het opportunisme
minderheden
I)!:R
IN ZUID-
AFRIKA
16 J W0CN90AG I® APR,L 1989
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
11
KAAPSTAD Het gesprek met vertegenwoor-
digers van de raad voor kleurlingen/,aken zal me
lang bij blijven. Ze waren met hun vieren: voor
zitter Tom Swartz en drie leden van het uïtvoe
,1 rend comité, het bestuur zou men kunnen zeggen
;'Ze spraken voortreffelijk Afrikaans: de kleurlin
gen zijn haast Afrikaanser dan de Transvalere,
r,Ze hebben onze tradities soms beter bewaard dan
wijzelf', zei me een rasechte Zuidafrikaan van
Nederlandse afkomst.
De kleurlingen zjjn van zeer gemengde afstam-
ming: het gaat hier om de nakomelingen van vroe-
ge blanke kolonisten, slaven uit het verre oosten,
inheemse stammen, kortom mensen die in een ver
verleden de multi-raciale samenleving opgewekt in
de praktijk hebben gebracht. Hun aantal is niet
groot, nog geen twee miljoen, dat wil zeggen een
kleine tien procent van de totale bevolking.
De meeste kleurlingen ongeveer negentig pro
cent wonén in het westelijk deel van de Kaap
provincie. Hun raad voor kleurlingenzaken wordt
beschouwd als de basis voor een te zijner tijd te
stichten parlement voor kleurlingen.
Kond het Voortrekkersmonument in Pretoria i.
symbool voor hetlager' Zuid-AfrikaT
gebouwd, waarop uitgespannen ossenwagen staan afgebeeld:
2<? me bijblijven omdat ze op een be-
«P' paald ogenblik plotseling een soort
<2£z- hulpeloosheid, een geresigneerde on-
macht toonden. Aanvankelijk verliep
<s5 het gesprek volgens het gewone stra
ti mien: de mannen spraken vol lof
O over de politiek van de regering,
c over de toeneming van de onderwijs
kansen voor hun mensen en over de
mogelijkheden voor de toekomst.
Men luistert in zo'n geval aandach
tig, men noteert allerlei gegevens,
die inderdaad getuigen van een ze
kere ontwikkeling. Maar dan opeens
herinnert men zich de werkelijkheid:
taxi's voor blanken en voor niet-
blanken. twee liften in het gebouw
waar het gesprek werd gehouden, één
voor blanken en één voor niet-blan-
ken. gescheiden ingangen bij stations
en postkantoren, banken in een park
met alweer dezelfde scheiding. En
dan kan de vraag niet uitblijven: ,Is
dat onderscheid niet kwetsend voor
u? Voelt u zich niet diep in uw
hart bezeerd?'
Het was even stil. Eerst kwam
er een formeel antwoord: ,Dat
zijn beleidszaken. Zij liggen bui
ten onze bevoegdheid. Er zal wel
een reden voor deze dingen zijn,
de blanke treft dergelijke maat
regelen omdat hij bang is uit dil
land te moeten verdwijnen...'
Er moest opnieuw worden aange
drongen op beantwoording: .De
vraag is: voelt u zich bezeerd
Aarzelend: We zeggen niet: al
les is reg...'
En na enig nadenken: .In die
brede uitzig voel ek, dat er dinge
syn die ek met verduur...'
Onmiddellijk volgde daarop: pilaar
het móet verduurd worc|£n, tot we
aan de blanken gelijk zullen zijn.
Laat ons realistisch wezen, laat ons
rekening houden met het lieleiil
zoaLs dut door deze regering wordt
•gevoerd, ook al zijn er dingen die
ons ,baic seer* doen. We denken
maar: ons worden nu grote kansen
geboden'.
