vlakebrugl 99| dynamiet op dolle dinsdag I jLmm W" provinciale zeeuwse courant BRUG/december 1965 29 Ruim 99 jaar geleden, op 11 oktober 1866 werd het Kanaal door Zuia-Beveland voor de scheepvaart opengesteld. Dat was in een tijd, dat nieuwe ontwikkelingen in Zeeland zich aandienden. De Kreekrok werd afgedamd en dat betekende, dat de binnenscheepvaart een nieuwe verbinding nodig had. Tegelijkertijd werd de spoorlijn vanuit Bergen op Zoom over ae nieuwe Kreekrakdam doorgetrokken en diezelfde spoorlijn liet de eerste trein op 1 |uli 1868 de Vlakebrug over het Kanaal door Zuid-Beveland passeren. Sinds jaar en dag is de Vlakebrug een van de belangrijkste bruggen over dit kanaal: aanvankelijk was zij alleen spoorbrug, later een combinatie van spoor- en verkeersbrug. In de oost-westverbinding neemt de brug een vooraanstaande plaats in, want niet alleen de Zeeuwse spoorlijn, maar ook rijksweg 58 voert er overheen. De brug heeft in haar bijna honderdjarig bestaan al een bewogen geschiedenis achter de rug. Het verhaal van de Vlakebrug is tevens het verhaal van geweld en vernietiging, van reparatie en herbouw De Vlakebrug is spoorbrug geweest, spoor- en verkeersbrug, schipbrug en zelfs baileybrug Bommen, granaten en andere explosieyen hebben de brug verschillende malen zwaar beschadigd, maar telkens weer is zij als een Phoenix uit haar as herrezen. De Vlakebrug is nog immer dezelfde als de in 1936 gereedgekomen verbinding over het Kanaal door Zuid-Beveland, maar vraag niet hoeveel moeite, zorg en geld het heeft gekost om de brug telkens weer in zijn oor spronkelijke staat terug te brengen. Zoals reeds gezegd: nadat de brug in 1868 gereed was gekomen, was zij alleen spoorbrug. Het was een laag gebouwde brug, die voor ieder schip moest worden opengedraaid. De brug lag een tiental meters noordelijker aan de huidige Vlakebrug. Het landverkeer passeerde in die periode tot de ingebruikneming van de nieuwe Vlakebrug in 1936 over de 400 meter zuide lijker gelegen Schorebrug, nu alweer vele jaren geleden afgebroken. De Schorebrug kwam in afmetingen overeen met de huidige Postbrug in de route Kapelle-Yerseke. In het begin van de dertiger jaren gingen stemmen op een nieuwe Vlakebrug te bouwen. Een en ander vond mede zijn oorzaak in het toenemende scheepvaartverkeer, de verbreding van het Kanaai door Zuid-Beveiand en de plannen voor de aanleg van een nieuwe rijksweg door Zeeland. Aanvankelijk werd niet gedacht aan een combinatie van een verkeers- en spoorbrug. Men had zelfs al grond aangekocht voor ver breding van de toenmalige rijksweg, die zich door Kruiningen via de Schorebrug door het dorpje Schore slingerde. Toen evenwel de vroegere arrondissementsingenieur van rijkswa terstaat in Goes, ir Harmsen, directeur-generaal van de di rectie Wegen en Bruggen werd, kreeg men een man aan de leiding, die de BeveFandse zaken tot in details kende. Het is dan ook grotendeels aan hem te danken, dat de knoop werd doorgehakt en werd besloten een nieuwe rijksweg volgens een nieuw tracé aan te leggen. Aan het Kanaal door Zuid-Beveland zou deze rijksweg samen komen met de spoorlijn. Zo konden twee vliegen in één klap worden ge vangen: spoorlijn en weg zouden over één grote brug, in feite drie bruggen naast elkaar, voeren. Met spoed werd begonnen met de aanleg van de nieuwe Vlakebrug, naast de bestaande uit 1868 daterende spoorbrug. In 1936 kwam de brug gereed. Zij was al berekend op kanaalverbreding en werd zodanig gebouwd, dat de meeste binnenschepen er onderdoor konden varen. De totale lengte van de brug was 142 meter en de doorvaarthoogte 7,50 meter. De brug bestond uit een vast 64 meter gedeelte en een beweeg baar deel met een doorvaartwijdte van 18 meter. De kanaal verbreding kwam in 1938 gereed. Nauwelijks twee jaar later brak de tweede wereldoorlog uit. De Vlakebrug kreeg in de meidagen van 1940 de eerste klap te incasseren. De terug trekkende Nederlandse militairen lieten de vaste overspan ning springen, teneinde te trachten de opmars van de