,IK VOEL MI] NIET MEER THUIS INDE MILITAIRE DIENST' DS BARTLEMA: Computer kiest officieren BERKHOFS PLEIDOOI VOOR HET AMBT Wissels trekken KORTGEZEGD 14 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT ZATERDAG 27 JULI 1968 DS HERRE BARTLEMA ,Je mag dankbaar zijn, dat je mag meedoen zei in J952 de toenmalige hoofdlegerpredikant ds AT. W. de Kluis tegen zijn nieuwbakken colle ga ds Herre Bartlema. Bartlema (54) is rtu gestopt met het leger- werk. De langste tijd daarvan (juni 1959 tot juli dit jaar) bracht hij door aan de centrale opleidingsschool voor administratief kader de COAK in Middelburg. Geestelijke verzorging voor a s onderofficieren en officieren, die in dienst een administratieve baan krijgen. Hij heeft er met plezier gewerkt, maar de gelegen heid aangegrepen om bij het bereiken van de leeftijd dat dit mogelijk is, uit de dienst te stappen. ,lk ben er niet rouwig om, dat ik er uit ben.' Gedesillusioneerd ,Wél over de houding van mijn eigen hervormde kerk. Een kerk, die wel A zei (het kernwapenrapport: een neen tegen de etomaïrebewapening), maar de consequenties daarvan niet aandurft en nu met het begrip .haalbaar heid' gaat opereren.' Behalve die gedesillusioneerdheid is er het andere punt: al meer dan twee jaar werkt een interkerkelijke commissie aan de herziening van alles wat met de protestantse gees telijke verzorging in de krijgsmacht heeft te maken. Hel zijn de bekende punten: hóe staat een dominee in dienst. In wiens dienst: van zijn kerk, van de overheid? Moet een predikant in militaire dienst een uniform dragen, onder scheidingstekens. Hoe staat het met de vrijheid van spre ken? Mag een legerpredikant wel meedoen aan de mis dadige bewapeningswedloop? Ds. H. J. Diekerhof heeft inmiddels zijn tweede boekje geschreven over de verantwoordelijkheid van militair en geestelijk verzorger in de krijgsmacht. Hij is met hetwitte leger" gekomen (ontwikkelingshulp) en nu met de .protest- dienst'. Zijn medestander Bartlema is evenals Diekerhof eedesillusioneerd in de houding van de hervormde kerke- jke overheid. En dat de hervormde kerk niet eens infor meert bij de studiecommissie van het CIOM, de commis sie interkerkelijk overleg/militair waar het beloofde re- organisatierapport blijft is nog maar één van de zaken, die hen dwars zit. De hervormde synode nam november 1966 een rapport aan dat door de commissie-Berkhof was uitgebracht. Dat rapport ging naar het interkerkelijk beraad. Want: de in stelling van de hervormde studiecommissie voor reorgani satie van de ,gevo' had mede tot doel de interkerkelijke commissie te dienen met .voorberaad en door het aan brengen van bouwstoffen, waarmee de (interkerkelijke) studiecommissie gebaat kan zijn'. Of die interkerkelijke studiecommissie inderdaad baat heeft gevonden bij het hervormde rapport, ligt nog in de schoot der toekomst verborgen Eén van de mensen die er over gaat, is gene- raal-majoor (buiten dienst) J. B. Ludwig. Hij is sinds fe bruari dit jaar vrijgesteld secretaris van de commissie kerk en krijgsmacht van de hervormde raad voor de her derlijke zora en volgde daarmee Ds. G. Spilt op. De heer Ludwig is daarmee een centrale figuur geworden in de hervormde gestelijke verzorging in de krijgsmacht. Hij is ook namens de hervormde kerk lid van de interkerkelijke reorganisatiecommissie. Hij was bovendien één van de ondertekenaars van een minderheidsnota voor de her vormde synode, die het ingrijpende reorganisatierapport uit 1966 begeleidde. Het meerderheidsrapport werd door de synode geaccep teerd, maar de ondertekenaars van de minderheidsnota hebben zich