reis: Tweede kamer akkoord met rentesubsidie scheepsbouw Aaaaaardbeien volop smullen!! hAU..! Frankrijk vraagt geen uitspraak van YN-assemblee Westen moet meer aan ontwikkelingshulp doen „EAU 3 IN TOTAAL VOOR 1,5 JAAR 54 MILJOEN Motie-Wiebenga ingetrokken Uitspraak .ACCIJNS OP FRISDRANKEN' NORMEN VOOR VERLENING VAN HULP de cologne van BOLDOOT J >*-, PRINSES CHRISTINA NAAR DE VS VLUCHT OVER DE JORDAAN Slaan V heettnan J ERASMUSPRIJSWINNAAR PROF. TINBERGEN Kloof wordt groter VRIJDAG 23 JUNI 1967 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT (Van onze parlementaire redacteur) DEN HAAG De tweede kamer is woensdagmorgen akkoord ge gaan met het plan van de regering voor de scheepsbouw een rente- overbruggingsregeling in te voe ren, die voor anderhalf jaar zal gelden en waarmee in totaal een bedrag van 54 miljoen aan over heidsmiddelen gemoeid zullen zijn. Een wetsontwerp tot wijziging van de begroting van economische za ken van 1967, waarbij de regering wordt gemachtigd in dit jaar tot een bedrag van 36 miljoen ver plichtingen aan te gaan ten laste van latere dienstjaren, werd zon der hoofdelijke stemming aangeno men met aantekening, dat de frac tie van D'66 geacht wilde worden te hebben tegengestemd. Namens deze fractie verklaarde mr dr M. J. J. A. Imltamp, dat de voorgestel de regeling onvoldoende is om te ko men tot een reorganisatie van de Ne derlandse scheepsbouw. Drs H. Wiebenga (PSP) trok zijn mo tie In, die hij dinsdag had ingediend. Deze motie, die was mede-ondertekend door drs J. van den Doel (PvdA) had ten doel, te voorkomen, dat overheids subsidies aan particuliere ondernemin gen het uitbetalen van dividenten en tantièmes mogelijk zouden maken. De motie vroeg daarom aan de regering bij het verlenen van rente-subsidies me de als voorwaarde te stellen, dat even tuele winsten over een bepaald boek- Êar niet voor dividenden of tantièmes stemd kunnen worden zolang niet de verleende subsidies over da.t boekjaar van de overheid zijn gerestitueerd. Tevoren had de kamer zich algemeen tegen de motie gekeerd. De heer M. Bakker (CPN) ontwikkelde allerlei be zwaren tegen de motie. Zijn voornaam ste argument was, dat verwezenlijking van dé in de motie vervatte wens zal leiden tot een verlaging van de lonen, (ADVERTENTIE) Dr G. M. Nederliorst (PvdA) klaarde, dat zijn fractie de indiening van de motie mogelyk had gemaakt (met de handtekening van drs Van den Doel), omdat men de fractie van de PSP in de gelegenheid wilde stellen een uitspraak van de kamer te vragen. Overigens wees de heer Nederhorst de motie van de hand en hij kon zich met de argumenten van de heer Bakker verenigen. Individuele subsi dies hebben we niet alleen in de scheepsbouw, maar ook b v bij de regionale industrialisatie, zo merkte de heer Nederhorst op. In wezen richtte de motie zich tegen de rente als zodanig. Wij staan op het standpunt, aldus drs Nederhorst, dat een normale rente op kapitaal een oirbare zaak is, De motie noem de hij van alle werkelijkheidszin ge- Drs M. W. J. M. Peijnenburg (KVP) zette uiteen, dat het voordeel van de subsidie bok bij de consument te rechtkomt. Het verzoek in de motie neergelegd, noemde hij ongegrond, onbruikbaar en onbillijk. Mr dr Imkamp (D'66) kon zich wel verenigen met de gedachtengang van de motie, nl dat gelden van de ge meenschap niet zonder meer moeten afvloeien naar de enkeling. Maar zijn fractie had bezwaren tegen de uit werking en zou daarom tegenstem men. Drs Wiebenga verklaarde hierop, dat hij, na alles te hebben aangehoord en na overleg met zijn fractie, tot de con clusie was gekomen dat het op dit mo ment beter was de motie in te trekken. Hij kondigde echter aan, dat hij in de toekomst op deze