reis:
Tweede kamer akkoord met
rentesubsidie scheepsbouw
Aaaaaardbeien
volop smullen!!
hAU..!
Frankrijk vraagt
geen uitspraak
van YN-assemblee
Westen moet meer aan ontwikkelingshulp doen
„EAU
3
IN TOTAAL VOOR 1,5 JAAR 54 MILJOEN
Motie-Wiebenga
ingetrokken Uitspraak
.ACCIJNS OP FRISDRANKEN'
NORMEN VOOR
VERLENING
VAN HULP
de cologne
van
BOLDOOT
J >*-,
PRINSES CHRISTINA NAAR DE VS
VLUCHT OVER
DE JORDAAN
Slaan
V heettnan J
ERASMUSPRIJSWINNAAR PROF. TINBERGEN
Kloof wordt
groter
VRIJDAG 23 JUNI 1967
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
(Van onze parlementaire redacteur)
DEN HAAG De tweede kamer
is woensdagmorgen akkoord ge
gaan met het plan van de regering
voor de scheepsbouw een rente-
overbruggingsregeling in te voe
ren, die voor anderhalf jaar zal
gelden en waarmee in totaal een
bedrag van 54 miljoen aan over
heidsmiddelen gemoeid zullen zijn.
Een wetsontwerp tot wijziging van
de begroting van economische za
ken van 1967, waarbij de regering
wordt gemachtigd in dit jaar tot
een bedrag van 36 miljoen ver
plichtingen aan te gaan ten laste
van latere dienstjaren, werd zon
der hoofdelijke stemming aangeno
men met aantekening, dat de frac
tie van D'66 geacht wilde worden
te hebben tegengestemd.
Namens deze fractie verklaarde mr dr
M. J. J. A. Imltamp, dat de voorgestel
de regeling onvoldoende is om te ko
men tot een reorganisatie van de Ne
derlandse scheepsbouw.
Drs H. Wiebenga (PSP) trok zijn mo
tie In, die hij dinsdag had ingediend.
Deze motie, die was mede-ondertekend
door drs J. van den Doel (PvdA) had
ten doel, te voorkomen, dat overheids
subsidies aan particuliere ondernemin
gen het uitbetalen van dividenten en
tantièmes mogelijk zouden maken. De
motie vroeg daarom aan de regering
bij het verlenen van rente-subsidies me
de als voorwaarde te stellen, dat even
tuele winsten over een bepaald boek-
Êar niet voor dividenden of tantièmes
stemd kunnen worden zolang niet de
verleende subsidies over da.t boekjaar
van de overheid zijn gerestitueerd.
Tevoren had de kamer zich algemeen
tegen de motie gekeerd. De heer M.
Bakker (CPN) ontwikkelde allerlei be
zwaren tegen de motie. Zijn voornaam
ste argument was, dat verwezenlijking
van dé in de motie vervatte wens zal
leiden tot een verlaging van de lonen,
(ADVERTENTIE)
Dr G. M. Nederliorst (PvdA)
klaarde, dat zijn fractie de indiening
van de motie mogelyk had gemaakt
(met de handtekening van drs Van
den Doel), omdat men de fractie
van de PSP in de gelegenheid wilde
stellen een uitspraak van de kamer
te vragen.
Overigens wees de heer Nederhorst
de motie van de hand en hij kon
zich met de argumenten van de heer
Bakker verenigen. Individuele subsi
dies hebben we niet alleen in de
scheepsbouw, maar ook b v bij de
regionale industrialisatie, zo merkte
de heer Nederhorst op.
In wezen richtte de motie zich tegen
de rente als zodanig. Wij staan op
het standpunt, aldus drs Nederhorst,
dat een normale rente op kapitaal
een oirbare zaak is, De motie noem
de hij van alle werkelijkheidszin ge-
Drs M. W. J. M. Peijnenburg (KVP)
zette uiteen, dat het voordeel van de
subsidie bok bij de consument te
rechtkomt. Het verzoek in de motie
neergelegd, noemde hij ongegrond,
onbruikbaar en onbillijk.
