DELFZIJL, ALUMINIUMSTAD ERVARINGEN VAN ALDEL NV BIJ DE KOMSX VAN PECHINEY IN VLISSINGEN-OOST O METINGEN NAAR DE UITSTOOT VAN FLUOR LANDBOUW LAAT GEEN KROKODILLENTRANEN zaterdagnummér inJuiltie- ierreinen DELFZIJL Vijl jaar geleden werd Delfzijl aan de Eems aluminiümstad. Om precies te zijn: op 14 april 1964 is Aluminium Delfzijl NV opgericht. Het werd een dochteronderneming van Hoog ovens, Alusuisse en Billiton. De fabriek zet in twee hallen met 260 elektrolyseovens aluinaarde om in vloeibaar aluminium en levert dat met een pro- duktie van momenteel 72.000 ton per jaar af, gegoten tot broodjesplakken of staven. Adel, zoals het bedrijf in de wandeling heet, heeft op het ogenblik een personeelsbestand van vijfhonderd man. Nog even en Vlissingen wordt ook alumi- niumstad. Het Franse concern Péchiney werkt op het ogenblik de plannen uit voc fabriekdie binnen vier jaar het dubbele van de Adel-produk- tie moet bereiken. Duizend man personeel wil Pé chiney naar dit bedrijf in hc havengebied Vlissin- gen-Oost trekken. Uithuizen Ten £>oer O leg terreinen voor industrie, bouw kademuren, uitbreiding kranenpark, vernieuwing loodsen) te bundelen. Delfzijl kreeg als eerste in Nederland op1 januari 1958 een havenschap, waarin participeren het rijk (50 pet), de provincie Groningen (30 pet) en de gemeente (20 pet). Deze bestuurlijke constructie werkt naar wens. Voor hc nieuwe havenschap Vlissingen-Oost er het ontworpen havenschap Terneuzen heeft het als voorbeeld gediend. In de periode tussen 1958 en nu is men ook druk aan het plannen maken geslagen. Nieuwste troef is het Eemshavenpro- ject, noordelijk van Delfzijl aan de mond van de Eems. Een interessante propositie voor een zeehavenontwik keling: de Eemshaven moet schepen kunnen ontvangen tot een diepgang van haast 11 meter met een draag vermogen van 40.000 tot 50.000 ton. Heeft de zoutvondst in Groningen er voor gezorgd dat de Koninklijke Soda naar Delfzijl vertrok, als niet op 29 mei 1959 de aardgasput bij Slochteren was geslagen, zou de N V. Aldel waar schijnlijk nooit in Groningen zijn ver rezen. Aardgas, goedkoop aardgas uit de bekende „pot" van econo mische zaken is voor de ontwikkeling van dit voor Nederland nieuwe be drijf het toverwoord geweest. Men weet het: Péchiney heeft ook enkele jaren stug volgehouden om dat goedkope aardgas voor zichzelf te bepleiten. Energie is namelijk dè beslissende factor bij vestiging van een aluminiumfabriek. Elektrolyse van aluminium uit aluinaarde vergt onge veer 15.000 kWh elektrische energie per ton. Péchiney kwam voor zijn energie voorziening niet in aanmerking voor goedkoop aardgas; hef bedrijf heeft dit probleem op een andere manier moeten oplossen. Maar daarover gaat het hier niet. Vijfhonderd man personeel bij het voortdurend groeiend bedrijf Aldel heeft een belangrijke bijdrage gele verd aan het Delfzijl waarvan burge meester Van Bruggen zegt dat „de spankracht er veel groter is gewor den." Op het ogenblik is de gemeenschap wel over de groeistuipen heen. De gezinnen van 500 man personeel voor een nieuwe fabriek opvangen is niet meer zo'n probleem als dat vijf jaar geleden was. Volgens de burgemees ter, die met een hoge persoonlijke in zet de ontwikkeling helpt stimuleren komen er latent nog wel fricties voor. „Maar", zegt hij opgewekt, „Delfzijl heeft het voordeel dat het niet zo maar een plattelandsgemeente