ZEGELS EN PEGELS C,~Beer tó zoek 4 5 5 M BONT- CORFAM, SYNTHETISCH EN ADEMEND mh fat WOLLIG BONTJE r Vrijdag 30 oktober 1964 N ee, het is afgelopen met het vlugge starten, zoemen en wegrijden in de morgen. Ril lend van kou worden de auto's wakker als Klaas, de chauffeur van Karei de Grote des morgens vroeg zijn wagen komt halen. Karei staat eerst een poosje te kuchen tot diep in zijn buik. Daar worden alle auto's wakker van en met doffe ogen kijken ze rond in de garage waar het nog lang geen dag is. Basje en Annabel zijn wel eens bang dat hem iets overkomen zal in al die kou en nattig heid. Zij zélf huppelen ook de hele weg naar school niet meer nu het slechte weer maar blijft duren, 's Morgens brengt de /ader van Annabel ze met zijn auto Hemeltjeblauw naar school en 's middags zoekt Basjes vader het meestal wel zó uit dat hij zelf of een van de monteurs net een karweitje in het dorp hebben als de school uitgaat. Vandaag is het helemaal erg. Voor het eerst hangt de mist als een dik gordijn. Basje en Annabel blijven bij het hek van de speel plaats staan wachten op Beer. Ze staan al bijna tien minuten te trappelen van kou als Annabel opeens heel hard begint te lachen en naar de overkant wijst. Basje ziet het nog niet eens meteen, maar als Annabel heel hard „Beer" roept, herkent hij ook de rode takelarm van hun vriend. Al die tijd hebben ze tegenover elkaar ge staan zonder dat ze elkaar zagen. Kees, de monteur met de grote blonde kuif zit achter het stuur en lacht net zo hard als zij tweeën. „Wij helpen wel mee uitkijken", zegt Annabel als ze zitten. „Hoeft niet hoor", zegt Kees, „ik vind het wel". „Hoeft niet hoor", snort ook Beer, „voor mij is het een peuleschilletje, die mist". „Ja, maar mijn vader zei begint Annabel. „Karei de Grote zei begint Basje, maar Kees en Beer luisteren niet eens. Kees grijpt het stuur en Beer rijdt ronkend weg. „Voorzichtig! De hoek! Je kunt bijna de hoek niet zien!", waarschuwt Annabel, maar Kees en Beer lachen en nemen de hoek. Veel te hard voor zo'n mistige dag. „Ik ken de weg toch", lacht Kees en hij geeft nog een beetje meer gas. „Ik ken de weg", lacht ook Beer en hij snort nog wat harder. „Pas op! Pas op!", waarschuwt Annabel die ook uitkijkt, „er rijdt iets voor ons". „Heb ik allang gezien", bromt Kees en hij slaat hard op de claxon om te waarschuwen dat ze er aankomen. ,,'t Is Karei de Grote,", roept Basje als ze de auto die voor ze rijdt wat beter kunnen zien. Vrolijk toeterend rijdt Beer de grote vrachtwagen voorbij. Karei toetert terug: „Gevaarlijk wat jullie doen. Je rijdt veel te hard. Rustig aan, Beer „Hij is jaloers omdat wij eerdei- thuis zijn dan hij", lacht Beer, die de vrachtwagen ver achter zich laat Basje en Annabel zeggen niets, maar eigenlijk zijn ze een beetje boos op Kees en Beer. Wie weet beter dan Karei de Grote wat er op de weg allemaal te koop is? „Zijn we er nog niet?", vraagt Annabel na een tijdje. Basje drukt opnieuw zijn neus tegen het zijraam, maar het enige wat hij ziet is een dikke grijze pap die als een muur om de auto staat. „Zie je nog niks?", vraagt Kees, die zijn vaart nu nog meer inhoudt. „Nee niks", zegt Basje. Annabel kan het niet meer uithouden. „We hadden er al lang moeten zijn!", roept ze. „we hebben wel twee keer zo ver gereden als anders! Karei de Grote is ondertussen op zijn gemak de garage binnengedraaid en hij ziet onmiddellijk dat de hoek van Beer leeg is. „Wat is dat? Waar is-ie? En waar zijn Basje en Annabel?", roept Karei. „Waar zijn Basje en Annabel?". Dat vraagt ook Klaas die met de vader van Basje bij zijn auto staat te praten. Klaas vertelt wat er is gebeurd. Ze nemen verder niet eens de tijd om nog te praten, maar springen allebei in de grote vracht wagen, En daar gaat Karei weer. Voetje voor voetje kruipt hij over de weg en zijn grote kop lampen zoeken de berm af. De twee mannen zeggen