UIT DE LEEUWEKOOI IDEALE VLEUGELOPSLUITING COR JANSEN: MEESTERTITEL IN CORRESPONDENTIESCHAAK aj I J Zaterdag 30 maart 1968 (Door H. W. Fïlarski) Eén van de meest opvallende paren die dit jaar uit de overgangsklas der NBB zijn gepromo veerd naar de meesterklas, wordt gevormd door de Utrechtse leraar André Boekhorst met de Arnhemse administrateur Stef Vissinga. Zel den zal men twee zulke verschillende persoon lijkheden zo goed aan de bridgetafel met elkaar overweg hebben zien gaan. De bescheiden en te weinig van eigen bridgekunde over tuigd zijnde Boekhorst is altijd bevreesd dat men hem ervan verdenkt dat hij teveel op de voorgrond wil tre den. Vissinga daarentegen is graag zijn eigen reclame agent, die mede door zijn indrukwekkend uiterlijk en strijdbare betoogtrant reeds vele jaren geleden door een bridge- en mensenkenner de bijnaam ,Big Lion' (Gróte Leeuw) toebedacht kreeg. Begrijpelijk is het, dat Big Lion vele jaren met part ners sukkelde die na vermeend falen meestal weer snel het hok verlieten. Onder de rustige dressuur van André Boekhorst is Stef Vissinga thans ook tevreden met zijn bridgelot en steekt hij het niet onder stoelen of banken dat deze partnership iets hééft, dat alle bridgeparen graag zouden willen bezitten: geïnspireerd samenspel! Ten bewijze: 4t V 4 V H 5 V 7 2 A V 10 9 7 4 3 4» A B 9 7 2 V 10 8 3 >954 A A 8 H 10 8 3 V B 9 7 2 H B 4.HB6 V A V 6 4 A 10 8 6 3 4.52 (DoorL. Anderson) In de ontmoeting Goes-Philips kreeg de Yersekenaar J. Louwerse de gelegenheid een ideale lange vleugelopsluiting te formeren zo als die maar zelden in wedstrijdspel op hoofdklasniveau voorkomt. Na een wat aarzelend begin waardoor de Philipsspeler R. v. d. Boomen aanvankelijk het beste van het spel had kreeg Louwer se bij de 21e zet plotseling kans de gevreesde opsluiting te for ceren. Zijn spel won daardoor meteen aan kracht en met grote trefzekerheid zette hij koers naar de overwinning. Zijn tegen stander uit balans gebracht door deze ommekeer in het spel- beeld zocht vergeefs naar het juiste verweer. J lit m MS 13, B 11 Dit verschijnsel zien we in vele tak ken van sport. Degene, die min of meer onverwacht in een betere po sitie komt. krijgt volop de wind in de zeilen, terwijl de andere partij de mo rele opdoffer niet kan verwerken en van de wal in de sloot belandt. Niet alleen een kwestie van moreel, maar ook zoals wijlen Joris v. d. Berg het uitdrukte van mysterieuze krachten in de sport. Wit: J. Louwerse - Yerseke Zwart: R. v. <1. lJoomen - Eindhoven 1. 34-80 17-21 2. 30-25 21-26 Wit haalt een oud paard van stal, de zg. Franse opening, welke door zwart meestal beantwoord wordt met 20-25. Zwart speelt nu symmetrisch tegen. 3. 35-30 11-17 4. 30-24 19x30 5. 25x34 14-19 De derde zet van wit is wel aan vaardbaar, omdat op 19-23x23 wit het centrum kan overnemen door 32- 28x28. Maar de vierde zet is zonder betekenis: waarom nu niet conse quent 40-35 gespeeld? 6. 32-28 17-21 7. 37-32 26x37 8. 42x31 10-14 9. 