er niet bij neergelegd en kregen onder an dere steun van een reeks krijgsmachtpredikanten. Deze pleitten voor behoud van het uniform, van rangonder scheidingstekens en van de status van ambtenaar. Bart lema: ,De identificatie met déze groep krijgsmachtpredi kanten drukte mij wat te zwaar op de maag. Dat is één van de redenen, dat ik uit de dienst ben gestapt'. De interkerkelijke commissie had toch wel iets kunnen doen met het hervormde rapport, vindt hij. .De conclusies De selectie voor ofilciere n m de krijgsmacht vindt thans plaats via een computer. De gegevens over de dienstplichtigen worden erin gestopt en ver werkt. Daaruit bepaalt de computer de ABOH- ZlS-gegevens. De letters slaan voor diverse facet ten van de man, zoals gehoor, zicht, intelligentie. De S is die voor stabiliteit. De computer is gevoed met bepaalde standaardnormen. Eén van die nor men betreft de revolterende houding tegen esta blishment, de gevestigde nrde. Als iemand wat kritisch slaat tegenover de esta- bllsment, waarvan het leger een exponent is, be ïnvloedt dit de factor stabiliteit voor de militaire dienst. Er zal dus invloed zijn op zijn ,S' bij de A- BOHZIS. Hel betekent, dat de mensen, die SI krijgen de establishment accepteren of in ieder geval er minder kritisch tegenover staan. Met andere woorden: iemand die officier wordt in de krijgsmacht is zeker niet iemand, die revolteert tegen die gevestigde orde en die uitgesproken drang tot kritische vernieuwing heeft,' aldus ex- legerpredikant Bartlema. waren: aan de identificatie door predikanten met de krijgsmacht moet een eind worden gemaakt. Dat kan on der meer door hef weglaten van de rangen. Verder moet de benoeming van de krijgsmachtpredikanten alleen door de kerk gebeuren en niet meer door de overheid bij ko ninklijk besluit. Ook zouden volgens dit rapport alle hiërarchische zaken binnen de geestelijke verzorging met een hoofdleger predikant, enzovoort, moeten worden afgeschaft. De funcite van hoofdlegerpredikant zou overigens niet moe ten vervallen maar wel een andere figuur moeten krijgen en hij moet verantwoording schuldig zijn aan een nieuw interkerkelijk orgaan. Maar waar blijft nu dat interkerke lijk beraad met zijn visie" Merkwaardig mag ook wel worden genoemd, dat twee in dieners van de minderheidsnota van de hervormde com missie de meerderheidsnota in het interkerkelijk beraad hebben moeten verdedigen. ,Wat zal daarvan zijn te rechtgekomen?, vraagt ex-legerpredikant Bartlema zich af. In 1966 was er voorts de groep predikanten, die ervoor pleitte, dat de besluiten van de synode ten aanzien van de geestelijke verzorging niet zouden worden ontkracht door de uitvoerende organen, maar dat die zouden wor den gerealiseerd. .Daarvan kan aeen sprake zijn als een ex-generaal-majoor, die altijd de zijde van de God koningin- en vaderlandpredikanten' heeft gekozen met die uitvoering wordt belast', vindt Ds. Bartlema ,De keuze van de krijgsmachtpredikanten en hun aanstelling worden door de heer Ludwig geregeld. Er is een duidelijke ver deel- en heerspolitiek van de .establishment', onze ge vestigde orde, bij de geestelijke verzorging. .Linkse' pre dikanten worden niet meer gevraagd. Men heeft de grootste moeite om het noodzakelijke aantal legerpredi kanten te krijgen, zeker nu de werving in handen is van een generaal, Het aantal vrijgemaakt en christelijk gereformeerde pre dikanten, ook gereformeerden (synodaal) neemt toe in de militaire dienst. Veelal is dat niet bepaald bevorder lijk voor het opvoeden tot onafhankelijk denken van de militairen en voor een duidelijke onafhankelijke