MOLUKSE KERK 15 JAAR
kerk en
r..»",i-i.i".i
Honderd jaar
zondagsschool
NIEUWE KANSEN VOOR DE
ZENDING IN INDONESIË
Afsplitsing
Maleis
NIEUWS VAN
OVERAL
U
stemmen uit
de kerken
Zaterdag 28 mei 1966
zaterdagnummer
Bijna, vijftien jaar bestaat in november de Molukse
Evangelische Kerk, ontstaan na de komst van de
ENIL-militairen in Nederland: Ambonezen, en Kei
ezen, samen doorgaans Zuid-Molukkers genoemd,
ge Mlukse Evangelische Kerk telt thans zo'n vijf
tien a zestienduizend leden, SO predikanten, allen
Molukkers en 50 gemeenten. Er zal geen groots
vertoon zijn bij het 15-jarig bestaan: deze kerk is
nog in ontwikkeling en zij heeft twee zorgen: de
financiële situatie en enkele afsplitsingen die zich
wk onder de Zuid-Molukkers in ons land hebben
voorgedaan. Ds W. H. Tutuarima, hervormd predi
kant in Amsterdam-Noorddie tot vorig jaar voor
zitter was van de synode vati de Molukse Evange-
lisohe Kerk, nadat hij daarvoor door de hervormde
kerk was afgestaan, vertelde ons er meer van.
(Van onze kerknieuwsredacteur).
Onder naar mijn idee politieke beïnvloeding ko
men Indonesische theologen naar ons land, uit
West-Duitsland en Zuid-Slavië onder andere, om
de Indonesische christenen in Nederland te organi
seren en in de ban van het Indonesische systeem te
brengen. Ze zijn uit zichzelf gekomen maar er
schuilt vermoedelijk een politiek streven achter. Ik
ben benieuwd naar de ontwikkeling van deze hele
zaak. Het gaat er om onze eigen gemeenteleden
zo goed mogelijk in te lichten. De zwakke kerkelijk
geïnteresseerde Ambonezen laten zich gemakke
lijk beïnvloeden. Er zijn nu een paar maanden twee
van zulke theologen, die waarschijnlijk nog in op
leiding zijn, in Nederland, een Batak en een Chi
nees. Ze komen hierheen zonder op de hoogte te
zijn van de bestaande kerkelijke situatie. Misschien
dat ze naar Nederland zijn gehaald door een
kleine groep mensen, die terug wil naar Indonesië
en die nu om helemaal acceptabel te zijn voor
Indonesië ook een eigen kerk moeten hebben'.
Dat regt ds W. H. Tutuarima (67) vijf jaar lang praeses
van de synode van de Molukse Evangelische Kerk in
ons land geweest, thans met emeritaat. Hij was afge
lopen zondag in Middelburg, waar hij samen met één der
Middelburgse hervormde predikanten voorging in een ge
combineerde dienst voor hervormden en Molukkers in de
Ontmoetingskerk. Zulke diensten worden er meer gehou
den, ook in Vlissingen. Qua kerk is er geen officiële band
met de Nederlands Hervormde Kerk, maar de persoon
lijke belangstelling bestaat wel, zo vertelt ds Tutuarima.
Men heeft indirect contact via het CIO, het contactorgaan
ln overheidszaken, waar alle protestantse kerken in verte
genwoordigd zijn. En de hervormde kerk stond hervormd
predikant ds TJutuarima, zelf uit Indonesië afkomstig, af
als synodevoor<jtter van de Molukse Evangelische Kerk.
HIJ werd vorig jaar opgevolgd door ds Pesulima uit Lun-
tcren.
