Technicus
Wessel
Ganzevoort
Biafranen
geloven
dat
God
helpt
SCHOOLSTRIJD KREEG VERVOLG IN
SCHOOLVERZET TIJDENS BEZETTING
DE KERK TUSSEN
VERTIKAAL EN
HORIZONTAAL
VEERTIG
zaterdagnummer
UeM 17 mel 1969
B, dood heeft in Biafra verdriet over zijn eigen
Jerk Als je die doden allemaal ziet, die kapot-
„^.kinderlijkje., den is he. niet meer de mens,
die hier bezig is. Je vraagt je af of de hele wereld het
slachtoffer is van een moloch, van de groten' der
aarde Het sterkste wapen is hier misschien wel het
gebed. Er moet niet alleen een nachtelijke luchtbrug
met voedsel zijn, maar ook een gebedsbrug'.
Da' zeqt de 29-jarige Wessel Ganzevoort, die pas terug
is van z=ven maanden Biafra, als technicus in dienst van
«Wereldraad van Kerken. Hij werkte er onder leiding
«n de arts Middelkoop. Wessel Ganzevoort heeft ook
dotter Acri Voorhoeven, dochter van ds Voorhoeve uit
Chezande van nabij in haar werk meegemaakt. Hij had
de zorg'voor de voertuigen, waarmee het hulpwerk van
de Wereldraad in Umuahia en omgeving wordt vericht:
jeeps vrachtwagens. Wessel Ganzevoort is de zoon van
^gereformeerde predikant in Rotterdam, die ook werkt
'm Hoboken hij Antwerpen.
Wij troffen hem bij dominee Voorhoeve in Ovezande.
f=;'spreekt Ganzevoort over de toestand in Biafra en
destnjd met Nigeria, die volgens hem bepaald nog niet
in hel voordeel van Nigeria is beslist. Hij is niel de enige,
die dat vindt. „Alle Mede rlanders die inBiafra werken
zji ervan overtuigd, dat een militaire oplossing geen
oplossing zal bieden omdat Nigeria te maken zal
werken zijn ervan overtuigd, dat een militaire oplossing
onderdrukken is. Als er tenminste Biafranen overblijven.
Het is regelrechte volkerenmoord. Het begon enkele
laren celeden met 30 000. Het is fe vergelijken met de
concentratiekampen uit '40-'45, Ook hier gaat het om
een doelbewuste uitmoording van een heel volk. Dat
heeft: Jaggi, de vertegenwoordiger van het Rode Kruis
ook al gezegd".
Preekstoel washokje
Ganzevoort heeft de strijd in Biafra, de vernietiging
van menselijk leven, maar ook soms vertwijfelde pogin
gen om bijna len dode opgeschreven levens te redden,
van zeer nabij meegemaakt. Zijn taak was het rollend
De vrachtwagens moeten kunnen blijven komen met voedsel.
materieel ook rijdend te houden, de vrachtauto's, waar
mee het voedsel en de medicamenten van de vliegtuigen
na hun befaamde nachtelijke vluchten van het eilandje
Sao Tomé, naar de opvangposten wordt getransporteerd
En de auto's, waarmee de buitenlandse, overwegend Ne
derlandse, medici en het verplegend personeel, afgezon
derde posten bezoeken.
Met diezelfde auto's moeten velen van de ene plaats
naar de andere vluchten, worden geëvacueerd, als de
Nigerianen in hun jungleoorlog iets zijn gevorderd Met
diezelfde auto's komt men ook terug als de Biafranen
terreinwinst hebben beboekt. De evacuaties en trans
porten gebeuren overigens nooit in paniek, maar zeer
geordend en weloverwogen Na de evacuatie uit Umua
hia, waar het koningin ElïsabethhospitaaL is gevestigd,
het ziekenhuis van dokter Middelkoop en dokter Voor
hoeve, bestaat de Europese staf nog maar uit zes per
sonen: drie artsen, een verpleegster en twee anderen.
