NIET DAT POWEZIE
NU ZO BELANGRIJK IS
DROOMWERELD,
ABSURDITEIT,
WERKELIJKHEID,
DUBBELBEELD
Argentijn Julio
Cortazar, voor het
eerst in het Nee
lerlands vertaald
zaterdagnummer
HANS VAN DE WAARSENBURG
PETER
VAN
BEVEREN
,DAAR
KOMT
MULDER
VAN
HET
KIBBELVELD
MET
EEN
SCHAAP
AAN
EEN
TOUW'
Zaterdag 8 maart 1969
toe hebben het sociale beleid
tot instandhouding van wan
toestanden d.ws. een krakend
gordijn van moederkoek en
ijverige douanen waar gepaste
rouw tot vlucht geen doorgang
indJ of het moet zijn in d
loden kist die we ran nova-zembla
■<a een tweede woeste overwintering
hebben meegenomen en opgeslagen
tn de wrede censuur van onze
woonkamer waar we er de anarchie
van arbeid het blauwzuur van
tichaam in kunnen rusten
cn zo het houten hoo/d van
een generatie bewaren.
Peter van Beveren (16) heeft een onvoldoende
voor tekenen. Zojuist heeft hij een succesvolle
expositie van zijn absurd-realistisch tekenwerk in
het ludiek centrum Lambiek te Zeist achter de
rug. Daarvoor waren er exposities in Terneuzen
en Goes.
Onvoldoende ,Ach, school en tekenen. Eskimo
bij iglo. Gele paddestoelen in groen bos. Groene
paddestoelen in geel bos. Daar ben ik niet zo
sterk in.'
Peter van Beveren is 14 als plezier en ernst in zijn
tekenen samenkomen. In twee jaar wordt het tekenen
een opvallende bezigheid voor meer dan één mens,
worden de exposities een uitlaat van wat op een Jongens
kamer groeit. Bij zijn werk worden kunsthistorische be
schouwingen gegeven, een criticus ziet iets surrealistisch
en zegt .Dali'.
Peter van Beveren ziet de binding niet helemaal. .Dali?
Dear heb ik niets mee te maken. Als er al invloeden zijn.
komen die uit de dagelijks' werkelijkheid om me heen.
Ik voel me ook sterk aangetrokken tot typisch .oude
meesters' als Holbein. Dürer on Brueghel. Dat is zo
ontzettend mooi en ook qewoon goed.'
De bijzonder knappe fijne surrealistiek var Peter van
Beveren ontstaat vanuit zijn eigen realiteit. ,lk heb dood
gewoon een papiertje met titels. Ik hoor dingen en ik
lees dingen, die me iets zeggen. Ik schrijf ze op. denk
erover na, leef ermee. Dan ontstaat een beeld dat lang
zaam uitgroeit tot een voorstelling.'
,Uit .Hilde' van Anne de Vries, om maar eens een ver
velend boek te noemen, neb ik bijvoorbeeld opgeschre
ven: .Daar komt Mulder van het Kibbelveld met een
schaap aan ee touw'. Ik begin te tekenen. Mulder van
het Kibbelveld. Een realistisch begin. Mulder. Een schaap
aan een touw. Daar komen gedachten en dromen bij.'
Mulder van het Kibbelveld doet met schaap en al zijn
intrede in de wereld van Peter van Beveren. De tekening
Is er.
,Zo heb ik erg veel aan goede boeken. ,De gestalte der
stem' van Bert Schlerbeek. Leo Vroman zegt me ook erg
veel. Ik denk maar aan die regel ,de mens is een ma-
sjiene'. Dromen doe ik veel. Misschien is het niet hele
maal dromen. Ik denk dat ik dan aan de grens zit Ik
onthou het allemaal. Dagen nadien komt het terug in een
tekening. Ik denk, droom t Ik van iets af val. Een
schip? Ik teken schuine vlakken, waar ik afschiet In het
donker. Dat gebeurt niet opzettelijk. Pas later maak je er
het verhaal bij.'
