DS BOONSTRA: AVONDMAAL IS NIET VOOR DE HAPPY FEW WILDE GANZEN DE PAUS, DE NEGUS EN DE STAD GENEVE Het halve werk Zaterdag 14 juni zaterdagnummer In de hervormde gemeente 's-Heer Hendrikskinderen worden de doopleden toegelaten tot het heilig avondmaal, dat zes maal per jaar wordt gehouden. Maar er zijn al ge dachten om tot een maandelijkse avondmaalsviering te komen. Het betekent dat men aan het avondmaal in deze kleine (zeshonderd zielen) gemeente hele gezinnen samen aan het avondmaal kan zien, ook oudere doopleden en jongeren van circa veertien jaar af. (Jong en oud nemen elkaar mee). In de recente provinciale kerkvergadering en ook al daarvoor in maart werd nogal op deze avondmaals vieringen ingegaan, nadat Ds. A. Sieders van Biezelinge de zaak als eerste ter sprake bracht. ,Kan dit zomaar vol gens de kerkorde was zijn vraag. Voorzitter Ds. J. Kwast zei onder andere dat men moet oppassen voor formalisme, maar ook voor wilde bewegingen'. In de PKV bleek in de eerste plaats hóe weinig men over de avondmaalsvieringen in 's-Heer Hendrikskinderen weet. Besloten werd om eerst te gaan luisteren naar en te spreken met de kerkeraad. Ds. Kwast: ,hoor en weder hoor, vooral het hoor'. Hij was wel voor een .vermaning', wat hij overigens ,een heel zwaar woord' vond. Informatie wós er kennelijk erg weinig, ook niet over de landelijke c.q. synodale stand punten, iets waarop vooral Ds. G. E. Huizing (Haamstede) wees. Om dan nog twee citaten te geven uit de PKV over deze zaak: Ds. V. v d. Schoot (Vlissingen); ,het is moeilijk aan de hand van de kerkorde dingen, die nog niét grensoverschrijdend zijn af te remmen' en Ds. J. Scholten (Terneuzen): ,er is wel eens opgemerkt: wat niet in de kerkorde staat, mag'. POSITIEF In 's-Heer Hendrikskinderen is de enige geoorloofde voor waarde of binding' voor het avondmaal de catechese. Dus de catechisanten van veertien jaar en ouder worden toegelaten alsmede de oudere doopleden tot hoogbe jaard toe. Vooral de jeugd heeft zeer positief gereageerd, zo vertelt Ds. O. Th. Boonstra (36), nu vier jaar in 's-Heer Hendrikskinderen, die voordat hij in de gemeente stapte vier jaar onder-chef van een afdeling loon-politieke en sociale zaken in een bedrijf was (,daar heb ik de zake lijkheid geleerd'). Dat was om zijn echtgenote de kans te 6even een doctoraal studie geschiedenis af te maken, ij onder andere prof. Geyl. Hij houdt zich veel met li turgische vernieuwingen bezig. Dat kan ook niet anders voor een lid van de liturgische kring. Over de reactie van de jeugd op dit ,open' avondmaal: in 1967 hadden we maar tien ,confirmsndi', vorig jaar 13 en dit jaar 11 aan het avondmaal. ,Het grote bezoek schrijft de kerkeraad met name toe aan net feestelijk karakter, dat er aan gegeven is. Kaarsen branden door heel de kerk heen, in de vroeg-christelijke, klassieke op bouw van de liturgie worden onder andere bewoordingen gebruikt van Taizé en van Huub Oosterhuis'. Ds. Boonstra wijst op het toenemend onbehagen onder de jonge mensen aangaande de praktijk bij het avond maal. Over die koppeling van belijdenis en avondmaal is volgens hem niets te vinden in het Nieuwe Testament. Juist daar én bij de Reformatoren kan men juist een visie lezen, die inhoudt dat men door de doop al lid is van de kerk en dat in deze doop reeds het recht gegeven is tot deelname aan het avondmaal. Velen weten niet dat Calvijn de catechisanten van ongeveer tien jaar al toe liet tot het avondmaal; Luther deed het zelfs al van onge veer zeven jaar af'. Ds. Boonstra meent dat