Men is er ondergebracht in een doorgangkamp voor
vluchtelingen. Adri Voorhoeve aan haar ouders:
„Ze werden daar ondergebracht met alles wat ze aan
bedden, instrumentarium, linnengoed en ander zieken-
huisequipment hadden in een r.k. kerk en tenten. Nie
mand neemt meer enige aanstoot aan het feit dat er men
sen slapen onder hef altaar en van de preekstoel een
washokje maken". En: „ik heb het klaar gespeeld om
mijn bezittingen te reduceren tot één koffer en een hand
tas vol en voel me daarmee veel gelukkiger dan wanneer
ik me er zorgen over zou moeten maken bij mijn volgende
evacuatie weer fe moeten pakken en piekeren wat wel en
wat niet mee kan".
Oliebronnen
Ganzevoort over organisatie en evacuatie: „Biafra is echt
wel klaar voor zelfstandigheid. Alle ministeries werken,
ook in oorlogstijd, die van brandstof, electriciteit, water.
Om maar fe noemen: in april is 30.000 liter benzine en
40.000 liter dieselolie aan Wereldraad van kerken, Cari
tas en het Rode Kruis geleverd. Het is uit de eigen aard
olie gedestilleerd. De regering van Biafra staat volledig
achter de hulpprogramma's van de kerken en het Rode
Kruis. De olie van Biafra is van zeer' goede kwaliteit,
niet zwavel houdend. Maar de meeste oliebronnen zijn
nu in handen van Nigeria Er wordt per dag voor
I 40.000 door Shell uit Biafra gepompt. Het zijn de oliemaat
schappijen en andere concerns die Nigeria steunen en
die geen einde willen aan deze oorlog Zij willen de olie
bronnen terug"
Ganzevoort vertelt over een ander aspect van de oor
log: „De Biafraanse bevolking, lbo's, zijn geëmancipeerd,
Ze hebben een hoger niveau dan de gemiddelde Afri
kaan. Er zijn bijvoorbeeld veertig inlandse artsen in
Umuahia. De lbo's noemen zichzelf wel de „joden van
Afrika" Het is een overwegend christelijk volk. De Nige
rianen zijn vooral islamitisch. Daarom is er zo'n duide
lijke haat De Engelse zijn begonnen met het creëren van
een administratieve eenheid, die geen rekening heeft
gehouden met religieuze factoren Daarom ook hebben
de Nigerianen op een zondag in de kerken in 1966 een
poging gedaan de lbo's in de „stranger quarters" uit te
moorden. Toen begon de vlucht naar het noorden. De
lbo's hadden de beste banen in Nigeria, zij hebben ook
in feite niets gedaan om dat te verbeteren, de Nigerianen
kwamen er dus niet aan te pas. Ook dat heeft haat gezet.
Hand van God
Ganzevoort vertelt over enkele merkwaardige ervarin
gen: „Op zondag treffen de Nigeriaanse bommen zelden
doel. Ik zie daar toch een vingerwijziging in. De Biafra
nen zelf zien er de hand van God in. Zo is nog steeds
voor hen daarvan een duidelijk voorbeeld het feit dat
140 vrachtwagens van een Nigeriaans munltieconvooi,
dat het einde had betekend van Biafra, er nooit door
is gekomen. Ze haden het convooi niet tegen kunnen
houden, maar door.iets onverklaarbaars slaagden ze er
in de voorste vrachtauto in brand te schieten en toen
ging de rest ook".
Tot slot: Ne,derland moet Biafra erkennen. Het is van de
twee gebieden het enige geëmancipeerde land. Er moet
over worden gesproken in de V.N Maar nu wordt het
naar de vernieling geholpen. Nederland is medeschuldig,
want er zit Nederlands kapitaal in de oliemaatschappijen
die aan de ondergang van Biafra werken'.
