DS BOONSTRA:
AVONDMAAL
IS NIET
VOOR DE
HAPPY FEW
WILDE GANZEN
DE PAUS, DE NEGUS
EN DE STAD GENEVE
Het halve werk
Zaterdag 14 juni
zaterdagnummer
In de hervormde gemeente 's-Heer Hendrikskinderen worden de doopleden toegelaten
tot het heilig avondmaal, dat zes maal per jaar wordt gehouden. Maar er zijn al ge
dachten om tot een maandelijkse avondmaalsviering te komen. Het betekent dat men
aan het avondmaal in deze kleine (zeshonderd zielen) gemeente hele gezinnen samen
aan het avondmaal kan zien, ook oudere doopleden en jongeren van circa veertien
jaar af. (Jong en oud nemen elkaar mee).
In de recente provinciale kerkvergadering en ook al
daarvoor in maart werd nogal op deze avondmaals
vieringen ingegaan, nadat Ds. A. Sieders van Biezelinge
de zaak als eerste ter sprake bracht. ,Kan dit zomaar vol
gens de kerkorde was zijn vraag. Voorzitter Ds. J.
Kwast zei onder andere dat men moet oppassen voor
formalisme, maar ook voor wilde bewegingen'.
In de PKV bleek in de eerste plaats hóe weinig men over
de avondmaalsvieringen in 's-Heer Hendrikskinderen
weet. Besloten werd om eerst te gaan luisteren naar en
te spreken met de kerkeraad. Ds. Kwast: ,hoor en weder
hoor, vooral het hoor'.
Hij was wel voor een .vermaning', wat hij overigens ,een
heel zwaar woord' vond. Informatie wós er kennelijk erg
weinig, ook niet over de landelijke c.q. synodale stand
punten, iets waarop vooral Ds. G. E. Huizing (Haamstede)
wees. Om dan nog twee citaten te geven uit de PKV
over deze zaak: Ds. V. v d. Schoot (Vlissingen); ,het is
moeilijk aan de hand van de kerkorde dingen, die nog
niét grensoverschrijdend zijn af te remmen' en Ds. J.
Scholten (Terneuzen): ,er is wel eens opgemerkt: wat niet
in de kerkorde staat, mag'.
POSITIEF
In 's-Heer Hendrikskinderen is de enige geoorloofde voor
waarde of binding' voor het avondmaal de catechese.
Dus de catechisanten van veertien jaar en ouder worden
toegelaten alsmede de oudere doopleden tot hoogbe
jaard toe. Vooral de jeugd heeft zeer positief gereageerd,
zo vertelt Ds. O. Th. Boonstra (36), nu vier jaar in 's-Heer
Hendrikskinderen, die voordat hij in de gemeente stapte
vier jaar onder-chef van een afdeling loon-politieke en
sociale zaken in een bedrijf was (,daar heb ik de zake
lijkheid geleerd'). Dat was om zijn echtgenote de kans te
6even een doctoraal studie geschiedenis af te maken,
ij onder andere prof. Geyl. Hij houdt zich veel met li
turgische vernieuwingen bezig. Dat kan ook niet anders
voor een lid van de liturgische kring.
Over de reactie van de jeugd op dit ,open' avondmaal:
in 1967 hadden we maar tien ,confirmsndi', vorig jaar 13
en dit jaar 11 aan het avondmaal. ,Het grote bezoek
schrijft de kerkeraad met name toe aan net feestelijk
karakter, dat er aan gegeven is. Kaarsen branden door
heel de kerk heen, in de vroeg-christelijke, klassieke op
bouw van de liturgie worden onder andere bewoordingen
gebruikt van Taizé en van Huub Oosterhuis'.
Ds. Boonstra wijst op het toenemend onbehagen onder
de jonge mensen aangaande de praktijk bij het avond
maal. Over die koppeling van belijdenis en avondmaal
is volgens hem niets te vinden in het Nieuwe Testament.
Juist daar én bij de Reformatoren kan men juist een
visie lezen, die inhoudt dat men door de doop al lid is
van de kerk en dat in deze doop reeds het recht gegeven
is tot deelname aan het avondmaal. Velen weten niet dat
Calvijn de catechisanten van ongeveer tien jaar al toe
liet tot het avondmaal; Luther deed het zelfs al van onge
veer zeven jaar af'.
