PETROSJAN: BEDACHTZAAM. MAAR OOK PLOTSELINGE EXPLOSIE 1 7] 1 $3 i h I 2 n 1 VB KABELJAUW |B_ Zaterdag 9 november 1968 (Door H. W. Filarski) Ons bridgespel is rijk aan vreemde kreten en zeker znl de ,snit op een boer' geen-bridge spelende lieden kunnen inspireren tot grapjes. Nog meer dan een vrouw, Is een boer b(j bet bridgespel vaak een zéér lastige fi- jniur. De azen ot beren die de tegenpartij in handen beeft zijn meestal snel en gemakkelijk te localiseren, maar niet vrouwen en boeren wordt het al veel moei lijker. Cjj zo'n boerenprobleem kunt u meeleven met Jaap Kokkes, die in de meesterklassewedstrijd van zijn club (Culemborg) tegen het Amsterdamse USS een vereniging van oud-studenten voor deze opgave kivani te si aan A H 8 5 3 V A 10 8 6 5 9 6 2 *7 Met zuid als gever en niemand kwetsbaar verliep het bieden: zuid éen ruiten west twee klaver noord twee harten oost paste zuid drie ruiten GW pasten noord vier ruiten zuid vijf ruiten. Géén kinderachtig biedverloop, waarin van Heusden (noord) zijn gewone agressiviteit met vier ruiten demon streerde en waarbij géén bridgerechter Kokkes (zuid) iou hebben veroordeeld als hij op vier ruiten zou hebben _t. West begon met klaveraas en heer te spelen, noord troefde. Hoe zou_t i als zuid dit contract verder hebben willen afspelen Direct is het te zien dat er slechts elf slagen te winnen zijn wanneer zuid er maar in slaagt het verlies van twee hoefslagen te voorkomen. Ruitenaas is een onvermijde lijke versliesslag en alles draait dus om de vraag: ,wie heeft ruiten boer?- Te weten is dat natuurlijk niet, want wests twee-klaverbod geeft geen enkele garantie voor Door L. Anderson Dank zjj een verdienstelijke 119-zege op .Ons Genoegen' tilt Utrecht leverde de Gocse damclub een bewijs, dat hij zjjn plaats in de landelijke hoofdklas verdient. Natuurlijk koesteren de Gocsenaren geen enkele illusie om te kunnen promoveren naar de ereklas maar evenmin wijzen de tot dusverre bereikte resultaten erop, dat zjj met een laatste plaats genoegen zouden rr.oeten ncnien. Sen goede plaats in de middenmoot ligt zeker binnen het bereik. Matchwinnaars waren ditmaal C. Rijk, A. G. van Zeyst en J. Louwer- se. Rijk liet zich weliswaar door een damzet verrassen, maar zijn tegen stander had de overblijvende stand te weinig doorvorst met het gevolg, dat de dam reeds spoedig met bo vendien een schijf verlies van het bord verdween. Van Zeyst rehabili teerde zich volkomen van zijn neder lagen door een knappe overwinning in een tot het einde toe gaaf gespeel de partij. De winst van Louwerse werd bereikt via een grillig midden spel met aan weerskanten een dam. De strjjd tussen de dammen heeft nu uiteindelijk geresulteerd in een schijf winst voor zwart. Na nog enkele zet ten moest wit zich gewonnen geven. Een door Lonwerse sterk behandelde party, waarin op verantwoorde wjjze het nodige initiatief werd getoond! PROBLEEM VAN DE WEEK: Wit: H. van Beusekom: zwart: Louwerse. a a a a a P i a <3 a a a a a 3 Q 9 P P i 3 Q 32-28 33-29 37x28 39-33 11-37 29x20 37x32 46-41 18-23 23x32 19-24 14-19 20-25 25x14 12-18 7-12 Zwart is het tot dusverre gevolgde rustige spelbeeld kennelijk beu en besluit vanuit deze stand tot een grootscheepse actie, die niet alleen hemzelf, maar ook zijn tegenstander een dam bezorgt. Ditmaal een eenvoudig vraagstuk. Oplossing elders op deze pagina. - a T vartel Dc overbekende zettenreeks uit de Raphaëlopening, waarvan eigenlijk 23. 