Will. J. Verkerk
niet-joden en de joden die in dienst
waren van de overheid of van de door
de overheid gesubsidieerde instellin
gen.
dVoni: Tegen NSB
De schoolstrijd uit de 19de en het begin van de 20ste eeuw heeft tijdens
de Duitse bezetting een vervolg gekregen in het schoolverzet. Over dit
schoolverzet heeft dr. J. C. de Pater in opdracht van 't Rijksinstituut
voor oorlogsdocumentatie een studie geschreven. Het schoolverzet in
Nederland is misschien weinig aanspreekbaar, omdat hier, anders dan
bij andere vormen van verzet, weinig slachtoffers zijn gevallen. Maar
degenen die de maatregelen van de Duitse bezetter saboteerden waren
echter allerminst op de hoogte van de terughoudheid die de Duitsers in
deze kwestie zouden betrachten. Zij stelden hun leven in de waagschaal
zoals andere verzetsstrijders.
Onder het schoolverzet wordt bedoeld
het principieel verzet tegen elke vorm
van nazificatie van het onderwijs,
heigeen vooral bij het protestants con
fessioneel onderwijs tot uiting is geko
men. Volgens dr. De Pater valt dit
^etnie. los Ie maken van de on»
wikkeling van hel confessioneel on-
derwi|s in ons land Twee organisa
ties die eind vorige eeuw vooropgin
gen in de schoolstrijd hebben in de
pen 1940-45 ook vooropgelopen in
het schoolverzet: de Schoolraad, waar-
f z°wej hervormde als gereformeer
de schoolverenigingen benoorden, en
de Vereniging voor christelijk volks-
onderwi|s.
&Lfliest van het verzet was in 1940
n Vu' u ?nc'?e vo"< a's geheel en
ook bi| hel confessioneel onderwijs noq
vri| zwak, Toen de rijkscommissaris
epaalde, dat benoeming en ontslag
van onderwijskrachten voorlaan gere-
üfu j wor,den in afwijking van het
geldende recht, bleef verzet uit, hoe
wei door deze bepaling in feite de
grondwettig gewaarborgde rechtsposi
tie van de confessionele schoolbestu
ren en onderwijzers werd ondermijnd.
hnJl n de zuiver'ng van de leer-
naai ■lvraaruit alie 'egen hef natio-
«•socialisme of tegen het Derde
I 9ecichte passages moesten ver
enen) verzette men zich niet, even-
AflJe9f,n taf afleggen van de zgn
9,die eer administratieve
scheiding te weeg bracht tussen de
In januari 1941 lieten de rooms-ka-
tholieke bischoppen een herderlijk
schrijven uitgaan waarin zij scherp
stelling namen tegen de NSB. Met in
stemming van Van Dam besloot Seys-
Inquart daarop, bij wijze van straf op
de salarissen van kloosterlingen die als
leerkracht optraden 40 procent te kor
ten en geestelijken te verbieden langer
als hoofden van scholen op te treden.
Deze strafmaatregel veroorzaakte in
katholieke kring grote verontwaardi
ging. Bij de protestanten was die ver
ontwaardiging veel geringer, het
geen hun door de katholieken kwalijk
werd genomen. Dr. De Pater ziet
hierin mede een oorzaak van het feit
dat het, toen de eerste zgn. benoe
mingsverordening afkwam, niet tot
een gesloten verzet kwam van rooms-
katholieken en protestanten tezamen
Die benoemingsverordening hield in,
dat voor iedere benoeming van een on
derwijzer de gemeentebesturen (voor
het openbaar onderwijs) en de school
verenigingen (voor het bijzonder on
derwijs) een voordracht van drie per
sonen bij de secretaris-generaal moes
ten indienen. Had men binnen zes we
ken geen bericht, van bezwaar, dan
moest een tweede voordracht worden
ingediend. De bedoeling was een jaar
later in het tweede geval de benoe
ming aan de secretaris-generaal te la
ten komen. Hierdoor zou de benoe
ming dus aan de straat worden getrok
ken en dat betekende een aantasting
van het grondwettelijk geregelde be
noemingsrecht.
Groeiend verzet
Mr. J. J. Hangelbroek, secretaris van
de Schoolraad wilde het verzet organi
seren zodra een dergelijke verordening
in werking zou treden. Hij kreeg
steun van de vereniging voor christe
lijk onderwijs, maar bij het r.k epis
copaat had men geen succes. De aarts-
bischop wilde het verzet uitstellen
tot het ogenblik dat de benoeming in
handen van de secretaris-generaal zou
komen.