Nadat in de jaren '50-'51 KNIL-militairen met hun gezin
nen ln Nederland waren gearriveerd, werd vrijwel direct
tot kerkvorming overgegaan. In Indonesië was met voor
het merendeel lid van de Molukse Protestantse Kerk in
Ambon. Men bracht als legerpredikanten de eigen
voorgangers mee, die deels in het Maleis deels in het Ne
derlands waren opgeleid. Men dacht, maar een half jaar,
hooguit een jaar, in Nederland te moeten blijven en dan
terug te kunnen naar Indonesië. De in Nederland opge
richte kerk werd daarom aanvankelijk een classis van de
kerk van Ambon: de Molukse Protestantse Kerk Belanda
(Nederland). Op advies van Ambon werd echter daarna
ven de groep In ons land 'n zelfstandige kerkgroep gevormd
onder de naam Molukse Evangelische Kerk. Ds Tutuarima:
,een wat eigenaardige ontwikkeling. Wij zijn op die Mo
lukse Evangelische Kerk gekomen, omdat over de verhou
ding moederkerk-dochterkerk mogelijk enige verdenking
zou kunnen ontstaan onder de toenmalige politieke situ
atie'. De kerken konden nu als gelijkwaardige partners
mot elkaar ln contact blijven. De Nederlandse kerk maakte
zich dus los met een zelfstandige status. De Molukse
Evangelische Kerk wordt in 1952 gevormd, uit de MPK
dus, die al in 1950-'51 was ontstaan.
FOTO BOVEN:
Ds Tutuarima, oud-voorzitter
Molukse Evangelische Kerk in
van de synode der
Nederland.
(Foto PZC).
Om politieke redenen is er een kleine groep Ambonezen
(ongeveer 5000 personen) geweest, die zich afscheidde van
de Molukse Evangelische Kerk, omdat men de oude naam
wilde handhaven en als zelfstandig onderdeel van de kerk
van Ambon, de Molukse Protestantse Kerk, wilde blijven
voortleven. ,Een wat eigenaardige constellatie: deze kerk
is nu in feite een noodgemeente en kan zich geen kerk
noemen. Als er problemen rijzen wordt verwezen naar de
synode van Ambon. Het is te goedkoop: de gelovigen heb
ben geen drang om hun kerk zoveel mogelijk te steunen',
segt ds Tutuarima, wie deze afsplitsing kennelijk wel aan
het hart gaat. Er was nog een andere afscheiding: een
Kleine groep Kei-ezen heeft zich ook van de MEK losge
maakt, dat was in oktober 1959 ln Ommen, waar in het
daar gevestigde woonoord de gezinnen van de Kei-ezen en
de Zuid-Oost Molukse Protestantse Kerk stichtten.
In het Nederlandse paviljoen op de
wereldtentoonstelling 1967 te Montreal
(Canada) komt een afdeling over het
kerkelijk leven in ons land. Dit is het
enige nationale paviljoen op deze wereld
tentoonstelling, dat speciale aandacht
vraagt voor de kerken. Adviseur voor
de organisatie van deze kerkelijke in
zending werd op verzoek van de betrok
ken regeringscommissie ds N. B. Knop
pers (cq) predikant van de Christian
Reformed Church te Montreal. Van 1942
tot 1955 was ds Knoppers gereformeerd
predikant in Nederland. Daarna vertrok
hij naar Canada. Ds Knoppers is thans
in ons land om contacten te zoeken met
verschillende kerkelijke instellingen,
zowel de protestantse kerken als de
joodse gemeenschap en de Rooms-Ka-
tholieke Kerk.
De r-k Nederlandse bisschoppen heb
ben het verschijnen van een nieuwe ca
techismus in oktober aangekondigd.
De nieuwe catechismus zal bestemd zijn
voor volwassenen en, in afwijking van
de vorige, die voornamelijk voor het ge
bruik op de scholen was bestemd, niet
in de vorm van vraag en antwoord zijn
samengesteld.
De nieuwe catechismus wil een beschrij
ving geven van het rooms-katholieke ge
loof in de geest van vernieuwing, zoals
die door paus Johannes is ingezet en on
der zijn opvolger door het concilie ver
der is uitgewerkt.