juist door het rationalisme van de vorige eeuwen ,de doop is teruggebracht tot een minimale betekenis. In feite moet de doop worden aan gevuld door de eigen belijdenis en wordt aan de eigen lijke betekenis van de doop tekort gedaan. Ik vind dat een ontwaarding van de doop en een overschatting van de openbare belijdenis'. AFSTEL In zijn visie staat hij ovèrigens niet alleen. In het synodale rapport over ,open en oecumenisch avondmaal' wordt opgemerkt: ,De synode is met zorg vervuld over de neiging om de openbare belijdenis naar een aanmerkelijk latere leeftijd uit te stellen. Daardoor ontberen vele jonge mensen de zegen van het heilig avondmaal, en gewennen zij zich aan een kerkelijk leven zonder deel name aan de heilige maaltijd'. Ds. Boonstra: „Het is dui delijk dat van zo'n uitstel in de regel afstel komt'. Wat dat betreft is misschien illustratief een vraag om advies op één van de provinciale kerkvergaderingen, waar werd gesproken over een klein aantal belijdeniscatechisanten, waarvan een nog kleiner aantal maar belijdenis wilde doen. Kon de rest nu wel een getuigschrift uitgereikt worden door de kerk Als ze dan nog eens belijdenis zouden willen doen, behoefden ze in ieder geval geen catechisatie meer te volgen. Het advies hield onder andere in contact met hen te houden. Misschien willen ze vol gend jaar wél belijdenis doen' De hervormde predikant in 's-Heer Hendrikskinderen stelt daarom als volgorde: doop, avondmaal, belijdenis. Hij realiseert zich dat men in ons land ,meer het piëtisme heeft gevolgd dan Calvijn. Niet de eenvoudige cafe- chetische voorbereiding en begeleiding, maar de persoon lijke levensbeslissing werd doorslaggevend'. Van de kant van de hervormde synode kreeg Ds. Boon stra een brief, waarin men als zijn mening te kennen gaf, dat men wat huiverig staat ten opzichte^ van experimen ten, maar waarin men hem toch Gods zegen op al zijn werk wenste. Tevoren werd in die brief gewezen op de genezing van de verlamde, waarover de farizeeër* en de wetgeleerden zich niet konden verheugen omdat hel een verstoring van de bestaande orde was. En prof Dr. A. F. N. Lekkerkerker (Groningen) zei in de recente bijeenkomst van de classis Goes dat het stand punt van de kerkeraad in 's-Heer Hendrikskinderen ,zeer goed reformatorisch' was. Ds. Boonstra hekelt de opmerking ,ik ben maar doop lid'. ,Je bewijst de gemeente geen dienst door jonge mensen van de maaltijd het avondmaal te weren. Het is veel beter ze vroegtijdig te leren dat avondmaal te vieren. Het avondmaal is niét voor de happy few'. 's-Heer Hendrikskinderen is niet de enige gemeente, waar de zaak gaat spelen. Ook elders in Zeeland wordt deze nieuwe bezinning op de verbinding van woord en sacra ment, van doop, belijdenis en avondmaal, aan de orde gesteld. De hervormde synode heeft daarom een com missie, de commissie-Elderenbosch' in het leven geroepen, niet om experimenten te verbieden, maar om na te gaan hoe deze dingen kerkordelijk kunnen worden uitgedrukt. Maar 's-Heer Hendrikskinderen is mét Purmerend wél de enige plaats in ons land waar de toelating is gebonden aan de catechese, juist om een duidelijke begeleiding te krijgen en te geven: juist in de catechese zullen we steeds proberen de jonge catechisanten al vroeg iets te zeggen van wat het avondmaal voor de gemeente mag zijn ,Te jong Begrijpen volwassenen wel wat er in het avond maal gebeurt. Geloof is geen rationele zaak, De mondig heid is nie- strikt een zaak van iemands rationele ver mogens. Avondmaal leer je alleen door