Ds. Boonstra meent dat juist door het rationalisme van
de vorige eeuwen ,de doop is teruggebracht tot een
minimale betekenis. In feite moet de doop worden aan
gevuld door de eigen belijdenis en wordt aan de eigen
lijke betekenis van de doop tekort gedaan. Ik vind dat
een ontwaarding van de doop en een overschatting van
de openbare belijdenis'.
AFSTEL
In zijn visie staat hij ovèrigens niet alleen. In het synodale
rapport over ,open en oecumenisch avondmaal' wordt
opgemerkt: ,De synode is met zorg vervuld over de
neiging om de openbare belijdenis naar een aanmerkelijk
latere leeftijd uit te stellen. Daardoor ontberen vele
jonge mensen de zegen van het heilig avondmaal, en
gewennen zij zich aan een kerkelijk leven zonder deel
name aan de heilige maaltijd'. Ds. Boonstra: „Het is dui
delijk dat van zo'n uitstel in de regel afstel komt'. Wat
dat betreft is misschien illustratief een vraag om advies
op één van de provinciale kerkvergaderingen, waar werd
gesproken over een klein aantal belijdeniscatechisanten,
waarvan een nog kleiner aantal maar belijdenis wilde
doen. Kon de rest nu wel een getuigschrift uitgereikt
worden door de kerk Als ze dan nog eens belijdenis
zouden willen doen, behoefden ze in ieder geval geen
catechisatie meer te volgen. Het advies hield onder andere
in contact met hen te houden. Misschien willen ze vol
gend jaar wél belijdenis doen'
De hervormde predikant in 's-Heer Hendrikskinderen stelt
daarom als volgorde: doop, avondmaal, belijdenis. Hij
realiseert zich dat men in ons land ,meer het piëtisme
heeft gevolgd dan Calvijn. Niet de eenvoudige cafe-
chetische voorbereiding en begeleiding, maar de persoon
lijke levensbeslissing werd doorslaggevend'.
Van de kant van de hervormde synode kreeg Ds. Boon
stra een brief, waarin men als zijn mening te kennen gaf,
dat men wat huiverig staat ten opzichte^ van experimen
ten, maar waarin men hem toch Gods zegen op al zijn
werk wenste. Tevoren werd in die brief gewezen op de
genezing van de verlamde, waarover de farizeeër* en de
wetgeleerden zich niet konden verheugen omdat hel
een verstoring van de bestaande orde was.
En prof Dr. A. F. N. Lekkerkerker (Groningen) zei in de
recente bijeenkomst van de classis Goes dat het stand
punt van de kerkeraad in 's-Heer Hendrikskinderen ,zeer
goed reformatorisch' was.
Ds. Boonstra hekelt de opmerking ,ik ben maar doop
lid'. ,Je bewijst de gemeente geen dienst door jonge
mensen van de maaltijd het avondmaal te weren. Het is
veel beter ze vroegtijdig te leren dat avondmaal te
vieren. Het avondmaal is niét voor de happy few'.
's-Heer Hendrikskinderen is niet de enige gemeente, waar
de zaak gaat spelen. Ook elders in Zeeland wordt deze
nieuwe bezinning op de verbinding van woord en sacra
ment, van doop, belijdenis en avondmaal, aan de orde
gesteld. De hervormde synode heeft daarom een com
missie, de commissie-Elderenbosch' in het leven geroepen,
niet om experimenten te verbieden, maar om na te gaan
hoe deze dingen kerkordelijk kunnen worden uitgedrukt.
Maar 's-Heer Hendrikskinderen is mét Purmerend wél de
enige plaats in ons land waar de toelating is gebonden
aan de catechese, juist om een duidelijke begeleiding te
krijgen en te geven: juist in de catechese zullen we
steeds proberen de jonge catechisanten al vroeg iets te
zeggen van wat het avondmaal voor de gemeente mag
zijn
,Te jong Begrijpen volwassenen wel wat er in het avond
maal gebeurt. Geloof is geen rationele zaak, De mondig
heid is nie- strikt een zaak van iemands rationele ver
mogens. Avondmaal leer je alleen door veelvuldig ge
bruik; je moet er in groeien'.