J Jet gereformeerde zendingscentrum zal op zo kort mo
gelijke termijn vijf zendingsarbeiders naar Indonesië
zenden op verzoek van de Indonesische kerken. Zij zullen
worden belast met de kadervorming van de gemeenteleden.
Men zoekt naar missionaire predikanten die zijn gespe
cialiseerd in bepaalde onderdelen van het kerkelijk werk:
de opleiding van godsdienstleraren (die meer en meer
worden gevraagd door het leger, de politie, de luchtmacht
en de cultuurmaatschappijen, 't arbeiderswerk, onderricht in
.moderne geestelijke stromingen', jeugdwerk en landbouw
problemen.
Deze uitbreiding van het aantal zendingsarbeiders in Indo
nesië is het directe gevolg van de revolutie in 1965. Het
principe van de godsdienstvrijheid wordt ln Indonesië con
sequent gerealiseerd en dit betekent, dat het de christenen
is toegestaan, de communisten in de kampen te benaderen.
De kerken, die eerst onder zware spanning hebben ge
leefd, onder meer omdat zij de communistische infiltratie
in de christelijke gemeenten niet overal konden tegenhou
den, willen nu aan de communisten en hun sympathisanten,
een nieuw .houvast' bieden.
T"\s B. Richters, directeur van het zendingscentrum in
Baarn, zei deze week op een persbijeenkomst, dat de
christenen geen misbruik willen maken van de situatie en
zeer voorzichtig te werk gaan. Er is inmiddels een stich
ting voor de massacommunicatie opgericht door de Indo
nesische kerken, met financiële steun van de zendingsraad.
Er is namelijk een andere aanpak nodig, nu men de kans
krijgt niet alleen individuen, maar ook de massa te benade
ren. Hierbij zullen ook de gemeenteleden zelf zoveel moge
lijk worden ingeschakeld. Vandaar de plotselinge behoefte
aan kadervorming.
'llt verscheidene plaatsen in Irian-Barat (het vroegere
Nieuw-Guinea) wordt een terugval in openlijke hei
dense praktijken gemeld, bijvoorbeeld door het herle-
ven van de initiatiriten in de sinds lang, ook door het
binnenlands bestuur, afgeschafte mannenhuizen. Dit ver
meldt het jaarverslag 1965 van de raad voor de zending
van de Nederlandse Hervormde Kerk. De aanpassing van
de bewoners van Irian-Barat aan het Indonesisch bestuur
maakte ook in 1965 weinig vorderingen, Het oprichten
van afdelingen der erkende Indonesische partijen is toe
gestaan, maar niet het stichten van eigen Irianse politieke
partijen. Volgens de hervormde zending ls de Indonesische
regering op de hoogte van de algemene anti-Indonesische
gezindheid bij de bewoners van Irian-Barat.
J^a de recente gebeurtenissen in Indonesië bezinnen de
protestantse kerken aldaar zich op hun taak ten op
zichte van de nog levende communisten. Een onbekend
aantal christenen van verschillende kerken waren lid van
de communistische partij of van haar mantelorganisaties.
Veel gevangenen hebben zich tot de kerken gewend en vra
gen geestelijke leiding of verlangen het lidmaatschap van
de kerk. .Waarom wensen zi' tot de kerk toe te treden.
Omdat het lidmaatschap van de kerk hen vrijwaart tegen
willekeurige executies. Of uit echte geestelijke nood na ont
dekking van de bedoelingen van het communisme', zo
vraagt de zending zich af. In het jaarverslag wordt opge
merkt dat vele leden en voorgangers van de protestantse
Indonesische kerken het pastoraat aan deze mensen zijn I
gaan uitoefenen. Vanuit het zendingshuis in Oegstgeest
worden intensieve contacten onderhouden met vele Indone
sische kerken. In een groot aantal gevallen werd aan deze
kerken hulp verleend. De hervormde zending wordt re
gelmatig geconfronteerd met de algemene achteruitgang
van het economisch leven ln Indonesië. Op de zending
wordt thans een beroep gedaan voor allerlei zaken, die
vroeger, hetz(j door de Indonesische overheid, hetzij door
de kerken aldaar, zelf werden betaald.
