Seth Gaaikema: NEDERLAND HEEFT GEWOON TE WEINIG SMOEZZERS HET DAGBOEK VAN SAMUEL PEPYS DANSEN ROND DE HOOIMIJT EN ZIEN WAT ER VAN KOMT Zaterdag 22 maart 1969 Het Nederlandse cabaret Is nog steeds eer klein wereldje met grote goden. Wie over ca baret spreekt, heeft het over Kan, Hermans er Sonneveld. de grote drie. Hij kan wat verder teruggaan en dan komen de verhalen van de grote kleine man Louis Davids, de zwierezwaai er Plsulse. Buziau die niet meer dan zijn wat armetierig staketsel hoeft te laten zien om een zaal aan het schateren te krijgen. Lange leuke verhalen voor warme sentimentele wlnteravon den met een bakje koffie en één groot na deel: het vaderlands cabaret komt wat onge lukklg In de sfeer van de legende terecht. En dat terwijl er naast de levende en levendi ge legende van de grote drie een nieuwe groep jonge cabaretiers driftig bezig Is de kaarten te schuden. Kan. Hermans en Sonneveld blijven recht overeind, maar onmiddellijk achter of naast hen wordt aan het podium getrokken, door Paul van Vliet, Seth Gaaikema, Lurelel. Fons Jansen, Herman van Veen, Frans Halsema, Gerard Cox. Seth Gaaikema: ,De zaak is aan het ver schuiven. Alle eerbied voor de drie, alle eerbied voor Fons Jansen, die er-qua pu- bl:ek-bijna een grote vier van maakt. De kaarten worden geschud. Er komt een nieu we laag boven. De belangstelling van het publiek draait mee' GAAIKEMA (29) zit in de hausse van zijn carriëre. Avond aan avond staat hij ergens in Nederland. De ochtenden en zeer vee) middagen geeft hij schoolvoor stellingen. Gaaikema is een van de weini ge jongeren die in enkele jaren de formule gevonden hebben om van het mateloos ver velend met woordspelinkjes grappende stu dentencabaret over te stappen op het ca baret voor iedereen. .Cabaret is er ook voor iedereen. Het is niet langer iets geweldig exclusiefs. Ik heb geprobeerd om er een vorm van thea ter van te maken. Theater van het mo ment wel te verstaan. Ik ben bewust afge stapt van die regels die een programma muurvast maken. Ik geloof dat improvisa tie een sterke zijde van me is. Ik ga die nog meer ontwikkelen. Dat klinkt mis schien wat paradoxaal. Improvisatie heb je of je hebt het niet, maar je moet op het toneel wel naar eeD toegespitste vorm werken'. Gaaikema werkt op de dag, op de minuut, op het moment. De geijkte mopjes voor de laatkomers en de vroeg - en laatgiilers ontbreken en hebben plaats gemaakt voor een volledig aan de situatie aangepast .re pertoire' dat op het moment ontstaat. Gaaikema is er een meester tn. weet Intus sen best wat hij in dergelijke situaties zeggen en zwijgen moet en is gewoon blij met elke gelegenheid. De rest van zijn programma Is op tekst, muziek en timing achter allerminst onvoorbereid. Vroeger was het met cabaret zo dat je m vde veronderstelling dat je een handi ge jongen was maar even op een podium ging staan, wat zei of zong of zingzei en ifwachtte wat er gebeuren zou. Zo van dansen rond de hooimijt en zien wat er van komt. Die tijd ls over. Cabaret is een ak. afwachten niet'. student Domineeszoon Gaaikema begon in 1957 zijn studie te combineren met het cabaret. In flat jaar richtte de student Nederlandse taal en letterkunde het Groninger Studen ten Cabaret op en kwam vrij spoedig daarna in contact met Wim Kan die Gaai- kema's teksten, scherp of poëtisch, best ge bruiken kon. De oudejaarsluisteraars wis ten toen nog niet zo best dat ze tussen de oliebollen behalve Kan ook Gaaikema hoorden. Gaaikema bleef zich onderscheiden als tekstleverancier. In 1960 maakte hij de Ne derlandse bewerking voor de musical ,My fair lady' Verder vertaalde hij de musi cals .Oliver", .Kiss me Kate' .Carnival' an .Sweet Zanty' Brechts' .Dreigroschenoper' kwam als de Driestuiversopera van zijn werktafel. In tussen stond Gaaikema