COMMUNISME
EN
CHRISTENDOM
zaterdagnummer
De juiste golflengte
Zaterdag II januari 1969
Vlakbij de poorlijn aan het stuk Kerkweg dat de dorpelingen Endewege noemen, leeft
in 's-Heer Arendskerke de heer H. M. Stoppelenburg ondanks dat het heden minstens
«smaal per uur met een sneltreinvaart langs zijn landarbeidershuisje schiet, in een
stuk bijna voltooid verleden tijd. Het is in ieder geval een stuk verleden tijd, dat wat
ttgengericht aandoet met het heden van computers, maantochtc vrede, ontwikke
lingswerk en toenadering van kerken en andere levensbeschouwingen.
H. M. STOPPELENBURG
D» heer Stoppelenburg is een zeer consciëntieus verzame
laar van kerkhistorie. Hij is de auteur van de .Kerkhistorische
Kroniek', een vier maal per jaar verschijnend blad, dat nu
al In zijn vijfde jaargang is en dat de belangstelling heeft
van zo'n vijfhonderd lezers in heel Nederland, van Leeuwar
den tot Breskens. Een jaarabonnement levert hem maar net
de aanmaakkosten van deze particuliere uitgave
De heer Stoppelenburg doet het niet om het gewin
Voor hem Is dit blaadje een Intens beleefde hobbie, een
verzameling van gegevens over dominees en kerken. De
heer Van Stoppelenburg begon zo'n vijf Jaar geleden zijn
blaadje met Informatie over vooral de oud-gereformeerde ge
meenten. Maar van het één komt het ander, via splitsingen
en scheuringen, afscheidingen en soms ook herenigingen,
komt men aan de grote kerken en de kleine zelfstandigen,
isn streekhistorle ook.
Vandaar dat de Kerkhistorische Kroniek zich momenteel zeer
uitvoerig bezighoudt met het Land van Axel. Daar ging het
met altijd zo rustig toe als nu. Dit gebeurde er in de zes
tiende eeuw, de eeuw van de beeldenstorm, van de inquisitie,
van de eerste predikanten in Axel na de Reformatie en van
allerlei gespuls en van Spaanse soldaten die geen coldij
hedden gekregen: de galgen hingen genst, de raden,
de staken, de bomen aan de wegen stonden overladen met
lijken, gewurgd, onthalsd, gebamd, zodat "de mensen nu, In
de lucht tot ademschepping geschapen, als In een gemeen
graf en een woning der overledenen verkeerden'.
Het moet gezegd dat de auteur van de Kerkhistorische Kro
niek niet altijd dergelijke v/at lugubere herinneringen op
haalt. Om nog even uit zijn kroniek over het land van Axel
t« citeren: hij Is ook dominee Jan Scharp (geboren 1756)
van Axel op het spoor gekomen. En de veldpredlkatién. dis
deze hield voor een Nederlands leger, dat In Axel zijn
hoofdkwartier had.
De dominee had In deze tijd bepaald een gezagsgetrouw
legerpredlkant kunnert zijn van het kaliber moreelsofflcler,
getuige de manier waarop hij de troepen aansprak:, Brave
en edelaartlge helden I Hoog en Weledele gestrenge Haeren
Bevelhebberen en gij allen rechtschapene Soldaten I
Regterhend der Staten I Stalen vuist van Neerlands Leeuw I'
De 59-jarlge vrijgezel Stoppelenburg woont elnda enkele
maanden In het simpele huisje aan de Arendskerkse spoor
lijn. Een huisje met een lóze voordeur, alleen voor de sier,
•en kemer en een keukentje, grote boekenrekken op da
plaat» van dn vroegere bedstee, een paar tafels met pa
pleren, een bureau met paperassen en een schrijfmachine, die
vier jeer ouder Is dan het huisje zelf, dat uit 1934 moet
stammen.
Daarvoor woonde hij In Den Haag. maar Zeeland trok.
Veel familie en kennissen in Zeeland, moeder was een
Koole-Mieras uit Wolphaartsdijk, vaders moeder kwam uit
Axel. .Ik heb altijd het idee gehad om in Zeeland te wonen'.
Wat dreef hem naar de kerkhistorie
,lk was altijd al wat verzamelachtlg, Zelandica, genealogie,
je verzamelt dit en dat, maar Ja, op de handelsschool had
ik altijd al veel Interesse, de Oostenrijks-Hongaarse mo
narchie. Voor de oorlog kennissen in Boedapest en Joego
slavië, na de oorlog In Joegoslavië geweest, Montenegro
(hier een koffiekan uit die streek), altijd graag gereisd,
historische plaatsen.