Mr dr Imkamp (D'66) kon zich wel
verenigen met de gedachtengang van
de motie, nl dat gelden van de ge
meenschap niet zonder meer moeten
afvloeien naar de enkeling. Maar zijn
fractie had bezwaren tegen de uit
werking en zou daarom tegenstem
men.
Drs Wiebenga verklaarde hierop, dat
hij, na alles te hebben aangehoord en
na overleg met zijn fractie, tot de con
clusie was gekomen dat het op dit mo
ment beter was de motie in te trekken.
Hij kondigde echter aan, dat hij in de
toekomst op deze zaak terug zal ko
men.
Ondanks alle bezwaren kon de heer Wie
benga het wetsontwerp zelf zy het
met grote aarzeling aanvaarden, om
dat, hij daarin een reële mogelijkheid zag
voor handhaving van een stuk werkge
legenheid
(ADVERTENTIE)
(Slot van pagina 1)
Minister Udink
antwoordt kamer
DEN HAAG (ANP) Minister
Udink heeft gisteren in de tweede
kamer uiteengezet langs welke lij
nen een heroriëntering van de ont
wikkelingshulp zal plaatsvinden
en een opsomming gegeven van de
normen voor hulpverlening.
De minister, die sprak tijdens het
debat over de hoofdlijnen van de
ontwikkelingshulp, noemde vier
.accenten' die de richting van de
heroriëntering aanduiden, te we
ten:
Grote welvaartsverschillen maken de
opbouw van een wereldorde onmoge
lijk.
Het besef dat de oplossing van vele
problemen jaren zal vergen. (In dit
verband karakteriseerde de bewinds
man het ontwikkelingsdecennium als
een eerste poging om tot een samen
hangend beleid te komen).
Groeiende evenwichtigheid in het
ontwikkelingsbeleid en het hulpverle-
ningsbeleid. (Deze werden vroeger
gekenmerkt door bepaalde .modes'.
Thans dreigt het gevaar dat land-1
bouwontwikkeling de grote mode I
wordt).
Teneinde doeltreffende hulpverlening
te bevorderen moeten de hulpverle-1
nende landen hun activiteiten op be
paalde landen richten.
De hulpverlening dient de komende ja
ren te worden gekarakteriseerd door
versnelling van actie, grotere efficiency,
grotere omvang van de hulp en het be
trekken van zo veel mogelijk maatschap
pelijke groeperingen in de hulpverle
ningsactiviteit, aldus minister Udink.
Als normen voor hulpverlening noemde
de bewindsman:
De economische achterstand van het
ontwikkelingsland en de vereiste
groei.
De inspanning die het hulpverle
nende land zich zal kunnen getroos
ten.
Voedsel
gen zouden vrij van vermogensbelasting
en successiebelasting kunnen zyn,
Ook zou de giftenregeling van de be
lastingen kunnen worden verzacht voor
de giften die op een bepaald gironum
mer voor ontwikkelingshulp zouden
worden gestort. Iets dergelijks is ge
daan bij de watersnoodramp in 1953.
Meer geld zou voorts beschikbaar kun
nen komen door speciale .ontwikkelings-
opcenten' op de loon- en inkomstenbe
lasting. De druk van de directe belas
tingen is in Nederland al zwaar, maar
de mogelijkheid moet worden bekeken.
Uit relatieve verlagingen van bepaalde
overheidsuitgaven kan wellicht even
eens geld voor ontwikkelingshulp vrij
komen. De defensieuitgaven zijn daar
bij niet heilig, aldus de heer Mommer-
steeg.