ook zelf op het podium, bouwend aan een eigen carrière in een oud vak, met nieuwe middelen Jk heb natuurlijk ontzettend veel van dat vertaalwerk geleerd. Ik ben bij de hele produktie van de musicals betrokken ge weest, ik heb op de eerste rij gezeten. A_ls je dan ziet wat een artiest nodig heeft aan tekst, als je ziet wat een stuk nodig heeft aan tekst en je legt er naast wat je aanvankelijk als zeer goed had bestempeld, wordt het goed duidelijk wat je allemaal nog leren moet. Het vak ls harder dan je denkt. De Bühne vraagt ontzettend veel aanpassing. Leuk dat het te leren is'. positie tn 1964 wordt Seth Gaaikema drs Gaaike ma. Hij verdwijnt niet van het podium, stapt niet voor de klas, maar blijft staan. Het loopt net lekker. Als zijn eerste suc cesshow .Kom kom, tuut tuut, ho ho', ge vleugelde woorden voor Nederland ople vert, heeft Gaaikema ook een cabaretposi tie die de mogelijkheden voor meer in zich heeft. Hij is dan al helemaal verge ten als studentencabaretier. Dat is eigenlijk maar goed ook. Ik heb er nu af en toe nog mee te kampen. Woorden zijn sfeerinstrumenten, je kunt er alles mee doen. Toch heb lk van mezelf het idee dat lk het nog te vaak op Ingewik kelde woordgrapjes laat aankomen. Dat moeten we natuurlijk niet hebben En tja, die studenten. Kijk, er is niets zo opval lend als het feit dat heel die Nederlandse studentenproblematiek nergens weerklank vindt buiten de studentenwereld. Niet in de politiek, niet bij het publiek. Het spreekt niet aan. gaat er finaal langs. Tn zo'n geval kun je ook maar zeer moeilijk studenten cabaret brengen Je begint er niets mee doctor Gaaikema is zijn studie overigens niei nelemaal kwijtgeraakt of het moest aan het cabaret zijn. Hij hoopt over niet a' te lange tijd te promoveren (.niet vanwe ge dat ,dr' voor mtjn naam want dat schept alleen maar afstand. Titels moeten worden afgeschaft. Ik zie die promotie alleen als het afsluiten van de studie'.) op Louis Davids. Alle mogelijke archieven moeten er als het podium hem even •ust laat onder door. Louis Davids is meer dan een kleine groti man alleen. Hij staat voor een hele perio de. Niet een van de minst interessante bovendien. Ik heb weinig tijd, maar ik ge loof dat er een fijn boek uit kan komen. Wat denk Je als lk alleen al de namen noem van de mensen die samen Louis Da vids hebben ,mee-gemaakt': Jacques van Tol, Margie Morris, Rido, Speenhoff, Mey er Hamel, Cor Lemaire. een hele periode' groningen Gaalkemo en Groningen liggen erg dichtbij Elk programma kan daarvan getuigen Gaaikema: ,Ik hou van Groningen maar ik ben het kwijt. Ik woon in Amsterdam Dat moet voor ons vak. Ik ben geen Toon Hermans die kan zeggen .ik woon in Maas tricht, als je me hebben moet, dan kom je maar'. Ik woon in Amsterdam, ben Gro ningen kwijt, maar ik ben het niet verge ten. De mensen weten dat Gaaikema bij Groningen hoort. Het ls mijn kleur. Daar kan lk voorlopig niet vanaf. Gronings? Ja. Nederlands is geen taal om leuke zin netjes in te zeggen. Ik geef toe: ik heb Groningen uitgebuit, maar dat moet ik ook wel. Vanuit Amsterdam gaat Seth Gaaikema het land door. ,Het is vermoeiend, niet vervelend om te doen. Ik wil voor elk publiek optreden. De tournee 's de levende leerschool. Ik zit nou tegen de dertig ik kan nog opnemen, straks gaat dat alle maal wat moeilijker. Bovendien wil lk er, serieus echt iets van maken dus moet ik ook helemaal door de molen. Je moet leren wat je aan elk publiek hebt. Je moet daar bij zelf aan het woord blijven en toch moet er een sfeertje hangen van ,wat praat dat publiek lekker mee'. Gladde cabaretiers zijn er genoeg, Nederland zal het een paar maandjes zonder Seth Gaaikema moeten stellen. Over enkele dagen. 