Even hadden deze drie mannen hun
onmacht en hulpeloosheid getoond
en tegelijkertijd toegegeven, dat ze
zich eigenlijk opportunisten voelden
Direct begonnen ze dan ook met hei
metselen van een muur van eigen
•waarde, er kwhmen uitspraken als
.Wij hebben cultuur in ons bloed
wij voelen ons vergeleken bij d>
blanke niet minderwaardig, al weten
we dat niet alle kleurlingen gelet ter
de mensen zijn. Maar we leven in
een land met een bantoe-meerder
heid. De bantoe heeft niet een out
turn^ als de .bruinman' en de ,wit-
Daar was het weer: de angst voor
de bantoe. Op die angst is de hele
Ïolitiek van apartheid gebaseerd,
oen in december 1961 de toenmali-
fe minister-president Verwoerd aan
e leiders van de kleurlingengemeen
schap uiteenzette welk beleid de
regering voor hun groep voorstond
kwam dit element duidelijk naar vo
ren. ,Wij kunnen geen eenheidsstaat
in Zuid-Afrika stichten' aldus de
premier, ,Wat zou er namelijk ge
beuren als de blanke in zulk een
wind voeren? Niet de kleurling,
maar de bantoe. En de ervaring
in Afrika als totaal bewijst, dat
bantoe-beleid dictatuur betekent, dic
tatuur van een kleine groep poiitiek-
°;elnteresseerden onder hen. Ook
ae bantoe-massa zal aan hen onder
worpen wezen en het wellicht heel
wat zwaarder hebben dan zoals som
migen beweren ze het nu onder het
blanke bestuur hebben'.
Als buitenstaander vraagt men
zich dan met enige verbazing af:
als blanke en kleurling een gelijke
vrees koesteren jegens bantoe-over
heersing, waarom dan .toch apart
heid tegenover de kleurling, waar
om <la,n niet juist integTatie nage
streefd ossen deze beide groepen?
Ook daar had premier Verwoerd in
dezelfde rede een antwoord op:
.Kan de kleurling concurreren op dit
ogenblik met de blanke? Een enke^
ling zal dat misschien kunnen, maar
de grote massa zal achterblijven.
Zullen zij in een geïntegreerde ge
meenschap veel kansen op vooruit
gang krijgen? Het eerlijke antwoord
is: nee'.
MEER KANSEN?
Steeds weer komt dit thema in
Zuid-Afnka terug, vrijwel iedereen
hanteert net: in een multl-raci.
ale maatschappij zouden de kansen
voor de niet-blanken veel geringer
zijn clan in een samenleving, waarin
dé groepen gescheiden optrekken
Men moet erkennen: er zijn nu mo
gelijkheden, die vroeger aan de niet-
blanke groepen werden onthouden
zoals ook in Europa bepaalde sociale
milieus weinig gelegenheid hadder
iol* hebben) te gaan studeren. De
vraag is echter: noe verhouden zich
feitelijk de kansen van de met-blan
ke groepen tegenover die van de
blanken? Is er 'in dit opzicht b:;
het onderwijs al sprake van enige
gelijkheid Het is moeilijk om daar
over exacte ^gegevens te verkrijgen
maar ze zijn vorig jaar berekend
voor zover mogelijk door het
Zuidafrikaanse instituut voor ras
senverhoudingen. Op basis van diver
se cijfers en schattingen kwam dit
instituut voor het schooljaar 1965-
1966 tot de volgende cijfers:
van het totale onderwijsbe-
drag ging in dat jaar meer dan
77 procent naar de blanke be
volkingsgroep, namelijk ruim 252
miljoen rand (één rand is vijf
gulden)
voor het kleurlingenonderwijs
was meer dan 9 procent van het
totaal beschikbaar, dat wil zeg
gen ruim 30 miljoen rand;
de Aziatische groep (Indiërs)
kreeg 4 procent of ruim 14 mil
joen rand;
de zwarte bevolkingsgroep
tenslotte kreeg voor onderwijs
doeleinden 29 miljoen, dat wil
zeggen bijna 9 procent van het
totaal.
Deze cijfers brijgen echter pas
enig reliëf wanneer men ze per
hoofd van de bevolking groepeert.
Er ontstaat dan het volgende staat
je:
blanken 74 rand (370 gld),
kleurlingen 17 rand (85 gld),
Aziaten 26 rand (130 gld),
bantoes 2 rand (10 gld).
Gegevens als deze tonen aan, dat
er weliswaar enorme bedragen be
schikbaar zijn óók voor het onder
wijs aan niet-blanke groepen, maar
dat er nog geen sprake is van ge
lijke kansen. De blanke bevolkings
groep nog geen twintig procent
van het totale inwoneraantal con
sumeert driekwart van de beschik
bare onderwijsgelden. De grootste
bevolkingsgroep, de bantoes (68 pro
cent), krijgt daarvan nog geen tien-
worden aangegrepen'. De kleurlin-
genleiders van thans tonen zich re
alisten, zoals de meeste voorman
nen van de niet-blanke groepen in
Zuid-Afrika. Dit zei mij voorzitter
Tom Swartz van de kieurlingenraad:
Laten we in ieder geval erkennen,
dat de huidige politiek van de rege-
relijkh-J
INDIËRS
,We zullen ze benutten' Bijna de
zelfde woorden noteerde ik een paar
dagen later uit de mond van de nog
jonge Indiër J. N. Reddy in Dublin.
