Technicus Wessel Ganzevoort Biafranen geloven dat God helpt SCHOOLSTRIJD KREEG VERVOLG IN SCHOOLVERZET TIJDENS BEZETTING DE KERK TUSSEN VERTIKAAL EN HORIZONTAAL VEERTIG zaterdagnummer UeM 17 mel 1969 B, dood heeft in Biafra verdriet over zijn eigen Jerk Als je die doden allemaal ziet, die kapot- „^.kinderlijkje., den is he. niet meer de mens, die hier bezig is. Je vraagt je af of de hele wereld het slachtoffer is van een moloch, van de groten' der aarde Het sterkste wapen is hier misschien wel het gebed. Er moet niet alleen een nachtelijke luchtbrug met voedsel zijn, maar ook een gebedsbrug'. Da' zeqt de 29-jarige Wessel Ganzevoort, die pas terug is van z=ven maanden Biafra, als technicus in dienst van «Wereldraad van Kerken. Hij werkte er onder leiding «n de arts Middelkoop. Wessel Ganzevoort heeft ook dotter Acri Voorhoeven, dochter van ds Voorhoeve uit Chezande van nabij in haar werk meegemaakt. Hij had de zorg'voor de voertuigen, waarmee het hulpwerk van de Wereldraad in Umuahia en omgeving wordt vericht: jeeps vrachtwagens. Wessel Ganzevoort is de zoon van ^gereformeerde predikant in Rotterdam, die ook werkt 'm Hoboken hij Antwerpen. Wij troffen hem bij dominee Voorhoeve in Ovezande. f=;'spreekt Ganzevoort over de toestand in Biafra en destnjd met Nigeria, die volgens hem bepaald nog niet in hel voordeel van Nigeria is beslist. Hij is niel de enige, die dat vindt. „Alle Mede rlanders die inBiafra werken zji ervan overtuigd, dat een militaire oplossing geen oplossing zal bieden omdat Nigeria te maken zal werken zijn ervan overtuigd, dat een militaire oplossing onderdrukken is. Als er tenminste Biafranen overblijven. Het is regelrechte volkerenmoord. Het begon enkele laren celeden met 30 000. Het is fe vergelijken met de concentratiekampen uit '40-'45, Ook hier gaat het om een doelbewuste uitmoording van een heel volk. Dat heeft: Jaggi, de vertegenwoordiger van het Rode Kruis ook al gezegd". Preekstoel washokje Ganzevoort heeft de strijd in Biafra, de vernietiging van menselijk leven, maar ook soms vertwijfelde pogin gen om bijna len dode opgeschreven levens te redden, van zeer nabij meegemaakt. Zijn taak was het rollend De vrachtwagens moeten kunnen blijven komen met voedsel. materieel ook rijdend te houden, de vrachtauto's, waar mee het voedsel en de medicamenten van de vliegtuigen na hun befaamde nachtelijke vluchten van het eilandje Sao Tomé, naar de opvangposten wordt getransporteerd En de auto's, waarmee de buitenlandse, overwegend Ne derlandse, medici en het verplegend personeel, afgezon derde posten bezoeken. Met diezelfde auto's moeten velen van de ene plaats naar de andere vluchten, worden geëvacueerd, als de Nigerianen in hun jungleoorlog iets zijn gevorderd Met diezelfde auto's komt men ook terug als de Biafranen terreinwinst hebben beboekt. De evacuaties en trans porten gebeuren overigens nooit in paniek, maar zeer geordend en weloverwogen Na de evacuatie uit Umua hia, waar het koningin ElïsabethhospitaaL is gevestigd, het ziekenhuis van dokter Middelkoop en dokter Voor hoeve, bestaat de Europese staf nog maar uit zes per sonen: drie artsen, een verpleegster en twee anderen. Men is er ondergebracht in een doorgangkamp voor vluchtelingen. Adri Voorhoeve aan haar ouders: „Ze werden daar ondergebracht met alles wat ze aan bedden, instrumentarium, linnengoed en ander zieken- huisequipment hadden in een r.k. kerk en tenten. Nie mand neemt meer enige aanstoot aan het feit dat er men sen