,Bij ons heeft het belijdenis doen van zijn geloof weer
het oude karakter van de confirmatie gekregen. Dan zegt
men ,ja' tegen zijn doop. Juist bij de confirmatie worden
wij sterk bepaald bij het priesterschap óller gelovigen.
Ik dacht dat dat een kostbaar reformatorisch erfgoed
HAPPY FEW
Als voordelen noemt hij onder andere, dat de .drempel
vrees' voor het avondmaal verdwijnt, het is in zijn ge
meente nu zelfs zo, dat jongeren ouderen méé nemen
naar het avondmaal. .Vooral in Zeeland is het nogal eens
andersom: blijf jij maar thuis, krijgen de jongeren te horen
van hun ouders als het avondmaal is'.
De binding aan de catechese is overigens wel een voor
waarde in 's-Heer Hendrikskinderen. Deze avondmaals
vieringen met doopleden zijn daarom niet een experi
ment om te experimenteren, maar ,er moet ruimte zijn
voor het experiment, anders gebeurt er niets en is het
in de kerk een zaak van op de plaats rust. Het is trou
wens volstrekt onjuist om altijd en eeuwig te wachten op
de sanctie van hogerhand. Die sanctie komt echter wél,
als het gebeuren van onderop, vanuit de gemeene zich
doorzet. Te weinig beseffen vele predikanten dat zij
pastor zijn en geen beambte in een kerkelijk instituut.
De kerkorde is daarom ook niet een motor, die de ge
meente moet voorttrekken, maar de kerkorde moet een
soepele begeleiding zijn van wat zich in een plaatselijke
gemeente aan levende krachten manifesteert'.
WILL J. VERKERK.
De avondmaalscollecte van de hervormde gemeente in
's-Heer Hendrikskinderen gaat in het vervolg naar de
.Wilde Ganzen'-acties van het IKOR (radio- en tv-oecu-
menisch dus wereldformaat). Aan die avondmaalsbijeen-
komst zitten ook doopleden als volwaardig gemeentelid
aan. Het geld voor de Wilde Ganzen (zie vignet hierbij)
komt dus van ouderen én jongeren (vanaf circa 14 jaar).
Over die toelating van doopleden tot dat avondmaal
een novum in de hervormde kerk leest men elders op
deze pagina.
Dit engagement met de IKOR-acties, een engagement met
de nood van de mens waar ook ter wereld, is voor ons het
belangrijkste aspect van deze avondmaalsdiensten in
's-Heer Hendrikskinderen. Ds. Boonstra zegt hierover: ,de
gemeente én de jongeren begonnen erover ,hoe kan
zo'n dienst een dienst van barmhartigheid zijn als we de
gaven voor onszelf houden In de avondmaalsdiensten
wordt thans de tekst van de radioactie op de betreffende
zondag van de kansel af gelezen, zoals vorige week die
over een zendingspost in Tanzania. De opbrengst was
130,20. Andere opbrengsten waren 1Ó3,130,
en 120,Het gemiddeld aantal avondmaalsgangers in
de (nog) zes H.A.'s in de Peperbus' te 's-Heer Hendriks
kinderen is 110.
&0RTGEZEGD
Dertig protestanten hebbt 'erwijl
paus Paulus tijdens zijn bezui n Ge
neve de mis opdroeg in stih jSbeden
bij een eenvoudig graf til de oude sl.ad
ivaar een metalen plaatje met; de let
ters J. C. aangeeft, dat deze plaats
wordt beschouwd als het graf van Jo
hannes Calvijn. Het stadsbestuur had
toestemming gegeven voor latere slui
ting van de begraafplaats - vijftig
minuten, opdat de protestanten gelijk
met. de paus konden bidden. Wat ze heb
ben gebeden is met bekend.