28 maart, ver trekt hij naar Canada. Vmerika en de West om er voor de tweede maal de Nederlandse clubs ln contact te brengen met ,Kom kom, tuut tuut, ho ho'. Graag gedaan natuurlijk. Het is aange paste vorm van het oude programma. Uit eindelijk is daarmee voor mij zo'n beetje de victorie begonnen .Vroeger kreeg ik niet al te veel mensen en nu ben ik in de grote steden wekenlang uitverkocht. Een cabaretier heeft één geluk: hij be paalt niet wat goed is. Dat doet het pu bliek wel'. TEKST ANDRE OOSTHOEK Q FOTO'S DICK FABER. PZC DAGBOEKEN, mémoires, brieven behoren voor menige lezer lot de lievelingslectuur. Hoe echter, hoe dierbaarder. Met dat .echT bedoelen we dat de schrijver van die intieme geschriften niet in de eerste plaats aan een latere lezer heeft gedacht. Dagboeken en brieven die al op gesteld worden met het oog op later effect, missen die waarachtige toets meestal, geven onherroepelijk een sterk vertekend, geidealiseerd wensbeeld, het is als hel ware of de schrijver de toekomstige lezer al over zijn schouder voelde kijken. Het werkelijke .geheime' dagboek dat nooit bestemd is geweest voor andere ogen, de optekeningen die iemand helemaal alleen voor zichzelf heeft gemaakt, om welke reden dan ook, gunnen die latere lezer een blik in het waarachtige zelf zoals de schrijver het althans zelf zag. Men voelt zich dan haast indiscreet als men iemand zo in négligé kan bespieden. Mogelijk is het zelfs een van de plezierige prikkels bij zulke lectuur. Over het algemeen wroet men im mers graag in andermans intimiteiten. "Liet Dagboek van Samuel Pepys (1632-1703) behoort tof die laatste A categorie van echt geheime dagboeken. Het was zelfs zo geheim dat Pepys het deels in een soort steno neerschreef (wellicht ooit vlug heidshalve en verder vaak nog in een wonderlijk mengelmoes van (vrij gebrekkig) Frans, Latijn en andere talen. Pepys nield het achter slot in zijn bureau Niemand heeft er ooit iets van gezien en de enige keer dat hij er een vriend iets van vertelde, had hij er spijt van. Na zijn dood kwam het met zijn hele belangrijke bibliotheek in de universiteits bibliotheek van Cambridge terecht, waar het tot in het begin van de vorige eeuw heeft gestaan voordat iemand er blijkbaar naar keek. Een dominé, John Smith, heeft drie jaar lang aan de omzetting van de stenografische gedeelten gewerkt, hij moest eerst de sleutel ontdekken Zo verscheen dan in 1825 een eerste, gedeeltelijke druk van het Diary Later, tegen het einde van de eeuw, ontdekte men pas (hoe is het moge lijk, vraagt men zich af) dat het stenografiesysteem dat Pepys gebruikte het systeem van zijn tijdgenoot Shelton was, dat óók in Pepys' biblio theek stond Ondertussen was John Smith al gestorven en hij heeft dus nooit geweten dat al zijn werk min of meer overbodig was geweest He» complete Dagboek, dat de jaren 1660-mei 1669 bestrijkt en heel erg uitvoerig is, werd voor zover we weten nog nooit uitgegeven Bijna alle edities zi|n óf een soort bloemlezingen in de smaak van de tijd, óf slaan enkele oassages over die .onmoqelijk gedrukt konden worden' Tegenwoordig kan alles gedrukt worden en Pepys maakt het werkelijk niet te bont. Een groot bezwaar is dat hij vaak erg wijdlopig is en zoveel vertelt wat haas» niemand meer interesseert, zodat een werkelijk complete uitgave van zijn Dagboek een ongelezen boek dreigt te wor den da» men wel in de kast heeft staan, maar zelden of nooit inziet Terwijl een met smaak en overleg gedane keuze tot de verrukkelijkste lectuur kan behoren. Zoals het boek waarvoor we vandaag uw aandacht vragen, .Geheim dagboek van een puritein' door Samuel Pepys, vertaald en gekozen door Heieen ten Holt. De enige kritiek die we op de uitgave zelf heb aardig meisje of aardige jonge vrouw zien zonder zijn kansen te pro beren en dikwijls had hij succes. Hij was, getuige zijn portretten, een aantrekkelijke