was. Als havenplaats is het altijd gewend geweest de blik naar buiten te richten. En dat is nu een groot voordeel." Er is enkele jaren geleden een Stichting maatschappelijke begeleiding opge richt, die zich heel wat moeite ge troost om in de sociale sector aan passingsmoeilijkheden zoveel moge lijk uit de weg te ruimen. Na een aantal jaren noodmaatregelen te hebben getroffen, die voornamelijk in de sector woning- en scholenbouw lagen is Delfzijl nu bezig met een planning (en uitvoering daarvan) op de lange termijn. Burgemeester Van Bruggen: „We hebben een geheel nieuwe stad ontworpen. Delfzijl wordt een autostad. Tenslotte heeft ieder ge zin vandaag de dag zijn auto." Het gemeentebestuur heeft zich voor de opgaaf gesteld om het gehele com plex van maatregelen, dat het platge treden begrip leefklimaat moet be vorderen tegelijk aan te pakken. Of het lukt hangt af van de financiële middelen, die deze industriekern kan losbranden; hangt af van de manier waarop de ontwikkeling door elders wordt beoordeeld en gestimuleerd. Aldel's directeur, ir. Smit, spreekt van een metropooleffect. Dat zou hij graag in Delfzijl zien, Een metropooleffect voor de import-inwoner, die zijn ver langens etaleert wanneer hij in Delfzijl wil komen werken. Maar ook voor de vroeger vertrokken Groninger, die graag wil terugkomen naar zijn eigen provincie nu hij daar -' in tegenstelling tot een aantal jaren terug - wél goe de mogelijkheden ziet voor zijn toe komst. Hetzelfde verschijnsel als in de nieuwe industriële groeipolen van Zee tand, waar ook tal van uit deze pro /incie weggetrokken inwoners nu wél <verkkringen naar hun zin zien ge :reëerd Maar die remigranten, zoals ze wel worden qenoemd, stellen óók hun eisen: goed werk, goed salaris, zen goede woning, goede ontspan ningsmogelijkheden. Hun terugkeer naar hel oude land met nieuwe kan. sen heeft het effect van de verbin dende schakel tussen huidige bevol king en de nieuwkomers. Ze weten hoe het was en wat het worden kan. Ze beseffen dat het geen kattewgsje is om groot-industrieën op te vangen in een gebied dat tot voor kort nog op een geheel andere schaal werkte Delfzijl: aluminiumstad, chemisch cen trum van het noorden. Vlissingen: straks aluminiumstad, chemisch cen trum in het zuidelijk deltagebied. Er zijn parallellen, er zijn tegenstellingen. In ieder geval zijn ervaringen leer zaam. KEES VAM DER MAAS. DELFZIJL - In samenwerking met het ministerie voor sociale zaken en volksgezondheid verrichten twee Instituten metingen naar de luchtverontreiniging (fluoruitstöot), die Aluminium Delf zijl N.V. in de omtrek van het bedrijf veroorzaakt. Het zijn het Instituut voor Plantenzlektekundig Onderzoek (IPO) en TNO Delft. Het gaat er daarbij om vast te stellen hoe groot de emissie Is aan fluor, die niet door het systeem van lucht- wassing in de kap van de elektrolysehallen wordt tegenge houden. „Op het ogenblik zitten we op rozen", zegt Aldel-directeur ir R. Smit tevreden wanneer hij afgaat op de resultaten van de metingen. „We hebben een meetnet gehad dat reikte tot een straal van acht kilometer rondom de fabriek. Maar de meet punten bij 8 en 4 kilometer hebben we laten vervallen. Daar werd totaal geen luchtverontreiniging geconstateerd. Dichterbij was er dan een zekere stijging, maar die veroorzaakte geen schade en gaf geen reden tot klachten. In het gras werd