PINKSTERFEEST
Hand. 2:12. En zij waren
allen geheel met de zaak
verlegen
Kan hetzelfde niet van velen im
onze tijd gezegd wordenfin
eensklaps', zo luidt het pinkster-
verhaal, ,kwam er uit de hemel
een geluid als van een geweldige
windvlaag en vulde het gehele
huis waar zij gezeten waren en
er vertoonden zich aam hen tongen
als van vuur, die zich verdeelden
en het zette zich op eenieder van
hen en zij werden allen vervuld
met de heilige Geest en begon
nen met andere tongen te spre
ken, zoals de Geest het hun gaf
uit te smeken. Er valt begrip
op te brengen voor de reactie
van vele ooggetuigen in Jeruza
lem: verlegenheid in het gunstig
ste geval, en spot: ze hebben te
veel zoete wijn gehad!'
Maar afgezien van wat de bijbel
ons vertelt, is er voor menigeen
nog wel reden om met de zaak
lige Geest, die over de kerk wordt
uitgestort .Het is de Geest v:aar-
oan Jezus gezegd heeft: fiij zal u
in alle vjaarheid leiden.' We kon
den gemakkelijker pinksterfeest
vieren, wanneer de kerk één en
ongedeeld was gebleven. Wélke
vorm die kerk dan ook had aan
genomen, welke leer ze ook hul
digde, met enige goede wil zou
den we dan toch kunnen geloven,
dat het de H. Geest aldus goed-
gedacht had Maar wat te dénken
van opvattingen die lijnrecht met
elkaar in strijd zijn en die im
verschillende kerken na aanroe
ping van de Heilige Geest aldus
zijn vastgelegd Dat is toch ook
om met de zaak verlegen te wor
denTenzij voor het getuigenis
van de H. Geest gehouden wordt,
wat in vsezen niet anders is dan
de vrucht van menselijke wijsheid.
Er is veel waar we iierlegen mee
zijn .Maar één ding blijft voor het
geloof vaststaan: de H. Geest IS
uitgestort. Hij is de Schepper, die
alle dingen nieuw kan maken-
Op zijn werking is met Pinlcste-
ren de hoop gevestigd van velen,
die wel eens verlegen zijn. Want
als die geest werkt, wie zal het
keren Hij alleen is bij machte
om een verscheurde christenheid
weer tot één te brengen en om
de wereld te doen delen in de
zegen van Christus.
Daal Schepper. Heiligp Geest,
daal af!
's-Gravenpolder. J. H. Kluiver.
We. hebben zo het vermoeden dat een heel hoog percentage van de
lezers van dit dagblad persoonlijke herinneringen heeft aan de
zondagsschool. Er zullen er zijn die met een zekere dankbaarheid
daaraau terugdenken en er zullen er ook zijn die dit niet doen en met
een heleboel op- an aanmerkingen zitten. Wat dit betreft maakt deze
.school' geen uitzondering op alle andere. Wij voor ons kunnen ook
niet getuigen dat het altijd een genoegen was er heen te gaan, maar
dat zal wel mede samenhangen met het feit dat we er zaten als zoon
van de bewoner der pastorie. Dit is niet altijd een begerenswaardige
positie en zeker niet op de zondagsschool. Onze waardering voor dit
werk stamt dan ook niet uit de lagere-schooljaren, maar is nadien ge
groeid, toen we zelf een .blikken dominee' (bij ons de gebruikelijke be
naming van de zondagsschoolonderwijzer) werden en ontdekten dat
het allesbehalve gemakkelijk was om met zo'n klas te manoeuvreren.