De KVP-woordvoerder vroeg de re
gering tenslotte, vóór de komende
begrotingsbehandeling een nota aan
de kamer te sturen waarin wordt
nagegaan in hoeverre de verschillen
de manieren om meer geld voor ont
wikkelingshulp te krijgen, bruikbaar
zijn.
Moties
De heer Ruygers (pvda) diende een mo
tie in, waarin wordt gevraagd om ver
hoging van de Nederlandse bijdragen
aan de internationale ontwikkelings
associatie, Indonesië, het India-consor
tium en het wereldvoedselprogramma.
In een tweede motie vroeg hij een wet
telijke regeling voor de ontwikkelings
hulp. .Ontwikkelingshulp is geen vrij
gevigheid van de rijke landen, maar een
recht van de arme landen' aldus de heer
Ruygers. Dit recht moet in een wet
worden vastgelegd.
De regering zou jaarlijks de Neder
landse bijdragen aan arme landen op
basis van de wet kunnen vaststellen
na advies van de nationale raad voor
ontwikkel ingshu lp
In de motie wordt ook de wens uitge
sproken, te komen tot een systeem
waarbij een internationale instantk
jaarlijks een begroting voor de ontwik
kelingshulp opstelt, waarvan de kosten
naar draagkracht over de rijke landen
worden verdeeld.
Het komende vierjarenplan voor de Ne
derlandse ontwikkelingshulp, zo zei hij,
Koele verkwikking in bus, trein,
auto en op vakantie. Handige
Towelettes: doekjes gedrenkt
in zuivere Boldoot Eau de Co
logne. Verdrijft warmte, ver
moeidheid, hoofdpijn. Fris -
opwekkend - onvervangbaar I
Vergeet het nooit I
WAT KNAP
JE DAAR
VAN OP!
een .regelmatige en aanzienlijke
hoging' van de hulpverlening moeten
inhouden. De PvdA-woordvoerder noem
de het een absurditeit, dat de mensheid
per jaar 150 miljard dollar uitgeeft
Provocerend
Mr Van Mierlo (d '66) bepleitte, dat
Nederland als provocerend voorbeeld
voor andere landen in 1969 en 1970
haar bijdrage voor ontwikkelingshulp
berekent op basis van de bestedingsmo
gelijkheden van de arme landen. Alleen
op deze manier kan de kloof tussen rij
ke en arme landen worden verkleind,
hij. Pas bij een toeneming van het
komen per hoofd van de bevolking
de arme landen met zes procent wordt
de kloof niet groter. Nu is die wel
vaartsgroei slechts 1,3 procent. Terwijl
de groei in de rijke landen 3,5 procent
is.
Hij vroeg minister Udink, de hoofdlijnen
van zijn voorstel op korte termijn in
studie te willen nemen. En hij betoogde
dat Nederland helemaal niet krom
hoeft te liggen om in 1970 1,5 miljard
grilden aan de arme landen af te staan.
Voor het komende jaar wil D '66 in elk
geval een verhoging van de ontwikke
lingshulp met meer dan 150 miljoen
gulden. .Ons land blyft nu gezapig
achter in de hulpverlening en is daar
door mede schuldig aan verbreding van
de kloof tussen arme en rijke landen.
De kamer verwierp de motie-Ruygers
over de voorrang voor bepaalde vor
men van hulpverlening. De minister en
de kahiermeerderheid vonden het on-
Minister Udink deelde de tweede kamer
mee dat een verhoging van de Neder
landse bijdrage aan het wereldvoedsel
programma .in positieve overweging' is.
De Nederlandse regering staat even
min afwijzend tegenover een verhoging
van de bijdrage aan de internationale
ontwikkelings associatie.
Zo spoedig mogelijk zullen twee groepen
Nederlandse deskundigen naar Kenia
vertrekken. De kosten van dit project
worden geraamd op een en een kwart
miljoen gulden voor een periode van
twee jaar.