Geschiedenis, achtergronden, Serajewo, graaf Ferdinand.
Afijn, maar ja, zo kom je van het een op het ander, ook op
kerkgebied'.
De oud-gereformeerden vormen de basis van de kerk
historische kronieken. In het eerste nummer van de kroniek
(waarin de samensteller tot de conclusie komt dat* er reeds
lang behoeft» was aan een eenvoudig blad waarin de kerk
historie aan bod komt) waren maar liefst drie van de tien
gestencilde bladen gewijd ean de vraag of Ds. P. van Dijke
eigenlijk wel in 1849 door Ds. L. G. C. Ledeboer In St. Phi-
llpaland werd bevestigd. De heer Stoppelenburg kwam tot de
ontdekking dat het toch echt 1831 Is geweest, een aanzienlijk
verschil, dat zeker een beschouwing waard is
Vandaar dat zijn eerst» kerkhistorische kroniek echt boos
was op uitgever Kok In Kampen die 1849 noemde in zijn
christelijke encyclopedie. Deze punctuele man werkt ook
me» aan het kerkelijk handboek van Van Alphen, de do
minees-vraagbaak en heeft zo zijn contacten met diverse
kerkelijk geïnteresseerden.
Toch la de heer Stoppelenburg, hoeveel hij ook schrijft over
Ledeboerianen, over Bakkerianen en Dijkianen. zelf niet lid
maat van de gereformeerde of oud-gereformeerde gemeen
ten. .Mijn familie is gedeeld, hervormden, gereformeerden,
gereformeerde gemeenten, vrije gemeenten. Met mijn moeder
ging Ik nog wel eens naar de vrije dominee Paauwe. Mijn
betovergrootvader was een volger van de oefenaar Jan
Willem Vijgeboom, een groot voorloper van de Afscheiding.
WIJ zijn in de familie nooit zo kerki9tlsch geweest, niet zo
kinderachtig. Ik ben zelf hervormd gebleven, ja ik voel wel
voor de gereformterde bond. Dat ligt mij het meest.
Ik ben beslist niet hoogkerkelijk. Daarvoor voel ik niet zo
veel. Ik houd wel van het bevindelijke in de godsdienst, maar
het moet ook weer niet te spiritueel, niet te mystiek worden.
Dan ga je met jezelf en met Je geloof op de loop. Voor mij'
dus wat meer het strenge.'
.Maar dat kerkistische: nee, daarvan hebben we nooit last
gehad. Ik ben zelf Jaren In Den Haag corrector geweest op
een roomse drukkerij. Daar heb Ik ook de loonadministratie
een tijdje gedaan. Toen de baas de zaak heeft verplaatst
naar Brabant, ben ik niet meegegaan. Ik had nu eenmaal
altijd in Den Haag gewoond, het enige wat ik nog wilde was
terug naar Zeeland, na de dood van mijn vader Nee. nu
heb Ik dus geen baan.
Eerst maar eens wat vakantie houden en aan mijn kroniek
werken. Dan misschien nog wel eens voor halve dagen. Ik
heb niet veel nodig, maar om het uit te zingen tot mijn 65ste
moet er toch echt wel geld bij'.
Die dominee Vijgeboom In Axel overigens, beslaat enkele
pagina's in de recente kroniek over het Land van Axel. Het
was een merkwaardig man, die beslist een voorloper Is ge
weest van de Afscheiding In 1834, die samen met de Do
leantie de grondslag .vormde voor het ontstaan van de vele
kerken van gereformeerde signatuur, waarvan dan de
grootste en de eerste de synodale gereformeerde kerk was.
Dr Meertens schrijft ergens over deze Vijgeboom: .Is het
zijn persoonlijkheid of zijn het andere omstandigheden, die
belet hebben dat de geschiedenis van de Afscheiding niet te
Ulrum in 1834, maar reeds te Axel In 1822 begon 7 Ten
slotte had Vijgeboom alles tegen en niets mee.
Hij was een onontwikkeld man en geen academisch gevormd
predikant als De Cock en Scholte; hij schreef een stijl die
niet aileen mat en kleurloos is. maar bovendien, zoals hij
het zelf uitdrukt, gebrekkig, en om zijn onbeholpen vorm
de spotlust opwekte. Ook als redenaar heeft hij ongetwijfeld
de meeslepende welsprekendheid van de leiders der Af
scheiding gemist.'