In 1942 kwam de tweede fase van de
benoemingsverordening aan de orde
waarbij dr. Van Dam die de leiding
had van het departement van onderwijs
bij afwijzing van een voordracht zelf
het recht kreeg onderwijzers te benoe
men. De Schoolraad en de Vereni
ging voor christelijk onderwijs be
schouwden dit als een flagrante
schending van de Grondwet.
Zij riepen schoolbesturen op de nieu
we verordening niet na te leven. De
Bond voor christelijk voorbereidend ho
ger en middelbaar onderwijs gaf een
zelfde advies. De Duitsers reageer
den hierop met enkele arrestaties, o.a
van mr. Hangelbroek,
Het episcopaat protesteerde wel, maa'
nam niet deel aan het verzet, het wilde
sabotage van de verordening uitstellen
tot zien ongewenste benoemingen of
ontslagen zouden voordoen. Van Dam
was hiermee zo ingenomen, dat hij er
sindsdien naar heeft gestreeft con
flicten over benoemingen of ontslagen
van rooms-katholieke leerkrachten te
voorkomen. Overigens bleef de katho
lieke onderwijswereld niet passief; ei
was wel degelijk sprake van wat men
zou kunnen noemen geïsoleerd verzet.
Het verzet werd in protestante kring
gen georganiseerd via een apart or
gaan. De Amsterdamse hoogleraar prof
mr. V. H. Rutgers kan worden be
schouwd als de leider van het school
verzet, dat bij de protestandse school
besturen in de goede aarde viel. Het ad
vies om aan de secretaris-generaal
kennis te geven dat men de benoe-
mings voorschriften niet zou naleven,
werd door 95 procent van de school
besturen opgevolgd.
De betrokkenen namen hiermee een
enorm risico. Zij konden niet weten
dat de nazi's ten aanzien van kerke
lijke organisaties een grote terughou
dendheid zouden betrachten. Als be
noemingsvoorschriften werden gene
geerd, werd volstaan met hef opma
ken van processen-verbaal tegen
school bestuur en onderwijzer.
Belangrijk is ook het gebeuren in
Arnhem en Nijmegen geweest, waar 't
bestuur van een christelijke school
werd vervangen door een gemachtig
de. Het verzet hiertegen had een zoda
nige uitwerking, dat dit middel, waar
van de Duitsers zich zoveel hadden
voorgesteld, nooit meer is toegepast
Teleurstelling
Overziet men de sector van het pro-
testands onderwijs als geheel, dan kan
geconstateerd worden dat de meeste
besturen, de benoemingsvoorschriften
niet-nalevend, trouw gebleven zijn aan
hun beginselen en dat ook tal van
leerkrachten zich grote opoffering heb
ben getroost, waarbij nog bedacht moet
worden dat niemand kan weten tot
welke straf de Duitsers zouden over
gaan.
Besturen zowel als leerkrachten re
kenden erop dat hun na de bevrijding
n alle opzichten recht zou worden ge
daan. Het is echter allemaal op een
grote teleurstelling uitgelopen. Dr. De
Pater heeft een apart hoofdstuk gewijd
aan die teleurstelling rond bestraf
fing, zuivering en rechtsherstel.
De vorige week hebben we een en ander geschreven naar aanleiding van het dis
cussierapport van het bisdom Breda voor het diocesaan pastoraal beraad. De R-K
Kerk is in beweging, zoals dat met geen andere kerk in ons land het geval is. Als
oorzaak van die wel heel' sterke beweging noemt men zelf de vroegere afgesloten
heid, welke in deze kerk het grootst is geweest.
Alle kerk kent de verleiding een min of meer
gesloten gemeenschap te willen vormen met
eigen verenigingen op allerlei terrein, die door
de kerk officieel of officieus van harte worden
aanbevolen. Dit Is ook gemakkelijker dan mid
denin de wereld te gaan staan. En hoe moeten
de leden van een kerk daar dan staan? Op
welke wijze moet tot uiting komen dat men met
het evangelie dat in de kerk verkondigd is, ln
deze wereld wil staan? Kijken we daarom an
ders tegen de dingen aan die we zo dagelijks
tegenkomen Hoe moeten we onze weg zoe
ken te gaan? Dit zijn vragen die onmiddellijk
naar voren komen wanneer we een zin horen
gebruiken aLs deze: dat de kerk open moet
staan naar de wereld. Het is een nog al groot
woord en ieder zal zijn verlegenheid kennen
wanneer hij tracht daarmee een juiste houding
te zoeken.
