Buitenlandse trainers voor top
van het nederlands keurturnen
Jan Doggen heeft zijn
kwaliteit verbeterd
EEN ONBEGRIJPELIJKE BLUNDER
KRIS
KRAS
WEDLOOP I IU INTERNATIONAAL WEER MEETELLEN
NAAR DE
TOP
10
PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT
MAANDAG 6 FEBRUARI 19Ó7
(Door L- ANDERSEN)
Van de jongere deelnemers aan
het hoofdklasse - damkampioen
schap van Zeeland behoort Piet
Allart uit Ritthem dit jaar we
derom tot de uitblinkers. Vele
ronden lang heeft hij de wedloop
naar de top kruinen volhouden,
ditmaal in gezelschap van de jon
ge veelbelovende Ivo Lou-
werse uit Yerseke. Behalve het
kampioenschap zelf is ook de be
zetting van de tweede plaats be
langrijk, omdat indien de ti
telhouder eventueel van zijn rech
ten tot deelname aan het zuidelijk
kampioenschap afziet de Wee-
de aankomende in diens rechten
valt. Er is dus niet alleen span
ning om de eerste, maar ook om
de tweede plaats. Uiteraard speelt
in dit gezelschap de uiterst ge
routineerde en bekwame specia
list op de honderd velden Jan
Blom in deze strijd om de ere
plaatsen een zeer voorname rol.
De pa.rtij tussen Louwerse (wit.) en
Aliaart (zwart) verliep als volgt:
1. 34—29 19—23
2. 40—34 14—19
3. 4540 10—14
Interessant is hier de volgende moge
lijkheid. Speelt wit 3227. -dan is 19
24 verhinderd, wegens 2722 met
schijfwinst (18X27; 31X22 enz.)
Speelt zwart na 3227 echter 1721,
dan kan volgen 3732, waarna. 1924
wel verleidelijk is, maar waarbij opge
past moet w orden voor de volgende
val: 2722 18X27; 31X22. Nu levert
zowel 1218 als 1217 schijfwinst
voor wit op. Op 1218 volgt eenvou
dig 4i37, 29X23, 33—29 en 39X26.
Op 12—17 volgt 29X23, 41X32, 33—
29 en ?9X26.
4. 5045 5—10
5. 29—24 19X30
6. 34X25 13—19
De laatste twee zetten van wit zijn on
gebruikelijk en ook minder sterk dan
20X29; 33X24 19X30; 34X25 14—19
(of 18—22, belet 39—33).
De gekozen spelgang is wel origineel,
maar staat een gezonde ontwikkeling
van de eigen lange vleugel in de weg-
Het verdere verloop laat dan ook zien.
dat zwart op dit punt moeilijkheden
gaat ondervinden.
7. 35—30
8—13
8. 40—35 2024
9. 32—28! 23X32
10. 37X28 18—23
11. 42—37 23X32
12. 37X28 13—18!
Opent de mogelijkheid tot 1923 niet
alsnog een goede vleugeiontwikkeling
13. 4742 16—21
Elke speler heeft zijn eigen stijl. Zwart
zoekt complicaties, maar dit moet
hem er niet van .weerhoudenop.,tijd,. /II JumSterS
ook de juiste positïezet te kiezen en
dat is ongetwijfeld 1923 met bij
ontstentenis van schijf 47bovendien
(Door Leo Staal)
Voor de top van ons keurtnrnei
is een belangrijke periode aange
broken. Dank zij financiële mede
werking van liet Nederlands
Olympisch Comité is het KNO»
in staat gesteld enkele buiten
landse trainers aan te trekken
om gedurende twaalf weekends
te trachten de technische vaar
digheid van onze turntop, zowel
dames als heren, op te voereu,
opdat wij internationaal meer
gaan meetellen dan tot nu toe het
gevat was.
In de laatste jaren zijn wel meer
buitenlandse trainers aan het werk
geweest. ..aar dat gebeurde te inci
denteel om grote vooruitgang te kun
nen boeken. Men liet onze keurturn-
sters en -turners op deze wijze wel
zien hoe de keuroefeningen moesten
worden ukgevoerd, maar er was vrij
wel geen tijd om ook werkelijk in
structief te werk te kunnen gaan, Het
vrij vele geld dat aan de komst van
deze trainers werd uitgegeven, heeft
op die m.nier weinig 'profijt opgele
verd.
ïn het vooruitzicht van de Europese
lurnkamniocnschappen en van de
Olympische Spelen in Mexico is nu
een betere weg ingeslagen. De Euro
pese kampioenschappen voor dames
worden in mei van dit jaar in het
RAI-gebouw te Amsterdam georgani
seerd, die voor de heren al in maart
in Finland. Elk land mag twee deel
nemers afvaardigen. Wat de turn
sters betrett is dat geen probleem.