slapen onder hef altaar en van de preekstoel een washokje maken". En: „ik heb het klaar gespeeld om mijn bezittingen te reduceren tot één koffer en een hand tas vol en voel me daarmee veel gelukkiger dan wanneer ik me er zorgen over zou moeten maken bij mijn volgende evacuatie weer fe moeten pakken en piekeren wat wel en wat niet mee kan". Oliebronnen Ganzevoort over organisatie en evacuatie: „Biafra is echt wel klaar voor zelfstandigheid. Alle ministeries werken, ook in oorlogstijd, die van brandstof, electriciteit, water. Om maar fe noemen: in april is 30.000 liter benzine en 40.000 liter dieselolie aan Wereldraad van kerken, Cari tas en het Rode Kruis geleverd. Het is uit de eigen aard olie gedestilleerd. De regering van Biafra staat volledig achter de hulpprogramma's van de kerken en het Rode Kruis. De olie van Biafra is van zeer' goede kwaliteit, niet zwavel houdend. Maar de meeste oliebronnen zijn nu in handen van Nigeria Er wordt per dag voor I 40.000 door Shell uit Biafra gepompt. Het zijn de oliemaat schappijen en andere concerns die Nigeria steunen en die geen einde willen aan deze oorlog Zij willen de olie bronnen terug" Ganzevoort vertelt over een ander aspect van de oor log: „De Biafraanse bevolking, lbo's, zijn geëmancipeerd, Ze hebben een hoger niveau dan de gemiddelde Afri kaan. Er zijn bijvoorbeeld veertig inlandse artsen in Umuahia. De lbo's noemen zichzelf wel de „joden van Afrika" Het is een overwegend christelijk volk. De Nige rianen zijn vooral islamitisch. Daarom is er zo'n duide lijke haat De Engelse zijn begonnen met het creëren van een administratieve eenheid, die geen rekening heeft gehouden met religieuze factoren Daarom ook hebben de Nigerianen op een zondag in de kerken in 1966 een poging gedaan de lbo's in de „stranger quarters" uit te moorden. Toen begon de vlucht naar het noorden. De lbo's hadden de beste banen in Nigeria, zij hebben ook in feite niets gedaan om dat te verbeteren, de Nigerianen kwamen er dus niet aan te pas. Ook dat heeft haat gezet. Hand van God Ganzevoort vertelt over enkele merkwaardige ervarin gen: „Op zondag treffen de Nigeriaanse bommen zelden doel. Ik zie daar toch een vingerwijziging in. De Biafra nen zelf zien er de hand van God in. Zo is nog steeds voor hen daarvan een duidelijk voorbeeld het feit dat 140 vrachtwagens van een Nigeriaans munltieconvooi, dat het einde had betekend van Biafra, er nooit door is gekomen. Ze haden het convooi niet tegen kunnen houden, maar door.iets onverklaarbaars slaagden ze er in de voorste vrachtauto in brand te schieten en toen ging de rest ook". Tot slot: Ne,derland moet Biafra erkennen. Het is van de twee gebieden het enige geëmancipeerde land. Er moet over worden gesproken in de V.N Maar nu wordt het naar de vernieling geholpen. Nederland is medeschuldig, want er zit Nederlands kapitaal in de oliemaatschappijen die aan de ondergang van Biafra werken'. Will. J. Verkerk niet-joden en de joden die in dienst waren van de overheid of van de door de overheid gesubsidieerde instellin gen. dVoni: Tegen NSB De schoolstrijd uit de 19de en het begin van de 20ste eeuw heeft tijdens de Duitse bezetting een vervolg gekregen in het schoolverzet. Over dit schoolverzet heeft dr. J. C. de Pater in opdracht van 't Rijksinstituut voor oorlogsdocumentatie een studie geschreven. Het schoolverzet in Nederland is misschien weinig aanspreekbaar, omdat hier, anders dan bij andere vormen van verzet, weinig slachtoffers zijn gevallen. Maar