Er werden er totaal 1,17.21,0 31S.S58 in
1061) voor S 2.080.91/3 (in 1967
1.655.972) verspreid. Men hoopt dat
de nieuwe Indonesische bijbelvertaling
in 1970 voltooid za.l, zijn. Aan 't wereld-
budget van de Wereldbond van bijbel
genootschappen ten behoeve van die ge
bieden waar het nationale bijbelgenoot
schap hulp nodig heeft van het buiten
kind heeft het NBG in 1968 f 1,1,2.700
bijgedragen en voor 1969 551.750 toe
gezegd. Het Indonesische bijbelgenoot
schap verzocht assistentie voor haar
drukkerij en de produktieleider van hei
NBG zal als adviseurs twee jaar assi-,
stentie gaan verlenen.
Onder de studenten van de katholie
ke universiteit in Nijmegen wordt op
het ogenblik actie gevoerd met het doel
,het universiteitspastoraat te democrati
seren, de huidige crisissfeer te doorbre
ken en nieuw elan te brengen in het
kerkelijke werk'. Verlangd wordt dat 'n
pastoraatsvergadring wordt uitgeschre
ven, waarbij iedereen spreek- en stem
recht heeft en waarbij uit eigen omge
ving een pastoraatsbestnur wordt geko
zen. Dat telkens voor een jaar 'wordt
benoemd. Er is dan geen plaats meer
voor hel huidige kerkbestuur. In een
rondschrijven van een actiecomité wordt
ervoor gepleit dat het universiteits-
pastoraal wordt omgebouwd van ,een
ernstig service-instituut voor religieus-
behoeftigen' tot een groep actieve men
sen die geen genoegen nemen met haal
bare compromissen'.
De International and ethical union
waarbij hef. humanistisch verbond is
aangesloten) zal de contacten met de
ma rxistischehumanisten voortzetten.
Tijdens een in Utrecht gehouden ver
gadering werd besloten deel te nemen
aan een officiële ontmoeting met mar
xistische humanisten, die van 11 tot 16
augustus zal worden gehouden in Joe
goslavië.
Bij de International humanist and ethi
cal union zijn 33 humanistische organi
saties uit alle delen van de wereld aan
gesloten.
Zeven Barcelonese geestelijken heb
ben zich opgesloten in het seminarie van
de Catellaanse hoofdstad en zijn een
hongerstaking begonnen. In een brief,
die zij aan de aartsbisschop van het.
bisdom, deden toekomen, verklaarden zij
dat zij tot deze actie waren overge
gaan uit- solidariteit, met hun vijf Bas-
Jcische collega's, die een hongerstaking
van 81 uur hielden, die beëindigd werd
toen militaire rechters hen gevangen
lieten zetten.
De zeven geestelijken in Barcelona wij
zen er in hun brief vooral op dat de
redenen die hun Baskische collega's tot
hun actie voerden, ook voor de rest
van Spanje gelden. Zij beschrijven de
ze redenen als volgt in de brief aan
de aartsbisschop: /Een vertrokken en
onvoldoende berichtgeving over de mis
handelingen van politieke arrestanten
door de politie tijdens ondervragingen;
het feit dat. politieke gevangenen en
gewone misdadigers in de gevangenis
sen over één kam geschoren worden
het feit dat. er een speciale rechtgevinq
bestaat voor politieke gevallen; en de
systematische onderdrukking van rech
ters, arbeiders en intellectuelen'.
De Barcelonese geestelijken voegen
daaraan toe dat zij ontzet zijn door de
houding die de meeste Spaanse bisschop
pen aannemen: ,Een kerk die zich on
gevoelig toont voor het lijden van zo
vele mannen en vrouwen; die optreedt
als medeplichtige van de machthebbers'
die het volk onderdrukken, en die zich
systematisch aan de zijde van de macht
hebbers stelt, hoewel er meer dan ge
noeg evangelische beweegredenen zijn
om het machtsmisbruik openlijk 'en
met durf aan de kaak te stellen'.
De zeven priesters stellen verder vast
dat zij weinig hoop meer hebben op een
openlijke verklaring van de Spaanse
bisschoppenconferentie in de sin die zij
Een Columbiaanse geestelijke, pa
ter Manuel Alzate, heeft op een stu
dentenbijeenkomst in de stad Perena
volgens het blad Pil Tiempo' gezegd,
dal de Columbiaanse kerk zich Tos moet
maken van het Vaticaan. Paus Paulus
was ,een agent van het imperialisme'.
