ZEEUWSCH GENOOTSCHAP.
200 JAAR BEDAAGD
DER WETENSCHAPPEN
'férfag 6 sept. 1969
MIDDELBURG Twee eeuwen Zeeuwsch Genootschap der Weten
schappen is een opvallende herdenking waard. Dat gebeurt op vrijdag
26 september aanstaande in het Scheldekwartier te Vlissingen, de ba
kermat van het genootschap. Er wordt daar een bijzondere ledenver
gadering gehouden.
Prominente gast op deze bijeenkomst is dr J. Huizinga, lector in de
fysische antropologie aan de rijksuniversiteit te Utrecht. In een rede
zal deze spreker een balans opmaken: het belang vdn het genootschap
in verleden, vandaag en in de toekomst. Na afloop van de vergade
ring zal de bezoekers van deze herdenkingsbijeenkomst een ontvangst
worden bereid door het provinciaal bestuur van Zeeland in de Middel
burgse statenzaal. In de Koorkerk (Abdij) is later nog een manifes
tatie van Zeeuwse klederdrachten te zien en zal een wandelend koud
buffet worden aangeboden.
Bij gelegenheid van dit eeuwfeest is uit de leden spontaan een actie
comité ontstaan, dat een jubileumfonds wil vormen om het genoot
schap in de gelegenheid te stellen met een kapitaaltje een nieuw stu
dieobject aan te pakken.
Een van onze redacteuren neemt op deze pagina twee eeuwen
Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen onder de loep.
JDELBURG Gallandat heette hij, de oprichter van het nu twee eeuwen oude Zeeuwsch
itschap der Wetenschappen. David Henri Gallandat, heel- en vroedmeester te Vlissingen.
Zwitser van geboorte (Yvonaud)die veel had gereisd voor hij zich als chirurg in Vlissingen
Eenmaal in de Zeeuwse samenleving thuis vond hij het hard nodig, dat daarin wat
meer veerkracht kwam. Het doel? In het eilandenrijk Zeeland kennis en wetenschap te bevorderen.
[Degepruikte arts met zijn nuchtere relativerende blik, van wie het bestuur zich anderhalve eeuw
'later afvroeg hoe het toch kwam dat hij ,een vreemdeling, erin slaagde het degelijke vader
landse deeg te doen rijzen', heeft er zelf destijds een sluitende formule voor gegeven. Als ideaal
stond hem voor ogen,de beste verstanden van alle tijden erkennen eenstemmig, dat het van een
allergrootst belang en goed vooruitzicht te rekenen zij, wanneer mannen van aanzien en kundig-
had vrijwillig samenspannen om, met vereenigde macht, alles naar him vermogen toe te brengen
ïateenigszins kan strekken tot uitbreiding van het rijk der waarheid en deugd ten nutte van 't
giESche menschdom en in 't bijzonder van hun Vaderland'.
||li||: Hoogdravend, zegt iemand .vandaag de dag misschien
MBHbM wanneer hij diit leest. Wat is er van deze voor op de tong
■MM gelegde wens terecht gekomen Heeft het In onze
RMnif'van sPec'ialisten en specialismen nog zin om men-
KlA'p'1 1 1 If: sen bij elkaar te zetten in een vereniging, die in feite
^Rg,--T In 1 uit is op een vrij globale uitwisseling van gegevens
„fit f -L-°P een uiteenlopend wetenschappelijk terrein? Is de
Bes' lil verouderde structuur van een dergelijke organisatie
'-''V 1 wet de historische last van een serie ingeheide tradi-
fgplEBi --wW. Y'r ties niet een hindernis om fris van de lever te kunnen
jggg^-V' aki Ijj"! werken en werkelijk Iets zinvols te bereiken
.IMPORT'
TEKST:
KEES VAN DER MAAS
FOWS:
DICK FABER
GERICHT
ZELFONDERZOEK
De cijfers zijn er om deze wat sceptische veronder
stelling te ontzenuwen. Twintig jaar na de oprichting
celde het genootschap 67 directeuren en 133 leden (ter
oriëntatie: directeuren hielpen het genootschap finan
cieel. leden niet), vandaag zijn er 900 leden, van wie
300 buiten de provincie Zeeland. In 1961 is de grote
groei gekomen. Bij het gezelschap waarin men om
een paar voorbeelden te noemen vindit een burge
meester, een arts, een auteur, een leraar, een ambte
naar van de provincie, een econoom, een land- en tuin-
bouwdeskundige, een dijkgraaf, voegde zich de .import-
Zeeuw' met belangstelling voor een of andere tak van
wetenschap. Hij trof er op bijeenkomsten geestverwan
ten en voelde zich opgenomen in een kring waar ge
poogd wordt wat dieper door te dringen in de materie
dan doorgaans in het dagelijks leven mogelijk is.
