VD.REENM DAMMEN IN ZWITSERLAND b m m Zaterdag 8 maart 1969 zaterdagnummer (Door H. W. Fllarskl) Het sein voor het wisselen was gegeven, een paar hon derd bridgers verhieven zich van hun plaatsen en gingen op zoek naar hun .volgende tafel*. Een meneer, aldaar aangekomen, ontmoet een hem onbekende tegenstander die rich netjes aan hem voorstelt met de woorden....: ,Ik pas!'. Dit komische incident, typerend voor de be zetenheid waarmee sommigen rich met hun bridgewed- «trtfd berig houden, vond onlangs plaats tijdens de halve finale van de reeds vele jaren populair zjjnde Martini- parenwedstrijden. Elders in de zaal zat iemand tjjdens het spelen met een bankbiljet van tien gulden in z(jn hand om de ober te betalen, maar die kwam niet opda gen. Hjj legde het tientje midden voor zich op tafel, waarop zijn tegenstander die vier harten moest spelen opmerkte: ,Die heb ik niet meer, dus troef ik af!' Het waren enkele der vrolijke noten van een overigens serieuze, goed georganiseerde wedstrijd die binnenkort in Scheveningen een feestelijk slot met aantrekkelijke prijzen zal hebben. Een aardig spel uit deze halve finale was een partijtje waarin beide paren over precies 20 punten aan hoge kaarten beschikten. 4 6 5 3 4 9 4 2 -f V 10 9 V 9 7 2 4 H 7 4 2 4 H V 5 H B 7 3 C W O 4 A V B 4 B 8 3 8 5 2 4 10 8 5 4 10 9 8 4 A 10 7 6 4 A 6 4 4 A H B West gever,. NZ kwetsbaar. Diverse OW-paren boekten een succesje met de zwakke Sans, want als west daarmee opent en met rust wordt gelaten, bleek het meestal te moeilijk om dat contract één down te spelen. Toen west aan één der tafels besloot te passen, open de zuid in de vierde hand met één Sansatout, wat het eindcontract werd. West startte met schoppen twee oost begon drie slagen in die kleur te maken en vond toen met harten drie het goede naspel. West maakte hartenvrouw en incasseerde de vieirde schoppen, waar op noord, oost en zuid hun.laagste ruiten bijspeelden. Er is nu maar öén kaart die west kan naspelen om NZ down te krijgen: hartenheer! Speelt hij ruiten, dan ma ken NZ twee ruitens, drie klaveren en twee hartens. Speelt west een kleine harten dan moet oost de boer zetten, zuid het aas NZ vervolgen dan met drie hoge klaveren uit de zuidhand, waarna harten wordt ge speeld zodat west aan slag komt en ruiten moet bren gen. Zou west hartenheer hebben gespeeld, dan gaan NZ down, want na drie hoge klaveren kan zuid wel harten spelen, doch oost wint met hartenboer, speelt ruiten na en NZ komen niet verder dan zes slagen. Het naspel van hartenheer werd niet gevonden en zo werd weer eens de stelling bewaarheid van Eugenio Chiaradia de geestelijke vader der Italiaanse biedsyste- men dat enigszins problematische wendingen der speeltechniek, zelden of nooit aan de tafel worden ge vonden. Bridgevraag van de week: Noord gever, allen kwetsbaar, parenwedstrijd. De zuid speler heeft: 4 H 8 6 4 H 7 4 A H 9 5 3 2 4B8 Noord past oost past zuid één ruiten west één sahoppen noord twee harten oost twee schoppen zuid drie ruiten west past noord past oost drie schoppen wat moet zuid doen! Antwoord elders op deze pagina. (Door L. Anderson) In Zwitserland staat het damspel nu niet bepaald in het centrum van de be langstelling. Er is echter reeds jaren lang met name te Genève een kleine groep enthousiaste