De kerk in Columbia moest alleen haar
eigen hiërarchie gehoorzamen, aldus pa
ter Alzate, bijgenaamd le rode pastoor'.
De paus in Genève. Dat klinkt nog altijd wat onwennig, maar toch is het deze week ge
schied. Al is hij niet zo heel ver van huis geweest, voor de paus zelf moet het toch wel zó
geweest zijn dat hij gegaan is met het gevoel dat Genève verder weg ligt dan Jerusalem en
Bogota. Wanneer het gaat om de tegenstellingen die de kerken in de voorbij gegane eeuwen
hebben beheerst, zal allereerst die van Rome-Genève in onze gedachten komen, want de
diepste verschillen in de christenheid liggen tussen de kerk die vanuit Rome wordt ge
regeerd en die, welke zijn voortgekomen uit de calvinistische reformatie van Genève.
Nu is de reden van 's pausen bezoek niet aller
eerst geweest aan het kerkelijk Genève. Deze
stad heeft trouwens tegenwoordig een in meerder
heid rooms-katholieke bevolking tengevolge van
de vele arbeiders die uit andere delen van Zwit
serland en uit Italië naar hier zijn verhuisd. Het
eerste bezoek dat de paus heeft afgelegd betrof
de Internationale Arbeidsorganisatie die haar
vijftigiarig bestaan herdenkt. Hier heeft de paus
zijn eerste rede of toespraak gehouden, de eerste
in een lange rij op de 10e juni. Bij deze organi-
Gemeten naar de lengte van zijn bezoek als ook
satie zijn ook vele r.k. organisaties aangesloten.
door het feit dat dit onderdeel het eerst op het
programma stond van deze drukke dag, mag men
wel afleiden dat dit het voornaamste doel van de
buitenlandse reis van de paus is geweest. Voorts
is hij ontvangen op het stadhuis in Genève en
daar zijn de gebruikelijke woorden gewisseld.
De paus is nog altijd officieel een van staats
hoofden op onze aarde, al is zijn staat dan ook
een van de allerkleinste, en alzo past het dat hij
officieel als zodanig wordt ontvangen. Tussen alle
bedrijven door moest er nog een ontmoeting met
keizer Haile Selassie van Ethiopië worden ge
arrangeerd. Ook deze regerende vorst was in
Genève vanwege dat vijftigjarig jubileum. Gezien
de plaats die de Negus tegenwoordig in Afrika
inneemt, en gezien de komende reis van de paus
naar dit werelddeel, zal deze ontmoeting mis
schien wel meerdere betekenis hebben gehad dan
uit de officiële verslagen blijkt. Dat de Zwitserse
bisschoppen en de vertegenwoordigers van inter
nationale r.k. organisaties gelegenheid zouden
krijgen om hun opwachting te maken, is een van
zelfsprekende zaak. Betekenis heeft deze ont
moeting overigens niet gehad. Daarna vond het
bezoek plaats aan ,de hoofdzetel van de Wereld
raad van Kerken'. Teveel tijd kon hiervoor niet
worden vrijgemaakt. We hebben via radio en
televisie enkele flitsen van hetgeen hier gebeurd
is, gezien en gehoord. Zij die hier leiding geven
hebben netjes in de rij gestaan en zij hebben ge
sproken en gedaan wat er van hen werd ver
wacht. En toen was, op de mis in open lucht in
een van de parken van Genève na, het bezoek
van de paus ten einde en daarmede tevens zijn
vierde buitenlandse reis.
Met die pauselijke reizen zit het maar wat moei
lijk. Dat komt mede daaruit voort dat hij niet al
leen komt als het hoofd van een kerk, maar tevens
zoals reeds gezegd als hoofd van een staat.
In zijn eigen kerk is de bisschop van Rome reeds
gebonden aan allerlei regels. Kardinaal Suenens,
de primaat van België, heeft daarover onlangs
zijn hart gelucht. Maar als hoofd van de staat
komen er nog een heleboel protocollen bij. De
opvolger van Petrus, die zich naar de apostel
Paulus heeft genoemd, kan zo maar niet rond
lopen als deze apostelen hebben gedaan. Dat
kan hij op het Vaticaan al niet en dat kan hij
nog veel minder wanneer hij naar het buitenland
gaat. Zijn eerste reis is daarvan een schoon voor
beeld.