In zekere zin heeft het Zeeuwsch Genootschap der We
tenschappen de pretentie gevoerd het trefpunt te zijn
dat in grote steden een universiteit voor de afgestu
deerde nog altijd Is. Ieder seizoen opnieuw wordt een
kleine serie lezingen geprogrammeerd over zeer uiteen
lopende onderwerpen. Daarbij is de speciale belangstel
ling van de leden nogal eens bepalend voor de keuze.
En was. het een aantal jaren geleden nog zo dat deze
voordrachten maar erg matig werden bezocht, op het
ogenblik hoeven de organisatoren over het aantal be
zoekers niet te klagen. Actief zijn ook de kleine werk
groepen historie en archeologie, een werkgroep paleon
tologie en een werkgroep landschapsvorming .Levend
Zeeland Die werkgroepen maken excursies en organi
seren studiedagen, ze leggen vondsten vast, helpen mee
aan de conservering ervan.
Door de jaren heen is een groot deel van de activitei
ten van heit genootschap op Zeeland gericht geweest.
En dat is nog steeds het geval. Zo geeft de werkgroep
Historie en archeologie samen met de Zeeuwse vereni
ging dialectonderzoek een bulletin uit. Deze werkgroep
verzorgt samen met de ZW cursussen .Ontwikkeling
Zeeland' Er zijn talrijke studies verschenen over Zeeuw
se onderwerpen. In 1971 moet de Zeeuwse Encyclopedie
van de pers komen, aan de voorbereiding waarvan op
bet ogenblik de hoofdredactie bergen werk verzet. Ver
meldenswaard is vooral ook de jaarlijkse uitgave over
iet werk van het genootschap onder de titel .Archief'.
Dat zijn dan zo op een rijtje de bezigheden van hel
«trales jubilerende .Zeeuwsch Genootschap der Weten-
icshappenEen organisatie overigens, die weinig aan
ie weg timmerl maar toch een niét weg te denken
jositie heeft ingenomen in de samenleving van deze
ji'ovincm Af en toe verschijnt er eens een berichtje
n de krant over het werk; het Zeeuws Tijdschrift heeft
iteeds een pagina Ingeruimd voor een opsomming van
•ecente activiteiten.
oude heren die in stoelen met de mot erin over afge
zaagde onderwerpen zitten te zeveren. .Het genoot
schap wil het eeuwfeest benutten voor een soort zelf
onderzoek, een bezinning op zijn functie in de maat
schappij van dit moment.
,Het gaat ons nog steeds om een passieve beoefening
van de wetenschap, stimuleren van interesse bij onze
leden voor totaal andere onderwerpen dan die zij da
gelijks op eigen terrein tegenkomen. Hier is eigenlijk
een tehuis voor gelijkgestemden, die nog geloven in
wetenschap'. Dat men daarbij niet bang is om zich
kritisch en analyserend op te stellen tegenover actuele
problematieke® is bijvoorbeeld in 1967 nog eens ge
bleken, toen het genootschap in Zierikzee een groot
scheeps en vrij opzienbarend congres organiseerde over
,De Oosterschelde in de delta'.
OPRICHTING
Terug even nog naar de oprichting van het genootschap
in Vlissingen. In het gedenkboek ter gelegenheid van
net anderhalve eeuwfeest (1919) wordt die plaats van
geboorte als een toevalligheid beschouwd.. Ongeveer 32
jaar na de start is het naar Middelburg verhuisd omdat
het daar beter van de grond kon komen. Dat was in
1801, toen de zaak in Vlissingen wat aan het kwijnen
raakte als gevolg van de plundering van de stad en de
aansluiting met Frankrijk. In Middelburg herwon het
genootschap de vitaliteit van de beginperiode. De zelf
werkzaamheid van de directeuren en leden demon
streerde zlelh in inzendingen voor prijsvragen. En dit
systeem bezorgde het genootschap, heeil wat materiaal,
de eerste aanzet naar het momenteel nog zo rijke bezit.