24. 28. 28x17 36x27 32x12 12- 7 7- 2 17-22 11x31 23x28 21x41 41-47 6-11 op zeker moment toch weer iets nieuws uP de bus komt. Partijen kunnen in een aantal zetten identiek zijn, maar tengevolge van de talloze zetmogelijkheden houdt de parallel vroeger óf later steeds op. Het is praktisch dan oolc onmogelijk dat er ooit twee volkomen overeenkomstige partijen gespeeld worden Reeds in hel middenspel kan men hoogstens zover komen, dat er sprake is van soms grote gelijkenis in de structuur van de stelling. Uitgesloten is echter niet dc mogelijkheid, dat gedeelten van partijen a Is'twee drup pels water op elkaar gelijken. Tot dit punt zal de zwartspeler de stand .bekeken" hebben. De witte dam staat keurig opgesloten, terwijl de zwarte dam de nodige bewegings vrijheid geniet. Het wordt nu vooral een kwestie van uitzien naar en op passen voor in de stand verborgen vangstellingen. 29. 42-37 42-86 en 38-32. 36-22 41-37 28x19 44-39 50-44 31-26 19-28 14x28 10-14 17-21 14-19 Hier verdient 21-27x27 overweging, kwarts ^pel is erop gericht druk uit te oefenen op de lange vleugel van wit. welk doel met deze flankspelzet kracht kan worden bijgezet. Zwart zal deze voortzetting echter achter wege hebben gelaten, omdat op 37-31 bezwaarlijk 3 8-22 kan volgen wegens 33-28 enz. En op elke andere zet volgt een nogal sterke uitdunning van zwarts korte vleugel. Wit dreigde met 25-2( 30. 40-35 Wit dreigde opnieuw, nu met37-31. 31. 38-32 8-12! Het is over en weer wel spitsroeden lopen! Wit kan nu bijvoorbeeld trachten de zwarte dam te konfiske- ren door 33-28 te spelen en Indien zwart near veld 50 doorslaat met 49-44 Ie vervolgen. Maar de zwarte dam kan ook op veld 44 stoppen en dan volgt afname van «Ie witte dam door 15-20, 12-17, 8-13 en 16x49. Zwart heeft dan weer terug niet al leen, rnnar ook de winslstëlling be reikt. 32. 32-28 12-17 Een situatie uit een meesterklasse- wedstrijd. Zuid bood hier drie schop pen, die door zijn partner verhoogd werden tot vier schoppen op: A H VB y A B 6 B 9 8 S Jf, HV 5. Na ruitenstart ging vier schoppen down, daar oost twee ruitenslagen maakte en west een ruiten-introeeer kreeg, waarna klaveraas nog verlo ren ging. Zuid. had er beter aan ge daan op het doublet te passen, om eens te horen wat zijn partner dan wel nog te vertellen had. Ongetwij feld had noord dan twee SA gebo den die zuid nu veilig tot drie SA kan verhogen. Het is niet altijd goed een vijfkaort van een hoge kleur te willen spelen, vooral niet als duidelijk ia dat er in een kleurcontract af- troefslagen dreigen. OPLOSSING VRIJDAGPUZZEL 19. 30-25 36-31 31-27 47-41 I- 7 7-12 21-26 II-7 17-21 25x23 2x24 24x21 43-38 38-32 39-33 22-36 9-18 16x18 26-31 11-17 Wits laatste zet is niet sterk; de aan gewezen weg is spel op de korte vleugel, bijvoorbeeld 34-29x29. Zwart krijgt nu kans de witte vleugel te gaan bestoken. 