NIETS NIEUWS ONDER DE STOFFENHEMEL CLOCHERANDEN VOOR GROTE HOEDEN WOENSDAG 19 MAART 1969 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT Een pak uit één stuk, soepele onkreukbare stof en brede strepen voor lange, lange benen en lange, slanke meisjes. Een grote ruit voor een rood-wil-grijze jas met een brede rode ceintuur, weer tegen de achtergrond van de kerk Dreischor. Er is niets nieuws onder de stoffen- henxel. Althans, er wordt niets nieuws op de Nederlandse markt ge bracht. De stoffen die verleden jaar in de winkels lagen, liggen er nu op nieuw. Zelfs de dessins zijn niet nieuw, men borduurt voort op de bloemetjes, de margrieten, wat grote ruiten, effen stoffen in vrij zachte tinten, Chanel- ruiten, krijt.streepjes, enfin, alles kan en alles mag. Wat de materialen betreft zijn de verwachtingen voor katoen met po lyestervezel en geweven trevira's hoog gespannen. Daarnaast voor hartje zomer badstof, badstof en nog- eens badstof en de doorzichtige, dunne katoenen voiles. Ongetwijfeld, het assortiment in stoffen is enorm groot, maar het zijn allemaal variaties op wat er allang aan de gang is. Eén dessin, de pen tekeningen (rood-wit, blauw-wit) gaan wat terrein veroveren, maar het is ook eigenlijk een voortzetting van contrasterende dessins van vo rige seizoenen. Als we maar weer eens af mogen gaan van wat in Parijs op het ogen blik een grote rage is: katoenen reliëf stof/en en lak, en dat zo mogelijk gecombineerd, kunnen we hoogstens vooruitlopen op de mode van volgend jaar. Die reliëfstofjes, gecombineerd met schouderinzetten, ceintuurs, zak ken van lakstof is duidelijk geïnspi reerd op de leermode van afgelopen winter. Die leermode werd ook ruim een jaar daarvoor in Parijs gelan ceerd. De prijzen van de stoften zgn wel iets geslegen, maar de voordelen (en zeker ook de financiële voordelen) om zelf een jurkje te maken, in plaats van een confectieprodukt te kopen, blijven groot. Het is nu de tijd om aan een makke lijk te verwerken katoentje of dunne trevira voor een zonnige zomerdag te denken. De hoeden zijn groot dit voorjaar. Grote clocheranden, grote schuinopgeslagen randen. De hoeden worden gemaakt van wolvilt of van het iets duurdere haarvilt, eventueel van antilope. De jeugdige vrouw zal deze grote hoeden gaan dragen, verwacht men. Vorig voorjaar waren het ook vooral de jonge vrouwen die zich aan een vlotte hoed waagden. Als die tendens doorzet, wordt de clocherand deze lente zeer grote mode. Dat alles betekent niet dat de kleine hoed verdwijnt, in tegendeel. Zolang er zoveel vrouwen zijn die alleen met kleine hoedjes staan, en zolang ons klimaat en onze traditie van .door de week niet zo uitbundig en gekleed als zondags' zo'n grote rol blijft spelen, zullen de kleine soepele hoedjes met uit het dagelijks beeld verdwijnen. En waarom ook. In de kleinere hoedensector is de turban favoriet. Daarnaast blijven er baretten voor tieners en .geklede' baretten voor chique gelegenheden. Hoeden met sjaals en banden die om het voorhoofd worden gedragen, zijn er nu dan ook volop in Nederland. De kleuren zijn. hoe kan het anders, zacht Pastelt'nten var» lichtblauw tot licht groen. roze. beige en dergelijke tintjes, met daarnaast natuurlijk wit en donkerblauw maken oe hoedenmode uit Rood is er ook. en waarom net. want zo wel in de schoenen- als in de tassenmode komen rode ver sieringen voor. Witte hoeden zijn er weer volop en hiervoor wordt bijvoor beeld het sportieve raffia, maar ook wel gevlochten lint ge bruikt. Maar het blijft met een hoed nu eenmaal in de eerste plaat» zaak om de kleding een finishing touch te geven, en daarom wordt een hoed niet alleen om de vorm en om de kleur of het materiaal gekozen: de vorm van het gezicht en de kleding waarmee het hoofddeksel moet combineren, legt minstens zoveel gewicht in de schaal. Bij de foto: een grote hoed met clocherand: er zijn hoeden met een ronde bol. er zijn ook hoecen met een .vierkante' bol.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1969 | | pagina 25