KORTCHNOI SUPERIEUR
IN HOOGOVENTOERNOOI
KOEPERMAN:
KRACHT EN KLASSE
,DIEN RAOREN
AGESTIEN'
zaterdagnummer
Zaterdag 3 februari 1968
(Door drs C. B. ran den Berg)
De formidabele score (12 uit 15) van de Sowjet-Russische groot
meester Kortchnoi, glorieus winnaar van het 30ste Hoogoven
schaaktoernooi, heeft* niet nagelaten grote bewondering te wekken.
Een voorsprong van drie punten op Hort, Portisch en Tal, die te
zamen de tweede plaats deelden (ieder 9 uit 15) en evenals
Kortchnoi tot de gegadigden voor het kandidaat-wereldkampioen
schap behoren, is bepaald geen alledaags gebeuren.
wel een pion voor over, te meer daar
andera zijn stukken niet goed tot ont
plooiing komen.
18. Dc7xc3
Dit onmiddellijke accepteren van het
pionoffer werd algemeen als te ge
waagd beschouwd. Een veiliger me
thode was in leder geval: 18. Lc6;
19. Pd5, Ld5; 20. Dd5 (op 20. Ld5
is de binding Tad8 onaangenaam):
20. Tad8; 21. Da2, Dc3.
19. Pf4-d5 DcS-c8
20. Ddl-hS
Stelling na 20. Ddl-h5
Het minst onder de indruk toonde
zich de veel bejubelde overwinnaar
zelf, die verklaarde .werkelijk lang
niet zo goed en sterk te spelen als
een jaar of vijf geleden'. Deze uit
spraak heeft over het algemeen
nogal hilariteit verwekt, men heeft er
een superieur geformuleerd under
statement in gezien. Natuurlijk is het
dat óók, maar het zal bovendien voor
een deel echt gemeend zijn. Een spe
ler van formaat heeft objectiviteit
genoeg om eventuele tekortkomingen
onder de ogen te zien en te erkennen.
In dit verband kan men wijzen op
enkele nogal fortuinlijke overwinnin
gen van Kortchnoi, zoals die op Ree
en Rossolimo. Om van de welhaast
kinderlijke blunder tegen Portisch
maar te zwijgen, met als gevolg een
in dit geval ongelukkig te noemen
nederlaag.
Een en ander doet echter geen af
breuk aan het feit, dat Kortchnoi
zich ook te Wijk aan Zee weer eens
een geboren vechter heeft getoond,
wiens uitzonderlijke prestatie alles
zins verdiend is. Zijn geweldige serie
van acht overwinningen, pas in de
9e ronde door een remise met Don-
ner onderbroken, bleek op de concur
rentie een verlammende uitwerking
te hebben. De anderen, onder wie een
overigens nogal matte oud-wereld
kampioen Tal, leverden nog slechts
slag om de tweede plaats.
De best geplaatste Nederlander werd
Hans Ree, onze nationale kampioen,
die zijn uitstekende score van uit
15 binnen afzienbare tijd gehonoreerd
zal mogen zien met de officiële titel
van internationaal schaakmeester.
(Met zijn 50 procent kwam hij zelfs
een vol punt boven de door de We
reldschaakbond vereiste norm van
6V3 punt).
Hoewel Ree zijn partij tegen Victor
Kortchnoi verloor, is dit duel alles
zins de moeite van het naspelen en
bestuderen waard. Ree blijkt in feite
voor Kortchnoi aan durf en onderne
mingszin niet onder te doen. Reeds
eerder versloeg hij beroemdheden als
Larsen en Taimanov en het had niet
eens zoveel gescheeld, of ook Kort
chnoi was zijn slachtoffer geworden.
Wit: V. Kortchnoi (USSR)
Zwart: H. Ree (Nederland)
Engelse opening.
1. c2-c4 e7-c5
2. Pbl-c3 Pg8-f6
3. g2-g3 Lf8-b4
Een modern, o m graag door Smys-
lov toegepast verdedigingssysteem.
4. Lfl-g2 0-0
5. d2-d3
Het gebruikelijkst is 5. Pf3, Te8; 6.
0-0, e4; 7. Pd4 of 7. Pg5, terwijl ook
5. a3 in aanmerking komt. De
tekstzet is wat langzaam, zodat
zwart terecht actief in het centrum
wordt.