20. 33-28 2- 7 21. 41-36 7-11 22. 39-33 12-17 23. 14-39 (zie diagram). Zwart gaat nu krijgertje spelen met de witte schijven en rondt de zaak voortreffelijk af. 28x19 32x41 85-30 45-40 49x40 18-23 81-87 36x 2 2x35 85x44 de aanwezigheid van ruitenboer. Kokkes speelde in slag 3 van tafel harten en won de heer in eigen hand. toen troefde hij zijn derde klavertje op tafel (noord), gooide op nartaas van noord de schoppenvier uit zuid weg en legde daarna ruiten negen op tafel, waarop oost met de t uiten vier bekende- Zuid legde ruitenheer en dat bete kende één down want oost had oorspronkelijk ruiten AB4 gehad. Een verdediger van Kokkes' speelplan zal aanvoeren dat dit goed was .want' er is 40 procent kans op een 2:2 verdeling van vier uitstaande kaarten, waar bij gevoegd moet worden de kan3 op ruitenboer sec (12%). Het totaal komt dus in theorie neer op 52%% winstkans, hetgeen iets beter lijkt dan de fifty-fifty kans met een snit op ruitenboer. Maar is deze theorie wel juist Hier raken wij aan één van de moeilijkste dingen van het spel het verschil in kansen met onbekende en kansen met bekende factoren. Tegen voornoemde theorie is namelijk aan te voeren dat west vermoedelijk zes klaveren had en oost ten hoogste drie (met vier had hü wellicht eenmaal gesteund), west heeft dus 7 en oost 10 .onbekende kaarten' en na het bekend worden der situatie in klaver is de kans dat oost een bepaalde kaart (ruitenboer) heeft zeker groter dan 50 procent ongeveer 10 en 7) en lijkt het onmiddel lijk snijden op ruitenboer de Iets betere methode dan het spelen van ruitenheer. Er is nog een factor: waarom speelde west in slag 2 geen troef na Zeker, hy kan AB 6ec hebben, maar even waarschijnlijk is het dat hij slechts een singleton had. de vrouw, drie hartens met de boer. één ruiten en een zeskaart klaveren. Inderdaad, als west in slag 2 troef nagespeeld had, zou wegens de mislukte schoppensnit vijf ruiten ook down gaan. Bridgovraag van de. week: Noord is gever, beide par ti jden staan kwetsbaar, viertailenwedstrijd. Zuid heeft: AA 10 954 *H8 V 7 4 A R 8 2 Noord één Sansatout (15-17 punten) oost past zuid twee klaver Staymanconventie, vraagt naar vierkaart in hoge kleur) noord twee ruiten (geen vierkaart in schoppen) of harten) oost doublet wat moet zuid doen Antwoord elders op deze pagina. (Door drs C. B. v. d Berg) Wereldkampioen Petrosjan en de niet minder vermaarde Bronstein hebben •amen het stadskampioenschap van Moskou gewonnen. Aangezien beide groot meesters, druk bezet als zij zijn, de tijd tot een beslissingsmatch ontbreekt, noemen zij zich co-kampioenen. Het cokampioenschap is trouwens In de Sow- Jet-Unie sinds Cbarkow 1967 geen onbekend verschijnsel: Tal en Polugajewsky deelden aldaar de nationale kampioenstitel eveneens zonder verdere belissings- wedstrjjd. Te7:. Er dreigt dan 25. Df7f cd op 25. Tf8 wint 26. Tg7:f! 22. Pg3xf5! Stelling na 22. Pg3xf5! Het kampioenschap van Moskou is bepaald niet het eerste stadskampi oenschap, het deelnemersveld bestond uit 8 grootmeesters en 8 meesters. Een aantal van