niets, maar allebei denken ze aan hetzelfde, dat zie je aan hun gézicht: een ongeluk. Ze zoeken de hele weg tot het dorp af, maar er is niets. Klaas keert zijn auto en weer zoeken ze, nu langs de andere berm. Maar niets niets niets „Wacht eens", zegt Basjes vader, die zijn neus tegen de zijruit drukt, „ik geloof dat we hier al weer bij de garage zijn. Hoe is het mogelijk, ik had de lichten bijna niet gezien!". Ze kijken elkaar aan. „Dat is het!", zegt Klaas. „Dat is het!", zegt Basjes vader, „hij is er gewoon voorby gereden!". C n op hetzelfde ogenblik dat hij dat zegt nadert •- van de andere kant een auto. Hij rijdt met zo'n slakkegangetje dat het lijkt of hij zich een beetje schaamt om thuis te komen. Maar achter de ruit zie je twee vrolijk zwaaiende kinderen. Klaas. Basjes vader en Karei de Grote zuchten alle drie tegelijk van opluchting. Iedereen is zó blij dat allés goed is afgelopen, dal ze maar niet veel meer zeg gen over het avontuur. Maar o, o, als de lichten van de garage uitgaan, dan krijgt die Beer wat te horen van zijn vrienden! „Een auto die zijn eigen huis voorbij rijdt", lacht Buts, die blij is dat hij dit keer de domoor niet is, „dat is het gekste wat ik ooit heb gehoord. Bijna een verhaaltje!". (WORDT VERVOLGD) $s Er is geen huisvrouw in Zeeland, die niet op de een of andere manier wordt gedwongen te sparen, hoe ze zich aanvankelijk ook mag verzet ten. Vrouwen die geen enkel zegel tje, bonnetje of merkje sparen, ze zijn verschrikkelijk dun gezaaid. We hebben er tenminste geen een kunnen ontdekken. Want spaart de huisvrouw niet voor zichzelf, dan is er wel een kennisje of zoontje waar voor ijverig wordt verzameld (al is het alleen in naam). Is er iemand die al die waardevolle snippertjes enigszins op prijs stelt? Vraag het een willekeurige huisvrouw. Het antwoord is, in de meeste gevallen: „Nee, maar ja en dat is, in een notedopje, het hele eieren eten. Deze mantel sou, voor de mode bewuste vrouw die in dit seizoen iets kiest dut nog een tijdje mee kan, wel eens een aardig model kunnen zijn. De jas is vervaardigd van grove tweed, met raglanmou- wen en de kraag en één voor pand zijn afgezet met een wollig bontje. Idee: CARDIN. r is gewoon niet achter te komen hoe de gemiddelde vrouw er over denkt. Ze maakt de indruk er afwij zend tegenover te staan, maar over het algemeen spaart ze ijverig mee. Moppert ze een beetje uit gewoonte en zou ze het in haar hart toch jammer vinden als het zegelstelsel verdween? Een objectief antwoord is moeilijk te geven. De Nederlandse Huishoudraad heeft begin van dit jaar een antwoord pogen te vinden, door middel van in dividuele en groepsvragenlijsten. Op onze eigen bescheiden wijze heb ben we dit denkbeeld geïmiteerd, zij het dan dat wij de vragen van vrouw tot vrouw stelden. Want ook gedoe met lijsten stemt de meeste vrouwen wantrouwig. Voor de vuist weg, langs onze neus, legden we het oor te luiste ren tijdens enkele ontboezemingen: hetresultaat van deze wat ingewik kelde procedure mag er wezen. „Ik zeg maar ja tegen de zegels", zei een van de weinige vóór zeggers die ons voor de voeten kwam. „In het be gin niet, als je pas getrouwd bent denk je dat je niet aan die onzin gaat beginnen. Daar kom je automatisch van terug, want je wilt toch uiteinde lijk profiteren van de rente die je zelf allang hebt betaald." Deze vrouw vatte hel nuchter op. „Je vindt al dat geplak wel vervelend, vooral ook omdat er zoveel verschillende merkjes zijn, maar het vreemde is dat je er plezier in gaat krijgen. Als je eens een weekje erg krap zit kun je wat boekjes in leveren. Dat scheelt altijd wel een paar gulden." Eén nadeel kleeft er voor deze vrouw- wel aan het systeem. „Als ik bijna een boekje vol heb koop ik soms iets dat ik eigenlijk niet nodig heb, alleen maar om het boekje te kunnen inwis selen. Dat is kinderachtig natuurlijk, maar dat