degenen die de maatregelen van de Duitse bezetter saboteerden waren echter allerminst op de hoogte van de terughoudheid die de Duitsers in deze kwestie zouden betrachten. Zij stelden hun leven in de waagschaal zoals andere verzetsstrijders. Onder het schoolverzet wordt bedoeld het principieel verzet tegen elke vorm van nazificatie van het onderwijs, heigeen vooral bij het protestants con fessioneel onderwijs tot uiting is geko men. Volgens dr. De Pater valt dit ^etnie. los Ie maken van de on» wikkeling van hel confessioneel on- derwi|s in ons land Twee organisa ties die eind vorige eeuw vooropgin gen in de schoolstrijd hebben in de pen 1940-45 ook vooropgelopen in het schoolverzet: de Schoolraad, waar- f z°wej hervormde als gereformeer de schoolverenigingen benoorden, en de Vereniging voor christelijk volks- onderwi|s. &Lfliest van het verzet was in 1940 n Vu' u ?nc'?e vo"< a's geheel en ook bi| hel confessioneel onderwijs noq vri| zwak, Toen de rijkscommissaris epaalde, dat benoeming en ontslag van onderwijskrachten voorlaan gere- üfu j wor,den in afwijking van het geldende recht, bleef verzet uit, hoe wei door deze bepaling in feite de grondwettig gewaarborgde rechtsposi tie van de confessionele schoolbestu ren en onderwijzers werd ondermijnd. hnJl n de zuiver'ng van de leer- naai ■lvraaruit alie 'egen hef natio- «•socialisme of tegen het Derde I 9ecichte passages moesten ver enen) verzette men zich niet, even- AflJe9f,n taf afleggen van de zgn 9,die eer administratieve scheiding te weeg bracht tussen de In januari 1941 lieten de rooms-ka- tholieke bischoppen een herderlijk schrijven uitgaan waarin zij scherp stelling namen tegen de NSB. Met in stemming van Van Dam besloot Seys- Inquart daarop, bij wijze van straf op de salarissen van kloosterlingen die als leerkracht optraden 40 procent te kor ten en geestelijken te verbieden langer als hoofden van scholen op te treden. Deze strafmaatregel veroorzaakte in katholieke kring grote verontwaardi ging. Bij de protestanten was die ver ontwaardiging veel geringer, het geen hun door de katholieken kwalijk werd genomen. Dr. De Pater ziet hierin mede een oorzaak van het feit dat het, toen de eerste zgn. benoe mingsverordening afkwam, niet tot een gesloten verzet kwam van rooms- katholieken en protestanten tezamen Die benoemingsverordening hield in, dat voor iedere benoeming van een on derwijzer de gemeentebesturen (voor het openbaar onderwijs) en de school verenigingen (voor het bijzonder on derwijs) een voordracht van drie per sonen bij de secretaris-generaal moes ten indienen. Had men binnen zes we ken geen bericht, van bezwaar, dan moest een tweede voordracht worden ingediend. De bedoeling was een jaar later in het tweede geval de benoe ming aan de secretaris-generaal te la ten komen. Hierdoor zou de benoe ming dus aan de straat worden getrok ken en dat betekende een aantasting van het grondwettelijk geregelde be noemingsrecht. Groeiend verzet Mr. J. J. Hangelbroek, secretaris van de Schoolraad wilde het verzet organi seren zodra een dergelijke verordening in werking zou treden. Hij kreeg steun van de vereniging voor christe lijk onderwijs, maar bij het r.k epis copaat had men geen succes. De aarts- bischop wilde het verzet uitstellen tot het ogenblik dat de benoeming in handen van de secretaris-generaal zou komen. In 1942 kwam de tweede fase van de benoemingsverordening aan de orde waarbij dr. Van Dam die de leiding had van het departement van