geeste lijke verzorging. Sedert de affaire Bos de strijd om het wezen van het legerpredikantschap tussen Ds. Dieker hof en hoofdlegerpredikant Bos worden reserveleger- predikanten die achter het schrijven van de hervormde synode over de kernwapens stonden, niet meer opge roepen in dienst. Nu worden steeds meer .betrouwbare' predikanten gevraagd als .langverbanders'. Ds. Bartlema voelde zich ,wat geïsoleerd geraakt in de kring van legerpredikanten'. ,De mensen, die alert waren, zoals Diekerhof, zijn weg. Zo'n man als de gereformeerde Joziasse, afkomstig uit Middelburg, die ook geen blad voor zijn mond nam eveneens. Hij was in Weert, is er uit en nu vormingsleïder op .Bouvigne' in Breda Hij zit ook in het gereformeerd vredesberaad' Ds. Bartlema zelf verdwijnt uit Zeeland. Hij wordt midden augustus godsdienstleraar aan een scholengemeenschap in Nijmegen en bijstand in het pastoraat in de .diaspora' van hervormd Nijmegen: Malden, Mook en Heumen Ds. F. Don, vroeger in Haamstede, is daar bezig met de sanering van diverse kleine gemeenten, en aan het vormen van een streekgemeente. De vroegere legerpredikant Bartlema is bovendien bezig met een doctoraal studie over kerk en industrie. Bartlema voelde zich niet meer thuis in militaire dienst: ,Het geweld radicaliseert. Hef loopt technisch uit de hand. Als je het accepteert, betekent dat escalatie. Afgezien van alle christelijke motieven moet men gewoon zakelijk tot de conclusie komen dat geweld niet meer deugt. Maar als legerpredikant zit je in de sfruktuur waar het geweld wél wordt gebruikt. Uitstappen zonder meer en ,neen' zeggen is niet juist, daarom ben ik er ook in gebleven. Je moet solidair zijn met de mannen, maar je niet met het apparaat identificeren. Professor Strijd toont gebrek aan solidariteit dacht ik. Hij stapt uit en maakt geen vuile handen Dat is het duidelijke pacifisme. Maar dat kan niet, want we betalen allemaal belasting. Uit die belasting wordt hef militaire apparaat bekostigd. We hébben dus al vuile handen. We dóen dus al mee. De andere kant en dat is die van het kaliber Ds, Graafstal, vind ik is zich volkomen met het militaire apparaat gaan identi ficeren. Dan word je militair. De gedachtengang zoals Ds. Graafstal die presenteert is heilloos. Als legerpredi kant moet je tussen deze twee uitersten in staan.' .Vooral op het laatst heb ik het verwijf gekregen dat ik wel een goed predikant, maar geen goed legerpredikant was. Dat kan ik wel begrijpen van militaire kant uit ge zien, maar als predikant sta je voor een boodschap, die vaak loodrecht staat op de sfruktuur van deze maat schappij'. Gaat het vanzelfsprekende er in de militaire dienst af? Ik dacht dat er een zekere openheid begint te komen. Men kan niet meer ongenuanceerd zeggen, dat de krijgs macht gesloten is. Vijftien eeuwen hebben kerk en staat in eikaars verlengde gelegen, hebben ze elkaar gedekt Men zal moeten inzien, dat het zó niet meer kan. Het wórdt zo hier en daar al ingezien door militairen. Eén en ander heeft tot gevolg, dat er een radicalisering komt aan beide kanten, aan links en aan rechts. Men trekt zich ter rechterzijde terug in een egelstelling, maar zorgt soms bovendien voor wat verzachting, van bijvoorbeeld de groetplïcht Het gevaar is dan groot, dat we geloven dat we er al zijn Het is maar een lapmiddel en een ver steviging van de bestaande sfruktuur. Van democratisering van de krijgsmacht komt op die manier niets terecht'. Waf vindt u van de houding der krijgsmachtpredikanten ,lk voel beslist geen rancune jegens mijn collega's, hoe wel ik het hen wel kwalijk neem dat