5Tf8-e8
6. e2-e4 c7-c6
7. Pgl-el d7-d5
8. c4.xd5 c6xdö
9. e4xd5 Pf6xd5
10. 0-0 Pd5-b6
Een ander redelijk plan was: 10,
Pc3; 11. bc3:, Lf8; 12. d4, Pc6 (13. d5,
Pa5 met controle van veld c4, even
als later in de partij).
11. d3-d4 Lb4xc8
12. b2xc3
Beter was wellicht: 12. Pc3, ed4: 13.
Pb5 en wit schijnt de pion met goed
spel te heroveren (13. Pc6; 14.
Lf4, of 13. Dd7; 14. Pd4, Td8: 15.
Lg5!, f6: 16. Le3, Pc4; 17. Db3, Df7;
18. Tacl).
12. Pb8-c6
13. a2-a4 PbG-c4
Hier neemt het zwarte paard een be
heersende positie in; dit maakt te
vens de waarde van a2-a4 twijfel
achtig.
14. Tal-bl Dd8-c7
15. Tbl-b5 Pc6-a5
Menigeen zou met 15. Lg4 de di
recte ontwikkeling hebben voortge
zet. Ook Kortchnoi had 15. Lg4
verwacht, h(j wilde daarop 16. h3
antwoorden, bijv. 16 Le2; 17. De2.
Pd6; 18. Lc6, Dc6; 19. Te5, Dc3. Wel
zou ook volgens Kortchnoi de zwarte
stelling te prefereren zijn, maar hij
zag voor wit geen bétere afwikke
ling. Inmiddels is de door Ree ge
kozen voortzetting scherper en op
zijn minst even sterk. Zwart speelt
strategisch consequent op de zwakke
velden van de witte damevleugel.
16. d4xe5 Lc8-d7
17. Tb5-b4 Pc4xe5
18. Pe2-f4
Veld d5 lokt en daar heeft Kortchnoi
I
1 1
:T
i 3
m
i
i iii
M.I
::W
t
'av
Plotseling krijgt wit een gevaarlijke
concentratie van strijdkrachten tegen
de zwarte rochadestelling. Men lette
in het bijzonder op de functie van
Tb4, die naar h4 kan zwenken.
Toch had zwart de vijandelijke aan-
valsdreigingen door 20. Lf5! (dekt
o m punt h7nog altijd met goed ge
volg het hoofd kunnen bieden. B(jv.
21. Lg5, Lg6! benevens 22. Pac6,
echter niet direct 21. Pac6 wegens
22. Pf6tgf6: 23. Lf6: en zwart heeft
geen bevredigende verdediging tegen
Dh6 (eventueel Dg5f) en mat op
g7. Ook op 21. Lb2 moet zwart eerst
21. Pac6? doen, aangezien op 21.
Pd3 weer 22. Pf6t enz. zou ko
men.
Opgemerkt zij nog, dat 20. Lg4
(ipv 20. Lf5) onvoldoende zou
zijn wegens 21. Dg5 met o a de drei
ging Pf6f (bijv. 21. h6; 22. Pf6t,
Kh8 of Kf8; 23. Dh4 en er dreigt een
loperoffer op h6).
20Pe5-g6
Verhindert Th4, maar haalt het
paard van een centrale post weg. Dit
komt meteen aan de witte dameloper,
die nu op de lange diagonaal gepos
teerd wordt, ten goede.
21. Lel-b2 Ld7-c6
22. Tfl-dl Lc6xd5
23. Lg2xd5 Te8-e7
24. Dh5-f3 Dc8-c2
25. Tb4-e4 Te7-d7
26. Lb2-a3 h7-hG
27. Tdl-el Pa5-c6
28. Df3-f5 Kg8-h7
Tegen de vele dreigingen (om 29.
Te8t) bestaat geen verdediging
meer.
29. Df5xd7
zwart gaf het op. Een door Kort
chnoi na Rees verzuim op de 20e zet
doortastend gevoerde aanval.
(Door L. Anderson).