We hebben stellig enkele kandidaten
die in zo'n toernooi geen slecht figuur
slaan, al zullen zij niet met goud be
laden uit de strijd komen.
Turnsta.s als Ria Rietveld, Ans
Heerschop, Margo Klees, Femie
Klunder, Janme Vierstra en anderen
zijn zeker in staat zich in internatio
naal gezelschap goed te weren en
wanneer zij in de komende maanden
ook nog worden getraind door een
buitenlandse trainster, in dit geval de
Roemeense Livia Costa, zullen de
prestaties belangrijk aan technische
kwaliteit kunnen winnen.
Livia Costa, een Roemeense die in
Dusseldorp woont dus niet te ver
van het CIOS in Arnhem, waar de
training plaatsvindt heeft tien jaar
de nationale damesploeg van Roeme
nië getraind en niet zonder succes.
De ploeg staat vrij hoog geklasseerd
op de internationale ranglijst en voor
al de wijze waarop de Roemeense da
mes turnen, soepel en vol gratie,
wekt de verwachting dat onze turn
sters van deze werkwijze heel wat
kunnen opsteken.
mooie perspectieven
aanval.
14. 44—40
15. 39—34
16. 41X32
17. 36—31
18. 31—27
een flank-
21—26
12—17
Ondanks de geschetste bezwaren is de
strijd nog geheel open. Aliaart is im
mers een vindingrijke speler, die een
mogelijk theoretisch nadeeltje op de
koop toe neemt. Maar hier wordt hij
het slachtoffer van een goed doorbe
rekende damzet (het taxeren van de
overblijvende stand is meestal geen
eenvoudige zaak) van Louwerse. Het
kan overigens ook zijn, dat zwart de
dam wel heeft gezien, maar van me
ning is, dat in de gegeven situatie in
elk geval remise toch binnen het be
reik zou blijven liggen. Indien dit zo
is, dan heeft ook zwart blijk gegeven
van een juiste visie, want de partij
werd inderdaad remise
1 M
1TB
3
S
e
s'
es
m e
m
'es
s
m Wt
Stand na 1217
19. 27—22
20. 32X12
21. 28—22
22. 25—20
23. 38—32
24. 49—44
25. 34X5
26. 40X20
18X27
7X18
18X27
14X25
24X47
47X29
25X34
15 X 24
Een dam ten koste van drie schijven
is met recht een .dure dam'. In de
praktijk is zo'n dam dan ook meest
tijds te kostbaar; immers door een 4
om 1 ruil wordt hij zonder schijfver-
lies afgenomen, terwijl een 3 om 1
ruil met afname van de dam zelfs
schijfwinst inhoudt. Hier hebben we
het zeldzame geval, dat de dam niet
te duur is, dank zij de overblijvende
stand, die nogmaals goed bere
kend moet zijn geweest.
ii—i:
Voor de Europese kampioenschap
pen mag elk land twee personen af
vaardigen. Daarom neemt Livia Cos
ta hij elke training slechts een kleine
groep keurtumsters, van wie er
steeds één of meer afvallen, tot er
twee of drie turnsters overblijven,
waaruit onze vertegenwoordiging plus
een reserve wordt gekozen. Na de
training van de kleine groep kandida
ten voor de Europese kampioenschap
pen die kortweg „E. K. '67" wor
den genoemd wordt een grotere
groep turnsters bijeengebracht, onder
wie wooral enkele jeugdige turnsters,
zodat Livia Costa tenslotte een groep
van ongeveer veertien keurtumsters
onder haar hoede krijgt.
Maar dat is nog niet alles.
De training wordt namelijk ook
gevolgd door de Nederlandse dames
en heren die leiding geven aan
keurgroepen, niet alleen nationaal,
maar ook regionaal, zodat de lessen
van Livia Costa ook ïn de breedte
kunnen doorwerken. Er zullen daar
toe met deze leidsters en leiders
besprekingen plaatsvinden, omdat
theorie én praktijk nu eenmaal niet
te scheiden zijn. Wat voorts van
belang is: er zullen onze turnsters
ook nieuwe oefeningen worden aan
geleerd, want door alleen maar
éigen gekozen oefenstof uit te voe
ren hebben onze turnsters een zeke
re eenzijdigheid gekregen. Als basis
voor deze werkwijze heeft Livia
Costa de verplichte oefeningen voor
het Olympisch turntoernooi in
Mexico gekozen. Dat wordt een har
de kluif, waarin onze topturnsters
hun tanden kunnen zetten!