de hoogst geklasseer- den verwerft het recht mee te dingen in de finale van het komende lands kampioenschap 1968/'69. Het spel van wereldkampioen Pe trosjan heeft de naam nogal droog te wezen: voornamelijk bedacht op eigen veiligheid en afkering van gro te risico's. Ofschoon deze karakteris tiek in principe juist ls, bestaat er wel degelijk een geheel andere Pe trosjan. Deze minder bekende, al thans niet erg opvallende kant van Petrosjan's spel komt goed tot uit drukking In onderstaande aanvals- partij. Petrosjan speelt scherp op ko- ningsaanval en combineert en offert, dat de stukken er zelfs in de meest letterlijke zin afvliegen. Moskou 1968 Wit: T. Petrosjan Zwart: A. Bychowsky Klassiek Damegambiet 15. Tcl-c2! Vermijdt de zojuist genoemde val strik door punt f2 extra dekking te verschaffen en brengt tevens, wat minstens even belangrijk is, de moge lijkheid Tc2-d2 met druk langs de d- lijn in de stelling. i W 1 i*iii bi De enige oplosing na 23Te8 is versterking van de onderste rij door 24. Teel! De hoofdvartant is dan 24. Tel:- (24Dd8 25. Lc7!) 25. Tel:, Df8 26. Dg6, Pe7 (er dreig de 27. Dh7f, Kf7 28. Lg6 mat) 27. Dh7f, Kf7 28. Le6, Ke8 29. Lcfe! De gebonden positie van de zwarte ko ning In het midden waarborgt thans herovering van het stuk met beslis send voordeel. Bijv. 29Td8 30. Le7:, De7: 31. DgSt, Df8 32. Lg4f, Le7 33. Lh5t, Kd7 34. De6t, Kc7 35. De7:t en wit blijft twee pionnen voor. Het paardoffer 22. Pfö: blijkt uitein delijk correct, al had wit tegen de beste verdediging 22. ef5: 23. Lf5:, Te8 tactisch diep moeten gra ven. Een boeiende situatie. 22. LffixcS De stukoffers volgen elkaar snel op. Thans moet zwart wél nemen. 15 Dd8-c8 16. Pe5-g4 Lc5-el 17. Pg4xf6f Le7xf6 18. Pc8-e4 Lf6-e7 19. Ddl-h5 Tf8-d8 Steling na 19. Tf8-d8 1. c2-c4 2. d2-d4 3. Pbl-c3 4. Lcl-f4 5. e2-eS 6. Tal-cl 7. d4xc5 8. Pgl-f3 9. a2-a3 e7-e6 d7-d5 Lf8-e7 Pg8-f6 0-0 c7-c5 Pb8-c6 Le7xc5 dö-d4 1 W 4 i i 2 1 i 1 A i 1 ■ifjL 1/ 1 5 .a m Kan zwart dit paardoffer aannemen of niet? Op het eerste gezicht verliest hij na 22ef5: 23. Lf5: materi aal, doordat Dc8 niet uit de weg kan. Bijv. 23Lc3: 24. Lc8:, Lel: 25. Lb7: etc. Na 23. Lf5: is er echter een verborgen verdediging: 23Te8! Deze op tegenaanval gebaseerde zet maakt gebruik van wit's slechts zwak beschermde onderste rij (24. Lcff:?. Tel: mat). Voor de hand ilgt nu-24. Tdl, om veld d8 aan de zwarte dame te ontnemen. Er volgt evenwel ver rassend 24Df5:! 25. Df5:, Pd4 en nu zit plotseling de dame van wit in het nauw. Bijv. 26. Dd7, Tad8 (ook 2 6Lc6 is goed) met de dreiging 2 7Pe2f beneven 28Tdl: mat. Of 26. Dg4, h5! 27. Dh5:, Pe2f en zwart krijgt voldoende stukken voor zijn dame. 23. g7xhfl I.c3-g7 24. Dh5-g6v Verliest snel, maar 24Kf8 was evenmin voldoende. Wit heeft daarop, zoals Petrosjan aangeeft, de keuze tussen 25. Te6: en 25. Lh6:f. Ke7 28. bc3:, Td3: 27. Dh7 benevens 28. Dd3u 25. Lf4xh6 Td8-d7 26. Dg6-h7+ Kg8-f8 27. Telxe6 Td7-e7 Op 27Lh6: volgt 28. Tf6f, Ke8 29. Dg8t, Ke7 30. Te6 mat 28. Të5-f6 Kf8-e8 29. Dh7-g8t Zwart capituleerde met het oog op 29Kd7 30. Lf5t, Kc7 31. Lf4f. of ook 30. Dd5t, Kc7 (30Ke8 31. Dg6t) 31. Lf4t- HENGELEN Tegenover wit's dreigende opmars b2-b4 op de damevleugel stelt zwart een actie in het centrum. 