Zoals van een ijsberg niet meer dan 1/8 deel boven water uitsteekt en de
grote massa zich onder water aan de aandacht onttrekt, zo wordt voor de
gemiddelde toeschouwer ook slechts een klein gedeelte duidelijk van hetgeen
zich in werkelijkheid in een dampartij afspeelt. Het ,onder-watcr'-gcdeelte
speelt zich af in de hoofden van de spelers, voor de toeschouwers is er het
spectaculaire spelmoment en voor de krantenlezer blijft er zelfs niet veel
meer van over dan de uitslag alleen. En zo kan het gebeuren, dat do match
Koeperinan-Andrellto met zijn eindeloze remisereeks in de herinnering zal
blijven als een weinig zeggende ontmoeting tussen weliswaar twee groot
meesters, maar niet weinig boeiende momenten. Het grote aantal remises
beeft sommigen teleurgesteld; de kranten schreven: alweer remise....
®e®
'I
m
3 S3 m
H, J3
s
o
w
J!
o' 'r-
m
Voor anderen verraadt een dergelijk
verloop echter de topklasse: in de
topklasse van elke tak van sport
zo redeneert men wordt het steeds
moeilijker een bres te slaan in de ge
perfectioneerde verdediging. Hoe dit
ook moge zijn: zeker is. dat wie ook
maar het kleinste steekje laat vallen
tegen spelers als Koeperman en An-
dreiko reddeloos verloren is. Dit geldt
echter ook voor beide spelers onder
ling, hetgeen dus betekent, dat beiden
deze match op bewonderenswaardige,
bijna foutloze wijze hebben gespeeld.
Om iets van de kracht en klasse van
de wereldkampioen te kunnen laten
zien, zullen we wat het .boven-water'-
gedoelte betreft, moeten overstappen
naar partyen, die hij speelde tegen
spelers van Iets minder klasse dan
Andreiko, die hem immers maar wei
nig ruimte liet om zijn capaciteiten
te demonstreren.
Aan het toernooi om het kampioen
schap van de Sowjet-Unie, door Koe
perman vóór o a Tsjegolev en An
dreiko gewonnen, ontlenen we de
partij Kocperman-Gersjt.
1. 31-26 19-23
2. 35-30 14-19
3. 30-25 10-14
4. 33-29 17-22
5. 40-85 11-1
6. 38-33 6-11
7. 32-28 23x32
8. 37x28 4-10
9. 42-38 16-21
10. 45-50 21-27
Het siert de zwartspeler dat hy zijn
grote rivaal niet uit de weg gaat.
hetgeen hij b v door 19-23 had kun
nen doen Koeperman ziet nu zy'n
kans en trekt door 29-23 krachtig ten
aanval. Hij moet hier al berekend
hebben, dat het tempovoordeel aan
z(jn kant is Het open veld 4 er
straks de bezetting van veld 31 opent
bovendien combinatoire perspectie
ven.
11. 29-23 18x29
12. 34x23 19-24
13. 41-37 11-16
14. 46-41 1- 6
15. 48-42 7-11
16. 50-45 13-19
Ziehier een stukje van de üsberg, dat
boven water uitsteekt. Iedereen kan
zien, dat na de tempi 41-37 7-11; 47-
42 3-8: moet volgen: 40-34 met overi
gens goed verloop voor wit. Koeper
man berekent deze situatie, ziet toch
nog wat voetangels en klemmen en
ziet bovendien, dat zwart na 40-34
nü gespeeld geen 24-30 mag vol
gen. terwijl zwart geen andere keus
heeft. Immers na 34-30 is de partij
uit. Zwart staat dus mat: een voor
treffelijk staaltje damtecbniek!
23. 40-341! 24-30 of?
24. 35x24 19x30
25. 29-24 18x40
26. 25x45 20x29
27. 33x24 22x42
28. 31 x 2 Dit!
Nu we toch bezig zqn iets van Koe-
permans kwaliteiten te etaleren, vol
gen hier nog twee partijfragmenten
tegen overigens ongenoemde
tegenstanders. Zeldzame partijmo
menten, zo spectaculair als men
maar wenst.
Zwart die de partij tot dusver uit
stekend behandelde, speelde vanuit de
diagramstand heel logisch 20-25,
waarop wit zeer verrassend op veld
6 belandde:
De stand Ijjkt op een .zoekplaatje'
met het onderschrift: .Waar zit de
dam?'. Wit ls aan zet en ziet een
dam schemeren op veld 4, zy het dan
ook dat deze eerst in acht zetten be
haald kan worden, waarvan vooral de
vijfde zet de pointe vormt.
