OLGA BIAFRAANSE VLUCHTELINGENKINDEREN ONTKOMEN DE OORLOG DOOR DE LUCHT Uw matros Fabery de Jonge PILOTEN VOEREN WARE KUNSTSTUKJES UIT Legerkamp Baraka Werkwoorden Win met de 'n kwart miljoen aan prijzen! DONDERDAG 12 JUNI 1969 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 17 f ADVERTENTIE) Koop 'm en win fl. I.OOO.- DOKTERSVROUW VERTELT OVER LEVEN IN GABONESE OPVANGCENTRA (I) LIBREVILLE (Gabon) Haast ,met de pen aan de mond' geeft doktersvrouw Erna Gianotte-van de Berg in twee afleveringen im pressies van het leven van Biafraanse vluchtelingenkinderen, die de dans van het teisterende oorlogsgeweld in hun geboorteland ont sprongen en die hun gemoedsrust in redelijk toegeruste kampen in de omgeving van de hoofdstad van Gabon, Libreville, kunnen terugwinnen. Van zeer nabij beschrijft zij welk stempel de ellende op de kinderen achterliet. Maar ook spreekt uit haar verhaal hoe de spontaniteit en speelsheid, van nature, geleidelijk aan in het kind terugkeren. Na enkele weken kampverblijf bevrijdt het vluch telingenkind zichzelf al enigszins van de drukkende angsten, die het kortgeleden nog moest ondergaan. Het naaste buurland van Biafra, Gabon, betekent namelijk voor honderden, zelfs duizenden en duizenden Biafraanse vluchtelin genkinderen een veilig onderkomen in de wrede oorlog tussen Biafra en Nigeria. Terwijl de hele wereld weldadige hulpacties op touw zet, zit men ook dicht bij huis niet stil, want dag in dag uit staan medische hulptroepen van het internationale Rode Kruis en andere organisaties klaar om vele hulpeloze slachtoffers aan het front te onttrekken. In het holst van de nacht vertrek ken zo frequent mogelijk vliegtuigen mot bestemming Gabon om grote of kleine groepjes Biat'raantjes in vei ligheid te brengen. Uit aUe delen van Biafra worden de vluchtelingenkin deren gehaald, want het zijn vrijwel allemaal loslopende, meestentijds ouderloze kinderen. Om niet de aan dacht van de vijand te trekken moe ten de vliegtuigen vau onverlichte, improvisorische banen, in feite een autoweg, opstijgen, hetgeen de nodi ge gevaren en risico's voor de piloten met zich meebrengt. Erna Gianotte: .Ze halen werkelijk kunststukjes uit' Eindbestemming van de vluchten is de speciaal voor de Biafraanse kin deren ingerichte opvangcentra en -kampen, waar hen een nieuw be staan in een prettiger leefklimaat wacht. Met drie van deze kampen brengt Erna Gianotte ons nader in contact. Het zijn: de .Baraka', waar vooral veel gezonde kinderen wonen, de .Pouponnlère. waarin baby's en peuters zijn ondergebracht en de .Gué Gué'. het kamp waaraan te vens een ziekenboeg is verbonden. Gué Gu, gevestigd in een vreemd soortig halfrond gebouw, was oor spronkelijk een oefenschool van de Gaboneze politie. Pouponnière was voorheen het privé buitenhuis van de Gaboneze minister van binnenlandse zaken Mickulé. die het voor dit doel .welwillend' afstond. Achteraf bleek het volgens Erna Gianotte niet zó welwillend te zijn. want hij eiste het buitenverbijf op een gegeven mo ment weer op en wilde dat er aller lei té dure veranderingen in werden aangebracht. Als contractanten van de stichting Erna G-ianotte-Van ae Berg legt in een verloren uurtje de gebeurtenissen voor haar dag boek vast. .Terre des honmes' kozen Erna Gianotte-van de Berg en haar man dokter Woet Gianotte, voor Gabon om daar hun kennis en kri.clit.en in dienst van een nog steeds hopeloze situatie te stellen. Dokter Gianotte v ertrok als arts en leider van een medische equipe; Erna Gianotte wil de als onderwijzeres de Biafraanse vluchtelingenkinderen op enigerlei wijze proberen nuttige stof voor hun Verdere leven bij te brengen. In dagboelrtrant geeft doktersvrouw Erna Gianotte onderstaand een ,live' verslag van het. leven in de kampen. Het zijn slechts momentopnamen, maar