Het heette wel .school', maar er ontbrak nagenoeg alles wat een
school in zo ruime mate aan leermiddelen heeft. En dan de lokaliteit!
Een consistorie die niet erg veel gezelligheid bood, was al begerens
waardig voor de al te zeer opeengehoopte kinderschare. Toch is die
lokaliteit weer niet alles. De beste herinneringen zullen we blijven
bewarer aan een flinke boerenkeuken, waar het getal der kinderen
niet al te groot was en waar het in het drukste van de zomertijd kon
gebeuren dat er na afloop een paar ouderen uit de bedstee naast de
schouw tevoorschijn kwamen. Die waardering voor de zondagsschool
kwam, toen we er zelf actief in bezig waren en iedere week met een
ander bijbelverhaal moesten leren omgaan om het aan de kinderer
te kunnen vertellen. We hebben deze ervaring ook wel van anderer.
gehoord, Jaf het bijbelse verhaal meer voor hen is gaan leven, toen z<
;edwongen waren het op de zondagsschool te gebruiken. De mogelijk
heden om er dieper in door te dringen zijn met de jaren vergroot er
ieder bestuur van een zondagsschool, of dat nu wel of geen kerkeraac
is, zal goed doen ervoor te zorgen dat zij ,die zich willen geven aai
dit werk, althans de mogelijkheid hebben gebruik te maker van boeker
rondom de bijbel. Vooral in het laatste kwart eeuw z(jn deze in ruirm
hoeveelheid op de markt gekomen en bovendien zijn ze populair ge
schreven. De Nederlandse Zondagsschool Vereniging (NZV)' heef.
lijsten beschikbaar, waardoor het mogelijk is in velerlei opzicht een
keuze te doen. Iedere zondagsschool behoort de beschikking te hebber
over zo'n bibliotheekje, waarmee zij, die zich voor dit werk geven,
hun winst kunnen doen. Dit is niet alleen van belang voor henzelf
maar voor heel de gemeenschap waaruit de kinderen voortkomen.
Die naam .zondagsschool' is nog een erfenis uit de tijd ..toen ei
geen ieerplioht bestond, met het gevolg dat de school even vrij
blijvend was als de zondagsschool nu nog is. Voor de massa's kinderen
uit het volk, die praktisch geen of heel weinig onderricht kregen,
maar moesten werken zodra dat maar enigszins mogelijk was, hebben
de eerste leiders van de zondagsschool getracht op de wekelijkse
rustdag hen iets bij te brengen van rekenen, lezen en schrijven. Dat
was het eerste doel. Het tweede doel was deze kinderen iets uit de
bijbel te vertellen en hen het bijbelse lied te leren zingen. Dit oor
spronkelijk Engelse voorbeel dis in ons land door Abraham Capadose
nagevogd en als zodanig is hij te noemen de vader van de Nederlandse
zondagsschoolvereniging. In 1836 is deze arts met dat werk begonnen.
Toen de leerplicht kwam, bleef er voor de zondagsscholen alleen dat
tweede doe' over en daarop is van het begin af aan bij de NZV de
nadruk gevallen. Al is de naam gebleven, evenals in Engeland
en Frankrijk, het gehele karakter veranderde. Er kwam iets van
wat er ligt in het Duitse woord .Kindergottesdienst'. Wat de kerk Is
voor de ouderen, dat wil de zondagsschool zijn voor de kinderen.
Hondera Jaar geleden waren er ln ons land een 300 zondagsscholen.