zi| hun ogen dicht doen. De identificatie met het militaire bedrijf is erg groot en dat is niet te verdragen' ,Het is een immorele zaak om jongens op hun achttiende jaar in dienst te sturen, zónder dat zij politiek bewust zijn, zonder da» zij hebben kunnen kiezen, want het gaat om dienstplicht. Er is geen alternatief. De kritische be wustwording, die zij nodig hebben, krijgen ze beslist niet van de legerpredikanten, een enkeling uitgezonderd. Ons volk laat de mensen erin trappen. Je mag het militaire instrukteurs niet kwalijk nemen, dat ze de jongens op voeden om te doden en hen niets anders bij Brengen. Dat is het apparaat. Maar wel hebben de legerpredi kanten schuld, die zich identificeren met dat apparaat in plaats van er kritisch in te staan' Hebt u de vrijheid gehad om uw ideeën door te geven ,lk ben volkomen vrij geweest. Ik heb beslist de volle ruimte gehad op de COAK. Het is niet altijd in dank af genomen door de officieren; ze vonden dat ik het moreel niet voldoende steunde, maar ik heb beslist mijn werk als dienaar van het Woord goed kunnen doen. Je moet in zo'n toestand wel rekening houden met de situatie van de mensen Solidair blijven met hen en niet oproepen tof dienstweigering binnen het apparaat. Wél het denken over het massaal geweld aan de gang houden. De eigen verantwoordelijkheid van de mens onderstrepen'. Heeft het doorgewerkt bij de dienstplichtigen ,Ja. Een voorbeeld: dat groepje aanstaande dienstplich tige korporaals ook academici dat in Middelburg weigerde aan een parade deel te nemen. Dat was voor mij een symptoom dat er nu een generatie dienstplichtigen is, die veel kritischer de militaire dienst instapt. Dienst- weigeren is geen oplossing. Maar in dienst gaan hoeft niet te betekenen dat je kritiekloos je eigen verantwoor delijkheid prijsgeeft. Het ideaal zou misschien zijn een leger van potentiële dienstweigeraars, zoals de protest- dienst van Diekerhof: van tevorenlaten weten dat je zult protesteren en weigeren waar dat noodzakelijk is. Na gaan tot hoever je verantwoordelijkheid als militair reikt. Dat betekent een kolossaal stuk scholing van dienstplich tigen waaraan we als volk in hel onderwijs veel te weinig doen Zo'n bureau voor informatie over dienstweigering, militaire dienst, e d dat de kerken nu in Zeeland willen stichten, is al een goed begin. De jongeren moeten tijdig informatie krijgen over wat hen te wachten staaf' Een bericht van ver: ,Vaak krijg ik van ge meenteleden, wanneer zij voor korter of langer tijd afwezig zijn, een an sicht. Heel vaak is het een.... kerk! Dit keer kreeg ik echter een an sicht van een Hindoe Tempel 7iit. Singapore van de familie v.d. Beek. Een welkome afwisse ling.1' Aldus ds A. van Santen in Hervormd Middelburg. De nationale confe rentie van bisschoppen in Brazilië heeft in een verklaring geëist, dat zo snel mogelijk .moedige hervormingen' in de structuur van de staat moeten plaatsvinden. De bisschoppen zijn bijzon der ontstemd over de misbruiken van het hui dige economische stelsel en zij zeggen dat alle mensen, zonder onder scheid, vrij en verenigd naar beste geweten moe ten deelnemen aan het proces van de nationale ontwikkeling. Maar de Spaanse bis schoppen vinden dat een nieuwe evangelisatie van arbeiders' één van de eerste taken van de r.k. kerk in Spanje moet zijn. Er is alvast een commissie voor benoemd en deze bisschoppencon ferentie waarschuwt voor gewelddadig verzet tegen het staatsbestel, omdat dat de gelovigen slechts kan schaden. Meer dan 250 christe nen zijn uit hun woon plaatsen op de overwe gend mohammedaanse Banak-eilanden voor