Peter van Beveren vindt de directe aanleiding tot zijn
tekenen in de realiteit. Is hij daardoor ook maatschappe
lijk geëngageerd. ,N.ee, tenmin-te ik geloof het niet. Ik
verdiep me niet zo in soci toestanden (Mao kijkt vanaf
de muur veelkoppig toe). Er zijn wel dingen waar ik om
lachen moet. Maar of sociale toestanden nu meespreken
in mijn werk. Nee.'
Peter van Beveren voelt zich eerder aangetrokken tot de
oude peintre-graveurs. Die voorkeur spreekt door in zijn
werk. De elementen zijn duidelijk aanwijsbaar, bepalen
mede de sfeer van het blad, niet zelden een mystieke
sfeer.
.Mystiek. Ja ik geloof dat het dat Is. Ik hou veel van
echte oude katholieke kitschkunst. Je ziet dat in die oude
overvolle kerken. Heerlijk om daar rond te lopen. Krijg
ik een kick van. Het is niet alleen vanwege de kitsch,
maar veel eerder van het grote enorme spannende ver
haal dat erachter zit Mensen hebben dat in de loop van
eeuwen naar zich toegetrokken, maar het is al bijna niet
menselijk meer.'
.Ik verzamel r ook oude schilderijtjes van heiligen,
beeldjes. Ik doe er ook wel Iets m°e. Af en toe zie je
zo'n gezichtje terugkomen in de prent. Ik verzamel ook
andere gei 2 dingetjes. Oude roestige strijkijzers en zo
nog wat.'
Peter van Beveren, maker van de absurd-realistische
tekeningetjes die hem plotseling midden in het wereldje
van kunstenaars en perifere personen hebben geplaatst,
weet niet of hij zichzelf een kunstenaar moet noemen.
.Vindt jij me 'n kunstenaar? Zeg het rr. - niet ook. Ik
geloof niet eens dat ik het zo nadrukkelijk zou willen
zijn. Ik ga leren. Tekenleraar. Niet om de Jongens en
meisjes ve straks zonodig wa' bij te brengen, maar om
iets te zeggen, om ze iets te laten doen.'
Peter van Beveren (16), scholier te 's-Gravenpolder, legt
zijn hand op Van 't Reves' ,De Avonden'. ,Dit is het
mooiste boek dat ik ooit gelezen he!.. Het i9 een soort
bijb*l. Waarom weet ik niet. Het is zo vol van alles dat
het moeiliik is om namen te geven.' Peter van Beveren
heeft geen boodschap voor de wereld. .Mijn tekeningen
zeggen genoeg over mezelf.' Hij heeft op school
een onvoldoende voor tekenen.
André Oosthoek
Hans van de Waarsenburg (25), dichter,
debuteert in 1965 bij Opwenteling in
Ei dhoven met .Gedichten'. In de drie
jaar daarna verschijnen de novelle .Hans
Brac in Brabant' (Arbeiderspers), de ge
dichtenbundel ,Met innige deelneming'
(Sijthoff) en een week geleden (boeken
week) weer een gedichtenbundel .Niet
dat powezie nu zo belangrijk is' (eervolle
vermelding Reina Prinsen Geerligsprijs),
eveneens bij Sijthoff.
Van Van de Waarsenburg verschenen
gedichten in de tljds-hriften Kentering.
Maatstaf, Kontoer (zg). Tirade, Raam, De
Gids, Yang en Wending. Hij is redacteur
van Kentering. Binnenkort september
stopt de Arbeiderspers de bundel
.Stadtekens', een opdracht van de ge
meente Eindhoven, in de Giraffereeks.
De staat van dienst van Van de Waar
senburg is hiermee enigszins bepaald:
hij heeft intussen genoeg geschreven om
te kunnen zeggen .Niet dat powezie nu
zo belangrijk is'.
Dat heeft alles te maken met het loslaten
van ,ons poëtisch erfdeel en de stem der
vaadren' en het bewust leven in de dag
van vandaag en morgen. Van de Waar
senburg hoeft het niet belangrijk te vin
den: zijn gedichten staan ervoor.
Daarom heb ik voor Van de Waarsen
burg (Maastricht, groot glas bier) één
vraag Poëzie
Poëzie? Zet maar stippeltjes -•■).