veelvuldig ge bruik; je moet er in groeien'. ,Bij ons heeft het belijdenis doen van zijn geloof weer het oude karakter van de confirmatie gekregen. Dan zegt men ,ja' tegen zijn doop. Juist bij de confirmatie worden wij sterk bepaald bij het priesterschap óller gelovigen. Ik dacht dat dat een kostbaar reformatorisch erfgoed HAPPY FEW Als voordelen noemt hij onder andere, dat de .drempel vrees' voor het avondmaal verdwijnt, het is in zijn ge meente nu zelfs zo, dat jongeren ouderen méé nemen naar het avondmaal. .Vooral in Zeeland is het nogal eens andersom: blijf jij maar thuis, krijgen de jongeren te horen van hun ouders als het avondmaal is'. De binding aan de catechese is overigens wel een voor waarde in 's-Heer Hendrikskinderen. Deze avondmaals vieringen met doopleden zijn daarom niet een experi ment om te experimenteren, maar ,er moet ruimte zijn voor het experiment, anders gebeurt er niets en is het in de kerk een zaak van op de plaats rust. Het is trou wens volstrekt onjuist om altijd en eeuwig te wachten op de sanctie van hogerhand. Die sanctie komt echter wél, als het gebeuren van onderop, vanuit de gemeene zich doorzet. Te weinig beseffen vele predikanten dat zij pastor zijn en geen beambte in een kerkelijk instituut. De kerkorde is daarom ook niet een motor, die de ge meente moet voorttrekken, maar de kerkorde moet een soepele begeleiding zijn van wat zich in een plaatselijke gemeente aan levende krachten manifesteert'. WILL J. VERKERK. De avondmaalscollecte van de hervormde gemeente in 's-Heer Hendrikskinderen gaat in het vervolg naar de .Wilde Ganzen'-acties van het IKOR (radio- en tv-oecu- menisch dus wereldformaat). Aan die avondmaalsbijeen- komst zitten ook doopleden als volwaardig gemeentelid aan. Het geld voor de Wilde Ganzen (zie vignet hierbij) komt dus van ouderen én jongeren (vanaf circa 14 jaar). Over die toelating van doopleden tot dat avondmaal een novum in de hervormde kerk leest men elders op deze pagina. Dit engagement met de IKOR-acties, een engagement met de nood van de mens waar ook ter wereld, is voor ons het belangrijkste aspect van deze avondmaalsdiensten in 's-Heer Hendrikskinderen. Ds. Boonstra zegt hierover: ,de gemeente én de jongeren begonnen erover ,hoe kan zo'n dienst een dienst van barmhartigheid zijn als we de gaven voor onszelf houden In de avondmaalsdiensten wordt thans de tekst van de radioactie op de betreffende zondag van de kansel af gelezen, zoals vorige week die over een zendingspost in Tanzania. De opbrengst was 130,20. Andere opbrengsten waren 1Ó3,130, en 120,Het gemiddeld aantal avondmaalsgangers in de (nog) zes H.A.'s in de Peperbus' te 's-Heer Hendriks kinderen is 110. &0RTGEZEGD Dertig protestanten hebbt 'erwijl paus Paulus tijdens zijn bezui n Ge neve de mis opdroeg in stih jSbeden bij een eenvoudig graf til de oude sl.ad ivaar een metalen plaatje met; de let ters J. C. aangeeft, dat deze plaats wordt beschouwd als het graf van Jo hannes Calvijn. Het stadsbestuur had toestemming gegeven voor latere slui ting van de begraafplaats - vijftig minuten, opdat de protestanten gelijk met. de paus konden bidden. Wat ze heb ben gebeden is met bekend. Er werden er totaal 1,17.21,0 31S.S58 in 1061) voor S 2.080.91/3 (in 1967 1.655.972) verspreid. Men hoopt dat de nieuwe Indonesische bijbelvertaling in 1970 voltooid za.l, zijn. Aan 't wereld- budget van de Wereldbond van bijbel genootschappen ten behoeve van die ge bieden waar het nationale bijbelgenoot schap hulp nodig heeft van het buiten kind