zij staan garant voor do re- gebnaat. Gistermiddag meegeholpen met de polikliniek op Gué Gué, ons grootste kamp. prachtige vertoning is dat. De dokter achter een houten tafel, ik zittend op een tafelpunt en tussen ons :n een bak vol kleverige tubes, potjes met pillen, flesjes met drup pels, een grote schaar en twee kleu ren lint: rood voor de zieken, geel voor de halfzieken. Achter hem een lange rij harrewarrende patiëntjes. De groteren, dié zich niet lekker voelen, komen uit zichzelf, de klein tjes zijn gestuurd door nurses en onderwijzeressen die ze volgens een simpel criterium selecteren: als de kinderen niet eten. niet spelen en warm aanvoelen, zijn ze hoogst waarschijnlijk bezig ziek te worden. Het gaat meestal wel op. en degenen die simuleren of niets hebben, krijgen een staalpil zodat ze toch het gevoel hebben, dat er iets aan ze gedaan ls. De kinderen worden snel één voor één afgewerkt. Af en toe deelt .mondocteur" een flinke mep uit als ze al te vervelend met elkaar staan te vechten in de rij. Ik deel grote hoeveelheden aspirines uit en hoesttabletten. Achter me staat een gedeukte kan met water, waar ik steeds- twee bekertjes mee vul, zodat de kinderen hun medicij nen kunnen wegslikken. Sommigen doen het achteloos: vier, vijf pillen tegelijk met één slok water, ande ren zitten eindeloos te pruimen met een half aspirientje en spugen het tenslotte toch nog uit ook. Ik heb al geleerd in dit geval hardhandig op te treden en duw het er met eeii gedecideerd gebaar weer in: er is geen tijd om het met slinkse grapjes ie doen, bovendien zouden ze je niet snappen. Hier een oor, dat ingedi-up- peld moet worden, daar een lelijke wond die behandeld moet worden. De meeste kinderen laten zich onbe wogen helpen en geven geen kik. ook met als het toch pijn moet doen. Een enkeie wordt met een rood lint om de hals en een .gebruiksaan wijzing' voor verdere behandeling naar de ziekenzaal gestuurd. De kin deren met gele linten hoeven niet naar bed maar worden de komende dagen wat meer in de gaten gehou den en. indien nodig, toch nog van een rood'lint voorzien. Deze nrddagpolikliniek speelt zich buiten af, onder een afdak. Om ons heen zit een aantal kinderen in klasjes. Een van de teachers is bezig de ha ren te knippen van de kinderen, in een ander klasje wordt kennelijk iets aan taal gedaan maar erg veel fut zit er niet in het geheel. Achter me staat een joch de wacht te houden bij de kan water. Als die leeg is. rent hij ermee weg en komt even later met de tong uit de mond en knikkende knieën weer met een gevulde kan aanzeulen. Als de polikliniek klaar is, gaan de kinderen zwemmen, de zee is aan de overkant van Gué Gué. maar eerst moet een 'drukke snelweg overge stoken worden. Een van dé kleintjes komt bijna onder een auto, we horen f Mende banden. Dat alles vlak onder e ogen van een Biafraanse teacher. Woedend holt de dokter bij zijn po likliniek vandaan, die hij bezig was op te ruimen, om haar de huid vol te schelden en te zeggen, dat de kin deren in het vervolg alleen maar mogen oversteken ais één van de Europeanen erbij is. Het is name lijk niet de eerste keer, dat zoiets gebeurt. Deze middag igaan we met z'n twee- en naar het militaire kamp, waar ook een groot aantal Biafraanse kin deren is ondergebracht. Momenteel zitten er een paar kinderen van Gué Gué want zij beschikken daar over meer gespecialiseerde artsen en heb ben een betere outillage, zodat on ze erastlige gevallen vaalt voor een poosje naai- dit kamp verhuizen. De kinderen, die de afgelopen weken met Rode-Kruisvhegtuigen uit Bia fra zijn geland, bevinden zich ook allemaal hier, Niet in de laatste E laats omdat onze kampen vol zijn. ben er nog nooit geweest en loop even later n.euwsgierig tussen de grauwe legertenten te dwalen. He', doet