De poëzie die men als poëzie herkent,
is a! voorbij. Individuele lyriek, lul
koek. Daar ben ik vanaf Zilveren huis
jes, blauwe bloempjes en gouden
mensjes. De tijd heeft daar allang stop
tegen gezegd. Collectieve lyriek is een
andere zaak. Dat bestaat ook gewoon.
Persoonlijke, nee.'
Van de Waarsenburgs eerste bundel
was sterk beïnvloed door Vietnam, de
gedachten ervoor, erin en erachter.
Hij brengt de beat in de taal, de beat
van de tijd, gebonden aan plaats, han
deling, uitvoerder.
,lk durf uit te komen voor het woord
engagement, ook politiek gezien. Het
is gewoon niet los te zien van mijn
poëzie. Je hebt erg kwaad leren leven
mef deze wereld. Dat geeft spanningen
die ik in mijn poëzie moet terugvinden,
anders kan ik er beter mee ophouden
Ik heb me standpunten eigen gemaakt.
Ook die moet ik duidelijk terugvinden.
Persoonlijke lyriek Misschien. Het
ligt wel wat anders. Vanuit je eigen
maatschappelijk beschermde milieu
kom je plotseling tot de ontdekking
dat er mensen hopeloos in de stront
zitten. Dat is voor mij de meest ver
bijsterende ervaring van mijn leven
geweest. Iets da» je niet meer loslaat.'
.De mens stopt zich te gauw In een con-
fectiepakje, of dat staat of niet Leren
leven' lijkt wel identiek aan leren ver
geten. Dat is natuurlijk niet waar. Je moet
erbij blijven. Ogen open, neus erop. Een
eenzijdig beeld moet voorkomen worden.
Het maakt poëzie niet aardig, mijn poëzie
althans niet. Het maakt poëzie wel meer
waar, meer bij de zaak betrokken. Ver
vreemding van de werkelijkheid is iets
waar j'e echt wel bang voor moet zijn.'
Het zegt allemaal iets over de achter
grond waartegen Van de Waarsenburg
poëzie schrijft en powezie op zien
niet zo belangrijk vindt als die niet
alles met de achtergrond te maken
heeft
Van de Waarsenburg komt zonder om
wegen tot het soort protestpoëzie, dat
anders dan zoet en langs de lijn der
lamme geleidelijkheid (dus: on-Neder-
lands) vreet aan onrecht, vooral onop-
rechtheid, domme oorlog en holle tra
dities, die voortkankeren, dwang uit
oefenen.
Hij veroorlooft zich niet vraagtekens
te zetten, zet uitroeptekens.
,Er wordt gezegd: daar heb je die
rooie weer. Dat knaapje, dat zich
bezig houdt met kreten, de kretoloog
die tegen Vietnam demonstreert, die
Leonard Huizinga en zijn hele Tele
graaf met op het boekenbal wil zien,
die braaf op het politiebureau-belandt
Het zit er in. Ze mogen, want ze zien
het als buiten alle normale zaken
staand. Het staal er echter midden in.
Je mag best leven volgens je eigen
waarden Ik moet dat zelfs Vandaar.
Poëzie Ach laaf maar zitten.
Hans van de Waarsenburg doet (via
de erkende boekhandel') in ,Niet dat
powezie nu zo belangrijk is' mede
deling van zijn uitroeptekens. Een on
Nederlands spanningsveld wordt daar
mee wat steviger bebakend. Er passen
geen vraagtekens bij
ANDRE OOSTHOEK
foto pcm fonteyn
TOT VOOR KORT was een van de grootste Argentijnse schrijvers, Julio
Cortazar, in Nederland volkomen onbekend. Wie het Spaans niet
machtig is en iets van hem wilde lezen, kon zich behelpen met een
enkele Engelse, Franse of Duitse editie van een paar werken van hem.
Het bekendst werd Cortazar doordat hij een van zijn verhalen, ,Hel
kwijlen van de duivel' (Las babas del diabolo) omwerkte tot het scenario
van de beroemd geworden, in Cannes bekroonde film van Antonioni:
,Blow-up'. En nu zijn er opeens twéé boeken van hem in het Neder
lands, beide vertaald door prof. mr. dr. J. A. van Praag.