Als pelgrim wilde de paus het Heilige Land be
zoeken om daar te bidden op de heilige plaatsen.
Het was hem echter volkomen onmogelijk om
gewoon ter pelgrimage te gaan. Hij moest toen
nog zijn, zowel in Jordanië als daarna in Israël
en dat, terwijl hij de staat Israël nog nooit erkend
heeft. Ergens in de buurt van Jenin is hij toen
de grens overgesmokkeld. In Israël is zijn bezoek
niet gemakkelijk geweest; misschien toch wel eer
lijker dan in Jordanië, waar hij uitbundig is toe
gejuicht. 's Pausen bezoek aan Bogota heeft veel
kritiek uitgelokt reeds eer hij vertrok en nadat
hij op het Eucharistisch Congres gesproken had,
is die kritiek aangezwollen tot een kleine storm.
Ook wanneer hij zijn mond opendoet, heeft de
paus het niet gemakkelijk.
Er is ook het een en ander aan vooraf moeten
gaan eer de reis van de paus dit keer in kannen
en kruiken was. Er moesten ook nu weer allerlei
regels en protocollen in acht worden genomen.
Het moeilijkst heeft dit blijkbaar gelegen bij het
bezoek aan de Wereldraad der Kerken. De paus
zou de wens daartoe hebben te kennen gegeven
maar volgens de regels van het Vaticaan komt
de paus alleen wanneer hem daartoe een ver
zoek bereikt en toen heeft de secretaris-gene
raal van de Wereldraad hem een uitnodiging ge
zonden. Wanneer we zo lezen: ,De ontmoeting
is met de grootste zorg voorbereid, in alle bij
zonderheden!, dan kunnen we wel vermoeden
welk een wikken en wegen hieraan is voorafge
gaan. En zo is heel dit bezoek verlopen, in die
tevoren geplande sfeer We moeien ons geen
voorstelling gaan maken dat er door dit officiële
bezoek iets zou zijn veranderd.
Laat men echter uit het voorgaande nu niet op
maken dat wij de ontmoeting van de paus van
Rome met de leidinggevende figuren uit de We
reldraad in Genève zonder betekenis achten. Met
dit bezoek is een overgang tot een andere hou
ding tegenover elkaar, officieel bevestigd. Toen
in 1948 de Wereldraad van Kerken werd opge
richt, heeft de toenmalige paus vanuit Rome alleen
maar waarschuwende geluiden laten horen. Aan
niemand van zijn kerk werd toestemming ver
leend als „waarnemer" daar aanwezig te zijn.
Via het achterdeurtje van de pers hebben enkele
bekende, oecumenisch gezinde rooms-katholieken
de zittingen bijgewoond. Wanneer we daaraan
denken is er in die 21 jaar, welke sindsdien zijn
verlopen, heel wat veranderd. Zelfs 10 jaar ge
leden zou men zulk een" bezoek van de paus vol
komen onmogelijk hebben gehouden. De secre
taris-generaal heeft de paus met vriendelijke
woorden verwelkomd en de paus heeft met even
eens vriendelijke woorden geantwoord. Pijnlijke
zaken zijn vermeden. Toch is en blijft dit bezoek
iets dat voor alle kerken van betekenis is. Ik zou
wel eens willen weten wat er allemaal op het
Vaticaan overwonnen is moeten worden eer de
paus als onderdeel van zijn Geneefse reis ook de
Wereldraad van Kerken kon opnemen. Er is echt
STEMMEN UIT
DE KERKEN
iets aan de hand tussen dit Rome en dit Genève.