Garanties
De minister deelde mee dat een interde
partementale studiegroep overleg pleegt
over eventueel in te voeren investerings
garanties. Een dergelijk nationaal ga
rantiesysteem beoogt de stroom van
particuliere investeringen in de ontwik
kelingslanden te vergroten. Er is ook
overleg gaande over een internationaal
garantiesysteem.
ASCOT Twee Engelse recher
cheurs, compleet met bolhoed, ren
nen hier naar twee demonstranten,
die op het moment, dat de koets
met koningin Elizabeth en prins
Philip in aantocht is, met een span
doek tegen de oorlog in Vietnam
cle baan van Ascot, opliepen.
juist, precies de vier genoemde onder
werpen voorrang te geven. Misschien
moet straks een ontwikkelingsplan voor
het Midden-Oosten voorrang hebben, zo
werd gezegd.
De tweede motie-Ruygers werd aange
houden na de toezegging van de minis
ter, dat studies over deze zaak in de
betrokken kamercommissie zuilen wor
den besproken. Een motie-Van Mierlo,
Ingediend omdat de heer Van Mierlo
toch niet door het antwoord van de mi
nister tevreden was gesteld, werd ver
worpen met alleen de stemmen van
PvdA, PSP en D '66. De kamermeer
derheid vond, dat er voldoende studie
ook over het door hem aanhangig ge
maakte onderwerp aan de gang is.
rmmmwwMrmrmrmwwwrrMrrrtmrrmfrmrwww//wttwwrMM/r/rmrrmrrwrrs
5
DEN HAAG (ANP) Prinses Christina is voornemens van 9 juli tot
1 augustus aanstaande een vakantie door te brengen in de Verenigde
Staten en Canada.
De prinses zal bij vrienden in New York en Ottawa logeren. Prinses 5
Christina zal onder meer een bezoek brengen aan de wereldtentoonstel- 5
ling te Montreal. Tevens zal zy van haar verblijf in de Verenigde Sta-
ten gebruik maken om een vooraanstaand Amerikaanse oogarts te be-
zoeken, die gespecialiseerd is op het gebied van contactlenzen.
Slot vart pagina 1)
De soldaat vuurde daarop zijn ma
chinepistool af. De jongeman viel
op de grond en werd weggedra
gen.
Het aantal vluchtelingen is niet
officieel geteld, maar betrouwbare
ooggetuigen hebben verklaard dat
er sinds het aanbreken van de dag
zeker tienduizend mensen de opge
blazen brug zijn overgeklauterd.
Dit is het grootste aantal in de
vijftien dagen dat het vuren tus
sen Israël en Jordanië is gestaakt.
De verhalen van de vluchtelingen zijn
onsamenhangend. Velen waren hyste
risch en in tranen toen ze op de oos
telijke oever aankwamen. Het scheen
dat de meesten uit vrees waren ge
vlucht en niet voor geweld. Van Israë
lische zijde werden echter van tijd tot
tijd vuurstoten uit machinepistolen ge
hoord.
Vluchtelingen deelden mee. dat de
Israëlische troepen van tijd tot tijd
in de lucht vuren. Ze zouden de
Vluchtelingen naar de brug drijven,
zoals cowboys hun kudde drijven,
en ze niet elders de ondiepe rivier
willen laten overwaden. De brug is.
opgeblazen, maar over de verwron-j
gen overspanningen die onder wa-;
ter liggen, zijn planken en oude deu
ren gelegd, zodat er een soort wrak
ke voetbrug is ontstaan op de plaats
waar vroeger de brug de wegver
binding tussen Jeruzalem en Amman
vormde.
Sommigen vertellen dat het schie
ten in de lucht door de Israëlische
soldaten de vrouwen en kinderen in
paniek brengt. Ook zeiden ze dat de
Israëli's achterblijvenden met stokken
slaan om ze naar de rivier te drijven.