Kostbare verzamelingen, die langzamerhand met elk
aar een eigendom uitmaken dat van een niet meer te
taxeren waarde is geworden. In de loop van twee eeuwen
zijn het genootschap ettelijke schenkingen ten deel ge
vallen. Veel ervan heeft anno 1969 een plaats in het
Zeeuws Museum aan de Middelburgse Wagenaarstraat
(rond 1960 In beheer opgedragen aan een aparte stich
ting), veel is ook te vinden in ruimten van de Provin
ciale Bibliotheek.
VERZAMELINGEN
Een kort overzicht om een indruk te geven: er is een
verzameling oude handschriften, een verzameling kaar
ten, platen, portretten, bekend onder de naam Zelan-
dia Illustrata, een verzameling fossilia, een ouderwet
se Zeeuwse kamer, een verzameling porselein en aarde
werk, een kabinet van schilderijen, een kabinet van
munten en penningen, een verzameling van ethnogra-
fisohe voorwerpen en een in verschillende onderdelen
gesplitst kabinet van natuurlijke, historie.
Het moet bij een globale beschrijving blijven. En wat
daarbij Is genoemd is dan nog het duidelijk geregistreer
de en overzichtelijk geëtaleerde materiaal. Het Zeeuwsch
Genootschap bezit daarnaast nog zoveel wat men zou
kunnen noemen ,dood materiaal'. Eigenlijk komt het
erop neer dat het bestuur zélf niet eens weet hoe rijk
men aan deze verzamelingen is.
,Het is jammer dat we er zo weinig mee kunnen doen.
Om deskundigen aan te trekken, die het bezit kunnen
catalogiseren is veel geld nodig. We moeten het van de
Hobbyisten hebben', vertelt voorzitter Glaubitz. En dan
wijst hij even in de richting van een enthousiaste me
dewerkster van het genootschap, mevrouw dr W. S. S.
van der Feen-van Bénthem Jutting, die een köstbare
veizameling schelpen beschrijft. Schelpen, bijvoorbeeld
gevonden en bewaard na de droogmaking van het ei
land Walcheren.
daar hoe wordt er nu tegen datzelfde bedaagde ge-
iootschap aangekeken door wat men wel eens vangt
jnder de term ,de buitenwacht' Drs. J. R. Glautoiitz,
de nieuwe voorzitter van het bestuur, zegt: ,We moe
ten een wat reëler beeld opbouwen dan watwel
verondersteld dat het hier gaat om een aantal suffe
Er zou veel te verhalen zijn over de twee eeuwen oudi
historie van dit Zeeuwsch Genootschap der Wetenschap
pen, een van de oudste in de rij van zusterorganisaties
overal in het land verspreid. Er zijn bekende namen
op te diepen: die van mr N. C. Lambrechtsen van Rit-
them, een van de eerste presidenten, die van mr G. N
de Stoppelaar, door wiens vorstelijke schenking het
genootschap over een eigen gebouw de beschikking
icreeg, die van dr Abraham Adrlaan Fokker, van di
Jan Cornells de Man. Er kan worden verhaald over de
iccente® op de activiteiten van het genootschap. In
de achttiende eeuw de natuurwetenschappen, in de 19e
eeuw de geschiedenis. Momenteel is het fundament
verbreed. De industrialisatie van Zeeland heeft een groep
ingenieurs in de gelederen van het genootschap ge
bracht.
Hoe dan ooli: het genootschap wil wel eens anders
worden beoordeeld, het wil geen in slaap gesust
gezelschap zijn. Integendeel nog steeds wordt het
embleem hoog gehouden met de zinspreuk ,Non sor-
dent in undis'. Zeven schikgodinnen op een rots mid
den in het water. De zeven schone kunsten, die voort
durend fris gehouden worden.
Fraaie ■prent (1771-1772) van de Middelburgse Abdij uit Zelandia Illustrata.
Eet schelpenbuffet in de hal van het Zeeuws Museurn, in 1775 geschonken door de wed. Baster ait Zierikzee.
Planetarium (1782), vervaardigd door de Middelburgse horlogemaker Joseph van den EeckhotO.