de westkust van Sumatra naar het nabij gelegen eiland Nias gevlucht. Ze zijn ondergebracht in in derhaast gebouwde kam pen. Dat is verklaard door Niassers. Op de christenen was door de moslems druk uitgeoe fend. Dat is ontkend door een Noordsum.a- traans leider van 'n klei ne mo8lemparlijVol gens hem waren de christenen er niet in ge slaagd zich aan te pas sen. Ben voormalige Ang- likaanse geestelijke, die gehuwd is, drie kinderen heeft, en rooms-katho- liek priester wil worden mag dat. van paus Pau- lus. Eén en ander zal ge beuren in Tasmanië. De priester, wiens naam niet is genoemd door zijn aanstaande bisschop, dr Young, is al vijftien jaar r.k. De betrokkene zal tegen het eind van dit jaar zijn studie hebben beëindigd en dan tot priester worden gewijd. Paus Paulus heeft o- penlijk toegegeven dat 't Vat.icaan via liefdadig heidsinstellingen vlieg tuigen huurt om voedsel en medicijnen naar de oorlogsslachtoffers in Bi- afra te smokkelen. .We hebben vliegtuigen gehuurd en met moeite, risico's en veel kosten trachten te doen wat we konden. Maar het schijnt gezien de behoeften, maar een kleinigheid te zijn, aldus de paus. Hij zei ook verscheidene po gingen te hebben gedaan om Nigeria en Biafra tot 'n bestand en vredesbe sprekingen te brengen. Volgens kringen in het Vaticaan heeft de katho lieke hulporganisatie Ca ritas International sinds maart ruim dertig vlieg tuigen met voedsel en medicijnen naar Biafra laten vliegen. De eerste weken kwamen deze klandestiene vluchten sporadisch voor, maar de laatste dagen waren ze opgevoerd tot twee per nacht. De vliegtuigen worden gehuurd van een particulier bedrijf op het Portugese eiland Sao To me, waar ook de meeste voorraden worden ge kocht. Er wordt alleen 's nacht gevlogen om on derschepping door Nige- riaanse toestellen te voorkomen. ,De kerk zal in haar vergader-activiteiten ge durende de werkweek steeds meer rekening dienen te houden met de invloed van de televisie', aid,us een stelling bij het proefschrift van dr B. v. Oeveren. Onder de titel Prece dentsdag organiseert de iverkgroep Sjaloom za terdag 14 september een .kosmopolitische werk dag' in Tivoli, Utrecht. De bekende Amerikaan se theoloog Harvey Cox (van o.a. ,God.s revolutie' en ,St.ad van de mens') zal optreden als hoofdin leider. De actie Prece dent is gewijd aan het verschijnsel dat de pre sident. van de Verenigde Staten van Amerika. - 'n post waaraan wereldwij de verantwoordelijkheid verbonden is - slechts gekozen wordt door ,de 200 miljoen toevallige in woners' van de V.S. In het kader van de Sja- loom-actie Precedent, waarbij zich ook tal van andere groeperingen en organisaties hebbzn aan gesloten, wordt onder meer een speciale poc ket uitgegeven. De dag in Utrecht zal een zeer gevarieerd programma krijgen. Het woord .ambt' mag dan afgeleid zijn van .ambacht', dit wil nog niet zeggen dat het door het spraakgebruik geen eigen betekenis heeft gekregen. En deze betekenis is zó, dat som migen zelfs een onoverbrugbare tegenstelling voelen tussen ambt en ambacht. Wanneer een ambt alleen wordt bekleed om er z'n broodje mee te verdienen, worden er wenkbrauwen ge fronst. Het is echter ook denkbaar dat een ambachtsman zijn vak met liefde uitoefent, ook al stuurt hij rekeningen. Van lucht alleen kan een mens nu eenmaal niet leven. En wordt er in de Schrift ook niet gezegd dat de arbeider zijn loon waard is Dit wordt in dat verband gezegd van hen die in de gemeente leiding geven. Maar het spraakgebruik heeft het woord ambt nu eenmaal verbonden met bepaalde functies die er in de samenleving zijn en onder deze kennen