Om de dames alvast wat te wennen
worden in het najaar verplichte oefe
ningen bekendgemaakt die op de na
tionale kampioenschappen moeten
worden uitgevoerd, naast de eigen ge
kozen stof. Die kampioenschappen,
tot nu toe een vierkamp, worden dan
verdubbeld tot een achtkamp: vier
verplichte en vier eigen gekozen oefe
ningen.
Ook bij de heren
Dat zal ook bij de heren worden in
gevoerd. Alleen met dit verschil, dat
de zeskamp nu wordt uitgebreid tot
een twaalfkamp. Ook de heren krij
gen nu regel matiger dan voorheen
een buitenlandse trainer. Was vroe
ger de Duitse trainer Hardy Frengi
nu en dan met de training belast, J
jaar zal hij twaalf weekends
28. 43—38
29. 4147
30. 44—39
31. 48—42
32. 46—41
33. 38—33
-13
17—22
22—28
26—31
31—36
28—32
Listig gespeeld door zwart. Op 42
37 volgt 24—29!
34. 39—34 24—30
35. 30X25 32—38
36. 4540 38X29
37. 40—34 29X40
38. 35X44 2—8
39. 44—39 1 3—19
40. 25—20 8—13
41. 39—34 1—7
42. 34—30 7—12
43. 42—38 12—17
44. 38—32 19—23
45. 30—24 17—22
46. 20—14 22—28
47. 41—37 6—11
48. 32—27 11—17
49. 37—31 28—33
50. 47 X9
Dank zij zijn materieel overwicht
slaagt zwart er nog vrij gemakkelijk
In de pa.rtij In remise te houden.
dit
tur
ners oefenen in samenwerking met de
Nederlandse leiders Klaas Boot en
Jaap van der Sande, beiden bekende
oud-keurturners.
Ook Frenger zal voor de verplichte
oefeningen die voor het Olympisch
turntoernooi van Mexico als basis ne
men bij zijn training. Dat echter al
lereerst wordt gedacht aan de Euro
pese kampioenschappen voor turners
in maart in Tampere (Finland 1,
spreekt vanzelf. Het KNGV heeft
voorlopig met twee turners ingeschre
ven, maar het zal van de vordering
bij de training afhangen of die in
schrijving een definitieve zal worden.
Wij hebben op het ogenblik enkele
veelbelovende jonge keurturners, on
der wie de beide Eindhovenaren Hans
Gunneman en Cor Smulders, beiden
van PSV. Misschien maken zij een
kans om te worden uitgezonden, al
was het alleen maar omdat zij van
zo'n internationale vuurproef enorm
veel kunnen leren. Mogelijk komen er
nog een of twee andere gegadigden
uit de bus. Over enkele weken zal
daarover wel meer bekend worden
gemaakt.
Of Willy Jaegers, die al 32 jaar is.
in aanmerking komt valt nog te be
zien. Bij de vorige Europese kam
pioenschappen in Antwerpen, was zijn
turnen niet al te best. Op het ogenblik
is hij stellig nog onze beste en zeker
meest geroutineerde wedstrijdturner.
Maar zijn ster heeft aan glans verlo
ren en er staan alweer jongeren klaar
om zijn plaats aan de top te bezetten.
Dat is vroeg of laat het lot van iedere
kampioen. Het is slechts de vraag of
dit lot. hem dit jaar al besehoren'" z&I
zijn. Als hij in vorm is, kan hij mis
schien nog wel kampioen worden.
Roemeen
wereldkampioen werd; de juiste da-
tum staat nog niet vast. In het na
jaar, op 7 en S oktober, komen onze
turnsters uit tegen Polen en op 18 en
•19 november tegen Oostenrijk. De
twee dagen die voor deze wedstrijden
zijn uitgetrokken bewijzen al, da.t het
hier voor het eerst om een achtkamp
gaat, dus met verplichte- en oefenstof
naar vrije keuze.
De nationale herenploeg turnt op 28
oktober tegen de Oostenrijkse tur
ners, van wie tot nu toe niet kon wor
den gewonnen. Tussen al deze landen-
wedstrijden worden, nog de halve fi
nales en tenslotte de titeiwedstrijden
voor hel. Nederlands kampioenschap
verwerkt zodat aan gelegenheden om
wedstrijdroutine op te dóen dit jaar
werkelijk geen gebrek is.
Heeft de trainster voor de dames.
Livia Costa, vooreerst de handen vol
aan de training van een kleine groep
voor de Europese kampioenschappen,
voor de verjongde grotere keurploeg
is men in onderhandeling met een
tweede buitenlandse trainer. Ook een
Roemeen, Casius, die het KNGV voor
vier maanden denkt aan te trekken.
Hij zal als de overeenkomst door
gaat zowel Livia Costa als de Ne
derlandse keurkorpsleiding van de
dames gaan assisteren. Dat zou voor
onze vertegenwoordiging bij de Euro
pese kampioenschappen natuurlijk
een machtige steun betekenen.