Deze karen vooral in de steden te vinden. Toen zijn er vier mannen
geweest die volop in dat zondagsschoolwerk zaten, waarvan er drie
uit Amsterdam kwamen, die in hun geloof en geestdrift alle leer
plichtige kinderen van ons volk op de zondagsschool zagen. Zij hebber
de nu jubilerende vereniging opgericht om daarmee alle zondagsscho
len onder één dak te brengen. Zij zagen de mogelijkheid tot uitbrei
ding door gezamenlijke propaganda, maar ze kenden eveneens a<
noodzakelijkheid om degenen, die in dit werk een taak op zich had
den genomen, te helpen bij de uitvoering van deze taak. Een maand
niad werd uitgegeven, waarin het tegenwoordige ,Kind en Zondag
de directe voortzetting is. De eerste periode van de nu 100-jarige i;
wel heel sterk gericht geweest op de uitbreiding van het werk. Toer
dat financieel enigszins mogelfjk was, benoemde men een .agent'
.viens taak het was de zondagsscholen die zich nog niet bij de vereini
ging hadden aangesloten, te bewegen dit te doen. Voorts trok hij on.-
land door van noord tot zuid en overal spoorde hij aan zondagsscholer
op te richten waar deze er nog niet waren. De ouderen zullen zic!"
misschicn nog wel herinneren de 2e .agent', de heer G. P. Fruyi
die zijn geestdrift voor dit werk op velen wist over te hevelen. To:
in de kleinste gehuchten toe kwamen er zondagsscholen. Zo zijn er uii
die 300 van het eerste begin, meer dan 2000 ontstaan. De tweede
periode zet ln na het eindigen van de eerste wereldoorlog. In de NZV
is men dan gaan beseffen dat het werk zelf toch hogere eisen stelt
dan datgene waarmee men tot dan tevreden was geweest. Het
bestuur van de NZV begreep dat het in de eerste plaats aankwam op
de leiders, en leidsters. Zij moesten meer bekwaam voor him taak
worden gemaakt. De NZV heeft zich hierop geworpen en ze is
wat dit betreft, leidinggevend geweest. Er zijn weinig landen te noe
men waar men zoveel heeft gedaan en nog doet voor hen, die hun
tijd en krachten geven voor dit werk. In .Kind en Zondag' vindt men
maand na maand vertelstof voor oudere en jongere kinderen, maar
bovendien vindt men daarin een heleboel dingen meer die nuttig en
nodig zijn te weten voot het verstaan, zowel van de bijbel, Ms van het
kind. En dan worden er vergaderingen en conferenties belegd,
waar allerlei onderwerpen rondom de zondagsschool aan de orde
worden gesteld. De vereniging voor godsdienstige opvoeding .Westhill'
heeft op dat kind en op wat een kind kan verstaan, de nadruk gelegd.
Ze heeft bevruchtend gewerkt op de NZV.
De NZV Ia Interkerkelijk. De meerderheid van de aangesloten
zondagsscholen is van hervormde signatuur, maar ook zondags
scholen van baptisten, luthersen, vrij-evangelischen en doopsgezinden
hebben hier een onderdak gevonden. In andere kerken heeft men een
eigen organisatie opgebouwd. In een interkerkelijke vereniging is het
nu eenmaal moeilijk om over de kerk te spreken. Een van de op
richters, nu 100 jaar geleden, is dr Ph. J. Hoedemaker geweest,
tóen nog een theologisch student. Wie maar iets van hem weet, za!
oegrljpen dat hij de zondagsschool heeft gezien in het verlengde van
ie kerk. Deze twee zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden. Dat er
ia de 2e wereldoorlog juist op deze samenhang meerdere nadruk
'evalle nis dan vóöi dien. is te verstaan voor men. die de jaren var.
>ezetting kerkelijk hebben meegeleefd. Het gaat in de zondags
school om de lammeren van de kudde en dit mag geen kerkeraac!
•nverschillig laten. Bovendien nog dit. De zondagsschool heeft reeds
cinderen verder leren zien dan eigen omgeving en eigen land. Van het
oegim af aan is aandacht gevraagd voor het werk der zending en nu
'n het jubileumjaar heeft men de kinderhulpactie .Wij voor Hen'.
Kinderen brengen gelden bijeen met bet doel om aan kinderen die in
nood verkeren ergens anders in de wereld hulp te kunnen bieden.