zullen de uitvinders van de zegels wel hebben voorzien. Vrouwen rekenen vaak een beetje on-mathema- tisch." P\ e meeste huisvrouwen vinden trou- L-7 wens het systeem van de zegeltjes die gratis of met enige bijbetaling wor den verstrekt en die, als de kaart of het boekje vol is kunnen worden in geleverd, niet zo erg bezwaarlijk. Een veertigjarige huisvrouw merkt op: „Ik heb me aangewend alle bonnen etc. in een grote bus te stoppen. Eens in de zoveel tijd laat ik er mijn kleinzoontje op los, die het geweldig vindt lekker te mogen plakken en knoeien. Ik heb een hele middag geen kind aan hem." Kinderen worden vaker betrokken in het plakpröeedé, en zo komt de fröbel- opleiding nog eens te pas ook. Naast het plezier trekt een groot aantal spruiten er ook stoffelijk profijt van. Diverse moeders wisselen hun zegel boekjes in als hun kruidenier aanlok kelijke aanbiedingen doet, zoals een wigwam, een Ivanhoepak, een drie- wielertje en zo meer. „Soms word je min of meer gedwongen door je kin deren naar een speciale zaak te gaan, omdat Pietje van de buren zo'n fijn kouwbooipak heeft en zoonlief er ook een wil." Niet alle vrouwen offeren hun zegel centjes aan de kinderen, soms omdat ze geen kinderen hebben, soms zuiver uit egoïsme. Schaamteloos bekent een vrouw-: „Ik lever de bonnen altijd stiekem in en dan koop ik er een iek- kere doos bonbons voor." Maar waar om stiekem? Mag haar man dat niet weten? „Dat zou hij wel willen. Hij heeft toch elke week een rookcentje? Dan mag ik ook wel wat hebben!" Natuurlijk, ieder het zijne. Er^ meneer zich maar afvragen hoe mevrouwtje zo dik komt, terwijl ze bijna niks eet Vrouwelijk raffinement wordt niet al tijd aangewend ten eigen bate. Een verlegen vrouwtje uit Sas van Gent biechj op: „Ik heb ongeveer vijf jaar alle zegelboekjes trouw ingewisseld, maar het geld apart gelegd in een pul letje. Mijn man wist er niet van. Toen hij laatst ziek was en we financieel moeilijk kwamen te zitten kon ik hem tweehonderd gulden geven. Dat was erg fijn". Echt wat fellere kritiek is er op het systeem van de fabrikanten die pun ten op de verpakking aanbrengen en voor een groot aantal daarvan be paalde artikelen „cadeau" geven. We hebben twee concurrerende koffie- merken vergeleken, met inachtneming van de aanwijzingen van de ene fabri kant, die triomfantelijk uitroept: „Me vrouw, al onze geschenken kunt U nu voordeliger in Uw bezit krijgen dan waar ook. Voor minder punten, minder pakken, mooiere geschenken." Wij wil len niet twijfelen aan 's mans oprecht heid, maar mogelijk is hij enigszins verblind door chauvinisme. Minder punten: het is niet bezijden de waar heid. Maar minder pakken? Nee. dat is een jokkentje. Want waar fabrikant A bijvoorbeeld tien punten per pak toe geeft doet geciteerde fabrikant (B) er twee op één pak. et laat zich raden dat de opper- H vlakkige koper mderdaad de in druk krijgt voordeliger uit te zijn met B, maar de huisvrouw die gebrand is op een echt voordeeltje zal tot een andere conclusie komen. Het is maar een enkel voorbeeld, maar illustratief voor de wijze waarop sommige fabri kanten op het bekende prettige feeste lijke toontje de klant in de maling ne men. Beide fabrikanten geven een verzil verd roomstel weg. A vraagt daarvoor 4000 punten, dat is 400 pakken koffie, tegen, pakweg twee gulden per pak. Als men dus voor achthonderd gulden koffie heeft verbruikt is de premie verdiend. Fabrikant B vraagt voor een vrijwel identiek verzilverd roomstel 869 punten. Per pak krijgt de huis vrouw twee punten, dus moet zij 434 pakken koffie kopen Zo kom je nog eens om de koffie. We hebben het globaal berekend. Kof fie kost nog net niet twee gulden per pak. maar tegen de tijd dat het benodigde aantal bonnen is gespaard zeer waarschijnlijk wel. Blijft trouwens nog de vraag of het bezit van een ver zilverde suikertang, een elektrische koffiemolen