onderwijs bij afwijzing van een voordracht zelf het recht kreeg onderwijzers te benoe men. De Schoolraad en de Vereni ging voor christelijk onderwijs be schouwden dit als een flagrante schending van de Grondwet. Zij riepen schoolbesturen op de nieu we verordening niet na te leven. De Bond voor christelijk voorbereidend ho ger en middelbaar onderwijs gaf een zelfde advies. De Duitsers reageer den hierop met enkele arrestaties, o.a van mr. Hangelbroek, Het episcopaat protesteerde wel, maa' nam niet deel aan het verzet, het wilde sabotage van de verordening uitstellen tot zien ongewenste benoemingen of ontslagen zouden voordoen. Van Dam was hiermee zo ingenomen, dat hij er sindsdien naar heeft gestreeft con flicten over benoemingen of ontslagen van rooms-katholieke leerkrachten te voorkomen. Overigens bleef de katho lieke onderwijswereld niet passief; ei was wel degelijk sprake van wat men zou kunnen noemen geïsoleerd verzet. Het verzet werd in protestante kring gen georganiseerd via een apart or gaan. De Amsterdamse hoogleraar prof mr. V. H. Rutgers kan worden be schouwd als de leider van het school verzet, dat bij de protestandse school besturen in de goede aarde viel. Het ad vies om aan de secretaris-generaal kennis te geven dat men de benoe- mings voorschriften niet zou naleven, werd door 95 procent van de school besturen opgevolgd. De betrokkenen namen hiermee een enorm risico. Zij konden niet weten dat de nazi's ten aanzien van kerke lijke organisaties een grote terughou dendheid zouden betrachten. Als be noemingsvoorschriften werden gene geerd, werd volstaan met hef opma ken van processen-verbaal tegen school bestuur en onderwijzer. Belangrijk is ook het gebeuren in Arnhem en Nijmegen geweest, waar 't bestuur van een christelijke school werd vervangen door een gemachtig de. Het verzet hiertegen had een zoda nige uitwerking, dat dit middel, waar van de Duitsers zich zoveel hadden voorgesteld, nooit meer is toegepast Teleurstelling Overziet men de sector van het pro- testands onderwijs als geheel, dan kan geconstateerd worden dat de meeste besturen, de benoemingsvoorschriften niet-nalevend, trouw gebleven zijn aan hun beginselen en dat ook tal van leerkrachten zich grote opoffering heb ben getroost, waarbij nog bedacht moet worden dat niemand kan weten tot welke straf de Duitsers zouden over gaan. Besturen zowel als leerkrachten re kenden erop dat hun na de bevrijding n alle opzichten recht zou worden ge daan. Het is echter allemaal op een grote teleurstelling uitgelopen. Dr. De Pater heeft een apart hoofdstuk gewijd aan die teleurstelling rond bestraf fing, zuivering en rechtsherstel. De vorige week hebben we een en ander geschreven naar aanleiding van het dis cussierapport van het bisdom Breda voor het diocesaan pastoraal beraad. De R-K Kerk is in beweging, zoals dat met geen andere kerk in ons land het geval is. Als oorzaak van die wel heel' sterke beweging noemt men zelf de vroegere afgesloten heid, welke in deze kerk het grootst is geweest. Alle kerk kent de verleiding een min of meer gesloten gemeenschap te willen vormen met eigen verenigingen op allerlei terrein, die door de kerk officieel of officieus van harte worden aanbevolen. Dit Is ook gemakkelijker dan mid denin de wereld te gaan staan. En hoe moeten de leden van een kerk daar dan staan? Op welke wijze moet tot uiting komen dat men met het evangelie dat in de kerk verkondigd is, ln deze wereld wil staan? Kijken we daarom an ders tegen