man met een innemend, zelfs wel knap gezicht. Daarbij had hij later een zeer hoge positie en werd hij ook nog rijk en de vrouwen die hij probeerde te verleiden waren meestal uit lagere stan den of zelfs van het personeel, zodat zijn .successen' niet zo erg impo nerend zijn Aan koninginnen heeft hij zich niet gewaagd, tenzij ze al lang dood waren. Hoogst merkwaardig is zijn notitie van 23 feb. 1669, als hij de graven in Westminster Abbey bezichtigt: ,and here we did "atherir Abbey see, by particular favour, the body of Queen Katnerine of Valois; and I had the upper part of her body in my hands, and I did kiss her ben, is, dat in de inleiding niet duidelijk wordt gezegd dat dit boek inderdaad slechts een zeer beperkte en heel persoonlijke keuze is Heieen ten Holt heeft alleen maar datgene opgenomen wat haar boeide en boeiend leek, ze heeft Pepys afgestoft en gemoderniseerd, maar hem helaas niet helemaal intact gelaten. Zij had té grote aandacht voor de ongemeen boeiende petite histoire, het tekenende détail, maar he1 zwaartepunt is daardoor wel een beetje verlegd Tenslotte was Pepys ook nog een belangrijke man in zijn tijdsgewricht en een uiterst oe kwaam ambtenaar. We zien hem nu als het ware meer onder rokken graaien dan op zijn post en dat is met helemaal correct f Wel is hii in de presentatie van Heieen 'en Holt een springlevend mens, een man die ons haast lijfelijk mee terugvoert naar het midden van de zeven tiende eeuw. Op zichzelf is dat knap, maar de bewerkster had het iet- duidelijker moeten maken wat zij precies gedaan heeft voor die lezer voor wie dit de eerste kennismaking is met Pepys' (tussen haakjes, mer spreek» uit: Pieps) Diary. Overigens lijden vrijwel alle uitgaven aan het zelfde euvel en zijn er ook edities waaruit al dit intieme, vroeger tri viaal geachte, het speelse en lichtelijk scabreuse dat ons nu zo amu seert, weggelaten zijn. En nogmaals: waar het oorspronkelijke bij tijd en wijle een ontzaglijk langdradige aangelegenheid is, blijk» deze versie van begin tot einde verrukkend en sprankelend van leven. Een uitgave als deze kan honderden mensen op de allerplezierigste wijze nader tot Pepys brengen en het lijk» dan ook wel erg ondankbaar al- men toch zijn bezwaren tegen een dergelijke adaptie formuleert. Wat overblijft in deze vorm is zo prachtig en interessan», dat het ,Ge heim dagboek van een puritein' tot de sterk aanbevolen boeken be hoort I Camuel Pepys was afkomstig ui» de nette middenstand. Zijn vader wa; kleermaker en wat beneden zijn stand getrouwd. Pepys had in Cambridge gestudeerd, zijn BA gehaald en hi| was jong gehuwd me' de nog maar veertienjarige doenter van Franse emigrés, een beeld schoon meisie dat mógelijk van voorname afkomst was, maar in iede geval straatarm en weinig ontwikkeld en dat daarbij neigingen toonde tot gemakzucht, slordigheid en verkwisting. Pas toen hij getrouwd wa? las Pepys, die zelf ook geen geld bezat, in een boek dat het le. dom was om te trouwen, 2e. nog dommer om een vrouw zonder enorme bruidschat te trouwen, 3e het allerdomst om een beeldschone vrouw te trouwen. Hij heeft het allemaal ondervonden. Zijn vrouw en hij waren in ieder opzicht antipoden en de ruzies waren niet van de lucht, mae- Pepys hield van zijn vrouw en hij bleef haar schoonheid bewondere- (al was dat uiteindelijk wel zo ongeveer het enige wat hij nog aa haar waardeerde) Wel werd hij soms boos als zij voor het behoud van die schoonheid de nieuwste schoonheidsmiddeltjes toepaste en bijvoor beeld haar gelaat insmeerde met de urine van jonge hondjes.Vrede heeft hij er eerder mee als ze voor een nacht over naar Woolwich gaat om 's morgens vroeg meidauw te verzamelen: .Mevrouw Turner bad haar namelijk verteld dat da» het ie van het is om ie gezicht mee te