Toch heeft de praktijk wel bewezen,
dat al die trainingen, van welke per
fecte krachten dan ook, niet alleen
zaligmakend zijn voor het bevorderen
van prestaties. Maar al te veel is in
het verleden vergeten welke enorme
routine wedstrijdturnsters en -turners
opdoen in internationale ontmoetin
gen. In het buitenland is men daar
veel eerder achter geweest dan hier.
Een voorbeeld hiervoor is de dames-
ploeg van West-Duitsland. Dit natio
nale team is in de laatste jaren, toen
teger
.-eer al
tijd even sterk gebleken. Maar wat
gebeurde bij de wereldkampioen
schappen in Dortmund, in september
van het vorige jaar,? De Westduitse
ploeg bleek ineens een stuk sterker
dan de onze. 'Nederland eindigde op
de veertiende plaats, West-Duitsland
kwam maar liefst vier plaatsen hoger
en eindigde als tiende in dit wereld-
toernooi met veertien punten meer
dan onze ploeg.
Waaraan was ineens die grote
voorsprong te danken? Waren die
Duitse turnsters plotseling zoveel
sterker geworden in haar presta
ties? De "oorzaak lag ergens anders.
De Duitse ploeg had het. jaar vóór
de wereldkampioenschappen, een
paar maal per maand soms, een in
ternationale .ontmoeting. Met sterke
ploegen als Tsjeclio-Slowakije, met
Hongarije en andere teams waar
wat van te leren viel niet alleen,
maar waardoor de Duitse turnsters
De Nederlandse damesploeg daar
entegen turnde een wedstrijd tegen
het zwakke Oostenrijk in het voorjaar
en verder in juli een ontmoeting te
gen de Tsjechische B-ploeg. Veel te.
weinig om doorkneed en geroutineerd
in wedstrijden van een wereldtoernooi
te verschijnen. Daarom is het ver
heugend, dat Nederland dit jaar een
groot internationaal wedstrijdpro
gramma moet afwerken. Dat zal een
geduchte ondersteuning zijn voor het
werk van de buitenlandse trainers,
die daardoor het geleerde in praktijk
zien gebracht.
Mentaal sterk
In het Westbrabantsè Heerle
(een dorpje waar ge in een paar
uur klaar bent met een complete
volkstelling) zeggen ze het u dui
delijk: ,Jan Doggen is ene zeer
kalme mens. Ge ziet. hem nooit
zenuwachtig en hij is altijd in een
eender humeur, 't Is gene op
schepper en van kouwe drukte
houdt hij niét. Als dat wel zo
was, dan zou hij niet langer .on
ze Jan'zyn1
Over een nieuwe nationale biljartti-
tel driebanden is nog geen woord ge
rept omdat men op het nuchtere
standpunt staat dat het leven toch
wel verder zal gaan als Doggen zijn Qp,pr» chirm/
titel niet prolongeert. En omdat men vucil olliu«v
weet dat de caféhouder „zijne boter
ham" even dik zal kunnen smeren
omdat zijn taxi niet op ivoorbanden
loopt. Men hoopt natuurlijk dat de ti
telstrijd (9-12 februari) in Goirle suc
ces zal brengen, daar men Jan Dog
gen graag weer een keer in de bloe
men wil zetten.
Ook de kampioen 1956-1966 heeft
geen slapeloze nachten bij de gedach
te aan de biljartstrijd die hij dit jaar
moet leveren met Hennie de, Ruijter,
Brosens, Van Bragl, Popeijs. Soeter-
bi'oek (allemaal Brabanders) en de
Amsterdammers Van Öosterhout en
Lorïst, Voor Doggen zijn al deze te
genstanders even gevaarlijk. Mis
schien is Hennie de Ruijter (hoogste
gemiddelde van 1.— in de titelstrijd
1963-1964 te Waalwijk) wel de sterk
ste concurrent. „Voor mij," aldus
Doggen, „is het dit jaar' een Open
vraag wie kampioen wordt, daar de
onderlinge krachtsverschillen in ons
land zo klein zijn. De factor geluk
gaat in dergelijke gevallen ook een
grote rol spelen."
Op die tegenstrevers heeft Doggen
een kleine voorsprong die op het men
tale vlak gezocht moet worden. Zijn
rustige optreden demonstreert dat
zijn „gelijkmatig humeur", bij zijn
karakter behoort en men moet Dog
gen gelpven als hij van zichzelf zegt
dat hij „praktisch nooit last van ze
nuwen heeft". Het typeert de mens
en de biljarter nog duidelijker als hij
vaststelt dal. hij tijdens de wedstrij
den slechts ,,ln' een andere toestand
verkeert"; en ge hebt Jan Doggen
probleemlo.os voor u staan als hij
zegt: „Van zenuwen hangt niets af.