heeft het NBG in 1968 f 1,1,2.700 bijgedragen en voor 1969 551.750 toe gezegd. Het Indonesische bijbelgenoot schap verzocht assistentie voor haar drukkerij en de produktieleider van hei NBG zal als adviseurs twee jaar assi-, stentie gaan verlenen. Onder de studenten van de katholie ke universiteit in Nijmegen wordt op het ogenblik actie gevoerd met het doel ,het universiteitspastoraat te democrati seren, de huidige crisissfeer te doorbre ken en nieuw elan te brengen in het kerkelijke werk'. Verlangd wordt dat 'n pastoraatsvergadring wordt uitgeschre ven, waarbij iedereen spreek- en stem recht heeft en waarbij uit eigen omge ving een pastoraatsbestnur wordt geko zen. Dat telkens voor een jaar 'wordt benoemd. Er is dan geen plaats meer voor hel huidige kerkbestuur. In een rondschrijven van een actiecomité wordt ervoor gepleit dat het universiteits- pastoraal wordt omgebouwd van ,een ernstig service-instituut voor religieus- behoeftigen' tot een groep actieve men sen die geen genoegen nemen met haal bare compromissen'. De International and ethical union waarbij hef. humanistisch verbond is aangesloten) zal de contacten met de ma rxistischehumanisten voortzetten. Tijdens een in Utrecht gehouden ver gadering werd besloten deel te nemen aan een officiële ontmoeting met mar xistische humanisten, die van 11 tot 16 augustus zal worden gehouden in Joe goslavië. Bij de International humanist and ethi cal union zijn 33 humanistische organi saties uit alle delen van de wereld aan gesloten. Zeven Barcelonese geestelijken heb ben zich opgesloten in het seminarie van de Catellaanse hoofdstad en zijn een hongerstaking begonnen. In een brief, die zij aan de aartsbisschop van het. bisdom, deden toekomen, verklaarden zij dat zij tot deze actie waren overge gaan uit- solidariteit, met hun vijf Bas- Jcische collega's, die een hongerstaking van 81 uur hielden, die beëindigd werd toen militaire rechters hen gevangen lieten zetten. De zeven geestelijken in Barcelona wij zen er in hun brief vooral op dat de redenen die hun Baskische collega's tot hun actie voerden, ook voor de rest van Spanje gelden. Zij beschrijven de ze redenen als volgt in de brief aan de aartsbisschop: /Een vertrokken en onvoldoende berichtgeving over de mis handelingen van politieke arrestanten door de politie tijdens ondervragingen; het feit dat. politieke gevangenen en gewone misdadigers in de gevangenis sen over één kam geschoren worden het feit dat. er een speciale rechtgevinq bestaat voor politieke gevallen; en de systematische onderdrukking van rech ters, arbeiders en intellectuelen'. De Barcelonese geestelijken voegen daaraan toe dat zij ontzet zijn door de houding die de meeste Spaanse bisschop pen aannemen: ,Een kerk die zich on gevoelig toont voor het lijden van zo vele mannen en vrouwen; die optreedt als medeplichtige van de machthebbers' die het volk onderdrukken, en die zich systematisch aan de zijde van de macht hebbers stelt, hoewel er meer dan ge noeg evangelische beweegredenen zijn om het machtsmisbruik openlijk 'en met durf aan de kaak te stellen'. De zeven priesters stellen verder vast dat zij weinig hoop meer hebben op een openlijke verklaring van de Spaanse bisschoppenconferentie in de sin die zij Een Columbiaanse geestelijke, pa ter Manuel Alzate, heeft op een stu dentenbijeenkomst in de stad Perena volgens het blad Pil Tiempo' gezegd, dal de Columbiaanse kerk zich Tos moet maken van het Vaticaan. Paus Paulus was ,een agent van het imperialisme'. De kerk in Columbia moest alleen