dammers doende ervoor te zorgen, dat het dam bord in het land van Willem Teil niet geheel en al van dc tafel verdwijnt. Lange tijd stond deze groep onder leiding van de meervoudige kampioen Guignard, die echter sedert de komst van de Nederlanders Kuyken en Kazemier naar het tweede plan is verhuisd. De krachtsverhoudingen werden duidelijk weerspiegeld In de stand van het momenteel aan de gang zijnde Zwitserse kampioenschap. Cazemler en Kuyken gaan met respec tievelijk 12 (6) en 10 (5) aan de leiding. Gédance volgt met 5 (4) en Guig nard met 4 (4). De overige deelnemers Tschudin, Rambosson, Augagneur en Correspondentie. Strub volgen op grotere afstand 16. 89-34 17. 35x24 18. 28x16 19. 25x14 20. 46-41 13-19 verliest. 21. 14x25 22. 50-44 23. 44-39 24-30 19x39 39x17 17-22! 15-20! 5x14 14-19 19-23 De partijen van Kuyken zijn dikwijls interessant door de frisse en origi nele aanpak. Ter kennismaking met zijn spel volgen hier een tweetal korte partijen uit het Zwitsers toer nooi. 1. 33-28 2. 31-27 3. 39x28 4. 44-39 5. 39-83 18-22 22x33 17-21 20-25 15-20 26. 34x23 27. 9x18 28. 31x22 1. 34-30 2. 31-27 3. 39x30 4. 37-31 5. 41-37 6. 33-28 7. 27-22 8-13 21-27 17x19 20-25 25x34 17-21 21-26 18-23 15-20 20-24 Op 50-44 zou nu kunnen volgen 25- 30 en 14-20, :naar wit kan de dam direct weer afnemen door 49-44. wit zich op veld 22; tegen een ster kere tegenstander een gevaarlijke tactiek. 6. 49-44 7. 44-39 8. 36-31 9. 31-26 10-15 5-10 12-17 7-12 8. 44-39 9. 47-41 10. 31-27 16-21 11-16 12-18 Zwart laat de bezetting van veld 26 gaarne over aan zijn tegenstan der. teneinde combinatieve moge lijkheden in de stand te kunnen vlechten, hetgeen bij de volgende zet reeds aan het licht komt. De wit te stand mist een schijf aan de rech tervleugel t.wop veld 44; daarom had bij de vijfde zet aan 3S-33 de voorkeur moeten worden gegeven. Indien wit met 37-31 vervolgd zou hebben, dan forceert zwart schijf winst door 24-29 ,17-22 enz. De witte linkervleugel maakt mede door het open veld 47 een zwakke indruk. nir 9 m 3 jg' s" 8 a w, i 11. 36-31 12. 38-33 13. 42-38 14-20 10-15 7-12 Zeer rustig reageert zwart op het al te onstuimige witte spel. 14. 41-36 1-7 15. 30-25 9-14 12. 35x24 13. 28-23 14. 36-31 15. 41-36 16. 46-41 17. 50-44 19x30 15-20 10-15 20-24 14-20 4-10 3 S m m 9 3 9 'm8""if Wit heeft tot nog toe goed partij gegeven, maar nu verzuimt hij een kans zich wat meer lucht te ver schaffen. Aangewezen Is 23-18! (12x23) 27-22 (17x28) 26x17 (llx 22) en nu niet 33-29 en 38x27 we gens 28-33, maar 32-27 (belet 13- 18 wegens 31-26) (16-21) 27x29 (21- 27) 31x22 (28x17) 30-35 met inte ressant en sterk spel. ANTWOORD BRIDGEVRAAG Er volgt nu een ontwikkeling, die wit weliswaar geen direct schijfver- lies oplevert, maar waarvan de ge volgen toch snel funest zullen blij ken te zijn. Wit heeft de conse quenties van zijn spelopzet niet vol- ADVERTENTIE) 18. 83-29 19. 38x29 20. 42-38 21. 38-33 22. 33-28 24x38 30-35 10-14 13-18 9-13 Wit raakt steeds meer in de klem; h(j besluit tot een noodsprong, waarop zwart nog een onverwachte finesse in petto heeft, die direct tot winst voert. De voorkeur gaat dan ook uit naar 43-38. 23. 34-30 35x22 24. 39-34 18x29 25. 