Doch dat er iets aan de hand is, komt waarlijk
niet van die toppen', maar het is opgekomen van
uit het grondvlak dér kerken. Terwijl men in da
toppen nog zat te dubben wat zou kunnen en ter
wijl men hier belemmerd werd door de last van
het verleden, is men op het grondvlak der kerken
z'n gang gegaan en men heeft zich daar niet veel
aangetrokken van presbyteriaal en episcopaal en
daarmee is er iets in beweging gekomen, zodat
er nu reeds veel meer contacten zijn tussen Rome
en Genève dan we 20 en T0 jaar geleden hadden
durven dromen. In Rome is er een secretariaat
voor de eenheid der christenheid en er zijn ge
regelde ontmoetingen tussen de Wereldraad en
de door de paus daartoe benoemde commissie.
Zelfs werken rooms-katholieke theologen volop
en van harte mee in de commissie van de Wereld
raad voor geloof en kerkorde en deze zijn daar
toe officieel vanuit Rome aangewezen. Niet dat
we aan het bezoek dat de paus aan het secre
tariaat van de Wereldraad op zich zelf grote be
tekenis toekennen. Betekenis heeft dit bezoek
echter toch wel, al is het meer een indirecte dan
een directe. Hiermee wordt bevestigd wat in de
onderste lagen der kerk reeds een gewone zaak
is, dat de een de ander erkent, gewoon alj
christen en daar is het geen vraag meer of men
andere geloofsgemeenschappen als kerk kan er
kennen.
Kardinaal Suenens van Mechelen heeft in een
vraaggesprek met een redacteur van het Franse
tijdschrift „Informations Catholiques Internatio
nales" de huidige structuur van de R.K. Kerk aan
een grondige kritiek onderworpen en hij heeft
daarbij de Romeinse Curie niet gespaard. Hij
heeft dat gedaan omdat er zijns inziens zulk een
grote afstand is gekomen tussen de leiding
gevende instanties in Rome en de bisschoppen,
priesters en leken. Over de hartekreten die
Suenens geslaakt heeft, een volgende week. Het
is interessante lectuur. In dit verband krijgt het
officiële bezoek van de paus aan de Wereldraad
van Kerken toch een bepaalde achtergrond.
H.
Een goed begin is het halve
werk
Morgen is het ,onze' dag. De
kinderen zullen al vroeg op
vallend bedrijvig zijn. 't Is im
mers VaderdagHet cadeau
was dit keer geen probleem.
Moeder vond, dat het een
nieuwe wekker moest zijn. De
oude had een paar keer
diensten geweigerd met alle
gevolgen van dien. De nieuwe
kan nu haarfijn afgesteld wor
den: geen minuut te vroeg of
te laat. In een minimum van
tijd kan een maximum ge
beuren.
Nu staat in Psalm 5; Here, des
morgens hoort Gy mijn stem
des morgens leg ik het U voor
en zie uit
Dat is dus ook een manier van
opstaan. En ongetwijfeld een
betere. Wij komen waarschijn
lijk niet of niet meer toe aan
een morgengebed; al hoop ik,
dat ik mij vergis. Wij zijn
's morgens vaak niet in een
al te beste stemming: 't is
's avonds vaak zo laat. 's Mor
gens moet je eerst bijkomen.
En lang niet elke dag lacht je
tegen.
Maar een goed begin is het
halve werk. Hoe drukker bezet
de dag was, des te meer tijd
scheen Luther te nemen voor
zijn morgengebed. Wij vinden
dat misschien zonde van de
tijd. Wij zijn van die rasechte
activisten. Met .stille tijd'
weten wij nauwelijks raad.
Maar intussen zyn wij wel
zielige mensen aan het worden.
Het is ons aan te zien, dat w\j
de stilte niet beminnen. En de
mensen merken het aan ons.
V/ij komen zo weinig toe aan
onszelf, en aan onze naaste;
aan onze vrouw, cmze kin
deren.
Zodra wij het contact met de
Here God verliezen, raakt in
ons leven veel van zijn plaats.
Des morgens hoort Gij mijn
stem: als je het niet meer ge
wend bent, is het in het begin
een zoeken en tasten naar
woorden.
Des morgens leg ik het U voor:
het is niet uitgesloten, dat er
het een en ander in je dag
program gewijzigd wordt De
dag met God beginnen is lang
niet zonder risico En je moet
er zo ongeveer een kwartier
vroeger voor op. Toch is het
geen verloren tijd: je wordt
er een ander mens van!
Yerseke. A. J. de Bue.