wij dan ook de kerkelijke ambten, welke de synode der N.H. Kerk de vorige maand hebben bezig gehouden naar aanleiding van een rapport van professor Dr. H. Berkhof. Onder ambten in de kerk wil prof. Berkhof ver staan die functies welke er binnen een christelijke kerkgemeenschap zijn, die het tegenover' van Christus representeren en dus doende de kerk met gezag bij zijn genade en bedoelingen bepalen'. Met andere woorden: een kerkelijk ambt, welke dan ook, plaatst de gemeente tegenover Chris tus, haar Heer en Hoofd. Natuurlijk begint het rapport met een uitvoerige behandeling van de bijbelse gegevens en dat betekent in dit geval die, welke te vinden zijn in de Handelingen der Apostelen en in de brieven van het Nieuwe Testament. Daar zien we een grote variatie. Berkhof spreekt zelfs van ,een verwarrende veelheid'. Soms wordt er weinig en soms wordt hier veel nadruk gelegd op het ambt. In Korinfhe is het heel anders dan in Jerusalem. Er zijn gemeenten die zo uit het Jodendom zijn voortgekomen en waar men een sterke Oud Testa- mentische binding heeft. Er zijn gemeenten van heiden-christenen. In het Nieuwe Testament is voorts aanwijsbaar een eerste en een tweede ge neratie in de christelijke gemeente. Dit alles maakt het niet bepaald gemakkelijk om er een vaste lijn in te vinden wanneer het gaat over ambten. Er is sprake van apostelen, profeten, leraars, herders, evangelisten, oudsten, opzieners, diakenen. Voorts komen we hier in aanraking met een reeks van geestes-gaven welke in die eerste gemeenten van betekenis zijn geweest. Daarmee hebben de leden der gemeente elkaar aangevuld en verrijkt. Uit de gegevens die we in de Bijbel vinden, is niet zo maar af te leiden een van de kerkformaties die wij in onze dagen kennen. We vinden er noch een presbyteriale, noch een episcopale kerkorde. Om net woord te geven aan professor Berkhof: .Het Nieuwe Testament tekent ons binnen een periode van enkele tientallen jaren en in een nog kleine gemeenschap, een bijna verbijsterende veelheid van ambtsnamen en ambtssituaties'. En dan ver volgt hij: ,Het gezag van het Nieuwe Testament voor de kerk kan niet daarin liggen, dat we deze veelheid moeten imiteren of harmoniseren (beide zou trouwens onmogelijk zijn); het ligt integen deel daarin, dat wij uitgenodigd worden om in onze situaties, die weer nee! anders zijn dan die van Jerusalem of Corinlhe, op onze wijze naam en inhoud te geven aan de ambtelijke Christus- representatie die zich in het Nieuwe Testament bezig is veelvormig te constitueren'. Allerlei ambtsopvattingen die wij tegenwoordig in de ker ken tegen komen, beroepen zich ,min of meer gewrongen op het Nieuwe Testament terwijl ze zich in werkelijkheid hoogstens bij één of en kele tradities daarin aansloten'. Tenslotte bestaat heel de gemeente uit ambtsdragers, het ambt der gelovigen, leder christen moet een bemiddelaar zijn van het heil van Christus naar de wereld toe. Maar hieraan moet leiding worden gegeven. Berk hof spreekt hier van een dubbele beweging, naar de Heer toe en van de Heer uit. In deze oeweging moeten de ambten een bemiddelende functie hebben. ,Bij de ambten behoort dus een geeste lijk gezag', dat als een gave is geschonken. De gemeente moet deze gave herkennen. De ambten kunnen plaatselijk zijn, maar in' het Nieuwe Testa ment is ook ruimte voor een breder verband. Hef woord ,kerk' kan hier zowel betekenen de plaat selijke gemeente, als ook de universele kerk. Wij in ons land kennen dan de ouderlingen die, naar de visie van Calvijn, een raad der gemeente vormen. Twee soorten van ouderlingen onder scheiden we, van