haar eigen hiërarchie gehoorzamen, aldus pa ter Alzate, bijgenaamd le rode pastoor'. De paus in Genève. Dat klinkt nog altijd wat onwennig, maar toch is het deze week ge schied. Al is hij niet zo heel ver van huis geweest, voor de paus zelf moet het toch wel zó geweest zijn dat hij gegaan is met het gevoel dat Genève verder weg ligt dan Jerusalem en Bogota. Wanneer het gaat om de tegenstellingen die de kerken in de voorbij gegane eeuwen hebben beheerst, zal allereerst die van Rome-Genève in onze gedachten komen, want de diepste verschillen in de christenheid liggen tussen de kerk die vanuit Rome wordt ge regeerd en die, welke zijn voortgekomen uit de calvinistische reformatie van Genève. Nu is de reden van 's pausen bezoek niet aller eerst geweest aan het kerkelijk Genève. Deze stad heeft trouwens tegenwoordig een in meerder heid rooms-katholieke bevolking tengevolge van de vele arbeiders die uit andere delen van Zwit serland en uit Italië naar hier zijn verhuisd. Het eerste bezoek dat de paus heeft afgelegd betrof de Internationale Arbeidsorganisatie die haar vijftigiarig bestaan herdenkt. Hier heeft de paus zijn eerste rede of toespraak gehouden, de eerste in een lange rij op de 10e juni. Bij deze organi- Gemeten naar de lengte van zijn bezoek als ook satie zijn ook vele r.k. organisaties aangesloten. door het feit dat dit onderdeel het eerst op het programma stond van deze drukke dag, mag men wel afleiden dat dit het voornaamste doel van de buitenlandse reis van de paus is geweest. Voorts is hij ontvangen op het stadhuis in Genève en daar zijn de gebruikelijke woorden gewisseld. De paus is nog altijd officieel een van staats hoofden op onze aarde, al is zijn staat dan ook een van de allerkleinste, en alzo past het dat hij officieel als zodanig wordt ontvangen. Tussen alle bedrijven door moest er nog een ontmoeting met keizer Haile Selassie van Ethiopië worden ge arrangeerd. Ook deze regerende vorst was in Genève vanwege dat vijftigjarig jubileum. Gezien de plaats die de Negus tegenwoordig in Afrika inneemt, en gezien de komende reis van de paus naar dit werelddeel, zal deze ontmoeting mis schien wel meerdere betekenis hebben gehad dan uit de officiële verslagen blijkt. Dat de Zwitserse bisschoppen en de vertegenwoordigers van inter nationale r.k. organisaties gelegenheid zouden krijgen om hun opwachting te maken, is een van zelfsprekende zaak. Betekenis heeft deze ont moeting overigens niet gehad. Daarna vond het bezoek plaats aan ,de hoofdzetel van de Wereld raad van Kerken'. Teveel tijd kon hiervoor niet worden vrijgemaakt. We hebben via radio en televisie enkele flitsen van hetgeen hier gebeurd is, gezien en gehoord. Zij die hier leiding geven hebben netjes in de rij gestaan en zij hebben ge sproken en gedaan wat er van hen werd ver wacht. En toen was, op de mis in open lucht in een van de parken van Genève na, het bezoek van de paus ten einde en daarmede tevens zijn vierde buitenlandse reis. Met die pauselijke reizen zit het maar wat moei lijk. Dat komt mede daaruit voort dat hij niet al leen komt als het hoofd van een kerk, maar tevens zoals reeds gezegd als hoofd van een staat. In zijn eigen kerk is de bisschop van Rome reeds gebonden aan allerlei regels. Kardinaal Suenens, de primaat van België, heeft daarover onlangs zijn hart gelucht. Maar als hoofd van de staat komen er nog een heleboel protocollen bij. De opvolger van Petrus, die zich naar de apostel Paulus heeft genoemd, kan zo maar niet rond lopen als deze apostelen hebben