Halverwege de voetbrug, waarover de
vluchtelingen achter elkaar voortschui-
velen, terwijl het groene rivierwater
over him voeten spoelt, stonden een Is
raëlische luitenant en een soldaat. Zij
verhinderden Jordaniërs de brug over
te steken naar de westelijke oever, ook
al zeiden ze dat ze daar woonden.
(Slot van pagina 1)
Grote mogendheden
Over de eventuele rol van de grote
mogendheden zei Couve de Murville,
dat geen enkel land in het Nabije
Oosten er belang bij heeft, een ele
ment te worden in het politieke spel
van de grote staten, maar dat om
gekeerd de grote mogendheden er
ook geen belang bij hebben, de plaat
selijke rivaliteiten gaande te houden
of zich van de onderlinge verdeeld
heid te bedienen. De Arabieren en
de Israëliërs wonen nu eenmaal
naast elkaar en zij zouden dan ook
tenslotte het met elkaar eens moe
ten worden.
Daarbij zou de internationale gemeen
schap, en vooral de landen waarop vol
gens het handvest een bijzondere ver
antwoordelijkheid rust voor de handha
ving van de veiligheid, de haar toeko
mende rol moeten spelen. .Maanden,
misschien zelfs jaren zal het duren voor
dat de schade zal zijn hersteld. Laten
wy echter blijven hopen en ieder trach
ten er toe bij te dragen, dat eens, on
getwijfeld in een verre toekomst, joden
en mohammedanen tenslotte geen vij
anden meer zullen zijn', zo besloot de
Franse minister zijn rede.
Vóór hem hadden de ministère van
buitenlandse zaken van Jordanië, Mau-
retanië en België het woord gevoerd.
Beschuldiging
Geen terugkeer
Een huilende Jordaniër zei dat hy de
rivier wilde oversteken naar het wes
ten om te zien wat er met zijn vrouw
en zes kinderen in Jeruzalem is ge
beurd. Tenminste tien personen keerden
(ADVERTENTIE)
IWCJ Sehaffhausea
Beroemd om hun
spreekwoordelijke
betrouwbaarheid,
grote precisie en
tijdloze élégance.
Eigen service-atelier
LIJNBAAN 92 OOSTZEEDIJK155-157 ROTTERDAM
Minister Ahmed Toekan van Jordanië
beschuldigde Israël er van, dat het in
het bezette Jordaanse gebied .in etappes
de Arabische bevolking uitroeit'. Dor
pen zouden worden verwoest en de be
volking worden verdreven en uitgehon
gerd, volgens een .welberekend plan om
ae demografische structuur van het ge
bied te vernietigen'. Daarom had de
Jordaanse regering Thant gevraagd, de
nodige maatregelen te nemen om de
veiligheid van de bevolking daar te
verzekeren en om de vluchtelingen
te helpen naar huis terug te keren.
Ook minister Birame Mamadoe Wane
van Mauretanië veroordeelde ,het ban
ditisme van de Israëlische strijdkrach
ten. in de bezette gebieden, dat vreemd
genoeg doet denken aan het optreden
van de legers van Hitler in de tweede
wereldoorlog". Hij betuigde zijn steun
aan de Russische ontwerpresolutie,
waarin Israël wegens agressie wordt
veroordeeld en terugtrekking van de
troepen van dat land wordt gevraagd.
tevergeefs van de brug terug. Anderen
bleven wachten in de hoop later te wor
den doorgelaten.
In antwoord op vragen zeggen de vluch
telingen naar het oosten dat ze zijn
weggetrokken omdat ze bang zijn.
Een vrouw die zei dat ze uit Qalquaiia
kwam, vertelde dat ze haar huis had
moeten verlaten en dat het toen door
Israëlische troepen met de grond gelyk
was gemaakt. Omdat ze geen woon
plaats meer had, was ze met haar ge
zin naar de rivier gevlucht voor de Is
raëli's. Woensdag heeft Jordanië bij de
Veiligheidsraad geprotesteerd tegen het
verwoesten door Israël van alle hal
zen in Qalquaiia en het verdrijven van
de 12.000 inwoners.