wassen; ik vind het al lang goed' (28 mei 1667) Nu gaf Pepys zijn vrouw wel veel reden voor jaloezie Hij kon geen body ic mouth, reflecting upon it that I dia kiss a queen, and that this was my birth-day, thirty-six years old, that I did kiss a queene'. Dehalve van vrouwen, was Pepys ook bezeten van een verlangen om L' rijk te worden. Hij telt onophoudelijk zijn geld en noteert met groot genot hoe zijn vermogen toeneemt, dank zij de protectie van een invloedrijk ver familielid, de Earl of Sandwich, die zorgt dat Pepys een paar zeer hoge posten bij de Marine krijgt. Deze posten brachten met zich mee dat hij vaak prachtige en heel kostbare ge schenken kreeg van mensen die van hém weer een gunst verwachtten. Als ambtenaar is Pepys hoog gewaardeerd en door vrijwel iedereen geprezen. Er zijn tijden geweest, zoals tijdens de grote pestepidemie en de enorme brand van Londen in 1666, en tijdens de tweede oorlog met de Hollandse Republiek, da» de leiding van de Marine eigenlijk geheel bij hem berustte. Door de keuze van Heieen ten Holt lipct het wel eens of Pepys zich in zulke moeilijke uren en op zulke belangrijke momenten enkel en alleen met persoonlijke beuzelingen bezig heeft gehouden. Da» is een van de nadelen van zo'n eenzijdige presentatie. Zeer zeker was Pepys ook geneigd tot overdadige genietingen, tot drank, lekker eten, schouwburgbezoek, feesten. Met een beetje berouw noteert hij dan weer hoeveel dat allemaal heeft gekost, hij beloof» zichzelf beterschap en legt tegenover God geloftes af, dwingt zich een bepaalde tijd geen wijn bij het diner te gebruiken, of de schouw burg voorlopig niet te bezoeken De geest w3s gewillig genoeg, maar het vlees Vaak viel hij de dag daarop al weer. Welk een verrukkelijk beeld geeft dit boek van het dagelijkse leven van onze voorouders in de zeventiende eeuw. Is er geen po 's nachts te vinden, dan water» Papys heel gemoedereerd in de schouw. Komt er een dame op bezoek (een Lady nog wel) dan neemt ze als ze even wachten moet omdat de gastheer er nog niet is, ook al doodgemoedereerd Letterkundige kroniek door HANS WARREN iaa»s op het stilletie (pott, staat er), wel zqn gas» en gasfheei - reselijk confuus door de situatie als laatstgenoemde plotseling de kamer binnenkomt. Het gesprek vlot met meer zo En de lucht, vraagt men zich af, ook al was my Lady er bijtijds afgeweest Men sliep heel vrolijk bij elkaar in bed, kamde eikaars naar en ving eikaars luizen. In de pruiken zaten vaak al neten als ze door de kapper werden afge leverd, en ten tijde van de pest durfde men geen pruiken kopen omdat men bang was dat het haar van pestlijders afgesneden was Knechts en zelfs meiden werden afgerost als hun werk niet beviel, 3epys ziet er geen been in midden in de nacht de meid te laten op gaan als hij dorst heeft na het overmatig eten van zoute ansjovis, en hij geeft de meid een schop en een draai om haar oren als ze de voordeur open laat staan. Zijn vrouw heef» blijkbaar minder ontzag zij wordt teruggeslagen door haar kamenier I /~\ver het natuurgebeuren laat Pepys zich de grootste onzin wijs- maken. O.a. dat er in Lancashire slangen zijn die alleen van leeuweriken leven ,die ze als volgt vangen: ze wachten tot de leeuwerik zijn hoogste vlucht heeft bereikt en dan kruipen zij precies onder de plaats waar de leeuwerik is en richten hun bek naar boven; men neemt aan dat ze dan vergif naar boven spuwen, went de leeuwerik komt plotseling naor beneden cirkelen en valt precies in de muil van de slang; heel vreemd' (pag. 72). Ook op het gebied van de geneeskunde was het, zoals bekend, in de zeventiende eeuw nog een zeer droeve zaak. Daarbij had Pepys het ongeluk aan nierstenen te lijden (Hij zou er in 1703 toch nog aon sterven). Toen hij 25 jaar was, had men hem ven de steen geopereerd