gedaan. Dat kan hij op het Vaticaan al niet en dat kan hij nog veel minder wanneer hij naar het buitenland gaat. Zijn eerste reis is daarvan een schoon voor beeld. Als pelgrim wilde de paus het Heilige Land be zoeken om daar te bidden op de heilige plaatsen. Het was hem echter volkomen onmogelijk om gewoon ter pelgrimage te gaan. Hij moest toen nog zijn, zowel in Jordanië als daarna in Israël en dat, terwijl hij de staat Israël nog nooit erkend heeft. Ergens in de buurt van Jenin is hij toen de grens overgesmokkeld. In Israël is zijn bezoek niet gemakkelijk geweest; misschien toch wel eer lijker dan in Jordanië, waar hij uitbundig is toe gejuicht. 's Pausen bezoek aan Bogota heeft veel kritiek uitgelokt reeds eer hij vertrok en nadat hij op het Eucharistisch Congres gesproken had, is die kritiek aangezwollen tot een kleine storm. Ook wanneer hij zijn mond opendoet, heeft de paus het niet gemakkelijk. Er is ook het een en ander aan vooraf moeten gaan eer de reis van de paus dit keer in kannen en kruiken was. Er moesten ook nu weer allerlei regels en protocollen in acht worden genomen. Het moeilijkst heeft dit blijkbaar gelegen bij het bezoek aan de Wereldraad der Kerken. De paus zou de wens daartoe hebben te kennen gegeven maar volgens de regels van het Vaticaan komt de paus alleen wanneer hem daartoe een ver zoek bereikt en toen heeft de secretaris-gene raal van de Wereldraad hem een uitnodiging ge zonden. Wanneer we zo lezen: ,De ontmoeting is met de grootste zorg voorbereid, in alle bij zonderheden!, dan kunnen we wel vermoeden welk een wikken en wegen hieraan is voorafge gaan. En zo is heel dit bezoek verlopen, in die tevoren geplande sfeer We moeien ons geen voorstelling gaan maken dat er door dit officiële bezoek iets zou zijn veranderd. Laat men echter uit het voorgaande nu niet op maken dat wij de ontmoeting van de paus van Rome met de leidinggevende figuren uit de We reldraad in Genève zonder betekenis achten. Met dit bezoek is een overgang tot een andere hou ding tegenover elkaar, officieel bevestigd. Toen in 1948 de Wereldraad van Kerken werd opge richt, heeft de toenmalige paus vanuit Rome alleen maar waarschuwende geluiden laten horen. Aan niemand van zijn kerk werd toestemming ver leend als „waarnemer" daar aanwezig te zijn. Via het achterdeurtje van de pers hebben enkele bekende, oecumenisch gezinde rooms-katholieken de zittingen bijgewoond. Wanneer we daaraan denken is er in die 21 jaar, welke sindsdien zijn verlopen, heel wat veranderd. Zelfs 10 jaar ge leden zou men zulk een" bezoek van de paus vol komen onmogelijk hebben gehouden. De secre taris-generaal heeft de paus met vriendelijke woorden verwelkomd en de paus heeft met even eens vriendelijke woorden geantwoord. Pijnlijke zaken zijn vermeden. Toch is en blijft dit bezoek iets dat voor alle kerken van betekenis is. Ik zou wel eens willen weten wat er allemaal op het Vaticaan overwonnen is moeten worden eer de paus als onderdeel van zijn Geneefse reis ook de Wereldraad van Kerken kon opnemen. Er is echt STEMMEN UIT DE KERKEN iets aan de hand tussen dit Rome en dit Genève. Doch dat er iets aan de hand is, komt waarlijk niet van die toppen', maar het is opgekomen van uit het grondvlak dér kerken. Terwijl men in da toppen nog zat te dubben wat zou kunnen en ter wijl men hier belemmerd werd door de last van het verleden, is men op het grondvlak der kerken z'n gang gegaan en men heeft zich daar niet veel aangetrokken van presbyteriaal en episcopaal en daarmee is er iets in