Vluchtelingen uit andere gebieden heb
ben meegedeeld, dat de Israëlische
troepen hen zonder meer zeiden hun
huizen te verlaten en dat zy dat toen
hebben gedaan. Wat er gebeurd was
hun vertrek, wisten ze niet.
De Belgische minister van buitenland
se zaken, Pierre Harmei, somde vier be
ginselen op, die de basis zouden kun
nen vormen voor een oplossing van de
crisis. De belanghebbende partijen moe
ten zich van elke oorlogszuchtige daad
onthouden, Israël moet onvoorwaarde
lijk als een soevereine staat worden er
kend, Israël moet elk expansionistisch
streven vermijden en men moet onschul
dige vaart door waterwegen eerbiedi
gen overeenkomstig internationale over
eenkomsten.
Harmei achtte de mogelijkheid van een
regionale veiligheidsovereenkomst, zo
als neergelegd in het handvest van de
VN, het bestuderen waard, omdat dit
in het bijzonder zou bijdragen tot een
beperking van de bewapeningswedloop.
Ook pleitte hij voor internationale waar
borgen ten aanzien van de heilige plaat
sen en voor een regeling van de kwes
tie van de Arabische vluchtelingen. Hij
deelde mee, dat België transportvlieg
tuigen ter beschikking van de VN had
gesteld voor het hulpwerk. De toestel
len zouden diezelfde dag nog in Amman
de Jordaanse hoofdstad, aankomen.
(Van een onzer redacteuren)
financiële hulp zonder rente te
vragen is natuurlijk de beste
manier. Maar het is hier net als met
zoveel in het ontwikkelingswerk een
voortdurende strijd tussen mensen
die de kleine belangen voorstaan
en dat zijn er nogal wat
en diegenen die het breder zien
en dat zijn er veel minder'. Voor
dit dilemma ziet prof dr Jan Tin
bergen, onvermoeid ijveraar voor
een wereldwijde benadering van de
ontwikkelingsproblemen, zich tel
kens gesteld.
Met name de toenemende schul
denlast, waaronder de ontwikkelings
landen gebukt gaan vindt hij ,een
domme zaak'. De donorlanden ma
ken eerst afspraken aan de hand van
gebleken behoeften, maar daarna
proberen zij er toch weer zoveel
mogelijk voor zichzelf uit te halen
,Dit is kortzichtige politiek waar
door de zaak vastloopt,' zo oordeel!
prof. Tinbergen. Hij schaart zich ach
ter de uitspraak van George Woods-
president van de Wereldbank, die
heeft betoogd dat de arme landen
binnen vijftien jaar niet meer aan
hun verplichtingen kunnen voldoen
Zij moeten nu al ieder jaar 3,5
miljard dollar oftewel 10 procent
van hun exportopbrengst voor aflos
sing en rentebetaling opbrengen.
Ongeveer een derde van de totale
jaarlijkse kapitaalstroom naar de
ontwikkelingslanden vloeit zo weer
terug.