allemaal goed georgani seerd f i en er lopen heel wat men- se.i. vooral mannen, rond. die hier kennelijk allemaal een vaste taak hebben Heel wat anders dan Gué Gué bij ons. maar wat een verschil met .onze' kinderen! Het gros hier is verschrikkelijk ma ger en maakt een angstige indruk. Hun hoofden zijn kaalgeschoren. Ze doen me denken aan Joodse kinde ren op oorlogstekeningen. Hun kle ren zijn splinternieuw en schoon, wat juist Dii deze kinderen onna tuurlijk aandoet. Het zijn typisch gekregen kleren. Ze spelen nauwe lijks en komen met naar me toe, integendeel, als ik toenadering zoek. reageren ze een beetje achterdoch tig. Voor me zie ik de kinderen, van wie ik net kom: hun smoezelige kleurige jurkjes, hun wonderlijke roze met wit gestreepte strech' hansoppen, de meeste kleren te groot of te-klem met ontbrekende knopen, de meeste kleintjes zonder ondergoed, maar met ronde gezichtjes, flemend om een liefkozing ruziënd en spelend .met elkaar, hollend en dravend als de dokter eraan komt in zijn auto. Maar hoe kort geleden waren de kin deren uit diit militaire kamp nog in Biafra, hoe kort geleden hebben ze afscheid moeten nemen van hun ouders, als ze die nog hadden en hoe vers zal al die oorlogsellende nog in hun geheugen liggen. Voor hun is het krijgen van een flinke portie eten, elke dag weer opnieuw, nog he lemaal geen vanzelf^>rekende zaak. En nu die hele reeks blanke mensen, die zich met hun bemoeit die hun hoofden kaal knipt en ze andere kle ren geeft, hoe kunnen ze dat alle maal in die korte tijd verwerken? Op mijn zwerftoahten tussen de ten ten dóe ik een macabere ontdek king: een tent vol kleine ruwhouten doodskistjes, met kruisen erop. in verschillende maten, van heel klein tot iets groter toe maar allemaal voor kinderen bestemd Ik realiseer me, dat in dit kamp het sterftecijfer, heel wat hoger moet liggen aan in onze kampen. Als ik terug ga naar de kinderen, sluit ik, na enkele voorzichtige po gingen, vriendschap met een klein meisje. Ze is zo mager, dat ik haar ribben heel duidelijk door haar jurk je kan voelen als ik haar optil. De rest van de middag sjouw ik met haar rond, ze is zo licht als een veertje en haar beentjes klemmen zich stevig om mijn middel vast, zo dat ik haar amper hoef te tillen. Eindelijk ontdek ik een jongetje dat Engels spreekt, hij neemt me mee naar zijn tent, laat me zijn bed zien en wijst me trots een stapel rode en bladwe pyama's aan. Binnen een mum van tijd sta ik alle jongetjes van deze tent in pyama- broeken te hijsen, hoewel het pas vier uur 's middags is. Een grote jongen van minstens vijf tien jaar, zit in een hoekje van de tent wat wezenloos met een gummi babyhondje te spelen. Om de paar seconden knijpt hij erin en dan piept het. iedere keer weer opnieuw in een eindeloos herhaald ritme. Midden in ons gesprek zegt mijn speciale vriendje in moeizaam En- eels .1 love you'. Ik voel dat dit een hele belangrijke liefdesverkla ring is en antiwoord: ,1 love you too, reaT I do.' Hij vraagt me of Ik terug kom en ik voel mezelf een lafaard als ik ,ja' zeg en het niet eens zeker weet. Als we, /eggaan, moet ik het kleintje loslaten. Ze begint te huilen. Is dat half uurtje geborgenheid dat :k haar heb gegeven toch niet belang rijker dan deze vijf minuten ver driet? Ik wil absoluut nog een keer naar dit kamp gaan. Misschien heb ben ze me een beetje nodig. Na een poosje ce kat uit de boom kijken, acclimatiseren en Natasja. onze anderhalfjarige dochter verzor gen. die wat aan het kwakkelen is. weet ik zo'n beetje hoe het huishou den verloopt en ga ik een mogelijk heid zoeken om les te geven op eén van de Biafraanse kampen. Ik ben tenslotte niet voor niets onderwijze res. Baraka is het geschiktst daar kan ik lopend met Natasja naar toe gaan. De kinderen zijn