zaak terug zal ko men. Ondanks alle bezwaren kon de heer Wie benga het wetsontwerp zelf zy het met grote aarzeling aanvaarden, om dat, hij daarin een reële mogelijkheid zag voor handhaving van een stuk werkge legenheid (ADVERTENTIE) (Slot van pagina 1) Minister Udink antwoordt kamer DEN HAAG (ANP) Minister Udink heeft gisteren in de tweede kamer uiteengezet langs welke lij nen een heroriëntering van de ont wikkelingshulp zal plaatsvinden en een opsomming gegeven van de normen voor hulpverlening. De minister, die sprak tijdens het debat over de hoofdlijnen van de ontwikkelingshulp, noemde vier .accenten' die de richting van de heroriëntering aanduiden, te we ten: Grote welvaartsverschillen maken de opbouw van een wereldorde onmoge lijk. Het besef dat de oplossing van vele problemen jaren zal vergen. (In dit verband karakteriseerde de bewinds man het ontwikkelingsdecennium als een eerste poging om tot een samen hangend beleid te komen). Groeiende evenwichtigheid in het ontwikkelingsbeleid en het hulpverle- ningsbeleid. (Deze werden vroeger gekenmerkt door bepaalde .modes'. Thans dreigt het gevaar dat land-1 bouwontwikkeling de grote mode I wordt). Teneinde doeltreffende hulpverlening te bevorderen moeten de hulpverle-1 nende landen hun activiteiten op be paalde landen richten. De hulpverlening dient de komende ja ren te worden gekarakteriseerd door versnelling van actie, grotere efficiency, grotere omvang van de hulp en het be trekken van zo veel mogelijk maatschap pelijke groeperingen in de hulpverle ningsactiviteit, aldus minister Udink. Als normen voor hulpverlening noemde de bewindsman: De economische achterstand van het ontwikkelingsland en de vereiste groei. De inspanning die het hulpverle nende land zich zal kunnen getroos ten. Voedsel gen zouden vrij van vermogensbelasting en successiebelasting kunnen zyn, Ook zou de giftenregeling van de be lastingen kunnen worden verzacht voor de giften die op een bepaald gironum mer voor ontwikkelingshulp zouden worden gestort. Iets dergelijks is ge daan bij de watersnoodramp in 1953. Meer geld zou voorts beschikbaar kun nen komen door speciale .ontwikkelings- opcenten' op de loon- en inkomstenbe lasting. De druk van de directe belas tingen is in Nederland al zwaar, maar de mogelijkheid moet worden bekeken. Uit relatieve verlagingen van bepaalde overheidsuitgaven kan wellicht even eens geld voor ontwikkelingshulp vrij komen. De defensieuitgaven zijn daar bij niet heilig, aldus de heer Mommer- steeg. De KVP-woordvoerder vroeg de re gering tenslotte, vóór de komende begrotingsbehandeling een nota aan de kamer te sturen waarin wordt nagegaan in hoeverre de verschillen de manieren om meer geld voor ont wikkelingshulp te krijgen, bruikbaar zijn. Moties De heer Ruygers (pvda) diende een mo tie in, waarin wordt gevraagd om ver hoging van de Nederlandse bijdragen aan de internationale ontwikkelings associatie, Indonesië, het India-consor tium en het wereldvoedselprogramma. In een tweede motie vroeg hij een wet telijke regeling voor de ontwikkelings hulp. .Ontwikkelingshulp is geen vrij gevigheid van de rijke landen, maar een recht van de arme landen' aldus de heer Ruygers. Dit recht moet in een wet worden vastgelegd. De regering zou jaarlijks de Neder landse bijdragen aan arme landen op basis van de wet kunnen vaststellen na advies van de nationale raad voor ontwikkel ingshu lp In de motie wordt ook de wens uitge sproken, te komen tot een systeem waarbij een internationale instantk jaarlijks een begroting voor de ontwik kelingshulp opstelt, waarvan de kosten naar draagkracht over de rijke landen worden verdeeld. Het komende vierjarenplan voor de Ne derlandse ontwikkelingshulp, zo