Overigens waagt prof. Tinbergen zich
in het algemeen niet graag aan voor
spellingen. Of er teruggang te ver
wachten is in de hulp aan onderont
wikkelde gebieden zoals onder meel
de organisatie voor Economische Sa
menwerking en Ontwikkeling in Pa
rijs voorziet, zou hij liever in het
midden willen laten. Wel heeft ook
hij zorgen dat met name de VS en
Frankrijk in de komende jaren min
der ter beschikking zouden stellen
dan voorheen, toen de Verenigde Sta
ten bijna de helft van alle westerse
financiële en technische hulp voor
hun rekening namen en Frankrijk
al3 enige land ter wereld meer dan
1 procent van het nationale inkomen
voor hulp en investering overzee be
stemde. Maar zo zegt hij: voorspel
lingen op dit punt kunnen mij eigen
lijk weinig schelen. Liever concen
treer ik me niet op wat kan, maar
op wat moet gebeuren en probeer
daarvan dan de mensen te overtui-
Eén van de eerste vereisten ligt vol
gens prof. Tinbergen in drastische
verhoging van de westerse inspan
ning ten behoeve van de rest van
de wereld, die steeds verder achter
op dreigt te raken. Deze harte-
kreet is begrijpelijk voor iemand die
de laatste 12 jaar studie en prak
tijk van het ontwikkelingswerk tol
jen levensroeping heeft gemaakt
Als econoom gaat prof. Tinbergen
echter niet zover als een enkele
politieke groepering in ons land die
ie behoeften van de ontwikkelings
landen tot maatstaf voor hulpverle
•ïing wil, .dat zou weinig zin hebben
Waar het op aan komt is het opna
mevermogen van de economieën die
men wil versterken en tot ontwikke
ling brengen'. En die absorptiecapa-
citeit is veel groter dan de 11 mil
jard dollar die nu jaarlijks op de
één of andere wijze overgeheveld
wordt. Naar ruwe schatting van prof.
Tinbergen moet dit cijfer eerder in
de buurt van de 15 miljard liggen.
Veel hangt bovendien af van de doel
stellingen die men voor ogen heeft,
zo meent prof. Tinbergen. Zo gaat
men in het algemeen in navolging
van de VN-planners die in 1960 de
zogenaamde ontwikkelingsdecade in
leidden uit van een gewenst groei
percentage van vijf. .Maakt men
ernst met de zaak, dan is die 5
procent te weinig'.
Dat tienjarenplan dreigt trou
wens te mislukken en prof. Tin
bergen geeft het, zij het met spijt,
grif toe. Bij de beoogde groei van
het nationale inkomen met 5 pro
cent per jaar zijn de ontwikkelings
landen als geheel genomen bedui
dend achter gebleven. Wat er be
reikt werd aan vooruitgang heeft de
onvoorziene bevolkingsexplosie die
de spoeling dun maakte, nog ge
reduceerd. .Aanzienlijk meer fond
sen zijn nodig om een gerichte» be
volkingspolitiek te kunnen voeren',
zegt prof. Tinbergen die geboorte-
politiek vooral een kwestie van man
kracht vindt: medische deskundigen,
personeel voor consultatiebureaus.
Uit zijn ervaring in landen als Tur
kije en Pakistan heeft hij wel de
indruk gekregen dat bewuste ge
boorteregeling in ontwikkelingslan
den aanslaat. De theorie dat het
hebben van veel kinderen een soort
oudedagsverzekering is doet steeds
minder opgeld.
Nauw hierbij aansluitend is het pro
bleem van de voedseltekorten waar
mee de onderontwikkelde wereld te
'campen heeft. Prof. Tinbergen ge
looft echter hierover een wat opti
mistischer geluid te kunnen laten
horen dan tot nu toe veelal het ge
val is. Recente onderzoekingen "in
Pakistan hebben aangetoond, zo
zegt hij, dat door toenemend ge
bruik van kunstmest, verbetering
van de waterhuishouding en bovenal
gebruik van een bepaald soort Me
xicaanse tarwe verrassend goede re
sultaten bereikt kunnen worden. Be
langrijk is echter dat ontwikkelings-
deskundteen tot het inzicht zijn ge
komen dat naar verhouding veel
meer hulp aan de landbouw gegeven
moet worden dan tot nu toe gebeur
de. De OESO in Parijs heeft nage
gaan dat niet meer dan 14 pro
cent van de multilaterale hulp en
nog geen 5 procent van de bilaterale
hulpverlening in de jaren 1962 tot
en met 1964 de landbouwproduktie
ten goede is gekomen. ,De verhou
ding moet zeker 50-50 worden', vindt
prof. Tinbergen.