wie sommigen arbeiden in het Woord en de leer en anderen niet. Zo staat het in het oude bevestigingsformulier. Hier worden ze gelijkwaardig naast elkaar gesteld, maar er is verschil in ambtelijke bevoegdheden. Waarom mogen alleen de eerstgenoemde ouder lingen het Woord en de sacramenten bedienen en waarom worden deze met handoplegging be vestigd? Aan het diakenambt heeft in hef ge reformeerde kerkrecht altijd een onduidelijkheid gekleefd. In de praktijk wordt het diakenambt fager geacht dan het ambt van ouderling, terwijl dit weer gesteld wordt beneden het ambt van de dienaar des Woords. Zo komt er toch weer een hiërarchie, een staan van de ene ambtsdrager boven de andere. Wanneer Berkhof gaat handelen over de hogere kerkelijke organen, classicale vergaderingen, prov Kerkvergadering, generale synode, wordt net hem helemaal moeilijk. Plaatselijke ambts dragers krijgen hier ineens een bovenplaatselijke functie. Naar zijn oordeel werkt dit stelsel hier niet effectief. Hier kunnen we hem alleen maar gelijk geven. In de tegenwoordige tijd, die zovele vragen oproept welke boven de plaatselijke ge meente uitgaan, zal er in een of andere vorm gezocht moeten worden naar de mogelijkheid van ambtsdragers die boven het plaatselijke niveau uitstijgen. Niet alleen in de hervormde kerk wordt het ontbreken van boven-plaatselijke ambts dragers gevoeld. Ook in de gereformeerde ker ken is er verschillende keren een pleidooi voor Behouden. Er is, constateert Berkhof, een onbe- agen rondom de ambten en hij meent te moeten vaststellen dat dit onbehagen snel toenemend is. ,Het wordt steeds moeili|ker om de geschikte mensen voor deze ambten te vinden.' Velen zien niet duidelijk voor zich, wat er in deze ambten van hen wordt gevraagd.' Van deze onduidelijkheid is het predikantsambt niet uitgesloten. ,De gemeente wil vooral de ge moedelijke vaderfiguur'. ,De predikanten zelf wil len zich, behalve aan prediking en catechese, vooral geven aan vormingswerk.' Er groeien voor een predikant allerlei nieuwe taken, zonder dat de oude worden afgesloten. ,Hij zucht onder in efficiënte vergaderingen, onbeduidende gesprek ken en activiteiten die een ander evengoed of beter had kunnen doen.' Ook dit alles zijn teke nen van maatschappelijke en kerkelijke verschui vingen. Naarmate onze maatschappij naar grotere verbanden en eenheden toegroeit, zullen enerzijds de oecumenische en anderzijds de bo venlokale elementen in het ambt krachtiger naar voren hebben te treden. Dit houdt in een verande ring in de ambtsopvatting. Berkhof acht nodig als ambt: le dat van dienaar des Woords (waaronder ook valt apostolaat en zending). 2e dat van leraar (catechese, kringen, cursussen, bijbelstudie, vorming der gemeente). 3e dat van herder (individuele zielzorg). 4e dat van diaken die in deze wereld ,een pleidooi voert voor barmhartigheid en gerechtigheid in ge meente en samenleving'. In de gemeente zou hij verschillende werkgroepen STEMMEN UIT DE KERKEN willen zien, die zich bezig houden met het ge meente-van-Christus-zijn in deze wereld (jeugd werk, gezinszorg, kringwerk, eredienst, zending enz.). De ambten moeten de verantwoordelijkheid van heel de gemeente stimuleren, leder lid van de kerkeraad zal ,een duidelijk omschreven amb telijke functie moeten hebben'. Anders worden de kerkeraadsvergaderingen praat-colleges'. De die naar des Woords behoeft hier geen voorzitter te zijn. ,De oudsten worden met handoplegging door de voorzitter van de kerkeraad en zo mogelijk door een ambtsdrager van classicaal niveau in hun dienstwerk bevestigd.' ,Alle ambten zijn aan een