van
de haven het zijn punten, waarover in de
raad teleurgesteld, bitter en kribbig is ge
sproken.
Een indruk via citaten: ,Het heeft er alle
schijn van, dat men de toekomst van Zee
land op velerlei terreinen in gedachten heeft
gereserveerd voor gebieden, die in hoofd
zaak buiten de Bevelanden en buiten de wer
kingssfeer van Goes liggen. ,Pas als de ho
gere autoriteiten met ons willen meespelen
en als vooral de provincie bereid zal zijn aan
de uitvoering van overeengekomen onderde
len haar principiële fiat te verlenen, eerst
dan kunnen we uit de impasse raken'. ,Ik kan
me ook niet aan de indruk onttrekken, dat we
van de hogere organen wel steeds voldoende
en van harte de medewerking krijgen, die we
nodig hebben'. ,Nu het industrieel klimaat
in Zeeland gaat verbeteren, ontvalt ons die
steun steeds meer en nemen de lasten toe'.
Is het Goese gevoel van onderwaardering
juist? Had het Goese gemeentebestuur zelf
een slagvaardiger beleid kunnen voeren om
de kansen te benutten? Mogelijk wel. Zeker
is, dat voor Goes de ontwikkeling is omgebo
gen: de primaire kern werd een secundaire
kern en daarmee aflopend en de weegschaal
voor zware industrie sloeg door in het voor
deel van de zeehavengebieden het Sloe en
van Terneuzen. Maar ook als secundaire kern
voelde Goes zich tekort gedaan, mede omdat
het niet werd betrokken bij het havenschap
Vlissingen. Een regelmatig terugkerende op
merking bleef: ,Hoe verder van Middelburg,
des te harder je moet schreeuwen'.
In Middelburg zelf is men steeds weer ver
baasd over de reacties van Goes. Men is zich
in het provinciale bestuurscentrum niet van
enige achteruitzetting bewust, maar wel stelt
men: ,Goes heeft een andere functie in de
onwikkeling van Zeeland dan Terneuzen en
Overigens lijkt het alsof ook in Goes wat
meer vertrouwen is gekomen in de mede
werking van Middelburg en Den Haag. Er
zijn tekenen die op een kentering duiden,
vindt men. In het parlement is geinformeerd
naar de mogelijkheid Goes te betrekken bij
de ontwikkeling van het Sloe, minister Beer-
nink heeft laten weten dat dit bij de behan
deling van het wetsontwerp havenschap aan
de orde kan komen. Een tweede teken: het
bedrijfsleven zelf heeft in de loop van dit jaar
het belang van de relatie tussen beide gebie
den Sloe en het achterland waartoe ook
Goes behoort onderstreept. Daarnaast zijn
er een reeks wat men zou kunnen noemen
harde feiten', die het belang van Goes
nog eens aantonen: het gaat om een belang
rijk onderwijscentrum, dat niet weg te den
ken is in het geheel van opleidingsmogelijk
heden in Zeeland, het is vervolgens een ac
tief zaken- en handelscentrum, maar ook
dit mag niet worden vergeten het is het
centrum van het agrarisch Zeeland. Dat is
eigenlijk de charme van Goesde combinaties
van de vele functies: industrieel, commerci
eel, agrarisch en pedagogisch centrum.
Goes zelf staat op een keerpunt van de tijd.
De taak, die oud-Goes zich zo vaak hardop
heeft toegedacht, moet worden vervuld door
nieuw-Goes, een stad met zes dorpen. Dat
vergt een gemeenteraad, waarvan de leden
niet alleen maar de kernen vertegenwoordi
gen, maar een raad met leden, die over de
plaatselijke belangen kunnen heenkijken.
Het gemeentebestuur van het heringedeelde
Goes zal zijn plannen moeten weten te ver
kopen. Aan de provincie en aan het rijk. Dat
vergt politiek vakmanschap en handelsgeest.
In het verleden was het gevoel van .achter
uitstelling' wel eens zo groot, dat naar bui
ten de indruk werd gewekt alsof men neiging
had bij de pakken neer te zitten. Er behoort
echter ook een stuk .zelfbewustzijn' in het
eigen beleid te worden ingebouwd. Dit zelf
bewustzijn is niet moeilijk: Goes kan heel
wat bieden.
Het zal de plannen ,aan de man' moeten bren
gen zowel naar buiten als in nieuw-Goes zelf.
Daar is voorlichting voor nodig. Om de vrees
voor een te grote afstand tussen besturder en
bestuurde weg te nemen.
Het ziet er naar uit, dat een plan van oud-
Goes wel kan worden gerealiseerd door het
nieuwe Goes: de uitgave van een voorlich
tingsblad voor de inwoners. Er wordt ge
klaagd over de afstand tussen gemeentebe
stuur en inwoners. Als er een voorlichtings
avond wordt belegd over gemeentezaken,
dan komen daar betrekkelijk weinig men
sen. Een voorlichtingsblad kan bij een
goede opzet één van de mogelijkheden zijn
om de inwoners bij de problemen te betrek
ken.
Ook bij die problemen, die een nieuw Goes
krijgt als buffer achter het Sloe.
De verlangens van de kernen zullen in de
raad wel naar voren komen.
Maar Goes nieuw-Goes is ook cen
trum van Beveland.
En centrum van Zeeland
deze speciale bijlage van de
provinciale zeeuwse courant
werd samengesteld door de volgende redactieleden:
kees cijsouw, dolf snel, hans ten houten en
kees van der maas.
een van de bijdragen is van de hand
van drs c. de schipper,
medewerker van het eti voor zeeland.
de foto's zijn van dick faber,
wim riemens en adri van wyngen.
lay-out: harry boer.