27x9 1-7 P-V. te Breskens: De door u Inge zonden stelling is nie>t remise, maar verloren voor zwart, daar het spel voor de speler, die aan zet zijnde o.a. verloren is in het geval, dat hij geen speelbaar stuk meer heeft. PROBLEEM VAN DE WEEK. Auteur: H. M. Roos. Een probleem met slechts vier zet ten In de oplossing en eindigend in een leuk slotmotiei. Oplossing elders op deze pagina. Dat in een parenwedstrijd soms ri sico's moeten worden genomen die men niet in een viertallenwedstrijd of in robberbridge zou nemen, is een bekend feit. Zuid moet in deze situatie doubleren het is onwaar schijnlijk dat OW drie schoppen zul len maken, terwijl de partner genoeg uit het biedverloop weet om even tueel het doublet uit te nemen wan neer hem dat helemaal niet bevalt. Eén zaak is bij dergelijke doublet ten altijd duidelijk: zuid kan onmo gelijk gróte kracht \n de kleur der tegenpartij hebben zodat de part ner beoordelenmoet nf hij voor tegenspel voldoende meebrengt. In de praktijk had noord V y V B .9 6 8 4- 8 6 J, 4. H 10 9 S en het contract, van drie schoppen was kans loos twee doion gegaan, doch zelfs één down was al heel goed voor NZ geweest. de keelontsmettende tablettep (Door drs. C. B. v. d. Berg) De Sovjet-Russische grootmeester Viktor Kortchnoi, bewonderd om zijn niet te verwoesten vechtersmentaliteit, is een schaakridder zonder vrees of blaam. Kort na zijn gevoelige nederlaag (6 V2 -3 V2 in de kandidatentweekamp tegen Spasski, heeft hij in hun onder linge ontmoeting tijdens het toernooi op Majorca althans gedeel telijk revanche genomen. Hoewel Kortchnoi de eindoverwinning in dit elitetoernooi, waar hij behalve wereldkampioen Petrosjan en diens uitdager Spasski ook de Deense geweldenaar Larsen duide lijk op een afstand hield, praktisch niet meer ontgaan, speelde hij tegen zijn grote rivaal Spaski met inzet van alle krachten. nen doen. Bij nadere bestudering be merkte hij echter dat wit na 19. f5 het lastige antwoord 20. ef5:, Tf5: 21. Pb5 heeft. Er dreigt dan 22. Dc2, zowel met aanval op pion a4 als met de tactische wending Tel xe6. 20. De2-c2 b6-b5 Het thans gespeelde b6-b5 komt te laat (vergelijk de 16de zet) en had beter vervangen kunnen worden door 20. d5. al lijdt wit's ovenvmn.ng na 21. cd5:, cd5: 22. e5 geen twflfeL Het bezetten van de open gekomen ligt uiteraard hand en is ook sterk c-ïijn met een toren :7 vrijwel gedwoa- Spasski, die zich kennelijk reeds bij Kortchnoi's uiteindelijke toernool- overwinning had neergelegd, gaf zijn tegenstander al spoedig na het be gin van deze partij, die enkele ron den voor het slot van dit zware toernooi plaats vond, te kennen geen bezwaar te hebben tegen verdeling van het punt. Kortchnoi bleek ech ter een andere opvatting te huldi gen, hij voelde niets voor een vlug ge remise en prefereerde de harde strijd. Deze instelling getuigt van een gezond zelfvertrouwen, want in het Echt der nuchtere cijfers was er voor toernooileider Kortchnoi geen reden om Spasski's vredesaanbod af te slaan. Objectief beschouwd nam algemene opinie een van de beste uit het gehele toernooi, wordt ech ter duidelijk dat Kortchnoi heel goed wist wat hij deed. Kortchnoi onder nam geen enkele poging om de zaak te forceren en de strijd snel in zijn voordeel te beslissen. Hij dwong, de witte stukken hanterend, Spasski tot een grootscheeps gevecht op de lan ge termijn, zonder echter de nodige voorzichtigheid uit het oog te verlie zen. Gedecideerd doch nauwkeurig manoeuvrerend zag Kortchnoi zijn in spanning en zelfbeheersing na 55 zet ten met succes beloond. Palma de Mallorca 1968, Wit: V. Kortchnoi, zwart B. Spasski. Dame- Indische verdediging. 