Hij is lid van de raad voor de In
diërs, een instelling die met d
kieurlingenraad in Kaapstad te ver
de-
Hoe had de vertegenwoordiger van
de kleurlingen-raad het ook wees-
geformuleerd? .Het moet verduurd
worden totdat we aan de blanken
gelijk zullen zijn...' Maar kan deze
generatie op een dergelijke gelijk
wording rekenen? Speelt zich in
Zuid-Afrika tussen de diverse be
volkingsgroepen niet precies hetzelf
de proces at als tussen de geïndu
strialiseerde wereld en de ontwik
kelingslanden" De eerste groep
neemt namelijk sneller tn welvaart
en kennis toe dan de tweede groep
en daardoor wordt de afstand tussen
beide categorieën ondanks alle hulp
toch steeds groter. Niettemin zei dr
Verwoerd in 1961 tot de kleurlin
genleiders: .Er worden u thans voor
uitzichten geboden als nooit tevoren.
Dit is een aangelegenheid die moet
gelijken is, Deze raad voor de In
diërs bestaat uit vijfentwintig le
den en werd vorig jaar septembe
in zijn huidige vorm geïnstalleerd.
Ook hier gaat het om de basis van
een eventueel parlement, dat volle
dige bevoegdheid moet krijgen voor
de Aziatische bevolkingsgroep in
Zuid-Afnka. Deze groep telt ruim
vijfhonderdduizend mensen, circa
drie procent van de totale bevol
king. Aanvankelijk lewamen de In
diërs als contractarbeiders voor de
suikerplantages naar Natal om
streeks 1860 maar later volgen
groepen, die zich als handwerkslie
den of als kooplui vestigden. In het
begin van deze eeuw omstreeks
1912 poogde de toenmalige rege
ring van Zuid-Afrika de Indiërs te
bewegen naar hun eigen land terug
te gaan. Er werd daartoe een finan
cieel gunstige regeling ontworpen,
maar desondanks liepen de pogingen
op niets uit. Toen minister-president
Verwoerd na de tweede wereldoorlog
de politiek van de gescheiden ont
wikkeling definitieve gestalte gaf,
werd daarbij uitgegaan van de reali
teit. dat Indiërs zich in Zuid-Afrika
blijvend hebben gevestigd. In 1964
werd de eerste raad voor de Indiërs
geïnstalleerd, aanvankelijk uitslui
tend adviesorgaan voor de regering
Thans sinds september van het
vorig jaar heeft deze raad een
vorm van zelfbestuur gekregen. Hij
dient tevens als het officiële con
tactorgaan tussen Indiërs en de re
gering.
.We zullen laten zien wat we kun
nen', zei raadslid J. N. Reddy, een
man die wat men noemt ,9ucces-in-
zaken' heeft. Hij bewoont een prach
tig nieuwgebouwd huis in een betere
Indiër-buurt van Dublin en maakt in
elk opzicht een competente indruk.
Ik vond hem een .geladen' man,
iemand, die weigerde zich .hulpe
loos' te tonen, zoals wél de kleurlin
genafgevaardigden af en toe hadden
gedaan.
Reddy (minachtend): .Politieke
vrijheid? Ik weiger vrijheid te
aanvaarden, die alleen maar uit
een vlag bestaat. Een vlag zon
der bestaansmogelijkheden, zon
der economische basis zoals op
dit ogenblik in zoveel lamden
van Afrika. Daarom accepteer ik
de regeringspolitlek hier volle
ns. Z'J geeft ons kansen die el
ders niet bestaan....'
.Maar wel moeten wij er voor
zorgen, dat er een mentaliteits
verandering in dit land komt, the
greatest cnange must come .n
minds. Die zai eens komen! Eens
zullen we door de vooroordelen
heenbreken. Natuurlijk wil ik
wel stemrecht hebben in Zuid-
Afrika maar ik heb rekening te
houden met de politieke realiteit.
Ik heb nogal wat gereisd, ik ben
ook in India geweest. Sindsdien
weet Ik beter dan ooit dat Zuid-
Afrika tins great country
mijn land is. Hier hoor ik'.
Het kwam er uit als een waterval
en het werd met een heftigheid uit-
gesproken alsof een politiexe verga
dering moest worden overtuigd.