zei hij, Koele verkwikking in bus, trein, auto en op vakantie. Handige Towelettes: doekjes gedrenkt in zuivere Boldoot Eau de Co logne. Verdrijft warmte, ver moeidheid, hoofdpijn. Fris - opwekkend - onvervangbaar I Vergeet het nooit I WAT KNAP JE DAAR VAN OP! een .regelmatige en aanzienlijke hoging' van de hulpverlening moeten inhouden. De PvdA-woordvoerder noem de het een absurditeit, dat de mensheid per jaar 150 miljard dollar uitgeeft Provocerend Mr Van Mierlo (d '66) bepleitte, dat Nederland als provocerend voorbeeld voor andere landen in 1969 en 1970 haar bijdrage voor ontwikkelingshulp berekent op basis van de bestedingsmo gelijkheden van de arme landen. Alleen op deze manier kan de kloof tussen rij ke en arme landen worden verkleind, hij. Pas bij een toeneming van het komen per hoofd van de bevolking de arme landen met zes procent wordt de kloof niet groter. Nu is die wel vaartsgroei slechts 1,3 procent. Terwijl de groei in de rijke landen 3,5 procent is. Hij vroeg minister Udink, de hoofdlijnen van zijn voorstel op korte termijn in studie te willen nemen. En hij betoogde dat Nederland helemaal niet krom hoeft te liggen om in 1970 1,5 miljard grilden aan de arme landen af te staan. Voor het komende jaar wil D '66 in elk geval een verhoging van de ontwikke lingshulp met meer dan 150 miljoen gulden. .Ons land blyft nu gezapig achter in de hulpverlening en is daar door mede schuldig aan verbreding van de kloof tussen arme en rijke landen. De kamer verwierp de motie-Ruygers over de voorrang voor bepaalde vor men van hulpverlening. De minister en de kahiermeerderheid vonden het on- Minister Udink deelde de tweede kamer mee dat een verhoging van de Neder landse bijdrage aan het wereldvoedsel programma .in positieve overweging' is. De Nederlandse regering staat even min afwijzend tegenover een verhoging van de bijdrage aan de internationale ontwikkelings associatie. Zo spoedig mogelijk zullen twee groepen Nederlandse deskundigen naar Kenia vertrekken. De kosten van dit project worden geraamd op een en een kwart miljoen gulden voor een periode van twee jaar. Garanties De minister deelde mee dat een interde partementale studiegroep overleg pleegt over eventueel in te voeren investerings garanties. Een dergelijk nationaal ga rantiesysteem beoogt de stroom van particuliere investeringen in de ontwik kelingslanden te vergroten. Er is ook overleg gaande over een internationaal garantiesysteem. ASCOT Twee Engelse recher cheurs, compleet met bolhoed, ren nen hier naar twee demonstranten, die op het moment, dat de koets met koningin Elizabeth en prins Philip in aantocht is, met een span doek tegen de oorlog in Vietnam cle baan van Ascot, opliepen. juist, precies de vier genoemde onder werpen voorrang te geven. Misschien moet straks een ontwikkelingsplan voor het Midden-Oosten voorrang hebben, zo werd gezegd. De tweede motie-Ruygers werd aange houden na de toezegging van de minis ter, dat studies over deze zaak in de betrokken kamercommissie zuilen wor den besproken. Een motie-Van Mierlo, Ingediend omdat de heer Van Mierlo toch niet door het antwoord van de mi nister tevreden was gesteld, werd ver worpen met alleen de stemmen van PvdA, PSP en D '66. De kamermeer derheid vond, dat er voldoende studie ook over het door hem aanhangig ge maakte onderwerp aan de gang is. rmmmwwMrmrmrmwwwrrMrrrtmrrmfrmrwww//wttwwrMM/r/rmrrmrrwrrs 5 DEN HAAG (ANP) Prinses Christina is voornemens van 9 juli tot 1 augustus aanstaande een vakantie door te brengen in de Verenigde Staten en Canada. De prinses zal bij vrienden in New York en Ottawa logeren. Prinses 5 Christina zal onder meer een bezoek brengen aan de wereldtentoonstel- 5 ling