35-30 24x35
34-29 23x34
27-22 18x27
82x21 16x27
33-29 34x32
36-31 26x46
47-41 46x37
42x 4 Een zeven
klapper -|- een dam.
CORRESPONDENTIE
De heer I. Gaanstra uit Castrlcum
merkte op, dat zwart in de stand
Louwerse-Dckker uit het kamp. van
Zeeland na 17-22x22 en 4S-42 nog een
uitstekende kans had door het offer
22-2S te brengen, gevolgd door 24-
29. De clou is dan nl dat 30-25 faalt
op 29-33; dreigt tevens 16-21. Uit
stekend gezien en volgens de heer C.
van Tatenhove uit Zaamslag zelfs
gewonnen voor Dekker!
De heer Ph. de Schaap te Amster
dam verzoekt In het bezit te worden
gesteld van .De Zeeuwse Dammer*
(sept. '45-juli '47) en eventuele an
dere Zeeuwse cluborganen.
JAN KOUSEMAEKER
Er zal nog heel wat water door de Schelde stromen eer hef Zeeuwse dialect ver
dwenen is. Maar aangetast is de taal reeds zeer sterk. Vele tekenende woorden
en uitdrukkingen worden niet meer gebruikt, of leven enkel nog voort als curiositei
ten in een soort reservaten. We bedoelen daarmee dat enkele Zeeuwen wie de
eigen taal aan het hart gaat die woorden kennen, een enkele keer gebruiken en
doorgeven aan nageslacht of kennissen, maar levende taal is dat niet meer. Nog
net op de valreep heeft mevrouw Ghijsen met haar helpers het Zeeuws Woorden
boek samengesteld. Een heel enkele keer verschijnt er nog eens een ingezonden
stukje in de Zeeuwse taal (dwz een der talrijke Zeeuwse dialecten) in de PZC,
maar een vaste rubriek, zoals in de dertiger jaren (Poldermans!) is er niet meer.
zoon was echter bijzonder eenzijdig
geweest. Dat het kind in geestelijke
nood zou kunnen verkeren, dat het min
der gek was dan het leek. dat er een
drempel waa waar het niet over kon
en zo steeds meer versukkelde het
komt ln nlemands hoofd op. Wanneer
Agestien in het rusthuis is (hij is dan
reeds in de veertig) is hij reeds zo
sterk vergroeid dat er niet veel meer
aan te doen is. maar toch merkt later
een dokter met moderne Ideeën op dat
Agestien eigenlijk helemaal niet gek is.
meer abnormaal geremd. Hij spreekt
hierover met de schrijver van het ver
haal die, hoewel hij zich met de ge
meenschap, het dorp. vereenzelvigt, dan
toe moet geven dat er Inderdaad in
die goeie sukkel kwaliteiten verstikt zijn
N'
'u heeft het Zeeuws Woordenboek bij
lijk ook één negatief gevolg, en dat
spruit voort uit de onvermijdelijke offi
ciële spelling van het Zeeuws die men
diende te creëren. Nogmaals, dat moest.
Maar het was tevens een soort gena
deslag, want er is geen Zeeuwse spel
ling, haast ieder dorpje zingt zoals het
gebekt is. de klanken klinken hier zus
en daar zo en elders weer anders. Nu
waren de mensen die wel eens een
stukje in het Zeeuws schreven over
het algemeen lieden met ruime ontwik
keling en gestudeerden. Zij schreven het
Zeeuws neer zoals zij het spraken en
hoorden. De enkeling die het nü nog
zou willen doen, wordt mogelijk een
beetje geremd door geweten of vermoe
de .voorschriften' hij wil niet fout
spellen, maar heeft ook geen zin, die
regels te gaan bestuderen. Kortom:
zijn elan wordt gefnuikt en het resul
taat is dat er nóg minder Zeeuws ge
schreven wordt. We beweren dit niet zo
maar uit de lucht weg: onze eerste op
welling was geweest, de letterkundige
kroniek deze week eens in het Zeeuws,
en dan wel speciaal in het .Bossels'
te schrijven. Maar toen we het voor
woord van ,Dien raoren Agestien' had
den gelezen en daaruit merkten dat
Jan Kousemaker pas na een zekere te
genstand gezwicht was voor de spelling
van het Zeeuws Woordenboek, besloten
we ons er maar niet aan te wagen. Dit
klinkt afschuwelijk ondankbaar: het
werk van dr Ghijsen is onwaardeerbaar
en er was absoluut geen andere moge
lijkheid, maar wéér ls het ook dat een
min of meer officiële spelling voor het
.Zeeuws' eerder remmend dan stimule
rend werkt in dit geval: de draad is
namelijk al te dun geworden, hij knapt
af bij deze extra-belasting.