Hot eerste verscheen ,De Mieronmoordenaar' (Historias de Cronopios
y de Famas, uit 1966), het tweede is een selectie van acht van ziin ver
halen uit twee bundels van 1964 en 1966, onder de verzameltitel: ,Hel
kwijlen van de duivel'.
De vertaling van al deze verhalen is werkelijk bijzonder goed. Iemand
die een zo subtiele taal, vol nuances, verschuivingen en absurditeiten
schrijft als Cortazar, moet zijn vertaler af en toe tot wanhoop brengen
Daarvan is bij Van Praag niets te merken. De boeken lezen afs het ware
of ze oorspronkelijk in he» Nederlands zijn geschreven. Ongeloofli|k
wanneer men in zo'n vreemde wereld binnenleiden moet. Want zodr
Cortazar begin» te vertellen, raakt men uit de gewone wereld weg.
Tulio Cortózar is dus Argentijn, maar zijn werk ademt de geest van een
Europeaan en een wereldburger, slechts geparfumeerd met wa
Zuidamerikaanse essences Dat is niet zo verwonderlijk: hij werd in
1914in Brussel geboren, en hij woont in Parijs, waar hij al sinds 1951
werkzaam is als vertaler bij de Unesco, Een gedeelte van zijn jeugd
bracht hii in Buenos Aires door. Hij debuteerde laat, namelijk in 1949
met een dramatisch prozagedicht ,Los Reyes'. In 1951 verscheen zijn
eerste bundel fantastische verhalen, pas in 1956 gevolgd door een
tweede. In 1964 verscheen ,Las Armas Eecretas', waarin o.a. ,Het kwijlen
van de duivel' en daarop in vrij snel tempo een paar romans en nog
meer verhalenbundels, waarvan vooral .Rayuela' in Engelse vertaling
als .Hopscotch' bekend werd. In totaal nog geen tien boeken, alles
behalve een veelschrijver dus.
Door deze prachtige vertalingen kan he» Nederlandse publiek grondig
kennis maken met het nieuwste werk van een werkelijk zéér groo'
schrijver. De vervelende gewoonte om direct met allerlei wereldbe
roemde namen te zwaaien willen we liever niet overnemen, al gebeurt
dat in het geval van Cortózar weer heel vlot, ze vliegen om je heen, en
werkelijk, een schrijver van dit formaat heeft dat niet nodig. De lezer
kan ze wel gissen wanneer hij weet dat hel werk van Cortazar geken
merkt wordt door het fantastische, het lugubere en het absurde.
In ,De Mierenmoordenaar' neemt het absurde zo zeer de overhand, dat
we ons afvragen of men niet beter eerst kennis kan maken met ,Het
kwijlen van de duivel'. In ,De Mierenmoordenaar' krijgt men vaak geen
voet aan de grond, drijft alles op een geestelijke verstandhouding tussen
lezer en schrijver. De verhalen uit ,Het kwijlen van de duivel' zijn vri|
wel alle heel .normaal', op he' laatste na, ,De andere hemel', dat zc
ingewikkeld van constructie is dal de vertaler, terecht of ten onrechte
in een voetnoot een kleine explicatie nodig geacht heeft In de andere
verhalen gebruikt Cortózar wel allerlei aparte procédés, doch ze zijn
te .volgen voor wie een tikje in de moderne literatuur, vooral de Franse
thuis is. Zo is er een verhaal waarin een antiek aladiatorengevechl
telkens doorvlochten wordt met een telefoongesprek tussen een man
en een vrouw die met elkaar gebroken hebben Alles loopt paralle'
in die twee verhalen die, hoe verschillend ze ook zijn, op en neer in
elkaar overgaan en ze eindigen in dezelfde catastrofe: een alles ver
nietigende brand Todos los fuegos el fuego, Alle branden de brand
heet het verhaal In .Zuster Cora' 's de ifc-figuur verdeeld over drie
personen- een moeder, een jongen en een verpleegster; in .Geheime
Wapens' overlappen situaties en personen elknar, hetzelfde gebeurt
heel sterk in ,De andere hemel'. Dat zijn alles procédés waar de mo
derne lezer wel aan gewend is, althans weinig moeite mee heeft. Ze
zijn ook allesbehalve nieuw Dat is het procédé in ,De andere hemel
ook wel niet, maar hier is het bijzonder ingewikkeld geworden: he'
verhaal speelt op twee plaatsen tegelijk: Parijs en Buenos Aires, en in
twee tijden.- midden in de vorige eeuw en midden in deze eeuw. Dal
alles zonder enige overgang, wat nogal verwarring stichtend is, ai
wordt het verhaal niet troebel. Laten we er echter direct bij zeggen
dat ,De andere hemel' beslist Cortozars beste verhaal niet is
persoonlijk werden we het sterkste getroffen door ,Het heil der zieken
en .Zuster Cora' (Uit Todos los fuegos el fuego) 1966.