te Montreal. Tevens zal zy van haar verblijf in de Verenigde Sta- ten gebruik maken om een vooraanstaand Amerikaanse oogarts te be- zoeken, die gespecialiseerd is op het gebied van contactlenzen. Slot vart pagina 1) De soldaat vuurde daarop zijn ma chinepistool af. De jongeman viel op de grond en werd weggedra gen. Het aantal vluchtelingen is niet officieel geteld, maar betrouwbare ooggetuigen hebben verklaard dat er sinds het aanbreken van de dag zeker tienduizend mensen de opge blazen brug zijn overgeklauterd. Dit is het grootste aantal in de vijftien dagen dat het vuren tus sen Israël en Jordanië is gestaakt. De verhalen van de vluchtelingen zijn onsamenhangend. Velen waren hyste risch en in tranen toen ze op de oos telijke oever aankwamen. Het scheen dat de meesten uit vrees waren ge vlucht en niet voor geweld. Van Israë lische zijde werden echter van tijd tot tijd vuurstoten uit machinepistolen ge hoord. Vluchtelingen deelden mee. dat de Israëlische troepen van tijd tot tijd in de lucht vuren. Ze zouden de Vluchtelingen naar de brug drijven, zoals cowboys hun kudde drijven, en ze niet elders de ondiepe rivier willen laten overwaden. De brug is. opgeblazen, maar over de verwron-j gen overspanningen die onder wa-; ter liggen, zijn planken en oude deu ren gelegd, zodat er een soort wrak ke voetbrug is ontstaan op de plaats waar vroeger de brug de wegver binding tussen Jeruzalem en Amman vormde. Sommigen vertellen dat het schie ten in de lucht door de Israëlische soldaten de vrouwen en kinderen in paniek brengt. Ook zeiden ze dat de Israëli's achterblijvenden met stokken slaan om ze naar de rivier te drijven. Halverwege de voetbrug, waarover de vluchtelingen achter elkaar voortschui- velen, terwijl het groene rivierwater over him voeten spoelt, stonden een Is raëlische luitenant en een soldaat. Zij verhinderden Jordaniërs de brug over te steken naar de westelijke oever, ook al zeiden ze dat ze daar woonden. (Slot van pagina 1) Grote mogendheden Over de eventuele rol van de grote mogendheden zei Couve de Murville, dat geen enkel land in het Nabije Oosten er belang bij heeft, een ele ment te worden in het politieke spel van de grote staten, maar dat om gekeerd de grote mogendheden er ook geen belang bij hebben, de plaat selijke rivaliteiten gaande te houden of zich van de onderlinge verdeeld heid te bedienen. De Arabieren en de Israëliërs wonen nu eenmaal naast elkaar en zij zouden dan ook tenslotte het met elkaar eens moe ten worden. Daarbij zou de internationale gemeen schap, en vooral de landen waarop vol gens het handvest een bijzondere ver antwoordelijkheid rust voor de handha ving van de veiligheid, de haar toeko mende rol moeten spelen. .Maanden, misschien zelfs jaren zal het duren voor dat de schade zal zijn hersteld. Laten wy echter blijven hopen en ieder trach ten er toe bij te dragen, dat eens, on getwijfeld in een verre toekomst, joden en mohammedanen tenslotte geen vij anden meer zullen zijn', zo besloot de Franse minister zijn rede. Vóór hem hadden de ministère van buitenlandse zaken van Jordanië, Mau- retanië en België het woord gevoerd. Beschuldiging Geen terugkeer Een huilende Jordaniër zei dat hy de rivier wilde oversteken naar het wes ten om te zien wat er met zijn vrouw en zes kinderen in Jeruzalem is ge beurd. Tenminste tien personen keerden (ADVERTENTIE) IWCJ Sehaffhausea Beroemd om hun spreekwoordelijke betrouwbaarheid, grote precisie en tijdloze élégance. Eigen service-atelier LIJNBAAN 92 OOSTZEEDIJK155-157 ROTTERDAM Minister Ahmed Toekan van Jordanië beschuldigde Israël er van, dat het in het bezette Jordaanse gebied .in etappes de Arabische bevolking uitroeit'. Dor pen zouden worden