De centrale voor het vormingswerk van de
Nederlands Hervormde Kerk, ,De Horst' te
Driebergen heeft een boekje uitgegeven dat we
naast de discussienota voor het pastoraal be
raad van het bisdom Breda zouden kunnen
plaatsen. Het heeft de titel meegekregen: .Ver
ticaal-Horizontaal'. ,De kerk nu en morgen'.
Uit deze titel en ondertitel blijkt reeds waar
om het ta dit boekje gaat, namelijk om het
zoeken van de gestalte van de kerk in deze
wereld. Zij ligt op het horizontale vlak van deze
aarde. Daar zal z:j haar leven als kerk moeten
leiden en daar zullen haar leden met de bood
schap die de kerk verkondigd heeft, moeten
voortgaan. Doch een kerk moet eveneens iets
verticaals kennen. In haar moet iets openbaar
worden van hetgeen dat boven deze wereld uit
gaat. Een kerk die alleen maar leeft op het
horizontale vlak wordt ook alleen maar een
stuk van de wereld. Daartegenover staat dat
een kerk die alleen maar verticaal zou willen
leven zo dit ooit mogelijk zou zijn ver
valt in een vroomheid die versmelt tot een be
paalde mystiek en bevindelijkheid die met de
werkelijkheid weer geen rekening houdt. Zij
ziet op naar de hemel en vergeet dat Christus
zijn discipelen op de dag van de hemelvaart
naar de aarde heeft laten terugroepen om haar
trouw te blijven. We moeten leven op een be
roerde aarde die ln schrille tegenstelling staat
tot de schone hemel waarvan we dromen. Doch,
op deze aarde mogen we leven met het evange
lie.
Dit zijn nog al geweldige dingen en ze zijn al
gemeen gehouden. Zoals een briefje van 1000
gulden klein moet worden gemaakt eer je er
de dagelijkse benodigdheden voor kunt kopen,
zo gaat het ook met die volzinnen met mach
tige inhoud. Ze moeten klein worden gemaakt
om zo in het dagelijkse leven te kunnen worden
gebruikt. Er doen zich in dat dagelijkse leven
allerlei situaties voor waarin het evangebe ge
stalte moet krijgen en waaraan je kunt zien
of het werkelijkheid is dat iemand er mee leeft.
Zo is het ook met een kerk in de samenleving.
Men verwacht iets van haar. In die samenle
ving heeft zij iets te zeggen. Bisschoppen kun
nen het doen namens een kerkprovincie, een
synode kan het doen namens het geheel van
•de kerk, een kerkeraad kan het doen namens
heel de gemeente. Maar wanneer dit gebeurt,
zullen er altijd mensen en groepen zijn die zich
teleurgesteld gevoelen, met het gevolg dat er
beroering komt, dat er actiegroepen ontstaan,
dat er soms luide explosies hoorbaar zijn.
.Steeds worden ze veroorzaakt als een groe.p
mensen on-vrede heeft met het optreden, het
functioneren van de kerk'. De een vindt dat de
kerk teveel horizontaal denkt en spreekt en
daarmee juist te veel in het vlak van deze we
reld gaat staan en daarmee een stuk wereld
wordt. De ander is van oordeel dat de kerk te
veel verticaal denkt en spreekt en daarmee te
veel buiten het veld van deze wereld komt te
staan, waar zij juist haar roeping heeft te ver
vullen. Overal is er zo een verontrusting. In
het door ,De Horst' uitgegeven geschriftje gaat
net om deze twee groepen van verontrusten en
eigenlijk komt het er tenslotte op neer. dat be -
de groepen elkaar nodig hebben. De één heeft
tegen de ander te zeggen: vergeet de aarde
met! En de ander heeft tot de één te zeggen
vergeet de hemel met!