de dingen aan die we zo dagelijks tegenkomen Hoe moeten we onze weg zoe ken te gaan? Dit zijn vragen die onmiddellijk naar voren komen wanneer we een zin horen gebruiken aLs deze: dat de kerk open moet staan naar de wereld. Het is een nog al groot woord en ieder zal zijn verlegenheid kennen wanneer hij tracht daarmee een juiste houding te zoeken. De centrale voor het vormingswerk van de Nederlands Hervormde Kerk, ,De Horst' te Driebergen heeft een boekje uitgegeven dat we naast de discussienota voor het pastoraal be raad van het bisdom Breda zouden kunnen plaatsen. Het heeft de titel meegekregen: .Ver ticaal-Horizontaal'. ,De kerk nu en morgen'. Uit deze titel en ondertitel blijkt reeds waar om het ta dit boekje gaat, namelijk om het zoeken van de gestalte van de kerk in deze wereld. Zij ligt op het horizontale vlak van deze aarde. Daar zal z:j haar leven als kerk moeten leiden en daar zullen haar leden met de bood schap die de kerk verkondigd heeft, moeten voortgaan. Doch een kerk moet eveneens iets verticaals kennen. In haar moet iets openbaar worden van hetgeen dat boven deze wereld uit gaat. Een kerk die alleen maar leeft op het horizontale vlak wordt ook alleen maar een stuk van de wereld. Daartegenover staat dat een kerk die alleen maar verticaal zou willen leven zo dit ooit mogelijk zou zijn ver valt in een vroomheid die versmelt tot een be paalde mystiek en bevindelijkheid die met de werkelijkheid weer geen rekening houdt. Zij ziet op naar de hemel en vergeet dat Christus zijn discipelen op de dag van de hemelvaart naar de aarde heeft laten terugroepen om haar trouw te blijven. We moeten leven op een be roerde aarde die ln schrille tegenstelling staat tot de schone hemel waarvan we dromen. Doch, op deze aarde mogen we leven met het evange lie. Dit zijn nog al geweldige dingen en ze zijn al gemeen gehouden. Zoals een briefje van 1000 gulden klein moet worden gemaakt eer je er de dagelijkse benodigdheden voor kunt kopen, zo gaat het ook met die volzinnen met mach tige inhoud. Ze moeten klein worden gemaakt om zo in het dagelijkse leven te kunnen worden gebruikt. Er doen zich in dat dagelijkse leven allerlei situaties voor waarin het evangebe ge stalte moet krijgen en waaraan je kunt zien of het werkelijkheid is dat iemand er mee leeft. Zo is het ook met een kerk in de samenleving. Men verwacht iets van haar. In die samenle ving heeft zij iets te zeggen. Bisschoppen kun nen het doen namens een kerkprovincie, een synode kan het doen namens het geheel van •de kerk, een kerkeraad kan het doen namens heel de gemeente. Maar wanneer dit gebeurt, zullen er altijd mensen en groepen zijn die zich teleurgesteld gevoelen, met het gevolg dat er beroering komt, dat er actiegroepen ontstaan, dat er soms luide explosies hoorbaar zijn. .Steeds worden ze veroorzaakt als een groe.p mensen on-vrede heeft met het optreden, het functioneren van de kerk'. De een vindt dat de kerk teveel horizontaal denkt en spreekt en daarmee juist te veel in het vlak van deze we reld gaat staan en daarmee een stuk wereld wordt. De ander is van oordeel dat de kerk te veel verticaal denkt en spreekt en daarmee te veel buiten het veld van deze wereld komt te staan, waar zij juist haar roeping heeft te ver vullen. Overal is er zo een verontrusting. In het door ,De Horst' uitgegeven geschriftje gaat net om deze twee groepen van verontrusten en eigenlijk komt het er tenslotte op neer. dat be - de groepen elkaar nodig hebben. De één heeft