verwoest en de be volking worden verdreven en uitgehon gerd, volgens een .welberekend plan om ae demografische structuur van het ge bied te vernietigen'. Daarom had de Jordaanse regering Thant gevraagd, de nodige maatregelen te nemen om de veiligheid van de bevolking daar te verzekeren en om de vluchtelingen te helpen naar huis terug te keren. Ook minister Birame Mamadoe Wane van Mauretanië veroordeelde ,het ban ditisme van de Israëlische strijdkrach ten. in de bezette gebieden, dat vreemd genoeg doet denken aan het optreden van de legers van Hitler in de tweede wereldoorlog". Hij betuigde zijn steun aan de Russische ontwerpresolutie, waarin Israël wegens agressie wordt veroordeeld en terugtrekking van de troepen van dat land wordt gevraagd. tevergeefs van de brug terug. Anderen bleven wachten in de hoop later te wor den doorgelaten. In antwoord op vragen zeggen de vluch telingen naar het oosten dat ze zijn weggetrokken omdat ze bang zijn. Een vrouw die zei dat ze uit Qalquaiia kwam, vertelde dat ze haar huis had moeten verlaten en dat het toen door Israëlische troepen met de grond gelyk was gemaakt. Omdat ze geen woon plaats meer had, was ze met haar ge zin naar de rivier gevlucht voor de Is raëli's. Woensdag heeft Jordanië bij de Veiligheidsraad geprotesteerd tegen het verwoesten door Israël van alle hal zen in Qalquaiia en het verdrijven van de 12.000 inwoners. Vluchtelingen uit andere gebieden heb ben meegedeeld, dat de Israëlische troepen hen zonder meer zeiden hun huizen te verlaten en dat zy dat toen hebben gedaan. Wat er gebeurd was hun vertrek, wisten ze niet. De Belgische minister van buitenland se zaken, Pierre Harmei, somde vier be ginselen op, die de basis zouden kun nen vormen voor een oplossing van de crisis. De belanghebbende partijen moe ten zich van elke oorlogszuchtige daad onthouden, Israël moet onvoorwaarde lijk als een soevereine staat worden er kend, Israël moet elk expansionistisch streven vermijden en men moet onschul dige vaart door waterwegen eerbiedi gen overeenkomstig internationale over eenkomsten. Harmei achtte de mogelijkheid van een regionale veiligheidsovereenkomst, zo als neergelegd in het handvest van de VN, het bestuderen waard, omdat dit in het bijzonder zou bijdragen tot een beperking van de bewapeningswedloop. Ook pleitte hij voor internationale waar borgen ten aanzien van de heilige plaat sen en voor een regeling van de kwes tie van de Arabische vluchtelingen. Hij deelde mee, dat België transportvlieg tuigen ter beschikking van de VN had gesteld voor het hulpwerk. De toestel len zouden diezelfde dag nog in Amman de Jordaanse hoofdstad, aankomen. (Van een onzer redacteuren) financiële hulp zonder rente te vragen is natuurlijk de beste manier. Maar het is hier net als met zoveel in het ontwikkelingswerk een voortdurende strijd tussen mensen die de kleine belangen voorstaan en dat zijn er nogal wat en diegenen die het breder zien en dat zijn er veel minder'. Voor dit dilemma ziet prof dr Jan Tin bergen, onvermoeid ijveraar voor een wereldwijde benadering van de ontwikkelingsproblemen, zich tel kens gesteld. Met name de toenemende schul denlast, waaronder de ontwikkelings landen gebukt gaan vindt hij ,een domme zaak'. De donorlanden ma ken eerst afspraken aan de hand van gebleken behoeften, maar daarna proberen zij er toch weer zoveel mogelijk voor zichzelf uit te halen ,Dit is kortzichtige politiek waar door de zaak vastloopt,' zo oordeel! prof. Tinbergen. Hij schaart zich ach ter de uitspraak van George Woods- president van de Wereldbank, die heeft betoogd dat de arme landen binnen vijftien jaar niet meer aan hun verplichtingen kunnen voldoen Zij moeten nu al ieder jaar 3,5 