De heer Stoppelenburg registreert een historie, die vol i»
van tragische zaken, van ernstige kerkstrijd, van weinig be
nijdenswaardige kerktwisten, van kleinzielig gedoe soms en
kleinmenselijke problemen. Je moet er niet te diep op in
gaan. je moet weten wat de mensen vragen, het moet niet
te gedetailleerd zijn. Het is een heel werk om het alles ver
antwoord op papier te zetten.
Je moet er heel wat voor doorscharrelen. Op de archieven
ben ik kind aan huls. J» komt zo dikwijls bij die geschiede
nissen erge futiliteiten en persoonlijkheidjes tegen, dat kwam
vroeger ook door de aard van de bevolking. Juist om begrip
te krijgen voor de huidige situatie, om plaatselijk beter be
grip te hebben voor het geheel zijn die kronieken misschien
van nut De historie Is toch de leermeesteres van de toe
komst.'
.Oecumene 7 Met Rome wordt dat toch nooit iets. Ik heb
trouwens twintig Jaar zelf tussen de roomsen gezeten In de
drukkerij, Ik heb niks tegen ze. Pater Sloots heeft zelf eens
een brochuretje van mij besproken In zijn blad .Bijdrage tot
de geschiedenis der minderbroeders'. Die brochure van mij
was een zuiver protestants onderwerp. Nee, de kerken
moeten mekaar wat meer vinden. Ach. dat zou wel mooi zijn.
Ik voel meer voor dat oude Ledeboeriaanse standpunt:
houten kerkjes, de kerk is een tijdelijk nooddak. Daar moeten
ze vanuit gaan.'
In hef kerstnummer van hef dagblad Trouw heelt prof. dr C. Augustijn een ortikel gesehrever
dat ons naar Tsjechoslowakije bracht. Aan hal begin stonc. er een oude tekening: Johannes
Hus op de brandstapel. De twee andere illustraties waren van de ke-'- en het kasteel von Ta
bor, ook In het genoemde en gedurende heel het vorige jaar zovec besproken land. ,1968
zal de geschiedenis ingaan als het jaar van Tsjechoslowakije.' Die prenten bij dit artikel vdj-
xen ons reeds de weg waarheen deze hoogleraar ons wil leiden, namelijk terug naar de 15e
eeuw. In 1415 is Johannes Hus op hef concilie te Constanz als ketter veroordeeld en daarna
vermoord
Daarme» was de rust in Praag en omgeving
geenszins teruggekeerd. Integendeel! D;e brand
stapel betekende het begin van de zogenaamde
Hussieten-oorlogen, welke gericht waren tegen
de koning-keizer die zijn belofte aan Hus ver
broken had en tegen de kerk die men alleen
maar meer als een harde en liefdeloze moeder
kon zien, die haar eigen kinderen doodde en
tot de hel verdoemde. Met het maken van
martélaren heeft men nog nooit het beoogde
doel bereikt, in de kerk niet en nergens. De
gedachten blijven leven. Een van de groepen
van Hussieten, de meest extreme, was die van
de Taborieten, die op een van de bergen in
Zuid-Bohemen een permanente nederzetting
stichtten. Zij noemden deze naar de Taibor,
de berg van de verheerlijking, zoals men vroe
ger dacht. De gemeenschap die aldaar gevormd
werd, had de eerste christengemeente te Jeru
salem als voorbeeld, zoals we daarvan lezen ln
de eerste hoofdstukken van de Handelingen
der Apostelen. Het ls een stuk godsdienstig be
leven wat wij hier zien bij deze Taborieten,
maar tegelijk greep hun beweging diep in, ln
de maatschappij zoals die ln de feodale mid
deleeuwen was. ,G«en koning zal op aard»
meer heersen, noch enig heer regeren op aar
de. Er zal geen lijfeigenschap zijn, alle belas
tingen zullen ophouden. Geen mens zal een
ander ergens toe dwingen, want* allen zullen
gelijk zfln, broders en zusters'. Dit stelden
deze Taborieten in 1420.
Heit «preekt vanzelf dat dez» volgelingen van
Hus tegenwoordig een ruime aandacht krijgen
ln hun land, waarvan prof. Augustijn dan ver
der het een en ander vertelt. Met ziet er, min
of meer, een voorloper in van een communisti
sche mattschappij. Het is natuurlijk niet toe
vallig dat men in Tsjecho-Slowakije, nu alles in
spanning en beroering is, teruggrijpt naar de
15e eeuw, toen er niet minder spanning en
beroering was in dat land. En die Taborieten
van 550 jaar geleden doen nu tn dit land een
gesprek ontstaan tussen communisme en evan
gelie. Laat het bovenstaande de inleiding zijn
om de aandacht te vestigen op het speciale
nummer van .Wending', het maandblad voor
evangelie en cultuur, dat onlangs is versche
nen. Dit nummer bevat niet minder dan 24
artikelen en het telt een 170 bladzijden. Die
artikelen zijn alle op enige manier bezig met
het communisme; met Karl Marx, met het
Sowjetmarxisme, met China «o de wereld van
morgen', met Camilo Torres, de revolutionaire
priester in Columbia, die als guerrillastrijder ge
vallen is. met figuren als Jean Paul Sartr'e.