tegen de ander te zeggen: vergeet de aarde met! En de ander heeft tot de één te zeggen vergeet de hemel met! In het boekje Verticaal-Horizontaal wordt ge zocht naar de gestalte van de kerk. Er wordt gesproken over haar belijden, over haar .leer huis', over haar dienst in de samenleving/over haar hoop voor de toekomst. De schrijvers gaan uit van de Nederlands Hervormde Kerk, maar dit is weer niet zo dat zij andere kerken niet tegelijk in het vizier zouden hebben. Zij zijn uitgegaan van twee gebeurtenissen binnen het raam van de Nederlands Hervormde Kerk, na melijk het project Kerk '66 - 2000, dat door de raad voor het Jeugdwerk is gestart ,m«t de bedoeling om enerzijds jongeren onderling in gesprek te brengen over de vraag: wat la de gemeente van Christus? en anderzijds de jon geren, nadat zij hun oordeel geformuleerd had den, in contact te brengen met de ambtelijke vergaderingen in de kerk'. Bij veel Jongeren is er een gevoel van onbehagen ten aanzien van het instituut kerk. Zij ontdekken twee soorten gelovigheid. De ene .verwacht van de kerk be vrediging van hun religieuze behoeften, zonder directe relatie met het concrete, politieke, so ciale. economische leven'. De andere .ervaart het kerk-zijn slechts déér, waar het in relatie met de wereld en haar vragen bestaat'. n dezelfde tijd dat de jeugdactie van start ging, verstuurden 24 verontruste predikanten uit de Nederlands Hervormde Kerk op de hervor mingsdag van 1967 een open brief, die zij richt ten aan alle ambtsdragers van hun kerk. Na de oorlog aldus de briefschrijvers heeft de Nederlands Hervormde Kerk alle nadruk ge legd op het apostolaat, waarmee z.J wilde la ten zien dat z.j verantwoordelijk moes*, staan in deze wereld. De verontrusting van de 24 ligt nu in de vraag of door dit werken op het horizontale vlak de gemeente niet is verwaar loosd. .met als gevolg een versmalling en ver vlakking van het geloor. Hoe is een apostolaat mogelijk zo vragen zij zonder de ge meente als directe geestelijke voedingsbodem? De spanningen die hier liggen gaan door alie hoofdstukken van het geschriftje heen. Voor ie jongeren zeggen de belijdenisgeschriften niet veel meer. behalve dan dat zij 'n zekere histo rische waarde hebben. Zij weten niet wat ze er nu nog mee moeten doen. De 24 vragen ln hun verontrusting of de belijdenis in de kerk nog wel functioneert. .De catechese dient aan te sluiten bij de menselijke situatie, om door xinfrontatie met de bijbel een duidelijke kijk op onze levensvragen te krijgen'. STEMMEN UIT DE KERKEN Aldus een stelling van de jongeren toen zi j het hadden over het onderricht van de kerk. Al hebben de 24 verontruste predikanten er niet direct over gesproken, hun verlangen zal wel zijn dat de belijdenisgeschriften van de kerk meer toegankelijk moeten worden gemaakt, op dat de verticale lijn niet vergeten wordt. De 24 stellen in hun open brief: ,Wij kunnen ge voeglijk zeggen, dat het thema Kerk en Wereld sinds de veertiger jaren alles overheerst'. Daar bij hebben zij nu juist hun vraagtekens ge plaatst. De jongeren zijn het beslist niet met hen eens. Zij blijven de taak van de kerk voor al zien in het staan in deze wereld, in het apostolaat. Zij vragen aan de kerk om .reke ning te houden met de samenleving, met de menselijke situaties, met de diaconale arbeid'. Daaruit zal moeten blijken de geloofwaardig heid van de bijbelse boodschap. De kerk zal zich op z'n minst ten doel moeten stellen mee te werken aan de .heling" van onmenselijke