31-27 21-26 Als 9e zet was aangewezen 31-26. Door de tekstzet krijgt wit met een wat krampachtig aandoende linker vleugel te maken. Het antwoord van zwart is niet sterk; hij had beter kunnen spelen 5-10 en 19-23 om de linkervleugel onder druk te zetten. Met 21-26 is het bezwaar tegen 31-27 feitelijk opgeheven! 10. 41-37 5-10 11. 47-42 7-11 12. 37-31 26x37 13. 42x31 20-24 Op het eerste gezicht ljjkt wits 12e zet minder sterk, maar waarschijn lijk heeft hij 19-23 niet willen af wachten, waarna 37-31 voorlopig is uitgesloten. 14. 40-35 14-20 15. 44-40 10-14 Elke speler heeft zo zijn eigen spel opvattingen en voert zqn eigen stra tegie. Over verschil van inzicht en smaak valt moeilijk te twisten, te meer waar het damspel zich terzake niet in een keurslijf van theoretische regels laat dwingen. Vooral gelet op de wat magere linkervleugel van wit rijst wel de vraag of zwart zijn zaak niet meer kracht had kunnen bijzet ten door een fikse aanval in die rich ting op touw te zetten. 16. 34-30 18-23 Zwart wil het spel een volkomen klas siek aanzicht geven. 17. 30-25 11-17 18. 27-22 12-18 Op 6-11 kan volgen 39-34. Zwart lean don niet antwoorden 24-30 (men ga dit na) en kan hierdoor de fatale opsluiting door 34-29x29 niet ontlo pen. 19. 22x11 6x17 20. 31-37 17-21 De fatale fout van zwart .waardoor wit het spel geheel zal gaan beheer sen. Aangewezen was 2-7 of 24-29x29. Wit forceeft nu de eerder aangeduide opsluiting, die zwart zeer veel hoofd brekens zal gaan kosten. 21. 39-34 21-26 Stondschijf 17 nog opgesteld, dan zou 39-34 verhinderd zijn geweest wegens 17-22 en 24-30. Nu levert 24- 30 schijf verlies op; een achter het bord niet gemakkelijk te berekenen opgave, maar de witspeler heeft het keurig doorberekend en wel als volgt: 39-34 24-30; 35x24 19x39; 28x10 39.x 37; 25x10 21x32; 38x27 9x20; 10-5 37-42; 48x37 13-19; 5x12 8x17 met schijfwinst voor wit. 22. 31-29 23x34 23. 40x29 1-6 24. 50-44 26-31 Zwart kan ook spelen 18-23 met ra dicale opruiming van het obstakel op veld 29. Weliswaar behoudt wit dan een krachtig centrum en blijft zwart opgescheept met een minder fraai opgestelde lmkerwing, maar al les beter dan zich langzaam maar zeker te laten smoren. Met de tekst zet beoogt zwart compensatie te vin den door de verbindingslijnen tussen de witte stukken te verbreken. 25. 27-22 18x27 26. 32x21 16x27 27. 38-32 27x38 28. 43x32 13-18 29. 36x27 9-13 30. 44-39 4-9 31. 28-22 2-7 ANTWOORD BRIDGEVRAAG 9 0 16 C 9 9 9 ffl. <3 9 9 s m B 0 0 0 0 0 geheel in de klem. waartegen de ver strooide opstelling van wit de helft van zijn schijven staan wat ver dwaald aan de randen niet op weegt. Het wordt nu voor zwart de hoogste tijd flink op te treden. Recht streeks 8-12, en 18-23 lijkt wel de aangewezen weg. Het opspelen van schijf 6. zoals nu gaat gebeuren, be tekent slechts een verdere verzwak king van de eigen stelling. 32. 46-41 6-11 33. 48-43 8-12 34. 43-38 11-16 35. 41-36 7-11 36. 32-28 11-17 Overweging verdient hier ook 12-17, waarmede zwart in troebel water gaat vissen, hetgeen in de gegeven omstandigheden mogelijk soelaas zou kunnen bieden. 37. 22x11 16x7 38. 