er allemaal gezond, behalve een enkele die eens een dag koorts heeft of een grotere groep, die een gewone kinderziekte krijgt. Het medische zerk is dus niet zoveel en kan door één verpleegster gedaan worden. .Maar gezonde kinderen moeten be zig gehouden worden, zeker als eri eigenlijk te weinig speelruimte is. Wel zijn er een paar Biafraanse on derwijzeressen 's ochtends een paar uur les geven. Eigenlijk is dat niet genoeg,"want 's middags is er' geen school en zaterdags helemaai niet. Bovendien wordt er lang niet altijd op tijd begonnen. Wel zingen en dansen de kinderen veel en dat doen ze geweldig, ze begeleiden zich zelf met handgeklap en voeren de bewegingen heel gelijkvormig en soe- Eel uit, hun lichamen ritmisch mee- ewegend. De melodieën die ze erbij zingen, zijn vaak eentonig en komen steeds op hetzelfde thema terug maar ze zijn heel intrigerend; zelf heb ik jaren lang allerlei soorten danslessen gehad, van Zhildameri- kaans tot jazz-ballet toe en ik word iedere keer weer laaiend enthousiast als ik deze kinderen zie dansen. Maar voorlopig zal ik me eerst tot het geven van wat Frans bepalen, want dat is hier in Gabon de voer taal en daarom ga ik eerst eens een kijkje nemen op Baraka om te zien hoe de dagindeling is, en in welke groepen er gewerkt wordt. Er zijn drie groepen: de hele klein tjes van 2 tot 5 jaar, die zich nog niet hoeven te bekommeren om som metjes en taal, maar er wel vaak met hun nieuwsgierige snoetjes bij zitten en getolereerd worden zo lang ze niet schreeuwen. Dan de grootste groep van 5 tot 10 jaar. deze heeft echt .school', zit op lan ge houten balken op de zandgrond en leert wat lezen, rekenen' en krijgt een soort bijbelse geschiede nis. Dan een klein groepje 10-13 jari gen, ze bestaat iftt de oudsten. Ze ifetjes' in de pas begeeft een groep Biafraantjes zich school- waarts. Biafraanse vluchtelingenkinde ren leren elkaar het ritme en de stijl van de volksdansen. Ze beginnen op de knieen. zitten ter weerszijden van een houten tafel op twee echte banken en heb ben zelfs schriften voor Engels en rekenen. De meesten van hun kun nen dan ook een beetje Engels spre ken en begrijpen. Het studiepeil en tempo zijn heel verschillend en de omstandigheden waaronder gewerkt moet worden, zijn uiterst primitief: de kinderen zitten buiten onder een soort afdak en tegenover de tafel staat een groot schoolbord tegen een vermolmd hek aan. Toch geniet ik inwendig van dit geïmproviseerde gedoe, ook al wordt net les geven bemoeilijkt door een menigte kleine peuters, die me nieuwsgierig aangaapt en vlak om me heen gaat staan, zodat ik bijna over ze struikelen als ik wat op het bord moet schrijven. Over de rand van het hek. staan meestal wel een paar Gabonnezen te kijken, die me op Franse spelfouten attenderen en alles nieuwsgierig be kijken. Het mooist van alles is een twee- Jarige dikke baby, die als een wel gedane Boeddha midden op de tafel zit en met een onverschillig smoel tje mijn hele betoog volgt. ,It 's a spoiled one verzekert een van de .teachers' me. Ik vind het allang best als het kleintje maar niet be gint te schreeuwen en dat doet ze gelukkig bijna niet. De kinderen vinden mijn Franse lessefl machtig interessant en ook hun onderwijzeressen leren hard mee. De eerste keer leer ik ze tellen tot tien en maak er later een soort lied je van met handgeklap en voeten gestamp. Twee keer per dag ga ik in het vervolg naar Baraka toe: 's morgens als Natasja slaapt en tegen het eind van de middag maar dan neem ik haar mee. 