of een theemuts de huis vrouw wel ligt. De opmerking: „Het zou heel wat plezieriger zijn als de prijs naar beneden ging", lijkt dan ook wel op zijn plaats. Want dit is een Aan de handschoenenmode is wel heel duidelijk te merken dat steeds meer Nederlanders en ook steeds meer Nederlandse vrouwen een automobiel gaan besturen. Voor de mannen wa ren er in vorige seizoenen al al lerlei modellen autohandschoe nen, voor de dames komen ze nu ook aan de markt: solide, ge makkelijk te onderhouden en toch modieuze handschoentjes die de hand tijdens hef rijden op geen enkele manier hinderen. Meestal is deze autohandschoen van leer, vaak wordt er pec- caryleder voor gebruikt dat sterk is en bovendien met water en zeep kan worden gewassen. Voor extra be wegingsvrijheid zorgt dan een half rond gat op de hand vlak boven de pols, of een rijtje gaten op de knok kels van de vingers. Wie dit luchtig idee niet zo kan appreciëren kan in hetzelfde genre ook mooie gesloten handschoenen vinden, vaak gedeel telijk vervaardigd uit het klassieke haakwerk dat in de handschoenen mode al heel wat tanden-des-tijds heeft overleefd. Het is in de handschoenenmode pre cies als in de tassenmode van dit seizoen: leer voert de boventoon. Lederen handschoenen verdringen de stoffen exemplaren en niet alleen in de sportieve sector: voor de ge klede handschoenen wordt dikwyls fijn glacéleder gebruikt waarbij heel veel zwart wordt verwerkt. Ook de kleuren donkerblauw en diverse tinten bruin zijn dit najaar in de mode; in het vakjargon worden de bruine nuances aangeduid met na men als bahia, brandy, ceylon, nu tria. Voor de avonduren zijn er sa tijnstretch handschoenen in al lerlei lengten, in enkele tientallen markante kleuren en met kleine bij passende avondtassen van hetzelfde materiaaL Misschien wist u dit niét: de lengte van een handschoen wordt door de mensen-van-het-vak nog altijd aangeduid in knopen en dat gebruik stamt nog uit de tijd toen handschoenen langs hun hele arm lengte met knoopjes werden dicht gemaakt De „reptiel-rage" die in de tassen mode valt te signaleren, heeft ook in de handschoenenmode een uit lopertje. Er is namelijk een heel op vallend handschoentje in „kadots- kin", een materiaal dat afkomstig is van de Celebese waterslang. De experts hebben aan de huid van dit dier iets wonderlijks ontdekt: de onderhuid is „schering en inslag ge weven" om dit dierlijk natuur verschijnsel met een menselijke technische term te omschrijven. Wat de modellen betreft hebben de handschoenontwerpers het ditmaal nogal eenvoudig gehouden. Er zijn bescheiden versiersels van stiksels of van nerfplooitjes en sommige halflange modellen hebben een bontrandje. Het schoonhouden van handschoe nen kan wel eens moeilijkhe den opleveren. Want al zijn er was- bare handschoenen, dat betekent niet dat elk paar handschoenen was- baar is. Diverse leersoorten kunnen alleen maar met gezuiverde benzine wor den schoongemaakt. Voor hand schoenen die wel wasbaar zijn is er speciale handschoenenzeep verkrijg baar bij goede nandschoencnleve- ranciers die u ook kunnen vertellen of uw nieuwe handschoenen al dan niet wasbaar zijn. Aan al te vuile handschoenen zal overigens niet veel eer meer te be halen zijn! Beter is het om de hand schoenen te reinigen zodra ze zicht baar vuil worden. Trek er wel vol doende tijd voor uit, want het is funest voor handschoenen om gauw gauw boven de kachel of in de zon te drogen Een paar plastic handschoendrogers waaraan de handschoenen na het wassen wor den geschoven, zijn een bijzonder handig hulpmiddeltje bij dit kar weitje. De autohandschoen voor de vrouw is solide en modieus. Vijf voorbeel den ervan, voornamelijk vervaar digd uit het goed wasbare peccary- leer. Ook het klassieke haakwerk wordt graag verwerkt in dit soort sportieve dameshandschoenen, typisch voorbeeld van dwang van de zijde van de