't Is een partijtje plezier dat biljar
ten al wil ik wel een behoorlijk
figuur slaan. Ik ga gewoon meedoen
in Goirle om nog eens een gooi naar
de titel te doen."
Daar ligl voor een goed deel het
geheim van de biljarter Jan Doggen
en de concurrenten vrezen deze
„ijzeren Hein" omdat, men hem nooit
eens nerveus ziel aan de. tafel. „Voor
de wedstrijd," aldus Doggen, „wil ik
nog wel eens wat „ijsberen". Je wil
dan naar het biljart toe. Het i.s net of
daar een aantrekkingskracht van uil
gaat. Ais ik de keu vast heb dan ben
ik niet uit mijn concentratie te bren
gen. Ik probeer zuiver te spelen.
Geen show-stoten, want daar heb je
totaal niks aan en misschien vinden
ze daarom terecht «lat ik geen „spec
taculair" man ben. Maar wat heb ik
aan al die poppenkast
Dat ongecompliceerde maakt Dog
gen nu juist tot e.en gevaarlijk man.
Van zijn gezicht lees je geen enkele
gemoedstoestand af en er is in de
biljarterij niets zo irriterend dan het
spelen tegen een concurrent die rond
de tafel loopt alsof hij slechts contro
leert of het bestek ïn de juiste volg
orde werd klaargelegd. Daarom
vreest men ook nu weer Jan Doggen
met zijn onbewogen, wat onelegant
aandoende- wijze van keu-hantering
en men is vooral beducht geworden
nu men tijdens zijn titeljaar de kwa
liteit van zijn gedegen spel heeft zien
groeien.
De titelstrijd begint op 9 februari
mot de middagpartijen (13.80 uur)
BrpSèns-Popeijs en Van Oosterhout-
Lorist. Te 15.30 uur komen aan tal'el
Doggen-Van Bragt en De Ruijter-Soe-
terbroek.
Groot
prgramma
Onze turntop moet dit jaar
groot internationaal programma af
werken. Ten eerste zijn daar op 25 en
26 maart de Europese kampioen
schappen voor heren in Tampere
(Finland). Op 27 en 28 mei volgen in
Amsterdam dezelfde kampioenschap
pen voor de dames: Het oefenen daar
voor in de komende maanden is op
zichzelf al een geduchte stimulans om
het prestatiepeil* op te voeren.
Op 22 april is er de landenwedstrijd
voor turnsters tegen West-Duitsland.
Een mooie gelegenheid om te zien of
onze ploeg haar achterstand wat is
ingelopen. De Duitse turnsters zijn
immers hard vooruitgegaan.
Op 29 april komen de turners uit in
een landenontrnoeting tegen Dene
marken. In de zomer is voorts een
wedstrijd in het vooruitzicht tegen de
Tsjechische damesploeg, die in 1966
Meer ervaring
Niettemin is Jan Doggen zo ver
standig' geweest niet te veel aan het
toeval over te laten. Hij heeft, na zijn
successen, een fraai zaaltje rond een
wedstrijdbiljart gebouwd en daarop
heeft hij soms door zijn 16-jarïge
zoon Jack aangespoord meer dan
ooi', kunnen oefenen. Het gevolg is ge
weest dat hij constanter ging spelen.
Contact in wedstrijden schonk hem
ook meer ervaring én mei enige trots
stelt hij vast dat hij tijdens de pen
tathlon in Amersfoort het Nederland
se team moest redden via een per
soonbjk record van 1.463: gescoord in
de partij tegen Hennie de Ruijter.
„Maar." zegt. Doggen, „het zegt me
allemaal zo weinig. Vergeet niet dat
de collega's ook betere gemiddelden
boekten en tenslotte kun je zelfs van
de zwakste tegenstander verliezen."
Pech teistert Jan Doggen ook wel uitgevoerd ipoet worden, 'ligl hem
eens als hij een taxirit maakt. Het niet. zo best.
driebandenspel dat dan op de weg
Door drs C. B. v. d. Berg
Ofschoon het bekende nieuw-
jaarstoernooi te Hastings op een
lange traditie kan bogen, hebben
de organisatoren het de laatste
jaren vooral wat betreft samen
stelling van de hoofdgroep niet
aan nieuwe ideeën laten ontbre
ken. Deze keer, de 42ste in de
somtijds onderbroken reeks sinds
1895, vertoonde de deelnemers
lijst een al bijzonder origineel,
men zou bijna geneigd zijn te
zeggen revolutionair beeld.