Duit sers zoveel mogelijk te stuiten. Het herstel van de brug kostte weinig moeite, ondanks het feit, dat de vaste over spanning in twee stukken in het kanaal terecht was gekomen. Gedurende de oorlog was de brug herhaaldelijk het doelwit van geallieerde vliegtuigen. Eenmaal kreeg de vaste over spanning een voltreffer, maar de schade was gering en vrij spoedig hersteld. De eerste grote klap kwam op 8 juli 1944. Bij een vliegtuigbombardement werd de vaste overspanning van de verkeersbrug opnieuw geraakt en plofte voor de tweede keer in het water, maar de spoorbrug bleef ge spaard. Tevens vernielde een bom de wand van de kelder- pijler, waardoor deze vol water stroomde. Treinen konden echter nog, zij het stapvoets, over de brug rijden. Op hef laatst van de oorlog ondermijnden de Duitsers de brug met vele honderden kilogrammen springstof, maar dank zij het heldhaftige ingrijpen van brugwachter Floor Stevense werd aan de gehele oostelijke en meest kwetsbare kant alle springstof verwijderd. Toen de bevrijding naderde konden de Duitsers slechts het westelijk gedeelte in de lucht laten vliegen. Gewond-en verminkt lag de brug bij de bevrijding opnieuw in het water, maar volkomen vernield was zij nog lang niet. Met name het vitale draaibare gedeelte was intact gebleven. Onmiddellijk na de bevrijding legden de Engelsen een schipbrug. De kelderpijler werd leeg gepompt, de be weegbare delen van de verkeers- en spoorbrug omhoogge- draaid en de scheepvaart kon weer passeren. Begin 1945 legden de Engelsen een baileybrug en later kwam daar nog een tweede bij, zodat het verkeer in beide richtingen elkaar ongehinderd kon passeren. Gedurende enige tijd heeft er voorts nog een pont gevaren, zodat de verbinding over het Kanaal door Zuid-Beveland steeds was verzekerd. Het definitieve herstel van de Vlakebrug werd aangepakt in de jaren 1945-1947. Op 9 november 1945 werd daarmee een aanvang gemaakt en op 22 oktober 1947 werd de vernieuwde Vlakebrug weer voor het verkeer opengesteld. De baileybrug was al eerder weggenomen, namelijk op 29 april 1947. Ge durende de vijf maanden, dat men nog moest wachten op de openstelling van de Vlakebrug, moest het verkeer gebruik maken van de Postbrug. Sedertdien is het rustig geweest rond de Vlakebrug. Dagelijks varen tientallen schepen met gestreken mast onder de brug door. Zij passeren ae brug, zonder dat deze moet worden opengedraaid. Slechts voor grotere schepen, dié geen masten kunnen strijken, gaan de beweegbare kleppen van de brug de lucht in. Gelukkig komt dat niet zo vaak voor, zodat het landverkeer weinig hinder ondervindt van de Vlakebrug, de brug met zijn be wogen bijna honderdjarige geschiedenis. Foto boven: de oude in 1868 gebouwde Vlakebrug, laag op het water en alleen geschikt voor het posseren van treinen. Rechts de nieuwe Vlakebrug, gebouwd in 1936 en diverse malen grondig gerepareerd: verkeers- en spoorbrug. De Vlakebrug over het Kanaal door Zuid-Beveland is een van de oudste, wat grotere bruggen in Zeeland. Het is ook een brug met een bijzonder belangrijke functiede Zeeuwse spoorlijn en de Zeeuwse rijksweg voeren er overheen. In vergelijking met de 5 km lange Oosterscheldebrug is de Vlakebrug (142 meter) niet meer dan Klein Duimpje ten opzichte van de Reus, maar dat doet niets af aan de belangrijkheid van deze verbinding. da man die de brug driemaal bouwde Geheel links: vlag op de iuist gereedgekomen nieuwe Vla kebrug. Achter de brug de oude spoorbrug. Tevens de kanaalverbreding. Vervolgens: op hun terug tocht in mei 1940 lieten de Nederlandse militairen de vaste overspanning van de Vlakebrug springen. Daarnaast: de twee nood bruggen, die kort na de be vrijding zuidelijk van de brug werden gelegd. Hier naast: de baileybrug, die de Engelsen begin 1945 tussen de kapotte overspanning van de Vlakebrug legden. ,Jij moet er altijd een knoeiboel van ma ken. Jij bouwt alles drie keer' Als zijn collega's de technisch hoofdambtenaar van rijkswaterstaat eerste klas C. van Koeveringe (60) uit