Uit deze inleiding zal men reeds heb
ben afgeleid dat we deze week de aan
dacht willen vragen voor een werk in
Zeeuws dialect. Dat is dan de Zuid.be-
velandse novelle ,Dien raoren Agestien'
van Jan Kousemaker, of Kousemae-
ker zoals hij voor deze speciale gele-
trouwd met het Zuidbevelandse dia
lect bewesten het kanaal. Hij heeft zijn
vertelling geplaatst in het begin van
deze eeuw, de handeling ervan vindt
plaats in Ellewoutsdijk en 's-Heer-
Arendskerke.
Hoofdpersoon ls Agestien (Augustijn
Blommart geheten), een mannetje dat
in een rusthuis van de diaconie in
's-Heer-Arendskerke zijn laatste jaren
slijt. Hq is ,nie êêlemaele rechtuut, 'n
bitje 'n onverstand' en sommigen be
weren zelfs ,dat 'n z'n ola nie ao'.
Agestien heeft zich op betrekkelijk
jonge leeftijd reeds in dat tehuis inge
kocht, knapt allerlei karweitjes op, zo
als leesportefeuilles rondbrengen, wat
tulnieren bij de dominee en zo, en leeft
onopvallend zijn onbetekenend leventje
van halfzachte dorpsfiguur tot aan zijn
zielige einde.
Kousemaker heeft zich verdiept in
de achtergronden van dit simpele
leven en daarbij de kans gegrepen te
vens een schildering van oud-Zuidbeve-
landse toestanden en karakters te ge
ven die folkloristische waarde hebben.
Zijn werk is enigszins te vergelijken
met de verhalen van Cor Schijve over
figuren uit het Land van Cadzand of
de (helaas nog steeds ongepubliceer
de) verhalen van wijlen J. Vijver
berg over Schouwse typen en méér van
dergelijke publikaties waarvoor .streek
literatuur" eigenlijk zo'n nare benaming
is, want dat ls het niet. Een schrijver
van streekromans publiceert een soort
gemakkelijk leesvoer, maar de schrij
ver van een goede novelle in dialect
maakt het zich allesbehalve gemak
kelijk. Hij gaat heel nauwgezet te werk
en wordt bewogen door een diepe lief
de voor zowel zijn onderwerp als zijn
taal. Daardoor produceert hij iets dat,
literair gezien, in een aparte categorie
komt en dat bovendien nog een méér-
waarde krijgt door het documentaire
karakter: iets verdwijnende is vastge
legd. Niet weinig van het succes van
Schijves .Joantje' moet aan die docu
mentaire waarde toegeschreven worden.
Iets dierbaars dat weg is of op het
punt staat te verdwijnen, herleeft even
voor onze ogen. We grijpen deze gele
genheid ook nog eens graag aan om
aan te dringen op een herdruk van het
voortreffelijke werk van Poldermans.
Er zou ook ongetwijfeld nog een koste
lijk boek samen te stellen zijn uit vroe
gere bijdragen van hem in de PZC
succes lijkt ons haast verzekerd!
Jan Kousemaker heeft evenwel behal
ve dit ijle register van de dierbare her
die nooit tot ontplooiing zijn gebracht.
Niemand heeft echter tijd of gelegen
heid zich er mee te bemoeien Ages
tien is opgenomen in een vriendelijke,
welwillende omgeving, hij wordt wel
eens geplaagd, vooral door de jeugd,
maar niemand grieft hem werkelijk cfcep.