1. d2-d4 Pg8-f6 2. c2-c4 e7-e6 3. Pgl-f3 b7-b6 De laatste tijd wordt hier, in navol ging van de om zijn originaliteit be kende Bronstein. veel 3. Lb4t 4. Ld2, a5!? gespeeld. Ook Spasski be dient zich in deze partij van a7-a5, alleen in ieits andere vorm. Het is echter de vraag, of de verbinding van de twee zetten b7-b6 en a7-a5 wel onder alle omstandigheden ge slaagd is. Bronstein's versie biedt het voordeel, dat zwart al naar gelang de verdere ontwikkeling van het spel, de keus heeft tussen heS- ztj fianchetto van Lc8 via b7. beteij mobilisatie van Lc8 langs de dia gonaal c8-h3. 4. g2-g3 Lc8-h7 5. Lfl-g2 Lf8-l»4f 6. Lcl-d2 a7-a5 In deze positie heeft zwart verschei dene meer bekende alternatieven: 6. De7. 6 Ld2:t en 6 Le7. Ver moedelijk verdient elk van deze drie de voorkeur boven de hier beproef de voortzetting. 7. 0-0 Ll»4xd2 Gezien de dreiging 8. Lf4 die zwarts Lb4 werkloos zou laten staan, besluit zwart de lopers alsnog te ruilen. Bij de structuur van de stelling die thans ontstaat, betekent a7-a5 echter in principe een verzwakking van de zwarte damevleugel. Dit niettegen staande het feit, dat de zwarte a-pion met name na a5-a4 een zekere druk op de witte stelling uitoefent. 8. Ddlxd2 0-0 9. Pbl-c3 Pf6-e4 Zwart moest iets doen tegen 10. Dc2 benevens e2-e4, met bezetting van het centrum door wit. Weliswaar zou hij op 10. Dc2 nog altijd d7-d5 kunnen spelen, maar juist in dat ge val zal a7-a5 zich eerder als ver zwakking van de zwarte pionnen- formatie doen voelen. 10. Pc3xe4 Lb7xe4 1L Pf8-h4 Le4xg2 12. Ph4xg2 d7-d6 13. Tal-dl Pb8-d7 Overweging verdiende 13. Pc6, om in geval van 14. ei door 15. e5 14. e2-e4 Stelling na 14. e2-e4 noeg. Niettemin was 22 Dd2, b4 23. Pc4, Ta6 24. e5! met verovering van veld d6 voor het paard strate gisch wel zo zuiver geweest; weer eens een voorbeeld van consequente centralisatie. 22. b5-b4 het 23. Dc6 of gen. 23. Pa3-c4 Ta5-a6 24. Dc2-d2 Op onmiddellijk 24. e5 zou zwart 24. b3 hebben. Thans heeft 24. b3 geen zin wegens 25. a3, waarna de ver opgerukte zwarte pionnen alleen maar een aanvalsobject voor wit zou den worden. 24 .d6-d5 Zwart offert liever een pion dan e4- e5 benevens Pc4-d6 toe te laten. Hij speculeert daarbij de witte pionnen b2 en d4 onder druk te kunnen zet ten. 25. e4xd5 Db7xd5 26. Dd2xb4 Pd5-f6 27. Db4xc5 h7-h6 Zwart had de dames op het bord moeten houden, na 27. Da8 zou realisatie van de pluspion moeilijker voor wit zijn geweest dan ln het thans volgende eindspeL 28. Dc5xd5 Pf6xd5 29. a2-a3 Legt pion a4 vast. Wit's winstplan luidt in grote trekken: aanval op a4 door Pc5 en Tc4, verdediging het dubbele torene'.ndapel gemakke lijk zou winnen. Bijvoorbeeld 39. Tb8 (of Tb7) 40. Tb4 Ook 39. Ta5 (l.p.v. 39. Pc3:) levert wit geen problemen op: 40. Te5. Tb8 4L Pd5:. ed5: 42. Tc«t. f6 43. T5 e6- 39 .Pd5-e7 40. Kel-d2 Pe7-f5 41. Kd2-cl Pion b2 staat nu stevig door de ko ning gedekt. 41. Ta8-d8 42. Tclxa4 Ta7-&4 43. Pc3xa4 Pf5xd4 44. Te2-e3 Kg6-f5 45. h2-h3 h5-h4 46. g3xh4 g5xh4 47. 