In ,Het heil der zieken' wordt een ,Mama' ten tonele gevoerd, eer
typische Argentijnse mama, zoals we die ook uit .Brieven van Mama
hebben leren kennen, een vrouw wie alle leed bespaard moet blijven
Ze is altijd ziek en kwakkelend, en dreigt al te bezwijmen wanneer een
van haar kinderen kou vat. Wanneer haar zoon Alejandro dodelijk
verongelukt, is het onmogelijk haar dit mee te delen. De hele familie
(en de huisarts speelt mee) ensceneert een plotseling vertrek wegens
geweldige promotie, naar het buitenland. Mama mag geen kranten
lezen, brieven worden gefingeerd. Het ergste is de beproeving voor de
verloofde van Alejandro, die gewend was elke donderdag Mama te be
zoeken en die nu de comedie moet blijven meespelen. Deze verloofde
is de eerste die dóór heeft dat ook Mama het nu doorheeft, maar
eveneens mee is gaan spelen. Wanneer een andere huisgenote, een
tante, ziek wordt en sterft, wordt dezelfde poppekast vertoond. Ten
slotte sterft Mama Op haar sterfbed laat zij, bedekt en dankbaar,
doorschemeren hoe lief ze het gevonden heeft dat men haar altijd
heeft willen sparen. Drie dagen na Mama's begrafenis komt er nog
een .brief van Alejandro' uit het buitenland. En dan eindigt dat ver
haal: ,Rosa, die de brief in ontvangst nam, scheurde hem open en begon
gedachteloos te lezen en toen ze haar ogen opsloeg, omdat de tranen
aar verblindden, gaf ze er zich rekenschap van dat ze die hele tijd
had zitten denken hoe ze Alejandro moesten laten weten dat Mama
gestorven was'.
Die laatste ontroerende regel doet het hem, heft het hele verhaal uil
het tragi-komische naar het werkelijk dramatische.
Mogelijk nog mooier is .Zuster Cora', een bijzonder subtiel en indringend
beeld van de laatste dagen van een vijftienjarige jongen die aan com
plicaties bij een blindedarmontsteking bezwijkt. Drie figuren treden hier
op; de moeder, een onsympathieke rijke vrouw, de jongen, en de, ook
nog heel |onge en onervaren zuster, doch het gaaf voornamelijk tussen
de laatste twee, beiden vol goede bedoelingen. Doch nun samenzijn
leidt tot een schrijnend menselijk conflict. Dit verhaal behoort tot de
beste hedendaagse verhalen die we lazen, men kan onderschrijven wat
de New York Times formuleerde: ,de beste van zijn verhalen zijn ware
meesterwerken'. Het is, dit tussen haakjes, ook het meest traditionele
van Cortózars vertellingen, alle anderen hebben één of meer gekke
draaien.
n\at wonderlijke gaat vrijwel helemaal in het absurde over in he'
formidabele boekje .De Mierenmoordenaar7, de verhalen over cro
lopios en famas en andere korte opschrijfsels.
De wezens (mag men van mensen spreken worden hier verdeeld in
?en drietal genres: cronopios, een nogal onbekommerd soort, famas
stijfjes en betweterig, maar niet beroerd, en esperanzas, afgestompt en
zelfgenoegzaam Hier zijn ze in een nofedop, naar aanleiding van
schildpadden:
Letterkundige kroniek
doorHANS WARREN
Het is nu eenmaal zo dal schildjmdden grote bewonderaars zijn can snel
heid, hetgeen niet meer dan natuurliik is.