Niemand verdiept zich echter ook In
hem. De dokter gaat het verst, hij
speurt van tijd tot tijd naar Agestiens
\'"erleden. gaat zelfs inlichtingen inwin
nen in Ellewoutsdijk. Maar eer hij een
sleutel ln handen heeft is het ie laat.
Een ongeluk heeft dan het einde van
Agestien verhaast.
Op een winterdag, hij ls dan al achter
Sn de zestig, ziét hij. of haast nog
eerder: vermoedt hij met uiterst ge
spannen zintuigen hoe een jonge vrouw
in wanhoop zich van het leven gaat
beroven. De vader van het tehuis ziet
hoe Agestien in paniek geraakt, .Moe
der!' schreeuwt, maar doordat de on
gelukkige vrouw alle aandacht opeist,
merkt voorlopig niemand dat Agestien
verdwenen is. Men vindt hem later, on
voldoende gekleed en verwilderd m de
besneeuwde Poel. De zware longontste
king- die hij oploopt verhaast zijn ein-
dokter is te laat achter de re-
heeft destijds, toen zijn moeder
trap viel, uren lang alléén bij haar lijk
gezeten in het afgelegen huisje. Hij
LETTERKUNDIGE
KRONIEK
DOOR HANS WARREN
innering ook nog een paar registers
opengetrokken met een heel reële klank
die maken dat zijn melodie mooi vol
klinkt. De grote tragiek van zijn vertel
ling ligt namelijk op een ander gebied.
Hij maakt duidelijk hoeveel leed hier
geleden is, hoe een heel leven, of ei
genlijk twee levens, in kleurloos slo
ven, in ellende en verdwazing ten ein
de liepen door bekrompenheid, dom
heid, armoe. Niet alleen de materiële
nood was vroeger groot, de geestelij
ke kon nog veel groter zijn. De schrij
ver laat zien hoe iemand die materieel
met veel moeite verzorgd was, toch
door eenzijdige liefde en onbegrip scheef
kon groeien, en snijdt daarmee een
thema aan dat men in de literatuur
eigenlljk niet zo vaak aantreft. Niet
alleen de uiterlijke welstand der men
sen is in deze eeuw verbeterd, ook
de zorg voor hun geestelijk welzijn is
aanmerkelijk gedifferentieerd.
We moeten om dit toe te lichten iets
van de intrige vertellen. Agestien,
zoon van een landarbeider, verloor op
vierjarige leeftijd zijn moeder. Zij viel
van de zoldertrap. De vader, een noes
te werker, besloot alléén het kind ver
der te verzorgen. Na enige tijd bleek
dat Agestien niet helemaal mee kon.
Op school ging het slecht en hij werd
ook geen goede werkkracht. De vader
heeft zijn nele leven gebuffeld om zijn
kind niet onverzorgd achter te laten.
Dat ls hem gelukt. Toen hij er bij
neerviel, letterlijk, kon Agestien zich
inkopen hl het tehuis in 's-Heer-Arends
kerke en er bleef nog genoeg over voor
een zakgeldje en een extraatje af en
toe. De liefde
den van het trauma gekomen: Agestien
i zijn n
g alléér
afgelegen
vermoedt dat de dodelijke angst die het
kind toen bevangen heeft voorgoed een
stempel op hem heeft gezet, Die name
loze angst heeft hem zijn hele leven
letterlijk .bezeten', nooit is hij gewe
ken. Zo spreken de dokter en de domi
nee bij zijn dood: .Juist aangevat zou
dit leven, wanneer het nu, als kind, weer
kwam te verkeren in dezelfde omstan
digheden een geheel andere, een veel
gelukkiger wending en bestemming heb
ben kunnen krijgen. Maar men heeft
het niet geweten. Men heeft alleen voor
zijn natje en droogje gezorgd... En dat
maakt alles nog ééns zo tragisch en zie
lig-
Ontzettend', zei doomnie Cnoop. .ont
zettend!' en ze keke nog 'n stuitje nae
Agestien z'n gezicht.