Slechts vier van de tien genodigden
behoorden tot oudere generaties: ex-
wereldkampioen Botwinnik (USSR),
grootmeester Ulilmann (Oost-Duits-
land), internationaal meester Czerniak
(Israël) en de Britse kampioen Penro
se. De gemiddelde leeftijd van de an
dere deelnemers lag duidelijk onder de
twintig, met de begaafde, pas ontdek
te Henrique Meeking (Brazilië) als
verreweg jongste (14). Van. deze veel
belovende groep behaalden Basman
(20, Engeland), Balaschow (18, Rus
land) en Kurajiea (18, Joegoslavië,
jeugdwereldkampioen) het beste re
sultaat door tezamen op de 3de plaats
te eindigen, met slechts een half punt
verschil achter Uhlmann (nummer 2
metö1^ punt).
Winnaar van het toernooi werd, hoe
zou het anders, Botwinnik (55) wiens
score (6/2 uit 9) echter minder hoog
uitviel dan algemeen werd verwacht,
doordat hij tegen de jonge Engelsman
Keene In volkomen gewonnen stelling
ten gevolge van een onbegrijpelijke
blunder abrupt verloor. Hieronder de
ze nogal sensationele nederlaag, een
door de grote strateeg Botwinnik tot
op het fatale ogenblik voortreffelijk
gespeelde partij. Vermeld dient wel,
dat een andere jeugdige Engelsman,
Basman, Botwinnik wcrkeljjlr in moei
lijkheden bracht en dat de oud-wereld
kampioen slechts door urenlang moei
zaam verdedigen remise wist te mar
ken.
Hastings 1966-1967
Wit: P.. Keene, zwart: M. Botwinnik.
Koningsindische verdediging.
1. Pgl.-f3 g7-g6
2. c2-c4 Lf8-g7
3. d2-d4 Fg8-r6
4. g;ï-gs 0-0
5. Lfl-g2 C.7-C6
6. Pbl-c3 d7-d«
7. 0-0 a7-a6
Deze voortzetting, die de vleugelactie
b7-b5 beoogt, is sinds het Piatigorsky-
toernool, zomer 1966, snel in de mode
gekomen. Het meest energiek is nu
8 e4, b5, 9 e5 ,maar de ervaring met
deze scherpe bestrijding is nog gering.
Keene gaat b7-b5 verhinderen door a2-
a4. maar deze preventie is positioneel
aanvechtbaar gezien de verzwakking
van veld b4.
8. a2-n4 a6-a5
Botwinnik ziet voor Pb8 een veld,
waar het niet of nauwelijks kan wor
den aangetast. Onder zulke omstan
digheden speelt een .tempoverlies' als
a7-a6-aö geen rol. te meer daar het
met b4 corresponderende veld b5 toch
al door pio nc6 gecontroleerd wordt.
9. b2-b3 Pb8-a6
10. Lcl-a3
De loper raakt hier op dood spoor,
aangezien hij vrijwel nooit met goed
gevolg tegen het zwarte paard zal
kunnen worden geruild. Beter daarom
eenvoudig 10. Lb2.
1.0Pa6-I>4
11. e2-e4 Lc8-g4
12. Ddl-d2 Lg4xf3
Botwinnik weel, dat in stellingen als
deze paarden minstens even nuttig en
sterk zijn als lopers. Hét strategisch
kriterium is, dat de paarden onaan
tastbare velden kunnen vinden.
(Stelling na 17Tf8-e8)
13. Lg2xf3
14. Tal-bi
15. Tfl-dl
16. Pc3-e2
17. La 3-1)2
Pf6-d7
Dd8-b6
Ta8-d8
e7-có
Tf8-c8
I 1
I
ill
Wil
i y
1
I
A 111
i I
X i
0
Na achter, de linies in alle rust (en
tevens zeer efficient!) de. aanval op
wits centrumpositie te hebben voorbe
reid, is Botwinnik zojuist tot actie
overgegaan door het opspelen van de
e-pion. De torenzet naar e8 vergroot
de druk nog verder, doordat er ruil
op d4 benevens Pc5 gaat dreigen.
Keene bésluit derhalve hét centrum
door "d4-d5 te sluiten, maar geeft
daarmee in wezen het feilen van zijn
opbouw toe, aangezien tevens de dia
gonaal van Lb2 dicht gaat.
18. d4-d5 Pd7-c5
19. Pe2-ol Te8-f8
Met bewonderenswaardig inzicht en
ijzeren consequentie gespeeld. De toren
heeft op e8 uitgediend en. keert te
rug naar f8, ter ondersteuning van een
nieuwe aanval f7-f5op het witte
centi'um (pion e4
20. Lf3-g"2 c6xd5
21c4xd5 f7-f5
22. e4xf5 g6xf5
23. Tdl-el Td8-c8
in het goed plaatsen der torens, een
van de moeilijkste en belangrijkste on
derdelen der schaakstratégie, kent
Botwinnik zijns gelijke niet.