Kruiningen op de kast willen jagen, zoals dat in goed Neder lands heet, voegen zij hem deze twee zin netjes toe. Waterstaatsman Van Koeve ringe, nu belast met de leiding op de uitvoering van de verbeteringswerken Veerhaven Kruiningen, lacht smakelijk als hij dit verhaal vertelt. ,lk kan het best hebben als mijn collega's op die manier de draak met me willen steken', merkt hij op. Per slot van rekening is er geen woord van gelogen. Ik heb de Vlakebrug drie keer gebouwd....' Inderdaad, de heer Van Koeveringe, een fors gebouwde, sympathieke zestiger heeft de Vlakebrug arie keer gebouwd Hij was erbij als lei dinggevende man, toen de aannemings maatschappij De Bato te Den Haag in de jaren 1934-1936 de nieuwe spoor- en ver keersbrug bouwde, hij was tevens de man, die de Engelsen na de bevrijding met raad en daad terzijde stond bij de bouw van een baileybrug en het herstel voor-zover-mogelijk van de Vlakebrug zelf en in de jaren 1945-1947 gaf hij op nieuw leiding aan de herbouw van de Vlakebrug. Er zullen weinig mensen zijn die kunnen zeggen: ,Die en die brug heb ik drie keer gebouwd'. De heer Van Koe veringe kan het wél. De Kruiningse wa terstaatsman heeft beste herinneringen aan zijn bouwperioden aan de brug. ,Het was een interessante tijd', zegt hij ervan. ,Het waren weliswaar geen gemakkelijke tijden, maar je kon echt eer behalen aan je werk'. Als de heer Van Koeveringe een maal op zijn praatstoel zit, komt het ver haal los. Actief heeft hij o.m. deelgeno men aan de voorbereidingsplannen voor de nieuwe brug en de weg. Zo heeft hij jarenlang de vaste hoogte geregistreerd van de schepen, die het kanaal passeer den. Dat was van belang om te weten hoe hoog de brug moest worden. De spoorbrug was eigenlijk een sta-in-de-weg voor de scheepvaart, terwijl de smalle Schorebrug steeds meer een belemmering werd voor het toenemende landverkeer. Het is dan ook niet zo verwonderlijk, dat tot de bouw van een combinatiebrug werd besloten, hoog boven de waterspie gel. Daardoor werd bereikt, dat zowel de scheepvaart als het verkeer te land vrij wel geen strobreed meer in de weg werd gelegd. Over de bouwperiode zegt de heer Van Koeveringe: ,Het ging vlot, zon der noemenswaardige tegensFagen' Op tien juli 1938 kon de eerste trein over de nieuwe brug rijden. Tot dan maakte de trein gebruik van de oude spoorlijn. Op de laatste dag werd met bekwame spoed de verbinding tussen de rails op de nieu we brug en ae nieuwe opritten tot stand gebracht. Stagnatie in het treinverkeer trad dan ook niet op Op 15 januari werd de brug opengesteld voor het ver keer te land. Bij het herstel van de brug als gevolg van oorlogsschade in 1940 is de heer Van Koeveringe slechts zijdelings betrokken geweest. De grote kluif voor hem kwam pas na de oorlog. Wel riepen de Duitsers midden 1944 zijn hulp in, nadat een bombardement de kelderpijler had beschadigd. ,De kelder stond vol wa ter en bij het opdraaien van de brug zöu de elektrische installatie onder water ko men. Dat kon natuurlijk niet. De Duitsers vroegen me de kelder te herstellen en het water er uit te pompen. Ik heb de zaak echter kunnen tegenhouden. Zij zijn er niet meer in geslaagd de beweegbare klep op te draaien en omdat ook de vaste overspanning kapot was, konden er geen schepen meer passeren', zegt de heer Van Koeveringe voldaan. Maar nauwelijks wa ren de Engelsen en Canadezen over het kanaal getrokken of de heer Van Koeve ringe bood zijn hulp aan. Eén van zijn eerste werkzaamheden was de kelderpijler te herstellen, waardoor de scheepvaart langs de oostelijke kant kon passeren. Het eerste contact, dat hij officieel met de Engelsen had, was in december 1944. ,Ze kwamen me vragen of ik wilde helpen bij de bouw van een baileybrug. Ik moest die tekenen tussen de twee overspannin- Sen van de kapotte 64 meter lange vaste rug. Wist ik veel van baileybruggen af Ik had er nog nooit één gezien. Maar toch aanvaardde ik de opdracht. Ik had een Engels tijdschrift te pakken kunnen krij gen, waarop een dergelijke brug