situaties. Zoals de Rooms-Katholieke Kerk haar jongeren heeft die een eigen geluid hebben laten horen vanuit een zeer kritische opstelling en zoals deze kerk haar confrontatiegroep en haar Mi- chaël-legioen heeft, zo kent iedere kerk haar stromingen die tot uiting komen wanneer het gaat om de vraag op welke wijze de kerk z:ch in deze wereld moet bewegen. Daaruit kunnen heftige conflicten groeien. Nu is het de bedoe- ing dat Verticaal-Horizontaal gebruikt zal wor den als een boekje om er in kringwerk over te spreken- Daartoe zijn aan ieder hoofdstuk dis cussievragen toegevoegd. Het zal niet gemak kelijk wezen deze onderwerpen gezamenlijk te bespreken omdat men :n iedere groep reeds een mening heeft gevormd. Toch zal het nodig we zen dat er "nier een gesprek op gang blijft. Men heeft elkaar rodig om als kerk verder te komen. Veertig is bij ons gewoon een telwoord. We weten hoeveel dat is: veertig gulden of veer tig jaar. Je kunt.het natellen. Wanneer ze in de bijbel peer- tig' zeggen, bedoelen ze er meer mee. Niet: meer dan veertig, maar: meer dan een getal waar je mee kunt optel len en aftrekken. Van Mozes wordt verteld, dat hij veertig jaar aan het hof van de farao verbleef. Jona verkondigde, dat Ninevé binnen veertig da gen zou orden omgekeerd, als de inwoners zich niet zouden bekeren. Het volk Israël zwierf veertig jaar door de woestijn voor het Kana&n binnen kon trekken. Veertig dagen liggen er tussen Pasen en Hemel vaartsdag. Zo te zien wijst veertig al tijd een bepaalde periode aan. waarbinnen iets naar zijn vol heid toegroeit. Er is actie met het oog op iets dat gaat ge beuren. Veertig is een tijd ran leren, van oefenen, van ver wachten Je leeft ergens heen. Er gaat straks iets gebeuren. Je bent er nog niet klaar voor. Nu krijg je de kans je er op voor te bereiden. Het kan een goed resultaat hebben en het kan fout lopen. Zo is dat met leren. Voor beide krijg je de kans. Hoe oefen je jezelf Wij kennen nog wel van die tijdperken. We noemen ze dan wel geen veertig', maar bij voorbeeld verlovingstijd, oplei- dingstijd, proeftijd. We heb ben er speciale namen voor. Veertig is dus een leertijd. Zo zijn er dan ook veertig dagen van verschijningen van de op gestane Heer aan de discipe len. Veertig dagen vol van zijn heerlijke aanwezigheid. In de ze dagen wordt gesproken over de betekenis van kruis en op standing; over de overwinning op de satanische machten; over het heil dat geschiedenis zal gaan maken in de wereld over het koninkrijk van God, dat op handen is. Er wordt gesproken over plaats en taak van de gelovige; over de han delingen van Jezus tot nu toe en over de handelingen van de apostelen straks. Daar zien de discipelen tegen op. Wie nietT Wie zal goed en verstaan baar over God kunnen spre ken, als God zelf hem dat niet heeft gegeven? Wiens woor den en daden zullen een getui genis van Christus kunnen zijn als ze niet gedragen worden door de Geest? Vandaar dat de Here God op Pasen een Pinksteren heeft laten volgen. Deze zondag tussen Hemel vaart en Pinksteren staat in het leken van het gebed om de Heilige Geest. Zullen wij in onze tijd, in onze leertijd, mee bidden om de vervulling met de Heilige Geest? Hij maakt het heil van God menselijk, zo dat een Zeeuw op z'n Zeeuws over het heil kan spreken Hij vernieuwt ons binnenste zodat een nieuwe toekomst oplicht, waar al het bestaands hemels geijkt is. B. Wallet Aagtckerke

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1969 | | pagina 19