28-22 7-11 Met grote hardnekkigheid blijft wit veld 22 bezetten: het past allemaal precies en het is steeds op het juiste moment. Zwart blijft volharden in een soort uitputtingstactiek rond schijf 22, maar deze tactiek zal vruchteloos blijken 39. 38-32 11-16 40. 32-28 12-17 41. 22x11 16x7 42. 36-31 3-8 43. 28-22 7-11 44. 31-26 8-12 45. 26-21 12-17 46. 21x23 19x17 OPLOSSING VRIJDAGPUZZEL Oost gever, niemand kwetsbaar. Vissinga opende als oost met één SA zuid paste Boekhorst bood als west twee harten, een conventioneel verzoek om bij oost twee schoppen te horen noord paste oost twee schoppen. Ongetwijfeld zou hiermee het bieden uitgestorven zijn ware het niet dat de onfortuinlijke zuid op het denk beeld was gekomen een nieuw stuk vlees in de arena te werpen: twee Sansatout. Dit had de bedoeling noord iets roods te laten kiezen, maar na passen van west deed noord iets zwarts, drie klaver. Oost paste zuid drie ruiten waarna west en noord pasten. ,Daar west niet had gedoubleerd" vertelde Big Lion met de overtuiging van het genie dat iets aan een on- schoolmeester probeert duidelijk te maken i dat er goede aansluiting in onze ow-spellen be stond en bood ik dus drie Sansatout!' Toeschouwers op de eerste rij kunnen zien dat voor het slagen van dit contract drie dames (in ruiten, schoppen en klaver) goed moeten zitten. Daar dit het geval was, mag men het succes (een absolute topscore!) een frap pant staaltje van vrouwen-dressuur noemen. Niettemin net als toeschouwer bij de leeuwenkool slaakt men na afloop een zucht van verlichting dat het weer een keertje allemaal goed ls afgelopen. Ik ben benieuwd hoe de dressuurproevcn het volgende seizoen in de meesterklas zullen verlopen. Mijn sym pathie vergezelt Boekhorst-Vissinga en ik bestel alvast een logeplaats! Bridgevraag van de week: West gever, allen kwets baar, parenwedstrijd. De zuidspeler heeft: A 10 8 4 3 2 V H 6 >V9 B 10 3 West past noord één harten ow passen zuid één schoppen noord twee ruiten zuid twee schop pen noord drie klaver wat moet zuid doen? Antwoord elders op deze pagina. Hier doorbreekt wit de zo lang zorg vuldig In stand gehouden opsluiting zelf om de vruchten ervan te gaan plukken. 47. 29-28 17-22 De andere mogelijkheid was 13-19, waaraan wel de voorkeur moet wor den gegeven. Waarschijnlijk heeft zwart de nu volgende eenvoudige slag naar dam over het hoofd gezien. 48. 27x18 13x22 4!). 35-30 24x85 50. 23-19 14x23 51. 25x3 22-27 52. 3-9 27-32 53. 33-29 en het spel is uit. Een door Louwerse sterk gespeelde partij! Zuid had reeds een probleem wat hij na noords bod van twee-ruiten moest doen. Sommige spelers zullen voor twee SA kiezen, maar het herbieden van de goede zeslcaart lijkt redelijker. Nu noord voortzet met drie-klaver, is het duidelijk dat hij een drie-kleu renspel heeft, ongetwijfeld met vijf hartens (anders was hij met ruiten ofklaver begonnen) en zéker van redelijke kwaliteit. Het gewone' bod is nu drie Sansatout, dat vermoede lijk wel gemaakt wordt. Noord had V AV5J,S +A10 7J, 4.A1' S en afhankelijk van de uitkomst zou drie SA precies (ruiten-start voor oosts heer en schoppen na), dan wel met écn of twee overslagen gemaakt zijn. Een technisch beter bod met hei zuidspel lijkt hier vier harten ge zien zuids aardige aansluiting in de door noord geboden kleuren plus de zekerheid dat noord een vijfkaart harten moet. hebben, lijkt dat de vei ligste actie. Daar harten rond zat., souden NZ vrij zeker 11 slagen heb ben gemaakt. (Door dra C. B. v. d. Berg) Cor Jansen's fraaie resultaat in een kandidatengroep correspon dentieschaak verschaft hem niet alleen een plaats in de finale om de wereldtitel van correspondentiekampioen, maar betekent tevens zijn eerste meesterresultaat als correspondentieschaker. Nog zo'n prestatie op dergelijk of vergelijkbaar niveau en Jansen mag zich internationaal meester correspondentieschaak noemen. Dat het hem zal lukken de officiële Fide titel te behalen, is nauwe lijks aan twijfel onderhevig. noeuvre steunt op het inzicht, dat zwart op de centrale velden sterker is dan wit. 26. Del-d2 g7-g5! Stelling na 26-g7-g5! Stelling na 53.Pc6-a5 1 1 w 1 1 a m m If. 1 "i' Jf Daarvoor staan Jansen's moed en in zicht voldoende borg. Twee belang rijke kwaliteiten, die goed tot uit drukking komen in de hier volgende correspondentiepartij tegen de Oost duitser Franke. Na de onverwachte nederlaag van de bekende Rus Sïma- gin tegen Brilla- Banfalvi (Honga rije) was Franke Jansen's zwaarste concurrent voor een finaleplaats. Jansen (zwart) mocht niet verlie zen, Franke moest winnen. Het 67 zetten durende en ongeveer twee jaar vergende duel eindigde ten slotte on beslist, maar pas nadat wederzijds alle mogelijkheden waren uitgeput. Een dermate intens gevoerd gevecht maakt duidelijk, dat correspondentie schaak soms evenveel van de zenu wen kan eisen als het gewone wed strijd- en toernooischaak. Onder om standigheden kan de spanning zelfs groter zijn: de strijd strekt zich uit over veel langere tijd, het wachten op de antwoordzet van de tegenstan der kan slopend worden, vooral in moeilijke of kritieke siuaties. Ook tegen dit aspect van het internatio naal correspondentieschaak heeft Jansen zich volledig opgewassen ge toond. Behalve onze felicitaties met het reeds gepresteerde, gaarne veel suc ces in de finale! Niet alleen Zeeland, maar ook Nederland volgt Jansen's verrichtingen met aandacht en be wondering. Een bewijs vormt het meeleven in .Schaakschakeringen', het bekende maandelijks orgaan van de Nederlandse Bond van Correspon dentieschakers. Wit: H. Franke (DDR) Zwart: C. Jansen (Nederland) Franse verdediging 1. e2-e4 e7-e6 2. d2-d4 d7-d5 3. Pbl-d2 Pg8-£6 4. Lfl-d3 c7-c5 5. e4-e5 Pf6-d7 6. c2-c3 Pb8-c6 7. Pgl-e3 f7-f6 8. Pe2-f4 Dd8-e7 9. e5xf6 De7xf6 10. Pd2-f3 cöxd4 11. 0-0 Pd7-e5 12. Pf3xe5 Pc6xe5 13. Ld3-böt Lc8-d7 14. Lb5xd7f Ke8xd7 15. Tfl-el Ta8-e8 16. c3-c4 Jansen heeft een moeilijke variant gekozen, die als riskant voor zwart staat aangeschreven. De onderne mende tekstzet is een suggestie van Keres nav diens partij tegen Czer- niak, Helsinki 1952, waar 16. cd4:, Pc6 tot een slechts gelijke stelling leidde. Blijkens de onderhavige par tij kan Zwart ook tegen het veel agressievere 16. c4! stand houden, al dient hij zich wel bijzonder nauw keurig te verdedigen. 