's Middags is er ook vaak tijd over voor wat spelletjes, vooral hinkelen vinden ze prachtig. In de loop van een suintal dagen zijn de kinderen al een heel eindje gevor derd niet hun Frans: ze tellen tot 50, vervoegen een bcel stel werk woorden op ,er', dreunen de présent van .avoir' op, zingen Franse liedjes en kennen een aantal dierennamen. Die. heb ik eerst op het bord voor getekend, zodat ze ze over konden nemen. Dat is weer eens wat an ders dan soldalen met geweren dro vrijwel hun enige onderwerp vormen en die ze zelfs niet stokjes in het zand tekenen. Dat is overigens hun enige (onbewuste) uiting van de Biafraanse oorlog, uit zichzelf spre ken ze er nooit over. Ik beloof ze een eigen Frans schrift als ze goed hun best doen. En met grote IJver storten ze zich op hun lesjes. Ze krijgen er bijna allemaal een en wat zijn ze er gelukkig mes*! .Sommigen van hun nemen de stof geweldig goed op en dat, terwijl het Engels waarin ik ze toespreek, toch ook niet gemakke lijk voor hun moet zijn. Maar dan wordt" Natasja weer ziek, ik moet mijn lessen opschorten tot een nader te bepalen datum. Het kost me moei te mijn gebondenheid aan huis t« aanvaarden. Een paar dagen later gebeurt er iets fijns op Baraka. Er is een brief uit Biafra gekomen van ouders, die weten dat hun zoontje in een .Terre des Hommeskamp moet zijn en ons vragen zijn zusje dat .ergens' ln Li breville verblijft, op te sporen en de kinderen bij elkaar te brengen. Een sociaal werkster wordt inge schakeld. Het gaat oni een Jongetje van 6 jaar in Baraka en een meisje van 6 Jaar dat mogelijk in een kloos ter is. Op een zonnige zaterdagmiddag zet ten we het jochie ln onze auto ea rijden naar het aangeduide klooster. Hij vindt het heerlijk in de auto en kijkt zijn ogen uit al heeft hij geen idee waar we hem naar toe brengen. We hebben hem niets verteld, het risico is te groot dat we zijn zusje helemaal niet vinden. Na wat vragen en zoeken, vinden we de plaats waar het zijn moet: een wit gebouw met een rustige binnen plaats, overschaduwd door mangobo men. In de kerk ernaast wordt ge zongen. Er lopen een paar nonnen over de binnenplaats, een van hen, met een gezicht vol sproeten, staat ons te woord. Haar gez.cht staat bedenkelijk als we haar de situatie uitieggen; er zijn maar 6 Biafraan tjes hier. waarvan twee tijdelijk weg zijn. Ik ben teleurgesteld, de keus wordt nu wel erg klein. De non wenk de kinderen dichterbij, ze staan ons bedremmeld aan te kijken. We laten .ons" Biafraantje uit da auto stappen en houden de adem in. Ik zie alles cherp voor ine: zijn vuile blote voetjes die van de treeplank op ht asfalt stappen, z'n katoenen broek en jak, gemaakt van donkergroen legerg-oed, het zingen in de kerk en het ruisen van de bladeren. Een van de kleine meisjes blijft stokstijf staan, holt dan huilend met de armen vooruitgestoken op haar broertje toe. die zwijgend blijft staan, het hoofd naar beneden maar de tranen rollen over z'n gezicht. Hij krijgt meteen een stuk cocos- noot in zijn handen geduwd van haar. "We laten ze. dicht bij elkaar staand, achter. Ze zijn een beetje verlegen, als de eerste emotie achter de rug is, maar ook dolgelukkig dat ze weer bij elkaar zijn. ADVERTENTIE m. m MANCHETKNOPEN Een „gouden" geschenk dat altijd met „hem" meegaat. Vele modellen en uitvoeringen. Prijzen in goud vanaf f 90.-,. In goud op zilver vanaf f 12.50 JUWEUERS - H0RL0GERS - SINDS 183» 'l IANGE KERKSTR, 30 -TEL 5005 GOES i (ADVERTENT! Ei VU 'n Goede tip voor Vaderdag: zeg het met bloemen Met een royaal boeket. Of een potplant vol kleur. Goed idee! Hij is er vast blij mee. ADVERTENTIE w, Wie maakt de beste Seven-Up slagzin van zeven woorden? Haal nü een fles met deelnemers- formulier en spaar de woorden onder de doppen, 't Is makkelijk, 't is spannend. En iedereen kan meedoen, iedereen kan winnenl 'n Koel glas Seven-Up brengt u allicht op bruisende ideeën Sw*e-Up~ srri ~7UP" ar» re^liter fradamarks of th* S«vw-Op Compa-iy, 6t touts, Missouri. USX

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1969 | | pagina 17