een fluor gehalte geconstateerd dat ver beneden het toelaatbare mag worden geacht Afgezien dan van een meetpunt op 300 meter afstand van de fabriek. Daar was de stijging van het fluor gehalte zo, dat - wanneer de uitstoo.t het hele jaar door dezelfde zou blijven - er wel wat te merken zou zijn." Het ministerie van sociale zaken en volksgezondheid In Den Haag bevestigt dat de moderne uitwasmethode van de ver ontreinigde lucht uit de hallen van Aldel weliswaar geen hon derd procent8 bestrijding bereikt, maar' in de omgeving geen aanleiding tot problemen geeft. Het door Alusuisse ontwikkelde systeem van luchtwasslng verbruikt per hal 2000 kubieke meter water per uur. Ook In het Zwitserse Wallis wordt het in een aluminiumfabriek toege past, vertelt de heer Smit ons nog. Nog steeds schijnt er daar geen invloed van luchtverontreiniging op de rondom verbouwde abrikozen te worden gesignaleerd. Hoe het In de aluminiumfabriek te Delfzijl staat met het werk milieu van het personeel op het punt van luchtverontreiniging? De elektrolysehallen zijn zo gebouwd, dat de ovens op een verdieping staan. Via roosters in de vloer naast de ovens wordt de lucht In de hallen 50 keer per uur ververst Via ventilatoren en de zogenaamde wasserij wordt de lucht afgevoerd. Het Iuchtclrculatie8y8teem in de fabriek is overigens onlangs grondig herzien, nadat gedurende anderhalf jaar een grondig onderzoek was ingesteld naar ademhalingsklachten. BIJ dat onderzoek waren het Nationaal Luchtvaartlaboratorium en de bedrijfsgeneeskundige dienst van Hoogovens Ingeschakeld. Mensen met een bepaalde gevoeligheid op de luchtwegen reageerden met aandoeningen omdat het ventilatiesysteem - mede als gevolg van de vaak wisselende wind aan de Eems - niet optimaal functioneerde. Er zijn nadien een aantal maatregelen genomen. Het ventilatie systeem is aangepast en verbeterd. Er is een onderzoek gaande om een methode van keuring bij sollicitatie van personeel te ontwikkelen, opdat kandidaat-werknemers met gevoelige lucht wegen zo vroeg mogelijk uitgeselecteerd kunnen worden. Bovendien Is besloten een periodiek geneeskundig onderzoek voor het personeel In te stellen. EMDENQ Enkele van de 260 elektrolyseovens ut de twee produktu hallen van Aluminium Delfzijl N.V. Elke oven is S meter lang, 4 meter breed en P/s meter hoog. Boven de bak van de oven hangt een brug met 24 anodestangen; aan elke stang twee anodeblokken. Via deze blokken wordt dc stroom binnengevoerd. De witte poeder rondom de blok ken is de aluinaarde, waaruit het vloeibare aluminium wordt gehaald. Wat betekent nu zo'n belangrijke vestiging voor het betrokken gebied? Wat wordt er van de toekomstige werknemers in een aluminiumbedrijf gevraagd en wat vragen die werknemers van hun woongebied? Welke im puls geeft een aluminiumbedrijf aan de ontwikkeling op allerlei terrein (economisch, sociaal, cultureel) in een vrij nieuw industriegebied? Welke hinder (luchtverontreiniging e.d.veroorzaakt zo'n vestiging? Met deze vragen voor in de mond zijn we naar Delfzijl gereisd. Groningens nieuwe industriepool, die in een periode van vijftien jaar zijn bevolking zag verdubbelen tot 21.000 inwoners. Delfzijl, na de oorlog nog een ver stild stadje met wat conventionele bedrijven kreeg na 1954 via de ves tiging van de N.V. Koninklijke Nederlandse Soda-lndustrie, de N.V. Ne derlandse Kabel Fabrieken, de