Maar één zinnetje gaf toch weer een
aanknopingspunt om verder te gaan
pp het vaste thema voor ae bezoeker
m dit land, dit namelijk: .Natuurlijk
wil ik wel stemrecht hebben....' is
daarvan de consequenties niet eigen
lijk dat gestreefd dient te worden
naar een multi-raciale samenleving
met gelijke politieke rechten voor
ieder? Jack Naidoo, eveneens lid
van de India-raad, gaf er het ant
woord op. De basis van het Indiase
denken zo bleek daaruit is
precies dezelfde als die van de kleur
ling: ,Wij vormen een kleine nun-
derne.d in dit land, maar een min
derheid die nu kansen knjgt voor
haar ontwikkeling. Waarom zouden
we deze kansen met met beide han
den aangrijpen? We gaan snelier
vooruit aan enige andere groep in
dit land!'
Dus in feite opportunisme? Nai-
doo: ,Ik geef toe, dat ik een aantal
jaren geleden zou hebben gepleit voor
een muiti-radicale maatschappij, waar
in althans blanken, kleurlingen en
Indiërs op gelijke voet zouden wor
den bahandeid. Nu kies ik echter over
tuigd voor de huidige politiek.
U moet overigens niet denken, dal
wij ons als onmondige mensen la
ten behandelen. In Dublin bijvoor
beeld werden en worden de slums
opgeruimd en nieuwe Indiër-wijken
gesticht: in de planning, in de uit
voering en in het beleid ais geheel
spreken wij mee. We zeggen wat
fout is, we kritiseren als het nodig
is. Daar is onze raad juist voor. En
als u door Dublin rijdt, zult u moe
ten toegeven, dat er voor onze
a al veel is bereikt'.
Waarom denken sommige Intellec
tuele Indiërs er nu anders over dan
bijvoorbeeld tien jaar geleden
Professor Y. S. Chinsanry, lid van
de raad: ,Ik heb vroeger multi-raci-
caal gedacht, om het zo maar eens
te zeggen. Maar ik heb nogal wat
rond kunnen kijken in deze wereld
en overal heb ik spanningen tussen
de rassen ontmoet. Wat hebben we
de laatste jaren met name ln dit
werelddeel gezien? Dat de Aziaten
overal verdreven worden, in Kenya,
in Zanzibar, in Tanzania, overal.
Nergens zijn ze welkom, ook niet
in Engeland al hebben ze een Brits
paspoort. Wij zijn van nature ge
weldloze mensen, we zijn weerloos.
De ontwikkelingen in Afrika en de
feiten van Zuid-Afrika hebben ons
gedwongen onze eigen situatie op
nieuw door te denken. Wij accepte
ren nu de politiek van gescheiden
ontwikkeling in de hoop dat volgende
generaties van ons volk hier geluk
kig zullen leven.
Wat kan men er eigenlijk van
zeggen T Deze mensen leven in hun
realiteit. Een werkelijkheid die ver
geleken bij vroeger hoe dan ook
een vooruitgang betekent. Er zijn
tientallen afschuwelijke slum wijken
opgeruimd om plaats te maken voor
nieuwe woongedeelten met eenge
zinswoningen. De Indiërs zelf zijn
over het algemeen verheugd over
deze vooruitgang, al vraagt men
zich af wanneer men door deze een
tonig gebouwde, stedebouwkundig
weinig fraaie wijken rijdt, in hoever
re hier al niet de slums van morgen
of overmorgen zi)n ontstaan. Maar
goed. vandaag zijn de mensen beter
af, ze wonen in ieder geval beter dan
vroeger. Men moet dan maar bui
ten beschouwing laten, dat deze Re
settlement', deze hergroepering van
de Indiërs, niet voor ieder hunner
een verbetering betekende: er zijn
ook mensen uit redelijke huizen naar
nieuwe wijken overgebracht. Daar
tegenover staat dan weer, dat in de
vroegere slums vaak van' uitbuiting
sprake was: er moesten soms voor
krotten hoge huren worden betaald,
nu is het beheer van de nieuwe wo
ningen een zaak van de eigen oe-
meenschap.