24. Lb2-o3 Pc5-e4!
Hiermee is de strijd in de fase der
tactiek gekomen. Wit kan niet twee
maal op e4 nemen wegens slaan op
f2. De open f-lijn "werpt zijn vruchten
zienlijk activeert, wanneer deze
niet zou worden genomen. Na bijvoor
beeld 27 De2, ab4: 28 Pa2, Tf3. ge
volgd door de andere toren naar f8
en eventueel e4-e3, wordt wit volle
dig in het defensief gedrongen.
27. Dd2xh6 Db6xf2!
26. Kgl-Iil Df2-f3l-
29. Khl-gl Df3-f3!-
30. KgJ-hl Tc8-c2!
Zwarts zware stukken komen langs
de beruchte 7de rij tot koningsaanval,
De materiële achterstand van twee
stukken (Lb4 kan trouwens direct
worden genomenis tijdelijk.
31. Dh6-h3
De andere manier om het mat op g2
te dekken biedt nog minder verdedi
gingsmogelijkheden: 31. Pe2. Te2: 32.
Te2:, De2:, met de dubbele dreiging
33Tflt (benevens mat) als
mede 33ab4:. Het eindspel met
gelijke (zware) stukken is steeds voor
zwart gemakkelijk gewonnen; hij heeft
niet alleen een belangrijke pion (e4)
meer, maar beheerst bovendien de stel
ling.
31Df2-f3v
32. Khl-gl a5xb4
33. Pcl-c2
Wit moet ook het tweede stuk wel
retourneren, aangezien 33. Tfl niet
gaat wegens 33De3t 34. KM
Tfl:f. 35 Dfl:, Dd2 (Hel: toreneindspel
na 36. Pe:2. De2: 37 De2:, Te2: staat
hopeloos).
33. DF8-e3v
34. Kgl-el
34
Na eerst nog weer 34 DfSt, 35
Kgl en pas' dan 36Te2: zou
de winstvoering slechts een kwestie
van simpele techniek zijn geweest.
Mogelijk bevond Botwinnik zich in
tijdnood, maar dat was dan juist een
reden geweest de zetten opnieuw te
herhalen. De herhaling van de 27st.e
tot 29ste zet hoeft niet bepaald op
gebrek aan tijd te duiden, een der
gelijke tactiek wordt voor alle zeker
heid wel meer gevolgd.
35- Dli3-g4f
Zwart gaf het op. hij verliest een
volle toren. Een triest einde van wat
een meesterwerk had kunnen zijn
Door de clubbladen
Velen van ons", aldus lazen wij
in het clubblad van de KSV
Walcheren, .zullen ongetwijfeld
een bepaalde mening hebben
over sport in het algemeen; als
ze zelf actief zijn, over hun tak
van sport ïn het bijzonder.
Vrijwel a.llemaal zullen wij het
er over eens zijn, dat cle sport
vóór alles ontspanning dient te
bierlen. Ontspanning kan men
echter op tientallen manieren
vinden. Men zal zich dus ook
tot de sport - - die men be
oefent aangetrokken moeten
voelen. Van deze twee voorwaar
den moeten we uitgaan, willen
we tot het belang en ook het
doel van de sport komen. Wan
neer we nu speciaal de team
sport bekijken (zoals handbal)
dan beantwoordt men niet aan
het doel van de sport door zich
alleen maar een beetje te g'aan
lopen ontspannen in het veld,
ook al heb je daar nog zoveel
zin in. Immers, we spelen met
een elftal en moeten samen iets
trachten op te bouwen. In een
tea.m is men op elkaar aange-
- wezen, moet men elkaar steunen
cu vooral ook op elkaar kunnen
vertrouwen. Sport goed beoefe
nen geschiedt niet alleen licha
melijk. maar ook wel degelijk
geestelijk (zien waar de vrije
man staat, 'zien waar de kansen
zullen ontstaan enz.). De sport
spiegelt zich als het ware af.
Met .schreeuwen' alleen komt
men er niet, maar met domweg
doordouwen ook niet. Zich kun
nen opofferen voor een ander
(dwz cle ander kansen bieden
en niet zelf een heel klein kansje
om zeep helpen, terwijl een an
der er beter voor staat) getuigt
van ware sportieve ontspanning.'
Al wil men iets graag, dan kan
men toeh wel blij zijn met de
wetenschap dat een gekoesterde
wens niet in vervulling gaat. Zo
Is het blijkbaar gegaan met de
schrijver van het volgende stuk
je hi het orgaan van de Sou-
burgse zwemvereniging.