beweging gekomen, zodat er nu reeds veel meer contacten zijn tussen Rome en Genève dan we 20 en T0 jaar geleden hadden durven dromen. In Rome is er een secretariaat voor de eenheid der christenheid en er zijn ge regelde ontmoetingen tussen de Wereldraad en de door de paus daartoe benoemde commissie. Zelfs werken rooms-katholieke theologen volop en van harte mee in de commissie van de Wereld raad voor geloof en kerkorde en deze zijn daar toe officieel vanuit Rome aangewezen. Niet dat we aan het bezoek dat de paus aan het secre tariaat van de Wereldraad op zich zelf grote be tekenis toekennen. Betekenis heeft dit bezoek echter toch wel, al is het meer een indirecte dan een directe. Hiermee wordt bevestigd wat in de onderste lagen der kerk reeds een gewone zaak is, dat de een de ander erkent, gewoon alj christen en daar is het geen vraag meer of men andere geloofsgemeenschappen als kerk kan er kennen. Kardinaal Suenens van Mechelen heeft in een vraaggesprek met een redacteur van het Franse tijdschrift „Informations Catholiques Internatio nales" de huidige structuur van de R.K. Kerk aan een grondige kritiek onderworpen en hij heeft daarbij de Romeinse Curie niet gespaard. Hij heeft dat gedaan omdat er zijns inziens zulk een grote afstand is gekomen tussen de leiding gevende instanties in Rome en de bisschoppen, priesters en leken. Over de hartekreten die Suenens geslaakt heeft, een volgende week. Het is interessante lectuur. In dit verband krijgt het officiële bezoek van de paus aan de Wereldraad van Kerken toch een bepaalde achtergrond. H. Een goed begin is het halve werk Morgen is het ,onze' dag. De kinderen zullen al vroeg op vallend bedrijvig zijn. 't Is im mers VaderdagHet cadeau was dit keer geen probleem. Moeder vond, dat het een nieuwe wekker moest zijn. De oude had een paar keer diensten geweigerd met alle gevolgen van dien. De nieuwe kan nu haarfijn afgesteld wor den: geen minuut te vroeg of te laat. In een minimum van tijd kan een maximum ge beuren. Nu staat in Psalm 5; Here, des morgens hoort Gy mijn stem des morgens leg ik het U voor en zie uit Dat is dus ook een manier van opstaan. En ongetwijfeld een betere. Wij komen waarschijn lijk niet of niet meer toe aan een morgengebed; al hoop ik, dat ik mij vergis. Wij zijn 's morgens vaak niet in een al te beste stemming: 't is 's avonds vaak zo laat. 's Mor gens moet je eerst bijkomen. En lang niet elke dag lacht je tegen. Maar een goed begin is het halve werk. Hoe drukker bezet de dag was, des te meer tijd scheen Luther te nemen voor zijn morgengebed. Wij vinden dat misschien zonde van de tijd. Wij zijn van die rasechte activisten. Met .stille tijd' weten wij nauwelijks raad. Maar intussen zyn wij wel zielige mensen aan het worden. Het is ons aan te zien, dat w\j de stilte niet beminnen. En de mensen merken het aan ons. V/ij komen zo weinig toe aan onszelf, en aan onze naaste; aan onze vrouw, cmze kin deren. Zodra wij het contact met de Here God verliezen, raakt in ons leven veel van zijn plaats. Des morgens hoort Gij mijn stem: als je het niet meer ge wend bent, is het in het begin een zoeken en tasten naar woorden. Des morgens leg ik het U voor: het is niet uitgesloten, dat er het een en ander in je dag program gewijzigd wordt De dag met God beginnen is lang niet zonder risico En je moet er zo ongeveer een kwartier vroeger voor op. Toch is het geen verloren tijd: je wordt er een ander mens van! Yerseke. A. J. de Bue.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1969 | | pagina 21