In het boekje Verticaal-Horizontaal wordt ge
zocht naar de gestalte van de kerk. Er wordt
gesproken over haar belijden, over haar .leer
huis', over haar dienst in de samenleving/over
haar hoop voor de toekomst. De schrijvers gaan
uit van de Nederlands Hervormde Kerk, maar
dit is weer niet zo dat zij andere kerken niet
tegelijk in het vizier zouden hebben. Zij zijn
uitgegaan van twee gebeurtenissen binnen het
raam van de Nederlands Hervormde Kerk, na
melijk het project Kerk '66 - 2000, dat door
de raad voor het Jeugdwerk is gestart ,m«t de
bedoeling om enerzijds jongeren onderling in
gesprek te brengen over de vraag: wat la de
gemeente van Christus? en anderzijds de jon
geren, nadat zij hun oordeel geformuleerd had
den, in contact te brengen met de ambtelijke
vergaderingen in de kerk'. Bij veel Jongeren is
er een gevoel van onbehagen ten aanzien van
het instituut kerk. Zij ontdekken twee soorten
gelovigheid. De ene .verwacht van de kerk be
vrediging van hun religieuze behoeften, zonder
directe relatie met het concrete, politieke, so
ciale. economische leven'. De andere .ervaart
het kerk-zijn slechts déér, waar het in relatie
met de wereld en haar vragen bestaat'.
n dezelfde tijd dat de jeugdactie van start ging,
verstuurden 24 verontruste predikanten uit de
Nederlands Hervormde Kerk op de hervor
mingsdag van 1967 een open brief, die zij richt
ten aan alle ambtsdragers van hun kerk. Na de
oorlog aldus de briefschrijvers heeft de
Nederlands Hervormde Kerk alle nadruk ge
legd op het apostolaat, waarmee z.J wilde la
ten zien dat z.j verantwoordelijk moes*, staan
in deze wereld. De verontrusting van de 24
ligt nu in de vraag of door dit werken op het
horizontale vlak de gemeente niet is verwaar
loosd. .met als gevolg een versmalling en ver
vlakking van het geloor. Hoe is een apostolaat
mogelijk zo vragen zij zonder de ge
meente als directe geestelijke voedingsbodem?
De spanningen die hier liggen gaan door alie
hoofdstukken van het geschriftje heen. Voor
ie jongeren zeggen de belijdenisgeschriften niet
veel meer. behalve dan dat zij 'n zekere histo
rische waarde hebben. Zij weten niet wat ze er
nu nog mee moeten doen. De 24 vragen ln
hun verontrusting of de belijdenis in de kerk
nog wel functioneert. .De catechese dient aan
te sluiten bij de menselijke situatie, om door
xinfrontatie met de bijbel een duidelijke kijk op
onze levensvragen te krijgen'.
STEMMEN UIT
DE KERKEN
Aldus een stelling van de jongeren toen zi j het
hadden over het onderricht van de kerk. Al
hebben de 24 verontruste predikanten er niet
direct over gesproken, hun verlangen zal wel
zijn dat de belijdenisgeschriften van de kerk
meer toegankelijk moeten worden gemaakt, op
dat de verticale lijn niet vergeten wordt. De
24 stellen in hun open brief: ,Wij kunnen ge
voeglijk zeggen, dat het thema Kerk en Wereld
sinds de veertiger jaren alles overheerst'. Daar
bij hebben zij nu juist hun vraagtekens ge
plaatst. De jongeren zijn het beslist niet met
hen eens. Zij blijven de taak van de kerk voor
al zien in het staan in deze wereld, in het
apostolaat. Zij vragen aan de kerk om .reke
ning te houden met de samenleving, met de
menselijke situaties, met de diaconale arbeid'.
Daaruit zal moeten blijken de geloofwaardig
heid van de bijbelse boodschap. De kerk zal
zich op z'n minst ten doel moeten stellen mee
te werken aan de .heling" van onmenselijke
situaties.