De esperanzas weten dat en het kan hun niets schele i.
De fama's weten het en spotten.
De cronoplo's weten het, en steeds als ze een schildpad tegenkomen, halen
ze he* doosje met kleurkrijt tevoorschijn en tekenen op de ronde lei van de
schildpad een zwaluw.'
Op deze ontwapenend-onzinnige manier heeft Cortózar rondom deze
wezentjes allerlei invallen genoteerd. Dat er systeem in deze onzin
zit, spreekt welhaast vanzelf Ook de andere stukjes uit dit verrukkelijke
boekje, dat werkelijk meesterlijk geïllustreerd werd door Peter Vos,
zijn geheel gedrenkt in dit soort absurdisme. Beter dan omschrijvingen
tot slot één stukje in zijn geheel:
.Waarom toch hebben wij een tante die bang is om op haar rug te
vallen Al jaren doet de familie haar best om haar van die obsessie
af te helpen, maar we moeten ons échec nu wel toegeven. Wat we ook
doen, tante blijft bang om op haar rug te vallen; en haar onschuldige
manie treft ons allemaal, te beginnen met mijn vader die haar broeder
lijk overal heen begeleidt en steeds nauwlettend naar de grond loopt
te kijken, opdat tante zorgeloos haar weg kan vervolgen, terwijl mijn
moeder zich beijvert om het patio enige keren per dag te vegen, mi|n
zusters de tennisballen waarmee ze zich op het terras onschuldig ver
maken, me» zorg oprapen en mijn neven alle sporen opruimen achter
gelaten door de honden, katten, schildpadden en kippen die in ons huis
gedijen Maar het helpt niets; tante besluit slechts na lang aarzelen,
eindeloze observatie en boze woorden tegen elk jongetje dat daar
toevallig in de buurt is, door de kamers te lopen. Dan zet ze zich in
beweging, eerst steunend op één voet, die ze verzet alsof ze op eieren
loopt, daarna de anderen, waardoor haar lichaam zich verplaatst op
een wijze die w.j 3|s kleine kinderen majesteitelijk vonden en zo duurt
het enige minuten voor ze van de ene deur naar de andere is gekomen.
Dat is beslist iets vreselijks.
Dikwijls heeft mijn familie getracht tante enigszins coherent haar vree»
om op haar rug te vallen te laten verklaren Bij een van die gelegen
heden werd ze ontvangen met een zwijgen dat men met een zeis had
kunnen doorsnijden; maar op een avond, na haar glaasje hesperidina,
iet tante gewillig doorschemeren, dat, als ze op haar rug viel, ze met
meer zou kunnen opstaan
Op de elementaire opmerking van twee en dertig leden onzer familie
dat ze bereid waren haar dan te hulp te snellen, antwoordde ze mei
een icwgnende blik en twee woorden: ,En tóch
Enkele dagen later riep mijn broer, de oudste, me s avonds of ik even
in de keuken wilde komen en daar toonde hij me een kakkerlak die op
haar rug gevallen was onder de gootsteen. Zonder iets te zeggen, woon
den wij haar vergeefse en lange strijd bij om weer overeind te komen,
terwijl andere kakkerlakken die hun lichtschuwheid trotseerden over
de v oer liepen en rakelings langs degene die daar hulpeloos op haar
rug lag.
We gingen bepaald droefgeestig bedwaarfs, en om welke reden dan
ook niemand ondervroeg tante meer over de aangelegenheid; wij be
perkten ons ertoe haar vrees zo veel mogelijk te verlichten, haar overal
neen te begeleiden, haar een arm te geven en haar een hele hoeveel
heid schoenen te kopen met antislipzolen en andere stabiliserende
accessoires
Zó verstreek haar leven en het was niet erger dan andere levens.'
Jullo CorUar; Oe Mierenmoordenaar, tekeningen Peter Voe,
Van Ditmar, Amaterdam, 1968. vert. J. A. van Praag
lullo Cortazar: Het kwijlen van de duivel.
vert. I. A. van Praag, Literair Paapoort 28.
MeulenhoH/Bezlge BIJ 1969