N.V. Petrochemie AKU en Aldel N.V. een injectie, die de samenleving er compleet op zijn kop zette- Mr. A. P. J. van Bruggen (43), bur gemeester van Delfzijl: „We zijn hier bezig aan een rücksichtlose sa nering. Van de 6400 panden in Delf zijl zijn er zo'n 5000 nieuw gebouwd. De bevolking van Delfzijl was van huis uit zeevarend: schippers en re ders. Het is typerend, dat we met de komst van de gekwalificeerde werknemer een heel ander scala van inwoners hebben gekregen. Mensen, die hun eisen hoger stellen, die an dere vormen van ontspanning vragen en die ook helpen opbouwen. Aller lei verenigingen en organisaties, waarvan de bevolking hier vroeger nauwelijks of nooit had gehoord, zijn plotseling aanwezig." M. R. W. Bos (49), economisch mede werker van de Noordelijke Econo- misch-Technologische Organisatie (NETO) te Groningen: „Een van de grote voordelen in de sociaal-psy chologische sfeer is dat de bevolking nu moderne bedrijven voor ogen heeft gekregen met, een duidelijke functiestructuur. De gezamenlijke nieuwe bedrijven leveren een flinke morele steun voor het oudere be drijfsleven. Er moet hier heel veel gedragen worden door de import. En dat gebeurt ook." 'edrijuen' u6 t01)Slaoplaatsen van Aldel N.V. stapels voorstaven alumiihum. klaar voor afvoer naar de verwerkings- let produkt wordt ook afgeleverd in de vorm van plakken en zogenaamde broodjes. Ir. R. Smit (44), directeur van Alu minium Delfzijl: „We hebben in hoofdzaak gekwalificeerd personeel. Ieder, die in de produküe in ploegen dienst is ingeschakeld (gieters, smel ters), heeft een omscholingscursus gevolgdDaarvoor is hard gewerkt en daarvoor krijgt hij dan ook een goede beloning. I-Iet totale verloop jon der ons personeel is klein. Het ligt beneden de tien procent. Alge meen is er het gevoel, dat men goed op zijn plaats is in dit bedrijf. Het niveau van betaling speelt daarbij uiteraard een grote rol." De dorpsstraat van het gehucht Heveskes loopt dood op het 100 hectaren grote In dustrieterrein van Aluminium Delfzijl N.V. Letterlijk en figuurlijk. Bulldozers staan er tegen verlaten boerderijen te duwen. Het is er stil en onheilspellend. Streks is Heveskes niet meer. In totaal zes dorpen en gehuchten rond om Delfzijl moeten verdwijnen. Om de havenstad aan ruimte yoor industrieter reinen en nieuwe woonwijken te helpen. In het begin leverde de beslissing tot het ruimen van de dorpen nog wel wat ge mopper op. Maar dat Is langzamerhand verstild. De onteigeningskwesties zijn niet moeilijk meer. Vaak kunnen koper en verkoper het op een akkoordje gooien. Datzelfde geldt eigenlijk voor de ver werving van landbouwgrond. Drs. Cambler is tevreden over de onderhandelingen van de landbouwers met het Havenschap Delfzijl. „Het gaat om vrij grote bedrij ven (In de maat van 50 hectare). De land bouwers daar worden uitgekocht en het havenschap beveelt de eigenaars van deze bedrijven aan als sollicitanten voor een nieuwe boerderij in oostelijk Flevoland. Ze komen dan op een voorkeurslijst." Rondom Delfzijl liggen de zaken voor de landbouwers wel even andera dan In de omgeving van het Sloe en de Zeeuwe- Vlaamse kanaalzone. „Het gaat hier echt niet om de beste landbouwgronden van Groningen. De boeren zullen er geen kro kodillentranen om laten. Men kijkt In Zeeland nogal eens op tegen de Groning se akkerbouw. Vergeet het maar voor de omgeving