Zoals de Rooms-Katholieke Kerk haar jongeren
heeft die een eigen geluid hebben laten horen
vanuit een zeer kritische opstelling en zoals
deze kerk haar confrontatiegroep en haar Mi-
chaël-legioen heeft, zo kent iedere kerk haar
stromingen die tot uiting komen wanneer het
gaat om de vraag op welke wijze de kerk z:ch
in deze wereld moet bewegen. Daaruit kunnen
heftige conflicten groeien. Nu is het de bedoe-
ing dat Verticaal-Horizontaal gebruikt zal wor
den als een boekje om er in kringwerk over te
spreken- Daartoe zijn aan ieder hoofdstuk dis
cussievragen toegevoegd. Het zal niet gemak
kelijk wezen deze onderwerpen gezamenlijk te
bespreken omdat men :n iedere groep reeds een
mening heeft gevormd. Toch zal het nodig we
zen dat er "nier een gesprek op gang blijft.
Men heeft elkaar rodig om als kerk verder te
komen.
Veertig is bij ons gewoon een
telwoord. We weten hoeveel
dat is: veertig gulden of veer
tig jaar. Je kunt.het natellen.
Wanneer ze in de bijbel peer-
tig' zeggen, bedoelen ze er
meer mee. Niet: meer dan
veertig, maar: meer dan een
getal waar je mee kunt optel
len en aftrekken. Van Mozes
wordt verteld, dat hij veertig
jaar aan het hof van de farao
verbleef. Jona verkondigde,
dat Ninevé binnen veertig da
gen zou orden omgekeerd, als
de inwoners zich niet zouden
bekeren. Het volk Israël zwierf
veertig jaar door de woestijn
voor het Kana&n binnen kon
trekken. Veertig dagen liggen
er tussen Pasen en Hemel
vaartsdag.
Zo te zien wijst veertig al
tijd een bepaalde periode aan.
waarbinnen iets naar zijn vol
heid toegroeit. Er is actie met
het oog op iets dat gaat ge
beuren. Veertig is een tijd ran
leren, van oefenen, van ver
wachten Je leeft ergens heen.
Er gaat straks iets gebeuren.
Je bent er nog niet klaar voor.
Nu krijg je de kans je er op
voor te bereiden. Het kan een
goed resultaat hebben en het
kan fout lopen. Zo is dat met
leren. Voor beide krijg je de
kans. Hoe oefen je jezelf
Wij kennen nog wel van die
tijdperken. We noemen ze dan
wel geen veertig', maar bij
voorbeeld verlovingstijd, oplei-
dingstijd, proeftijd. We heb
ben er speciale namen voor.
Veertig is dus een leertijd. Zo
zijn er dan ook veertig dagen
van verschijningen van de op
gestane Heer aan de discipe
len. Veertig dagen vol van zijn
heerlijke aanwezigheid. In de
ze dagen wordt gesproken over
de betekenis van kruis en op
standing; over de overwinning
op de satanische machten;
over het heil dat geschiedenis
zal gaan maken in de wereld
over het koninkrijk van God,
dat op handen is. Er wordt
gesproken over plaats en taak
van de gelovige; over de han
delingen van Jezus tot nu toe
en over de handelingen van de
apostelen straks. Daar zien de
discipelen tegen op. Wie nietT
Wie zal goed en verstaan
baar over God kunnen spre
ken, als God zelf hem dat niet
heeft gegeven? Wiens woor
den en daden zullen een getui
genis van Christus kunnen zijn
als ze niet gedragen worden
door de Geest? Vandaar dat
de Here God op Pasen een
Pinksteren heeft laten volgen.
Deze zondag tussen Hemel
vaart en Pinksteren staat in
het leken van het gebed om de
Heilige Geest. Zullen wij in
onze tijd, in onze leertijd, mee
bidden om de vervulling met
de Heilige Geest? Hij maakt
het heil van God menselijk, zo
dat een Zeeuw op z'n Zeeuws
over het heil kan spreken Hij
vernieuwt ons binnenste zodat
een nieuwe toekomst oplicht,
waar al het bestaands hemels
geijkt is.
B. Wallet
Aagtckerke