De Indiërs passen zich aan de
realiteit van het heden aan, dat wil
zeggen: aan de politiek van de ge
scheiden ontwikkeling. Maar er
blijft ook hier de realiteit, van de
getallen, zelfs nu het om een min
derheidsgroep gaat. Bijvoorbeeld: de
realiteit van de inwoneraantallen
van Durban, waar meer dan de helft
van de Indiërs woont. Nog géén
tweehonderdduizend blanken wonen
M deze havenstad aan Zuid-Afnka
oostkust, daarentegen meer dan
tweehonderdzesendertig duizend Azi
aten. De eerste groep oefent volle
dig burgerrechten uit. Een immi
grant uit E ropa, die na een aantal
jaren is genaturaliseerd, beschikt
over stemrecht en kan parlements
leden naar Kaapstad sturen. De In
diërs echter sommigen sinds ge
neraties in dit land geworteld
kunnen slechts invloed uitoefenon
vla hun eigen raad. Zij zijn niet
rechtstreeks in het parlement van
Reddy over dit punt: ,U vergeet
dat de verlening van stemrecht
aan ons Indiërs zou impliceren,
dat óók de bantoes het zouden
krijgen. One man one vote. Daar
ben ik tegen. We zonden door de
bantoes verzwolgen worden_'
VREES
We zouden verzwolgen worden.
Daar kwam de vrees weer om de
hoek kijken. Vrees bij de blanke.
Vrees bij de kleurling. Vrees bij de
Az.aat. Vrees voor de .zwartman'.
Die vrees maakt het probleem van
Zuid-Afrika schier onoplosbaar en
leidt tot een vicieuze cirkel. Zo wor
den maatregelen genomen om de
rassen gescheiden te houden, maar
met die maatregelen wordt tege
lijkertijd ,baie seer1 gedaan, om die
woorden nog eens te herhalen. Zo
ontstaan weer fricties, die tot nieu
we maatrgelen kunnen leiden.
S11 d;ePgeworteW angstgevoel
het bestaan daarvan wil overi
gens menig blanke niet toegeven
is n:et van de ene oo de andere
dag 'e. wijzigen in respect of solida-
nteit jegens het andere ras. Zeker
niet m een land, waar met name de
blanke al heel lang de lager-situa-
Ae ,ke"t- ,Het lag'er werd tijdens de
Grote Trek gevormd door de ossen
wagens 's avonds en 's nachts in
een kring te zetten. Binnen die
kring werden de tenten opgezet. Het
voortrekkersmonument in Protc-a
;s er het symbool van: het is om-
TinfH fSnnf tan -n,- r -
(tn steen) nou een er
de wacnt, het geweer aan de voet.
De blanke Zuidafrikaan voelt zich
aan de zuidpunt van dit zwarte con
tinent in een .lageri: hij verdedigt
de blanke civilisatie tegen de biS-
tenwereld, tegen de .zwartman', te.
gen het communisme.
VERANDERING?
Sommigen zeggen, dat er geluk
kig iets verandert in dit land ik
schreef het al eerder in deze artike
lenreeks. Werkelijk verandering
zal echter pas kunnen optreden als
de vrees gaat verdwijnen. ,God zij
dank hebben we tegenwoordig een
minister-president die niet doctrinair
is. maar voorzichtig koerst ln een
meer ontspannen r.ohting. Dat ge'.dt
ook voor de verhouding met het
buitenland, er is nu een .pohtiek
van uitwaartse beweging'. Misschien
zou men de premier wel een opportu
nist kunnen noemen', zei mè een
Zuidafrikaan.
Vorster ook al een opportunist?
Dit land zit er kennelijk vol van:
kleurlingen, Indiërs, bantoes, ze ac
cepteren allemaal het beleid van
afzonderlijke ontwikkeling uit op
port uniteïtsoverwegingen. Zouden de
opportunisten niet eens samen aan
de tafel kannen gaan zitten om een
nieuw beleid uit te stippelen? Dt
vroeg het ironisch, maar mijn zegs
man was niet in de stemming voor
grapjes. Ernstig zei hij: ,Ik bid dat
ons de tijd wordt gelaten voor dit
opportunisme. \\;e hebben het nodig.
Pas dan zal een groot deel van'onze
mensen zien, dat sommige principes
achteraf helemaal geen principes
waren
Deze man kon wel eens gelijk heb-
l>en. De vraag is evenwelzal blank
Zuid-Afrika inderdaad die tijd wor
den gelaten?
G. A. DE KOK
De vier vorige artikelen versche
nen in de PZC van 5 april, 9 april,
11 april en 12 aprü. In deze serie
volgen nog twee artikelen.
kleurlingen is bij Kaapstad in Bellville een eigen universiteit gesticht.
Woonhuizen »n kleurlingenwijken van Athlone.