miljard dollar oftewel 10 procent van hun exportopbrengst voor aflos sing en rentebetaling opbrengen. Ongeveer een derde van de totale jaarlijkse kapitaalstroom naar de ontwikkelingslanden vloeit zo weer terug. Overigens waagt prof. Tinbergen zich in het algemeen niet graag aan voor spellingen. Of er teruggang te ver wachten is in de hulp aan onderont wikkelde gebieden zoals onder meel de organisatie voor Economische Sa menwerking en Ontwikkeling in Pa rijs voorziet, zou hij liever in het midden willen laten. Wel heeft ook hij zorgen dat met name de VS en Frankrijk in de komende jaren min der ter beschikking zouden stellen dan voorheen, toen de Verenigde Sta ten bijna de helft van alle westerse financiële en technische hulp voor hun rekening namen en Frankrijk al3 enige land ter wereld meer dan 1 procent van het nationale inkomen voor hulp en investering overzee be stemde. Maar zo zegt hij: voorspel lingen op dit punt kunnen mij eigen lijk weinig schelen. Liever concen treer ik me niet op wat kan, maar op wat moet gebeuren en probeer daarvan dan de mensen te overtui- Eén van de eerste vereisten ligt vol gens prof. Tinbergen in drastische verhoging van de westerse inspan ning ten behoeve van de rest van de wereld, die steeds verder achter op dreigt te raken. Deze harte- kreet is begrijpelijk voor iemand die de laatste 12 jaar studie en prak tijk van het ontwikkelingswerk tol jen levensroeping heeft gemaakt Als econoom gaat prof. Tinbergen echter niet zover als een enkele politieke groepering in ons land die ie behoeften van de ontwikkelings landen tot maatstaf voor hulpverle •ïing wil, .dat zou weinig zin hebben Waar het op aan komt is het opna mevermogen van de economieën die men wil versterken en tot ontwikke ling brengen'. En die absorptiecapa- citeit is veel groter dan de 11 mil jard dollar die nu jaarlijks op de één of andere wijze overgeheveld wordt. Naar ruwe schatting van prof. Tinbergen moet dit cijfer eerder in de buurt van de 15 miljard liggen. Veel hangt bovendien af van de doel stellingen die men voor ogen heeft, zo meent prof. Tinbergen. Zo gaat men in het algemeen in navolging van de VN-planners die in 1960 de zogenaamde ontwikkelingsdecade in leidden uit van een gewenst groei percentage van vijf. .Maakt men ernst met de zaak, dan is die 5 procent te weinig'. Dat tienjarenplan dreigt trou wens te mislukken en prof. Tin bergen geeft het, zij het met spijt, grif toe. Bij de beoogde groei van het nationale inkomen met 5 pro cent per jaar zijn de ontwikkelings landen als geheel genomen bedui dend achter gebleven. Wat er be reikt werd aan vooruitgang heeft de onvoorziene bevolkingsexplosie die de spoeling dun maakte, nog ge reduceerd. .Aanzienlijk meer fond sen zijn nodig om een gerichte» be volkingspolitiek te kunnen voeren', zegt prof. Tinbergen die geboorte- politiek vooral een kwestie van man kracht vindt: medische deskundigen, personeel voor consultatiebureaus. Uit zijn ervaring in landen als Tur kije en Pakistan heeft hij wel de indruk gekregen dat bewuste ge boorteregeling in ontwikkelingslan den aanslaat. De theorie dat het hebben van veel kinderen een soort oudedagsverzekering is doet steeds minder opgeld. Nauw hierbij aansluitend is het pro bleem van de voedseltekorten waar mee de onderontwikkelde wereld te 'campen heeft. Prof. Tinbergen ge looft echter hierover een wat opti mistischer geluid te kunnen laten horen dan tot nu toe veelal het ge val is. Recente onderzoekingen "in Pakistan hebben aangetoond, zo zegt hij, dat door toenemend ge bruik van kunstmest, verbetering van de waterhuishouding en bovenal gebruik van een bepaald soort Me xicaanse tarwe verrassend goede re sultaten bereikt