Helmut Golhvitzer enz. Het is te veel om het
alles op te sommen. Doch waarom wij vooral
de aandacht op dit extra nummer van Wen
ding wilden vestigen, is om die 5 artikelen
van vijf verschillende mensen, die leder op ei
gen wijze schrijven over Tsjecho-Slowakije en
hetgeen aldaar gebeurd ls. Het zijn geen rijk
gedocumenteerde artikelen. Het eerste van Da
niël de Lange, de studiesecretaris van de St-
Willibrordvereniging. bestaat uit niet meer dan
een achttal stellingen. Om er een van aan te
halen, namelijk de 5e: .De Bondsrepubliek (W-
Duitsland) en de NAVO hebben dus in sterke
mate bijgedragen tot een situatie waarin het
Warchaupact moest ingrijpen in een liberali
serend (dat wil zeggen decommuniserendTsje
cho-Slowakije'. We nemen deze omdat ze 'n een
de kleinste is en alleen als voorbeeld. De andere
vier gaan op deze 8 stellingen nader in. Toen
we het boekje zo doorbladerden en vooral de
inhoudsopgave bekeken, dachten we bij ons
zelf: datgene wat er in autustus in dit land
gebeurd is, heeft natuurlijk de aanleiding ge
vormd om aan een extra nummer te gaan den
ken. Al lezende kwamen w» echter al spoedig
tot de ontdekking dat de bezetting van Tsje
cho-Slowakije door leden van het Warschau
pact niet de aanleiding is geweest. Die bezet
ting heeft de hele opzet danig ln de war ge
bracht. .Pijnlijk werden de voorbereidingen
doorkruist door de gebeurtenissen van deze zo
mer ln Tsjecho-Slowakije'. Daarom moesten en
kele artikelen die betrekking hadden op ds si
tuatie In Oost-Europa komen te vervallen. En
ln plaats daarvan heeft men toen gezet .een
aantal korte commentaren op de recente ge
beurtenissen ln Tsjecho-Slowakije, waarop uit
eenlopende reacties mogelijk zijn'. Het thema
van dit extra nummer dat de naam ,een mo
mentopname' heeft meegekregen, blijft hot
communisme en het christendom en de moge
lijkheid van een gesprek tussen deze twee. Dit
gesprek is niet meer te ontgaan. Dat daarbij
aan het land van Johannes Hus en de Taborie
ten aandacht zou worden besteed, lag voor de
hand, want de ontwikkelingen die in dit land
•an de gang waren en door Moskou in hun
voortgang op z'n minst zijn belemmerd, vorm
den toch wel weer voor een belangrijk deel de
aanleiding tot het samenstellen van dit extra
nummer. Is een gesprek tussen communism»
en christendom mogelijk? Met het woord .com
munisme' la nog maar weinig gezegd, zo con
stateert het woord vooraf. .Langzamerhand be
gint het tot ons door te dringen dat het niet
langer mogelijk Is om over .het' communism»
te spreken, maar dat wij binnen het complex
dat wij met dit woord communisme aanduiden
met een verscheidenheid van stromingen, ge
stalten, machtsconcentraties en invloedssferen
te maken hebben'. Toch blijft dit communisme,
bij alle kritiek op de bestaande maatschappij
(namelijk in het Westen) .een bron van inspi
ratie' te zijn. Evenmin als we tegenwoordig
kunnen spreken van .het' communisme, kunnen
we spreken over Jiet' christendom en .het'
christelijk denken. Welk een verscheidenheid
ls er ook hier niet? Toch bleek :n Tsjecho-SJo-
wakij» een begin van een gesprek tussen dez»
twe» mogelijk en d» wijze waarop men hier
STEMMEN UIT
DE KERKEN
met de Hussieten en vooral met de Taborieten
bezig is, vormde een onderdeel van dit gesprek.
Overal beleven we een .herinterpretatie' van
het communisme, .zowel op theoretisch als op
practfsch gebied'. In plaats van de ide« ,van
een revolutie door een partijdictatuur van bo
ven af, komt men terug op ,de Marxistisch»
idee van een revolutie vanuit de basis zelf'.