Delfzijl. De graanproduktle Is niet meer wat zij geweest Is. Er worden relatief lage prijzen gemaakt, er Is een verminderde stro-opbrengst,. De Gronin ger boer heeft een eenzijdig bouwplan. Dat extensieve bouwplan ombouwen Is haast niet mogelijk. Als het gaat om verkoop van landbouw grond aan de Industrie Is de Groninger boer nogal Jakoniek. Hij schreeuwt niet zo hard. luistert eens goed naar de prijs, die kan worden gemaakt en neemt daarop vrij snel zijn beslissing. Vurige debetten, zoals die in de beginperiode voorkwa men, zijn er niet meer. Het protest is wat weggeëbd. O ja. nog wel even dit: het is niet zo dat mensen uit de Groninger landbouw staan te dringen om in de industrie te werken." In een vrij geforceerd tempo heeft Delfzijl zijn personeel naar gehaald. Ongeveer de helfl is afkomstig uit het noorden. Limburg (de mijnen) werd 17 pet uit de randstad Holland 17 pet. Weinig werknemers komen de landbouw. Wat de uitstoot uil richting betreft heeft de vestiging Aldel dus weinig soelaas gebracht. Simenon, de auteur die in 1931 in Delfzijl eigenlijk zijn commis- 1 saris Maigret schiep, beschreef de ha venplaats aan de Eems toen als „een gn kleine stad, tien of twaalf straten op ijke z''n '1009st/ Geplaveid met rode klin- rte te.'kers' even re9eimahg naast elkaar ge legd als tegels in een keuken, 't Stadje ligt daar als een stuk speel- 0 goed." i „f8 roman'iek van dat silhouet is al- nog maar te vinden op foto's, waarvan je kunt zeggen dat ze nu heel snel historische waarde krijgen. Delf zijl heeft voorgoed afgerekend met dat knusse karaktertje van weleer. Het bouwt huizen en huizen en huizen. Het heeft ervoor gezorgd dat het in het bezit is gekomen van voorzieningen als een moderne bioscoop, een schouwburg, een instituut voor ama teuristische kunstbeoefennig, een open bare leeszaal, een zoutwaterzwembad en een overdekt zwembad, een sport hal, een camping- en caravanpark, een jachthaven, verschillende parken, speeltuinen en een groot recreatie park. Sinds in 1951 bij Winschoten een zout- horst werd ontdekt en de Kon. Neder landse Zoutindustrie besloot haar nieuwe fabrieken in Delfzijl te vestigen heeft de haven een nieuwe functie gekregen, die van het noordelijk che misch centrum. Er kwam een nieuwe zeesluis, de binnenhaven werd toe gankelijk gemaakt voor schepen tot 2500 ton, er kwam een geheel nieuwe haven. Tot kort daarvoor had de haven van Delfzijl, al was ze dan de belangrijkste van Noord-Nederland en al lag ze dan gunstig tegenover het Duitse Emden, altijd maar een dommelend bestaan geleid. Het was een haven voor kust vaarders; er werden produkten aange voerd als steenkolen, hout, chilisal- peter, agrarische lading; de export was bescheiden. Maar toen Delfzijl de slogan „water, zout en aardgas" begon uit te buiten werd pas goed duidelijk welke mo gelijkheden de haven eigenlijk wel bood. Om een zo slagvaardig moge lijk beleid te kunnen voeren besloot men de nieuwe havenactiviteiten (aan- Ors R. Cambier (44), sociaal-agrarisch voorlichter van de Groninger Maat schappij van Landbouw, heeft zich de laatste jaren veel bezig gehouden met de verkoop van landbouwgron den voor de industrie. Hij is afkom stig uit Terneuzen en werkte van 1953 tot 1958 in Goes als secretaris van Zevibel, de vereniging Zeeuwse Visserij Belangen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1969 | | pagina 23