stond, die de Engelsen in Italië hadden aange legd. Enfin ik zette me aan het werk. Omdat de baileybrug enkele meters te kort kwam om het geheel te overspannen, plaatste ik op papier tussen de twee nog intact zijnde pijlers een derde pijler. Komt de volgende dag die Engelse ma joor bij me thuis en zegt: ,Een aardig stukje werk meneer, maar u had geen pijler in het midden hoeven te plaatsen. Voor ons doel is het al voldoende, dat u vlak voor één van de bestaande pijlers een nieuwe bouwt'. Enfin het gebeurde, zoals die Engelsman het wilde. Hij had per slot van rekening meer verstand van baileybruggen dan ik'. Met de Engelsen trok de heer Van Koeveringe daarna naar de Wouwse Plantage, de enige plaats waar houten stutten konden worden ge vonden. ,We hebben daar een aantal bomen gerooid, en de palen gebruikt om de baileybrug te ondersteunen. Het waren palen van 12 tot 15 meter. Aan de west zijde van de brug werd de baileybrug in zi|n volle lengte gebouwd. Aan de oost zijde stond een aantal vrachtauto's, dat het gevaarte 6,75 meter boven het wa teroppervlakte overtrok. Bijzonder han dig, dat moet ik zeggen' In de daar op volgende jaren was de heer Van Koeveringe belast met de leiding van de herstelwerkzaamheden. Het was de derde keer, dat hij de Vlakebrug bouwde. Wie zal het hem nazeggen? VAN KOEVERINGE Floor Stevense ist berechtigt Tag und Nacht Schleuse, Kanal und Vlake Brücke zu betreten'. Dit ogenschijnlijk onbelangrijke zinnetje heeft de thans 54-jarige brugwachter F. Stevense te Kruiningen in staat gesteld de Vlakebrug eind oktober 1944 van algehele vernietiging te red den. Floor Stevense is een man, die zijn plicht hoog opvat. Als lid van de ondergrondse bezon hij zich al lang op een mogelijkheid te voorko men, dat de zwaar met dynamiet en andere explosieven ondergraven brug de lucht zou in gaan. -Op Dolle Dinsdag kwam zijn kans. De Duitsers vuchtten in paniek Zeeland uit. Met bootladingen vol werden ze over de Wester- schelde gezet en via rijksweg 58 weken zij uit naar Brabant. Op Dolle Dinsdag passeerde colonne na colonne de Vlakebrug. De in paniek STEVENSE geraakte Duitse soldaten staken de bijna twintig man sterke bewaking van de brug aan, die met de terugtrekkende troepen meeging. Op dat moment zag Floor Stevense zijn kans schoon. Eerst met enkele kameraden, later geheel alleen, ontdeed hij de gehele oostelijke kant van de brug van springstoffen. ,Ruim duizend kilo', zegt hij met een nonchalant gebaar. Allemaal in het water gemikt'. En hij voegt eraan toe: ,Vee! geluk gehad. Ja, dat mag ik wel zeggen. Soms was het bijzonder link. Zat ik op een gegeven moment op de spoorweg dynamiet te verwij deren toen de trein naderde. Voorop zaten twee SS-ers, mitrailleur in de aanslag. Had de hele trein niet opgemerkt. Pas op het laatste moment zag ik hem. Gelukkig reed de trein stopvoets. Ik zat op nauwelijks vijftien meter. Met één enkele sprong stelde ik me in veiligheid. De SS-ers hadden niets gezien. Dat had ik te danken aan geallieerde vliegtuigen, die boven de trein vlogen. Zij leidden de aandacht van de twee SS-ers af. Maar ik was me bewust, dat het op het nippertje was geweest'. Brugwachter Stevense had net juiste moment uitgekozen om zijn gevaarlijk werk te doen, want de dag na Dolle Dinsdag woren de Duitsers weer op hun post. Zij merkten wel, dot aan de gehele oost zijde van de brug de springstoffen waren weg gehaald, maar ze hebben er niets meer aan ge daan. ,lk ben één keer gewaarschuwd door een goede Duitser', zegt Floor Stevense. ,Hij zei tegen me een beetje uit de buurt te blijven. Dat heb ik dan maar gedaan'. Het resultaat van de actie van Stevense was, dat de brug grotendeels onbeschadigd in handen van de Engelsen viel. Althans het gehele stuk aan de oostkant, het meest vitale aeel ook, want daar bevond zich het ophaalgedeelte. De heer Stevense is er later voor onderscheiden: een medaille van de spoor wegen en een geldbedrag van 200,

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1965 | | pagina 49