10. 3exd4 11. Pf3-c5 12. Lfl-d3 13. 0-0 Pc6xd4 bl-b6 Lc8-b7 h-7-h6 Wanneer zwart het witte Pe5 tot een verklaring wilde dwingen, had hij be ter direct 13Pc6 kunnen doen, zonder de koningsvleugel door h7-h6 te verzwakken. 14. Tfl-el Pd4-c6 Thans Inconsequent zwart had Lc5 en daarmee Pd4 door 14a5 In hun actieve positie moeten handha ven. Zwart speculeert blijkbaar op 15. b4, hetgeen wegens 15Lf2:t! 16. Kf2:. Dd4f 17. Kg3, g5 voorbarig zou zijn. OPLOSSING DAMPR0BLEEM 39 33, 40-34, 33x4, 4x8, 36x9 Deze uit vrees voor een wit loperoffer op h6 ingegeven loperzet, die ruimte maakt op f8 voor de koning, berooft de zwarte rochadestelling van een be- langijke verdediger. Na 19Pd4 (terugkeer van het paard naar het eerder verlaten centrale veld!) zou de zwarte stelling niet stormenderhand te nemen zijn geweest. Het offer 20. Lh6,: gh6: is dan riskant voor wit wegens 21Pf5 (een geweldige verdedigingspost voor het paard!). Daarentegen zou 20Pc2": (i.p.v. 20gh6:: ook 20f5 gaat misschien voor zwart) fraai worden weerlegd door 21. P£6t!, Lf6: (21. gf6: 22. Dg4t benevens Dg7 mat) 22. L£7: en mat op.h7 of h8 is onafwendbaar. 20. Tc2-c3 f~-f5 Het opspelen van de f-pion verzwakt de zwarte rochadesfelling nog verder. Beter was 20e5. waarop 2L Le5: niet gaat wegens 21g6 en zwart wint een stuk. Ook het loper offer 21. Lh6: heeft geen doorslaand effect: 21gh6: 22. Dh6:, De6 23. Pf6t( Df6:. Wit moet zich tevre den stellen met remise door eeuwig schaak: 24. Lh7, Kh8 25. Lg6f etc. Na 24. Dh7t, Kf8 is er geen mat op h8, doordat zwart's Df6 dit veld dekt. 21. Pe4-g3 Le7-f6 Voor 21Pd4 is het nu te laat wegens 22. Pf5:, Pf5: 23. Df5, efö: 24. Onder rondvls of kabeljauwachtlgen verstaan we kabeljauw, wijting, koolvl3, schelvis, dwergbolk en steenbolk. De meeste soorten bewonen waterlagen dicht by de bodem, dikwijls direct boven de bodem, leder najaar komen deze kabeljauwachtlgen onder de kust, waar ze zich te goed doen ean sprot en garnaien. De kabeljauw (jonge dieren heten gul) heeft een voorkeur voor een watertemperatuur van plm. 2 tot 10° C. De grondkleur van de kabeljauw wisselt met de plaats waar de vissen zich ophouden, groen achtig In de zeegrasvelden, rood of bruinachtig in de wierzone en lichtgrijs op zand bodem of diepere plaatsen. De kabeljauw die op de Zeeuwse stromen en een de kust wordt gevangen, zal dan ook meestal een lichtgrijze kleur hebben. De eerste meldingen van de met een hengel gevangen kabeljeuw zijn binnen. Vorig Jaar verschenen In de krant verschillende meldingen van flinke kabeljauwen. Dl! kwam niet doordat er riu meer kabeljauw,onder 'de kust was dan andere jaren, maar omdat steeds meer her^elaars ook in de winter vissen. De beste resultaten zijn tot heden geboekt op het strand tussen Renesse en ScharendIJke. Twee hengelaar» uit Halsteren vingen hier op 23 december 1966 een totaal gewicht van 60 pond (7 stuks), terwijl de zwaarste vis een gewicht had van 24 pond. Vorig Jaar was er een melding van 19 pond uit Anna Jacobapolder. Voor