kunnen worden. Be langrijk is echter dat ontwikkelings- deskundteen tot het inzicht zijn ge komen dat naar verhouding veel meer hulp aan de landbouw gegeven moet worden dan tot nu toe gebeur de. De OESO in Parijs heeft nage gaan dat niet meer dan 14 pro cent van de multilaterale hulp en nog geen 5 procent van de bilaterale hulpverlening in de jaren 1962 tot en met 1964 de landbouwproduktie ten goede is gekomen. ,De verhou ding moet zeker 50-50 worden', vindt prof. Tinbergen. Zolang in de komende vijf tot 10 jaar op voedselgebied een nood situatie blijft bestaan, zullen sur- pluslanden als Australië, Argentinië en Canada hun graanproduktie geen belemmeringen moeten opleggen. Vanzelfsprekend betekent dit niet dat nu juist ook deze landen de voedselhulp moeten betalen. In het resultaat van de Kennedy-ronae ziet prof. Tinbergen de kiem van een oplossing van dit probleem: gemeen schappelijke financiering. Maar hij heeft er een hard hoofd in dat de westelijke regeringen ver genoeg zullen willen, gaan. Opvoering van ontwikkelingshulp door een enkel land, bijvoorbeeld Ne derland, tot 2 procent van liet nati onale inkomen, terwijl andere nog achterblijven, heeft wel degelijk zin. Er gaat duidelijk werking uil van een voorbeeld, zo is de ervaring die prof. Tinbergen heeft opgedaan Hij haait daarbij Zweden aan dat een extra bedrag ter beschikking stelde waarna andere volgden, en ook Ne derland dat initiatieven nam waar door zaken aan het rollen kwamen, zoals sunfed, het speciale VN-fonds. Vraagt men prof. Tinbergen naar de ervaring die hem in zijn jaren lange werk als ontwikkelingsadvi- Prof. dr Jan Tinbergen, hoog leraar te Rotterdam en direc teur van het Nederlands Eco nomisch Instituut in dezelfde plaats, wordt vandaag vrijdag 23 juni als eerste Neder lander de Erasmusprijs uitge reikt. In de opdracht heet het dat dit .meer in het bijzonder gebeurt voor de kennis, de wijsheid en het idealisme die hij ter beschikking heeft ge steld van de bevolking in de ontwikkelingslanden met het doel hun levenspeil te verho gen. ,Een voorwaarde voor het uitreiken van de Erasmusprijs, die een geldswaarde heeft van 100.000, is .gebruik ter be vordering van de Europese gedachte'. Prof. Tinbergen is van plan dit bedrag te beste den aan onderzoek in zijn Rot terdamse instituut op het ge bied van de ontwikkelingshulp Dat is immers in zijn ogen ,een essentieel bestanddeel van onze Europese cultuur'. Zijn gedachten over de stand van het werk ten behoeve van de ontwikkelingslanden gaf hij in een gesprek met een onzer re dacteuren. seur persoonlijk het sterkst is bij gebleven, dan aarzelt hij: een moei lijke vraag. Voor een man die zich zelf zo volledig op de achtergrond weet te houden en niet anders dan in en voor zijn werk schijnt te le ven is dit niet onbegrijpelijk. Maar dan weet hij ook hier het gecom pliceerde tot een kern van eenvoud terug te brengen en zegt: ,Het ver rassendste is eigenlijk dat zoveel vraagstukken overal min of meer hetzelfde blijken te zijn. Dat geeft je dan ook de brutaliteit om erover mee te praten.' Beginselen Agressief De Pakistaanse minister van buiten landse zaken, Pirzada, betreurde het, dat de Veiligheidsraad niet de terug trekking van de Israëlische strijd krachten heeft gelast, zoals de raad dit in 1949 en 1965 ten aanzien van de troe pen van India en Pakistan had gedaan. Hij vond het duidelijk dat Israël de stryd was begonnen. Hij noemde dit land een .agressieve staat, die voortdurend zijn toevlucht neemt tot geweld en ge neigd is tot gebiedsuitbreiding'. ADVERTENTIE) oude... of Jonge. klare is toch maar Je ware! kleine g groot genoegen

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1967 | | pagina 3