.Dokter", zei den doomnie, .hebt u er
ooit bij stilgestaan dat deze man nooit
heeft liefgehad? Dat wellicht nooit ie
mand deze mens een kus heeft gege
ven? Dat hij nooit een vrouw heeft
gekend, dat niemand hem ooit heeft
gestreeld of heeft bemind
,Ja dominee', zei d'n dokter ,en dan te
bedenken dat het wachtwoord voor ons
leven, voor uw arbeid en de mijne is:
,het meeste van die is de liefde'. Wat
hebben wij beiden dan nog verschrikke
lijk veel te helpen...'
Toen draoiden ze d'r eigen om van
voe de bèstie en de Moeder schoof de
gerdienen toe'.
Hoewel de onderstroming van deze
vertelling heel tragisch is, ontbreekt
de komische noot geenszins. Er zijn
heel wat passages waar men lachen
kan, zoals de wederwaardigheden van
Agestien als tuinman bij de dominee,
of de geschiedenis van zijn pruik. Si
tuaties en bijfiguren zijn uitstekend ge
tekend het verhaal leent zich ook heel
goed tot voordracht. De taal is rijk en
gevarieerd, maar gelukkig niet overda-
öig-arehaiserend, de toon weldadig so
ber. ,Dien raoren Agestien is dan ook
een welkome aanwinst in onze in Zeeuws
dialect geschreven letteren, en we ho
pen dat Jan Kousemaker méér zal
schrijven. Het boekje werd geïllustreerd
met enkele dorpsgezichten in Ellewouts
dijk en 's-Heer-Arendskerke uit het be
gin van deze eeuw. Op de omslag staat
een houtgravuretje van Dillens, dat
echter niet wordt vermeld.
i die vader voor zijn
Jan Kousemaker: Dien raoren Agestien.
G. W. den Boer, Middelburg, Serie Land
en Volk der Scheldemonden VII.
PUZZELTJE
HORIZONTAAL:
1 afnemen, achteruit gaan; 5 uithoe
ken v. overtreding: 10 lor: 11 getand
raadje aan laars: 13 goedig persoon:
15 arbeidsvermogen: 18 vervoeging
vhww .roppen'. 19 rustend, afk.:
21 Greenwich-trjd. afk.; 22 bouwveld:
23 bloedverwante; 25 schaap; 26 vat
met oren; 27 strand als badplaats
met toebehoren; 30 vervoeging van
het ww breien; 31 nieuw- voorvoeg
sel l32 gebak; 35 bep. gewicht, afk.:
36 voeg- 37 papiermaat; 39 naschrift,
afk.; 41 na de"tijd dat; 43 weest ge
groet (Latyn); 45 voertuig: 48 ge
meente; 50 smet: 51 eveneens; 52 ie
dere: 53 eer; s4 zie 39; 56 race te
Assen (afk.); 58 vat; 59 plotselinge
wind; 62 Aziaat; 64 schande; 65 een
zekere! 66 zeevogels: 67 esprit.
VERTICAAL:
2 dienst ter beveiliging v. d. staat
(afk.); 3 kwade: 4 stad in Noord-
Holland; 5 in-: toekomstig; 6 zeevis;
schoorsteenzwart; 8 district, afk.;
ter beschikking (afk.); 28 snaak;
kortstondige lie!
lichtuitstraling; 33
,1-aviri van Holland; 34 tydperk; 35
koeievoer; 38. larve van vlieg; 39
eiken paal van 1,20-1,60 m lengte:
40 deel van een breiwerk; 42 versna
pering; 44 gedrang: 46 gemeente in
Groningen: 47 in orde (afk.); 49
maag v. e. herkauwer; 54 lichaams
deel; 55 verwonding; 56 drank; 57
meisjesnaam; 60 haren van schaap;
61 naaldboom; 63 buitendijks land.
,De foto van de prijsplaat werd gemaakt te Renesse, eind van de
Laone, het hek van de voormalige theetuin', aldus het briefje van
J. M. van Klooster, Wilhelminaweg 8 te Renesse. Het was een van
de zeer weinige goede oplossingen en de beloning is een tientje.
Voor woensdag moeten de inzendingen voor de prijsplaat van van
daag per briefkaart worden gezonden aan Redactie PZC, Wal-
straat, Vlissingen, Onder degenen, die de plaats noemen waar de
prijsplaat van vandaag is gemaakt, wordt een tientje verloot. Bij de
opgave van volgende week wordt de naam van de prijswinnaar en
de oplossing gepubliceerd.