Sending en hulp in nood. Is de kerk zonder deze te denken? En be-
ïoren ze daarom ook niet op de kerk voor de kinderen Pink-
rterfeest ls een zendlngsfeest. We hebben op de zaterdag vóór
lit feest het meerdere malen gehad over het werk der zending.
Dat de H. Geest waaii waar Hij wil, is ook te zien in het werk van
de zondagsscholen. Met de meest eenvoudigen, zoals ook de discipelen
waren, kan Hij voortgaan om iets van het evangelie te laten klinken.
H.
Zijn er nog contacten met de Molukse Protestantse
Kerk van Ambon? ,We hebben geen contacten, geen
officiële band, maar onze belangstelling gaat er natuur
lijk wél naar uit. Van onze kant zijn er meer dan eens po
gingen gedaan om contact te krijgen, maar vermoedelijk
durfde men daar niet uit bezorgdheid, angst', aldus ds
Tutuarima. Die kerk op de Molukken verkeert, naar hij
zegt, in een miserabele toestand, ,geen eten, kleren, geld,
geen uitzichten'.
Zorgen voor de Molukse Evangelische Kerk in Nederland:
de kerk werd tot nu toe door de Nederlandse regering
gesubsidieerd, maar die subsidie krijgt na elke fase een
inkorting van tien procent. Nu wordt per jaar zo'n 2500
gulden ontvangen, ƒ200 per maand voor de voorgangers.
En dat is, zoals ds Tutuarima zegt, een probleem, mede
gezien de grote gezinnen, soms met tien of elf kinderen,
die de Ambonezen hebben. De Nederlandse regering kan
echter geen ander precedent aanwijzen, van een andere
kerk dus, die dit ook krijgt. Het gaat er nu om te leren
als kerk in eigen onderhoud te voorzien. ,De gemeenteleden
moeten tot het besef komen, dat zij hun werk waard zijn.
De wil is er en het besef ook. Er worden thans al kleine
bijdragen verkregen van de kerkleden. Zoiets moet groeien.
Men kan niet ineens alles verwachten'. Wat dat betreft
is de MEK nog in het voordeel dat zij organisatorisch veel
verder ontwikkeld is dan de afgescheiden groeperingen.
Over die afsplitsingen: ,De jeugd in onze kerk wil graag
alles onder één dak hebben. Dat verlangen is er ook bij de
MEK. Ik geloof echter, dat er onoverkomelijke bezwaren
zjjn, vanwege de overtuiging van één groep, die van de ge
dachte is, dat zij direct met de Molukse kerk verbonden is.
Maar dat betreft hier meer een splitsing om politieke
redenen.
r\e Molukse Evangelische Kerk heeft Gods Woord als
U rlchtsno-ar voor geloof en leven en zij belijdt Jezus
Christus als de Zaligmaker der wereld. De kerk heeft
de Apostolische geloofsbelijdenis aanvaard, psalmen en
gezangen van de oude hervormde kerk zingt men in het
Maleis vertaald en vierstemmig gezet. Men zingt graag
meerstemmig. Een fluitorkest vervangt het orgel in de
kerk. Zes van de 30 predikanten hebben een middelbare
theologische opleiding gehad. In Utrecht leidt ds Tutuari
ma een cursus, waarbij de voorgangers vrijwillig hun ken
nis kunnen verdiepen. De voorgangers toch zijn vooral van
militaire afkomst en als legerpredikant in het KNIL be
gonnen. In Utrecht vernemen zij en ook de kerkeraads-
leden hoe zij op nog meer verantwoorde manier in het
Maleis kunnen voorgaan in de kerkdiensten. Dat Maleis
vormt namelijk een taalbarrière. Ds Tutuarima: Vooral
een barrière voor de opgroeiende jeugd. De jeugd kan nog
geen volledige Hollandse dienst meemaken, zij heeft thuis
plat-Maleis geleerd. Maar een goede Maleise kerkdienst
kan zij oók niet verstaan'.