fabrikant. De huisvrouw- vindt het systeem omslachtig, de ge schenken vallen tegen of zijn over bodig en uiteindelijk kiest de huis vrouw dergelijke apparatuur toch lie ver in de winkel. In zwang zijnd is de reductiebon, die meestal in het bezit komt via het ver foeilijke foldersysteem. „Als het toe vallig mijn eigen merk is of een be kend soort, gebruik ik hem zeer zeker. Maar ik wil niet gedwongen worden tot een bepaalde keus. Dat kan ik zelf wel beslissen. Het wordt bovendien met al die aanbiedingen, zoals koppelverkoop, dubbel zegel voordeel, noem maar op. bijzonder moeilijk prijsbewust te zijn." Ach. als je alles bij elkaar optelt is de conclusie: alle huisvrouwen roepen allemaal nee tegen het systeem. Er wordt ze geen keus gelaten ener zijds, maar anderzijds dringt zich toch sterk de indruk op dat de vrouw, diep in haar hart, spijt zou hebben als het anders werd. Het vraagstuk krijgt geen bevredigend antwoord. De vrouwen zeggen tegelijkertijd ja en nee. maar als dat niet deden zouden het geen vrouwen zijn Advertentiej mantels hoeden capes Breda - Eindstr. 14 - Tel. 31086 De Europese modewereld heeft afgelopen zomer kennis kunnen maken met een nieuw schoenenmateriaal dat onder de naam „corfam" geproduceerd wordt door het bekende kunststoffenconcern Du Pont. Dit corfam een zogenaamd poromeer materiaal is vorig jaar voor het eerst in Amerika aan de markt gekomen en wordt „het eerste kunstmatige materiaal met ademend vermogen voor schoenenbovenwerk" genoemd. Een hele mond vol, die erop neerkomt dat het materiaal aan de binnenkant vocht absor beert en dit door het microporeuze oppervlak uitademt. e combinatie van eigenschappen die het materiaal bezit maken het volgens de fabrikant bijzonder geschikt voor het maken van schoenen. Die eigen schappen zijn behalve het ademend vermogen ook nog buigzaamheid, vorm- houdendheid en bestendigheid tegen weersinvloeden. De ontdekkers van het nieuwe materiaal zijn niet over één nacht ijs gegaan bij het lanceren van hun nieuwe produkt. Al experimenterend en marktonder zoekend hebben ze ontdekt dat schoenen van dit nieuwe materiaal dank zij de buigzaamheid van het produkt niet hoeven te worden „ingelopen", dat het materiaal met een vochtige doek kan worden afgenomen en slechts af en toe hoeft te worden gepoetst, dat de slijtweerstand opvallend groot is, dat de schoe nen niet kunnen rekken, verschieten of afgeven en dat „corfam" licht in gewicht is. Veel praktische pluspunten dus aan dit nieuwe materiaal, naar het schijnt. Wat de modieuze kant betreft ziet men veel verwerkingsmogelijkheden in het ver schiet liggen voor de schoenontwerpers. Voorlopig wordt het materiaal in drie soorten gemaakt: met glad-glanzend, met generfd en met fluwelig oppervlak. In Amerika verkopen verscheidene schoenzaken al „corfam-schoenen' Ook m Europa (onder meer in Nederland) zijn ze al te koop, zij het in geringe hoeveel heden; de produktie moet nog op gang komen en het zal nog wel een jaartje duren voordat het nieuwe materiaal op grotere schaal kan worden verkocht. Dan zal het, zo verwacht de fabrikant, niet beperkt blijven tot verwerking in de schoenindustrie, maar op den duur waarschijnlijk ook zyn intrede doen bij de koffers en tassen en zelfs bij de rokken, japonnen en sportjasjes. Temeer daar men het materiaal allerlei „fantasie-finishes" kan geven. En mocht de voorspelling uitkomen dat over een jaar of twintig een tekort aan schoenenleer zal ontstaan (onder meer tengevolge van het toenemen van de wereldbevolking en van het stijgen van de levensstandaard), dan zal er in die tamelijk nabije toekomst wellicht veelvuldig wortjen gelopen op schoenen zoa!.- die van de foto rechts een comfortabele pump, uitgevoerd in fijngenerfd cor fam en gegarneerd met een smal ribsMntje en een strikje. :<S-_

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1964 | | pagina 11