.Eindelijk is de lucht rondom
.Het overdekte zwembad op
Walcheren" opgeklaard. Het is
namelijk zonder meer de ,mist'
in. Toch zijn we ergens blij! Blij,
omdat we nu weten waar we aan
toe zijn, Maar.het gemeentebe
stuur van Vlissingen heeft reeds
.plannen gemaakt' voor de bouw
van een gewoon buitenbad. En
daarmee zijn we niet van de
regen in cle drup gekomgn. Want
als men nu de plannen voor het
grote .project' zo maar zonder
meer in de ijskast had gezet, dan
zou dit een ramp hebben bete
kend. Nu gaat Vlissingen dus op
kleinere schaal verder. En als
we goed geïnformeerd zijn, dan
moeten we reeds in 1968 .reke
ning' houden met het feit, dat
er nan in een zwembad gezwom
men lean worden. Zowel b en w
a's de gemeenteraad van Vlis
singen zijn het volledig eens dat
er een goed zwembad moet ko
men en wel zo spoedig mogelijk,
y Belangrijk is-het, dat er .cTaden'
.gaan komen De praat periode'
is rui" voofbijï Wij geloven, dat
hiervoor nu dè tijd is gekomen.
Heren .gemeentebestuurders laat
nu eens zien tot wat u in staat
bent.'. .Tover' zo snel mogelijk
een zwembad uit de grond, zo
dat onze kinderen niet meer in
het kanaal moeten zwemmen.
Het zal de volksgezondheid be
slist ten goede komen.'
We vermoeden dat er heel wat
.toverkunst' nodig zal zijn om
de benodigde eentjes (want
daar draait hef om!) bij elkaar
te krijgen.
In deze tijd, nu een grote groep
mensen nauwelijks meer aan Jo
pen toekomt, laat staan aan
.gymnastiek', is bet bijzonder
nuttig dat de gymnastiekvereni
gingen een ruime plaats inrui
men voor de categorie .sport
mensen' die louter en alleen uit
een oogpunt van .fit' willen blij
ven aan sport gaan doen. Daar
over lazen wij in het clubblad
van de Christelijke Gymnastiek
vereniging DIOS te Souburg het
volgende
.We hebben een vorige keer ge
zien dat de dames- en lieren-
seniorengroepen van Dios een
flink gedeelte van onze leden
vertegenwoordigen en we zullen
nu eens nagaan waarom zij naar
cle gym gaan en op welke wijze
de leiding het aangename met
het nuttige poogt te verenigen.
Zeer belangrijk is hel voor de
leiding" te beseffen dat deze
groepen met een andere bedoe
ling naar gym gaan dan turn
sters en turners. Naast gezellig
heid en ontspanning zoeken zij
hier vooral een methode om fit
te blijven, aau ,cle lijn' te doen,
en eventueel het buikje weg te
werken. De leiding zal hiernaar
zijn oefeningen moeten richten.
In cle eerste plaats bestaat er
tussen dames- en heren-senioren
lesgeven groot verschil, doordat
men bij de dames geruime tijd
lean besteden aan bijvoorbeeld
pasjes in omgangsbaan, vrije
oefeningen met of zonder ge
reedschap (knotsen, hoepels
etc.). Daarnaast zal cle oefen
stof zo eenvoudig mogelijk ge
houden moeten worden. Het is
best mogelijk een enkeling van
cle groep (naar omstandigheden)
een behoorlijk turnpeil aan te le
ren maar het gevolg is dat deze
enkeling de lessen blijft bezoeken
maar cle overige dames en heren
geleidelijk gaan bedanken, om
dat ze niet steeds ,voor schut'
illen slaan. Een hoog turnpeil
is de opzet niet, juist de dames
en heren die geen prestaties
moer kunnen leveren hebben de
ze gymnastiek zo hard nodig,
het is juist zo prettig te con
stateren dat hij deze gToepen de
slappe spieren, welke tijdens on
ze dagelijkse werkzaamheden
niet gebruikt worden, wat meer
gaan en kunnen presteren na
enige tijd oefenen. Wel zal er
rekening gehouden moeten wor
den met de leeftijd der deelne
mers; zijn erbij de jeugdgroepen
leeftijdsverschilen van 2 tot 3
jaar. bij de senioren kan de
leeftijdsverschillen van 2 tot 3
jaar. In de regel zullen cle jon
geren een zwaarder training
kunnen verdragen dan de oude
ren, toch zullen beiden aan hun
trekken moeten komen zonder
dat de één figuurlijk gekraakt
wordt en de ander niet aan zijn
trekken komt.
Onze conclusie: totaal overbodig
is de drempelvrees van mensen
die eigenlijk wel naar gym «illen
maar het toch niet aandurven
omdaten u vult nu zelf maar
in: ,Te zwaar voor mij', .Ik sta
te dun' etc.