16. Lf8-d6 In zijn uitvoerige, onlangs versche nen monografie over het Frans geeft de bekende Oostduitse theoreticus R. Schwarz 16.... Lb4 in overweging. Dit deugt echter niet wegens 17. Te5:, De5: 18. Pd3, Dd6 19. Da4? met verovering van twee lichte stuk ken tegen een toren. De door Jan sen reeds enkele jaren eerder geko zen zet 16. Ld6 is veel beter. 17. c4xd5 e6xd5 Noodzakelijke dekking van de onder ste rij, die zwart welkome tijdwinst oplevert. Op direct 18. Pd5: had Jansen heel venijnig 18. Pf3t! in petto, bijv. 19. gf3:, Tel:t 20. Del:, Dh4 (21. f4, Dg4f 18. Kd7-c8 19. Pf4xd5 nre-fs 20. Ld2-f4 Pe5-c6 21. Pd5-b6t Alvorens op de indirecte ruil van paard tegen loper in te gaan, dwingt wit eerst een lichte verzwakking van zwarts koningspositie af. Jansen moet verrassend goed getaxeerd heb ben, dat zijn stelling ook deze kleine handicap wel kan verdragen. 21. a7xb6 22. Lf4xd8 Te8xeH- 23. Ddlxel Ta8-d8 24. Ld6-g3 l»7-h5! Zwarts grote troef is pion d4, ech ter niet zozeer in de hoedanigheid van vrijpion dan wel als stabiliseren de factor. Hij belemmert de witte stukken in hun activiteit en biedt te vens de zwarte koning bescherming door de d-lijn gesloten te houden. Oprukken van pion d4 zou do struc tuur van de zwarte stelling alleen maar bederven, bijv. 24. d3? 25. Dc3, d2 26. Tdl, De4 27. Kfl met blokkade. 25. Tal-cl Ke8-d7! Er dreigde verraderlijk 26. De7! De ogenschijnlijk gedurfde koningsma- Op grond van zijn sterke centrale positie voert zwart een vleugelactie uit, die dient om Lg3 van de belang rijke diagonaal h2-b8 te verdrijven. Wit kan de loper niet goed hand haven, want na 27. h3, h4 28. Lh2, g4, of 28. h4, gh4: 29. Lh4:, Tg8 krijgt zwart aanval tegen de witte koningsstelllng. Hiermee is tevens de functie van 24. h5 duidelijk ge worden. Nu de loper verjaagd is, kan de ko ning veilig terugkeren. 29. h2-hS Kc8-b8 Wit mocht pion d4 niet nemen we gens 29. Ld4: Ddö! met stukwinst. Na 54. Lh4:, Pb3: 55. Ke2, Kc4 zou Wit alleen maar verliesgevaar lopen. Hij moet veld d3 tijdig met de ko ning kunnen blokkeren. 54. Pa5xh3 55. Ke2-d3 Kc5-d6 56. Lgöxh4 Pb3:-c5v 57. Kd3xd4 b4-b3 58. Kd4-c3 Kd6-e5 59. Lh4-g3v Ke5xe4 60. Lg3-d6 Pc5-e6 6L Kc3xb3 Ke4-e3 62. Kb3-t>4 Ke3-f3 63. g2-gS Kf2-g2 64. h3-h4 Kg2-n3 65. h4-h5 Indien 65. Kbór, dan 65. Pg7 be nevens Pr'5. Zwart wint of picn g3, of krijgt gelegenheid zijn paard door slaan op h4 tegen twee pionnen te ;even. In beide gevallen is de stel- 30. Tcl-dl 31. Tdl-el 32. b2-bS 33. Tel-e4 34. Te4-el 35. Tel-cl 36. Tcl-c4 37. Dd2-d3 38. Kel-fl b6-b5 Df5-d5 Kb8-a8 Dd5-c5 b5-b4 Dc5-e5 Td8-d5 Td5-c5 betekenen wegens 38. Pd4: Dd4:, Delf 40. Kh2, Tc4: 41. Dc4: De5t 42. Kgl, Dalt en zwart maakt zonder moeite remise. 38. Tc5xc4 39. Dd3xc4 Deö-f5 40. Lf2-el Df5-bl 41. Dc4-g8f Ka8-a7 42. Dg8xg5 Dblxa2 43. Dg5-c5f Ka7-a8 44. Dc5-c4 Da2-bl 45. Kfl-e2 Dbl-g6 46. Ke2-f2 Ka8-b8 47. Lel-d2 Na 47. Lb4:, Pb4: 48. Db4:, Dc2t be nevens 49. d3 zou zwarts vrije d- pion veel te gevaarlijk worden. 