deze resultaten Is een goede werptechnlek noodzakelijk, want er moeten afstanden van 80 tot 110 meter worden overbrugd om met het aas op de goede plaats te kunnen komen. Daarom zijn er verscheidene sportvissers die een waadpak hebben aangeschaft dat hen ,een eind op pad helpt'. BIJ etgaand water doet de kabeljauw het meestal het beste en vooral na springtij, want d3n ont staat er langs de oever een sterke stroom, die de kabeljauw vlak onder de wel brengt. De kabeljauw Is een alleseter die zich voedt met wormen, weekdieren en kreeft- echtlgen, terwijl de vis ook goed te vangen Is aan spinner, lepel en pluim. Voor het vissen op kabeljauw Is een flinke haak van 35 mm gewenst. BIJ het vissen op kabeljauw kan men tevens cekonfronteerd worden met wijting, koolvls en In enkele gevallen soms zelfs met een schelvis. Deze vissoorten hebben hetzelfde levenspatroon als de kabeljauw. De steenbolk Is het hele Jaar te vangen. Deze vis leeft op matige diepte, op steen achtige bodem langs de kust. De Jonge dieren zijn 6oms vrij talrijk In Oosterschelde en Waddenzee. C. H. VAN SCHELVEN PUZZELEN ■anoTii m rSU^pInat Horizontaal: l naderbij komen, 5 dolen, 1.0 arrondissement (afk.), 11 zuid vrucht, 13 aangezien, 15 stad in China, 18 een zekere, 19 staatsspoor (alk.), 31 motorschip, 22 maand, 23 IJslandse poëzie, 25 kleine woning, 26 geelge- kleurde aarde, 27 streep op de grond, 30 meisjesnaam, 31 windrichting (afk.) 33 plan, 35 naschrift (afk.). 36 boomscheut, 37 huis, 39 inhoudsmaat (afk.), 41 straatje, 43 hond, 45 heilige. 48 sehrijfmiddel, 50 vogelbek, 51 etc. (afk.), 52 strand (als badplaats) met bijbehoren, 53 Europeaan, 54 broe der (afk.), 56 naar mijn mening (afk.), 58 luchtvormig lichaam, 59 veel defstof bevattend, 62 kwajongens, 64 roofdier, 65 gemeente op de Veiuwe, 66 brood der woestijn, 67 in weerwil van. Verticaal: 2 oude vochtmaat, 3 steekwapen, 4 delfstof, 5 landbouwwerk tuig, 6 eerste mens, 7 rins. 8 ieder, 9 strekking, 12 schampere opmerking (Eng.), 13 opslagplaats, 14 oorzaak, 16 bijenhouder. 17 per giro. 20 stad in Egypte, 24 koraaleiland, 26 Oude Verbond (afk.), 28 feestdronk, 29 woon laag, 33 tante Pos' (afk.), 34 gemeente op de Veiuwe, 35 hartstocht, 38 gekeperd weefsel, 39 paalwerk, 40 soep van peulvruchten. 42 watervogel, 44 een paar, enkele, 46 traag, willoos, 47 ter beschikking (afk.), 49 kruis of munt gooien (Eng.), 54 wel, 65 reeksen, 56 waterbekken, 57 half bloed. 60 badplaats ln België, 61 opleidingsinstituut voor officieren (afk.), 63 getekend (afk.). De prijsplaat van zaterdag jl stelde de pijlers van de Oosterscheldebrug voor, Uit de talrijke goede oplossingen werd die van de heer J. de Pooter, Knol E 41e te Hoek, geloot. Hjj zal dus het gebruikelijke tientje toegezonden krijgen. Briefkaarten met de oplossing van de prijsplaat van vandaag gevraagd wordt de plaats waar de foto is gemaakt) moeten uiterlijk woensdag worden ge stuurd naar Redactie PZC, walstraat, Missingen. Bij de opgave van volgende week worden de prijswinnaars en oplossing bekendgemaakt.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1968 | | pagina 25