termijn gebonden Men is één of enkele malen herkiesbaar. Ook de bezoldigde ambten zijn aan termijnen gebonden, al zal de herkies baarheid daar soepeler moeten worden geregeld'. De gemeenten zullen moeten .opgaan in grotere territoriale eenheden'. Er zal rekening moeten worden gehouden met paraparochiale diffe rentiatie (leger, studenten bijv.). Rekening zal ook moeten worden gehouden met ,niet-lokale-ge- meente-vormen, die soms een meer tijdelijk, soms een stabieler karakter zullen hébben', (rondom vormingscentra enz). Deze zullen vaak oecu menisch zijn. Een feit is dat steeds meerderen daar hun christen-zijn beleven. Hier zijn mensen nodig ,om zulke gemeente-vormen als ïnter-lokale ambtsdragers te begeleiden'. Tenslotte zullen er provinciale en synodale ambtsdragers moeten komen. Alles met elkaar pleit dit rapport van Berkhof voor een nog al drastische herziening van de ambtsstructuur in de hervormde kerk. Wat hij heeft ingediend, is slechts een rapport, maar het is waard dal er in breder kring dan die van de svnode over wordt nagedacht en dit te meer, om dat zijn gedachten de gemeente raken in haar diepste bestaan. Dit rapport wil de gemeente stellen voor de vraag wat zi| in de tegenwoordige tijd heeft te zijn en op welke wijze zij dit tot uitdrukking moei brengen. H. Want in die hoop zijn wij behouden. Romeinen 8 24a. Er wordt wel eens gezegd dat wij als christenen wissels trek ken op de eeuwigheid. Het wordt dikwijls gezegd op een wat wrevelige toon. jullie slaan niet met je beide benen op de grond, jullie dromen maar wat, jullie nemen de werkelijkheid niet serieus' Jongeren praten over .christe lijke marihuana' en L.S.D Vaak zit er ook een spottende ondertoon in: ,arme sukkels, jullie maakt jezelf wat wijs. blij met een dooie mus'. Veel gelovigen trekken zich dit verwijt en die spot aan en doen alles om er onder uit te komen Ze proberen met alles en iedereen in dit leven mee le doen. Ze bruisen van activiteit, christelijk of niet christelijk. Ze zijn in alle opzichten mo dern. Ze doen alles om toch maar de indruk te geven dat ze in deze wereld volkomen thuis zijn. Ze geven de stellige verzekering dal de eeuwigheia problematisch is en dat het daarop ook niet aankomt. Ik dacht dal we dat maar niet moesten doen. We zijn als mensen die in Jezus Christus geloven, geen mensen die thuis zijn. zelfs met in de meest christelijke wereldverbetering We zijn mensen die hopen, zegt Paulus, mensen die bij al hun werken in de wereld. TER OVERDENKING ziende op al het gepruts, alleen maar kunnen hopen dat ten slotte de bank van de eeuwig heid de geweldige cheque van het leven uitbetalen zal. Dat er uiteindelijk een overmachtige hand Gods zal zijn die ons en onze wereld zal behouden, vaak dwars tegen heel ons ge knoei in, Het is onmogelijk om als christenen te bestaan zon der wissels op de. eeuwigheid te trekken, Zonder die wissels wordt ons geloof waardeloos. En dan moeten we de spot en de wrevel en de belachelijk heid maar op de koop toe nemen. Alles is beter dan deze hoop le verliezen. Dan zijn we reddeloos. Immers, de bank die eens de som van het leven zal moeten uitbetalen, die ant woord zal moeten geven op alle vragen en raadsels van het leven, zal oneindig rijk moeten zijn. Die zal eeuwig rijk moe ten zijn. En levend in de armoe van de hoop, kunnen we toch r'tjk ge noeg zijn om alvast deze hoop zo nu en dan le verzilveren in de wereld dicht bij en veraf, als een klein bewijs van onze verwachting van de Grote Uit betaling. Terneuze n. J. 'A. POELMAM,

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1968 | | pagina 14