en ieder jeer was de 26ste maart voor hem een feestdag: hij had de toen werkelijk levensgevaarlijke operatie over leefd. Maar wet deed hij verder niet: hij droeg zelfs een hezepoofie rond zijn hals, net als de middeleeuwers, (frisse geur verspreidde zo n ding) en schrijft bijvoorbeeld in vol vertrouwen: .Vandaag heeft een kennis mij erop attent gemaakt dat aan mijn hazevoetje het gewricht ontbreekt. Hij verzekerde mij dat hij sinds hij het zijne heeft, nooit meer last van koliek heeft gehad; het is vreemd hoe de fantasie iemand kan beïnvloeden, wan» zodra ik zijn hazevoetje aanraakte, begon mijn buik te rommelen en moest ik een wind laten en ik voelde mij meteen een stuk beter. Heb dus onderweg naar huis een haas gekocht' En de dog daarop: Heb me vandaag de hele dag uitstekend gevoeld; dat moet ik wel aan mijn nieuwe hazevoetje toeschrijven' Later heeft Pepys erg aan zijn ogen geleden en gevreesd, volslagen blind te worden. Het was zelfs de directe reden dat hij in mei 1669 zijn dagboek beëindigde:het is me daarbij te moede alsof ik mijzelf naar mijn eigen graf zie gaan: moge God mij hiervoor en voor alle ongemakken die met mijn blindheid gepaard zullen gaan, bereid maken' Pepys is echter nooit helemaal blind geworden, wel bleven zijn ogen tamelijk zwak. Ook over de ademhaling wist men in die tijd nog niets, getuige een verbijsterende notitie als: ,Maar wal mij het meest interes seerde was wa» sir George En» vertelde over de ademhaling: dat de artsen tot op deze dag nog niet weten waar die voor dient en hoe hij tot stand komt' Typerend voor de tijd is ook dat men naar een terechtstelling en vieren deling ging kijken en daarna lekker ging eten, dat de vrouw van Pepys voor een verzetje eens ging zien toen ze het stoffelijk overschot van Cromwell opgroeven om het nog eens aan de galg op te hijsen. Of men ging als verstrooiing de gekken in Bedlam bezichtigen. Bijzonder interesanl zijn ook de talloze notities over het theaterbezoek, vooral Pepys' kijk op Shakespeare. Hij vertel» ook hoe hij voor het eerst een echte vrouw op de planken zag (voordien waren dat altijd jongens in travestie). Beroemd terecht zijn de onveraeteli|ke beschrijvingen van de grote pestepidemie en van de grote brand van Londen. Dat laatste is een adembenemend ooggetuigeverslag, enkel maar te vergelijken me» de beroemde brief van Plinius de Jongere over de uitbarsting van de Vesuvius. Pepys' eigen huis bleef maar op het nippertje gespaard, het begin van de straat brandde reeds. Ook de tocht naar Chatham en het breken van de kettmgdam door De Ruyter wordt in deze bladen uitvoerig verhaald. ^Ifas Pepys inderdaad een puritein, en was hij vroom We weten he» met Hij geloofde in God, maar hoe zwaar .zondigde' hij steeds. In de kerk viel hij steevast in slaap, al toen hij 27 was, ofhij keek er naar mooie vrouwen, viel ze zelfs tijdens de preek lastig, zodat één zich eens wapende met spelden die zij uit haar kleding trok om hem vinnig af te weren.(pag. 199) Maar speelde hij luit op zondag, dan vroeg hij God om vergeving. In mei 1669 vreesde hij blind te worden, in oktober van hetzelfde jaar stierf zijn vrouw, nog maar negen en twintig jaar oud. K nderen hadden ze met. Zij had waarschijnlijk typhus opgelopen in Frankrijk Heef» hij zijn dagboek werkelijk nooit meer voortgezet o: s een even tueel hernomen dacboek vernietigd, verloren gegaan Want dat men in Cambridge zijn bibliotheek noa niet helemaal heef» nagekeken, zou niemand durven veronderstellen. Een ongemeen boeiend boek. een van de beste introducties tot het zeventiende-eeuwse leven die men zich kan indenken. Samuel Pepys: Geheim dagboek van een puritein Arbeiderspers, Amsterdam, Klassieke Curiosa 4

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1969 | | pagina 19