Tsjecho-Slwwaklje ls hiervan, naast andere lan
den als bijvoorbeeld Joegoslavië, een voorbeeld.
Wie het artikel van Huib Hendrikse: ,Lorc& in
Rusland' leest, kan zien dat er ook in dit land
een dergelijke ontwikkeling gaande is. Aan de
ze ontwikkeling, met de mogelijkheden dl»
daarmee in verband staan, ls in augustus van
het vorige jaar een harde klap toegediend. Dit
wil echter niet zeggen dat deze daarmee defi
nitief van de baan is De vragen die hier ge
steld kunnen en moeten worden, liggen voor
een belangrijk deel op politiek en economisch
terrein.
Natuurlijk komt de NAVO ter sprake, dl9 wei
nig heeft bijgedragen tot verzwakJcing van
het beeld dat men zich in het Oostblok van d«
bedoelingen van het Westen heeft gevormd,
waarbij de Duitse Bondsrepubliek een schar
nier is waar veel om draait. Doch het gaat om
meer. Nuttig is bijvoorbeeld te lezen het arti
kel van de dominicaan pater A. AL J. Krey-
kamp: .Het anti-communisme van de kerken'.
Alles met elkaar kunnen we dankbaar z:jn
voor dit extra nummer. Ook al mogen we het
niet met een schrijver eens zijn wanneer hij
in een artikel iets poneert, zijn gedachten kun
nen ons nochtans de wereld waarin we leven
beter doen verstaan. Ons leven hangt er mede
van af hoe de ontwikkelingen zullen zijn.
EEN HERINNERING AAN EEN UROEVIG IETS
Kinderen kunnen wel eens vra
gen stellen, waar je als vol-
icassene het antwoord schul
dig op moet blijven, terwijl het
Ioch een heel redelijke vraag
is. Zo had een jongetje van
vier jaar een zieke vader. Re
gelmatig lag zijn vader in het
ziekenhuis en zijn moeder bel
de elk& dag een paar keer
naar pappie. De kleine jon
gen mocht dan ook even met
pappie praten. Het was op den
duur al gewoon tot het ritueel
van het slapen gaan behoren
zoals de knipoog van Jacob
de uil. Toen echter zijn va
der steeds zieker werd en op
zekere dag stierf was het te
lefonisch contact verbroken.
Mammie vertelde de kieuw
longen dat pappie nu naar de
hemel was, waarop de kleine
knaap 'onmiddellijk vroeg -
.Mag ik dan pappie in de he
mel opbellen T' Onhegri jpelijk
was het. voor hem dat wij gro
te mensen geen telefoiüsch
contact met de hemel hebben
Is er inderdaad geen verbin
ding te krijgenKunnen we
werkelijk geen contact maken
met de hemel ofwel met die
hele nieuwe vreemde wereld,
waar ieder gelovig mens op
hoopt. Is het geen redelijke
i raag in dit tijdperk van ruim
tevaart. Immers nu drie astro
nauten in staat waren beel
den over te brengen op een
afstand van zo'n slordige
■100.000 km, dan mogen we.
toch teel zeggen dat elke af
stand, hoever deze ook boven
hef menselijk begrip uitgaat
kunnen overbruggen. Hoe kun
nen we dan die beelden ont
vangen van die andere wereld
of lioe men het ook
wiltwaar al zo
he e
•abij
die
er. Alleen komt het er op aan
om op de goede golflengte at
te stemmen. We moeten ds
juiste antennes gebruiken waar
uit allerlei stemgeluiden ds
juiste stem opklinkt. De stem
men tuf de Apollo-8 waren
voor ons meestal onverstaan
baar. maar voor de mensen
»i« Houston spraken alle ge
luiden uit de Apollo-8 een dui
delijke taal. God, de Schep
per van alle hemellichamen
heeft contact gezocht met zijn
kleine nietige schepselen. Hij
heeft gesproken tot alle aard
bewoners in talrijke beelden.
Het gaat er maar om dat wij
dat woord en die beelden van
de bijbel verstaan. Meer dan
ren technisch, wetenschappe
lijk inzicht in de heilige boe-
hen is daarvoor nodig een ge
lovig en vertromevol hart. een
goede antenne. En omdat ds
drie astronauten dat hadden
konden ze in hun ruimteschip
vit' het boek lezen: Jn de
beginne schiep God hemel en
aarde'.
Goes H. Tiemessen
Ik /al de daden dos Heeren
gedenken.
s, VAN vct/Gh
'SCHOOI
CHÓUEIiAM
.LZbi.Lt MfcfcKBUKi
DL VADHR