Zolang in de komende vijf tot
10 jaar op voedselgebied een nood
situatie blijft bestaan, zullen sur-
pluslanden als Australië, Argentinië
en Canada hun graanproduktie geen
belemmeringen moeten opleggen.
Vanzelfsprekend betekent dit niet
dat nu juist ook deze landen de
voedselhulp moeten betalen. In het
resultaat van de Kennedy-ronae ziet
prof. Tinbergen de kiem van een
oplossing van dit probleem: gemeen
schappelijke financiering. Maar hij
heeft er een hard hoofd in dat de
westelijke regeringen ver genoeg
zullen willen, gaan.
Opvoering van ontwikkelingshulp
door een enkel land, bijvoorbeeld Ne
derland, tot 2 procent van liet nati
onale inkomen, terwijl andere nog
achterblijven, heeft wel degelijk
zin. Er gaat duidelijk werking uil
van een voorbeeld, zo is de ervaring
die prof. Tinbergen heeft opgedaan
Hij haait daarbij Zweden aan dat een
extra bedrag ter beschikking stelde
waarna andere volgden, en ook Ne
derland dat initiatieven nam waar
door zaken aan het rollen kwamen,
zoals sunfed, het speciale VN-fonds.
Vraagt men prof. Tinbergen naar
de ervaring die hem in zijn jaren
lange werk als ontwikkelingsadvi-
Prof. dr Jan Tinbergen, hoog
leraar te Rotterdam en direc
teur van het Nederlands Eco
nomisch Instituut in dezelfde
plaats, wordt vandaag vrijdag
23 juni als eerste Neder
lander de Erasmusprijs uitge
reikt. In de opdracht heet het
dat dit .meer in het bijzonder
gebeurt voor de kennis, de
wijsheid en het idealisme die
hij ter beschikking heeft ge
steld van de bevolking in de
ontwikkelingslanden met het
doel hun levenspeil te verho
gen. ,Een voorwaarde voor het
uitreiken van de Erasmusprijs,
die een geldswaarde heeft van
100.000, is .gebruik ter be
vordering van de Europese
gedachte'. Prof. Tinbergen is
van plan dit bedrag te beste
den aan onderzoek in zijn Rot
terdamse instituut op het ge
bied van de ontwikkelingshulp
Dat is immers in zijn ogen
,een essentieel bestanddeel van
onze Europese cultuur'. Zijn
gedachten over de stand van
het werk ten behoeve van de
ontwikkelingslanden gaf hij in
een gesprek met een onzer re
dacteuren.
seur persoonlijk het sterkst is bij
gebleven, dan aarzelt hij: een moei
lijke vraag. Voor een man die zich
zelf zo volledig op de achtergrond
weet te houden en niet anders dan
in en voor zijn werk schijnt te le
ven is dit niet onbegrijpelijk. Maar
dan weet hij ook hier het gecom
pliceerde tot een kern van eenvoud
terug te brengen en zegt: ,Het ver
rassendste is eigenlijk dat zoveel
vraagstukken overal min of meer
hetzelfde blijken te zijn. Dat geeft
je dan ook de brutaliteit om erover
mee te praten.'
Beginselen
Agressief
De Pakistaanse minister van buiten
landse zaken, Pirzada, betreurde het,
dat de Veiligheidsraad niet de terug
trekking van de Israëlische strijd
krachten heeft gelast, zoals de raad dit
in 1949 en 1965 ten aanzien van de troe
pen van India en Pakistan had gedaan.
Hij vond het duidelijk dat Israël de
stryd was begonnen. Hij noemde dit land
een .agressieve staat, die voortdurend
zijn toevlucht neemt tot geweld en ge
neigd is tot gebiedsuitbreiding'.
ADVERTENTIE)
oude...
of Jonge.
klare is
toch maar
Je ware!
kleine g
groot genoegen