62-b4 De witte pionnenm eerderheid op da damevleugel zet zich in beweging, de beslissing kan niet lang meer uit blijven. 47 .e6-e5 48. Pa4-c3 Kf5-e6 49. Pc3-e2 Pd4xe2t 50. Te3xe2 f7-f5 51. b4-b5 TdH-aS 52. bó-b6 Ke6-d6 Pion a3 viel wegens 52. Ta3: 53. b7, Tb3 54. Kb2 niet te nemen. beroemde regel van Tarrasch. 53. Kd6-c6 54. b6-b7 Ta8-b8 55. Kcl-d2 Zwart gaf zich gewonnen. Hij kan pion b< onschadelijk maken, maar houdt een verloren pionnen eindspel over. 29. Te8-b8 30. Te l-c2 31. Kgl-fl Kg8-g7 32. Pc4-e5 Ta6-b6 33. Tel-e2 Tb6-b7 34. Kfl-el h6-h5 35. Pe5-d3 Kg7-ffl 36. Pd3-c5 Tb7-a7 37. Tc2-c4 Tb8-a8 Wit heeft de eerste fase van zijn winstplan uitgevoerd, de zwarte stukken zijn tot passiviteit veroor deeld- Stelling na 39. Pe4-c3 Zulke ogenschijnlijk eenvoudige stel lingen speelt Kortchnoi graag en Wit heeft over het centrali sm posi tievoordeel. Pogingen van zwart on front een klein, doch duurzaam posi tief evenwicht min of meer geweld dadig te herstellen, lopen dikwijls op nog groter nadeel uit. Vooropgesteld dat de tegenstander adequaat rea geert, iets wat aan Kortchnoi wel kan worden toevertrouwd. 14. Dd8-b8 15. Dd2-e2 a5-a4 16. Pg2-e3 Db8-b7 Misschien had zwart toch maar moe ten trachten zich door het tijdelijke pionoffer 16. b5 17. cbó:, Ta5 te- 17. Pe3-c2 TT8-e8 18. Tfl-el Ta8-a5 19. Pc2-a3 c7-c6 Het is moeilijk voor zwart de ster ke witte centrumpositie aan te tas ten. Bij zijn vorige zet (18. Ta5) had Spasski gehoopt 19. f5 te kun- 1 1 11 5 H I S Zeven smaragden in een om lijsting van echt goud.f235.- T«rneuun Nleuwstrsat 14 Telefoon 2284 Vlltilngan Bellamyperk 20 Telefoon 2388 Middelburg Markt 2B Telefoon 5294 Het begin van de tweede fase. Kortchnoi gaat zwart's best gepos teerde stuk. Pd5. m zijn blokkade positie aantasten. Zwart moet nu hetzij ruilen, hetzij zijn paard naar minder gunstige velden terugtrek ken. Spasski prefereert het laatste. ;—i wit na 39. Pc3: 40. bc3: OPLOSSING DAMPR0BLEEM 34-30 (36x49) 29-24 (25x43) 24x4 (28x39) 4x35 (39-44) 48x39 (44x33) 50-44. PUZZELEN HORIZONTAAL: 1 ongerijmd; 10 z(jn naam plaatsen; 13 glazen emballage; 15 bergkloof; 17 wel; 18 opening; 19 god v. d. liefde; 20 hersteld; 22 ingang: 24 gemeente in Noord-Holland; 27 joodse godsdienstleraar; 29 -noot: zaad v. e. tropische boom; 30 bewijs; 31 gunst; 82 aeel van een parapluhouder; VERTICAAL: 1 nadruk; 2 bundel stukken; 3 bezinksel; 4 heel fijn; 5 deel van babyuitzet; 6 tuingereedschap 8 verblijfplaats voor paard: 11 iets dat men niet voorwendt; 12 deel van het lichaam: 13 als oorzaak beschouwen; 14 gemakkelijke vaardigheid; 16 ton: 20 beslissende extrapartij; 21 bezem op lange steel; 22 als van een onbeschaafde dik doener; 23 raafachtige vogel; 25 pressie; 26 imitatie; 28 riviertje. De prijsplaat van vorige week toonde een brugleuning aan de Kapelseweg tussen Kloetinge en Kapeile. Han Hollebrandse, Nieuwe Kerkstraat 6, Htni- weert. krijgt voor zijn juiste oplossing het gebruikelijke tientje. Oplossingen voor de prijsplaat van vandaag (gevraagd wordt de plaats waar de foto werd gemaakt) moeten uiterlijk woensdag worden gestuurd naar Redactie PZC, Walstraat, Vlisslngen. Volgende week worden op deze plaats oplossing en prijswinnaar bekend gemaakt. gouden entouragering met smaragd

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1969 | | pagina 21