47. Dg6-f5 48. Ld2-h6 Kb8-c7 49. Lh6-d2 b7-b5 50. Dc4-e2 Kc7-b6 51. De2-e4 Een nieuwe poging. Zwart hoeft af wikkeling naar een loper/paardeind- 51. Df5xe4 52. f3xe4 Kb6-o5 53. Ld2-g5 Pc6-a5 ing remise. 65. Kh3-g4 66. hö-h6 Pe6-g5 67. Ld6-f4 Pg5-f7 68. h6-b~ Ke4-f5 Het is tot het laatst toe opletten. Na 68. Kh5 69. Le5! zou zwart nog verliezen. Na de tekstzet werd remise overeengekomen, zwart maakt pion h7 door Kg6 onschadelijk. Een in alle fasen boeiende vechtpartij, die bewijst dat ook lange remises ter dege inhoud kunnen hebben. (ADVERTENTIE) ...om zéker te zijn! brand-. Inbraak-, slorm- en Glasverzekering, wettelijke aansprakelijkheid voor particulie ren, ongevallen-, ziekte- en ziektekosten verzekering westblaak 22-r'dam tel.010-110004* PUZZELTJE HORIZONTAAL: 1. zoogdier; 5. zoogdier; 10. vis; 11. groot visnet; 13. zoog dier; 15. zoogdier; 18. voordat; 19. symbool van het element tin; 21. maan stand (afk.); 22. familielid; 23. tabak; 25. bitter vocht; 26. verlegenheid; 27. totnlisator; 30. enig tijdsverloop; 31. kloosterlinge; 32. walvisolie; 35. uitgave (Lat. afk.); 36. zoogdier; 37. werelddeel; 39 bruto (afk.); 41. zoogdier: 43. ruw, zonder terughouding; 45. zoogdier; 4S. zoogdier; 50. deel van het oog; 51. ijzeren mondstuk; 52. die van ons; 53. in buitengewone dienst (afk.); 54. voorz.; 56. bazige vrouw; 58. aanwijzend voornaamwoord; 59. reepjes meel spijs uit deeg met eieren; 62. zoogdier; 64. reeks van avondvullende toneel- nummers; 65. atmosfeer overdruk (afk.); 66. meubelstuk; 67. zoogdier. VERTICAAL: 2. bloeiwijze; 3 zoogdier: 4. vuur, geestdrift: 5. fijn weefsel; 6. zoogdier; 7. grarsteen; 8. nauw; 9. zoogdier; 12. zoogdier; 13. vruchtbaar- makende stof: 14. muze van het minnedicht; 16. zoogdier; 17. bijzondere aanleg: 20. zoogdier: 24. slagbekken; 26. kilowatt (afk.); 28. kleinste deeltje van een element: 29. dwaasheid; 83. veerkracht: 34. zoogdier: 35. zoogdier: 38. weergalm; 39. zoogdier; 40. wanordelijke toestand; 42. zoogdier; 44. deel van een wedstrijd: 46. zoogdier: 47. Heil den Lezer (Lat. afk.): 49. gekneed mengsel; 54. zoogdier: 55. tovergodin; 56. Catliarina: 57. tegenstander; 60. -poedig; 61. onnozel mens; 63. dicht. - - - .L -L Vorige week is de fotograaf naar Sint-Maartensdijk geweest om de prijs- plaat te maken. >L Vroegop, President Rooseveltstraat 16, Sint-Maartensdijk, zond een goede oplossing in en ontvangt daarvoor een tientje. Deskundigen hebben ons er op geattendeerd, dat de getijdenklok van de Ne derlands hervormde kerk te Arnemuiden wél werkt. Dit in tegenstelling tot wat wij in de oplossing van de prijsplaat van twee weken geleden schre- Oplossingen voor de prjjsplant van vandaag (gevraagd wordt de plaats waar de foto werd gemaakt) moeten uiterlijk woensdag worden gestuurd naar Redactie PZC. Walstraat, Ylissingen. Volgende week worden bjj de nieuwe opgave oplossing en prijswinnaar bekendgemaakt.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1968 | | pagina 23