Fruitteelt in Zeeland neemt nog steeds toe EXPORT NAAR BELGIË LAMGELEGD Vrijdag 11 september 1964 De fruitteelt in Zeeland neemt nog steeds in omvang toe, zowel wat betreft de opbrengst van de oogst als de gebieden waarop fruit wordt gekweekt. In Nederland komt de laatste jaren het meeste fruit uit het zuidwesten, dus uit Zeeland en van de Zuidhollandse eilanden. Een nieuw opkomend gebied is de Noord-Oostpolder. Zeeland is voor al de grote leverancier van hard fruit: appels en peren. Er zijn de laatste jaren veel nieu we boomgaarden ingeplant, met name in de Zak van Zuid-Beveland, op Noord-Beveland en op Tholen. De meest spectaculaire ontwikke ling doet zich echter voor in Zeeuwsch-Vlaanderen. In 1954 was daar 40 hectare fruitgebied en in 1963 was dat 900 hectare. De grond en het klimaat in Zeeland blijken uitermate gunstig voor de fruitteelt. In deze provincie komt weinig nachtvorst voor in april, hetgeen de aanvoer van vroeg f ruit bevordert. Voor dit fruit maken de telers over het algemeen ook de beste prijzen. Een minder gunsti ge omstandigheid in Zeeland is de bijna constante wind, waardoor windkeringen noodzakelijk zijn. Enige cijfers illustreren de omvang van de groei: omstreeks 1950 werd aan de Zeeuwse veilingen voor ongeveer 15 miljoen gulden omgezet. In 1961 was dit bedrag verdubbeld. Wanneer we alle soorten bij elkaar optellen, komen we voor 1950 aan een kwantum van 35 mil joen kilo in Zeeland. Thans is dit onge veer 50 miljoen kilo. Het cijfer voor ge heel Nederland is 500 miljoen kilo. Hier bij dienen we ook rekening te houden met de toename van de opbrengst per hectare. Achtte men rond 1957 een op brengst van 10.000 kilo appels per hec tare voldoende, thans kan één hectare 25.000 kilo opbrengen. Het fruitareaal in Zeeland omvatte in 1946 5400 hecta re; in 1955 4900 hectare en in 1963 was de omvang 6250 hectare. Het enige gebied in Zeeland, waar de fruitteelt minder gunstig verloopt is Schouwen. Hier heeft men nog te kam pen met problemen van grond en grond waterstand. In overig Zeeland neemt de fruitteelt nog steeds toe. Dit in tegen stelling tot oude fruitgebieden als de Betuwe en Zuid-Limburg, waar nog veel verouderde boomgaarden met hoog- stam voorkomen, die geleidelijk aan worden gerooid, zonder dat daar een even grote nieuwe inplant tegenover staat. In het geheel van de agrarische bedrij vigheid blijkt de fruitteelt nog steeds een rendabele zaak te zijn, waarbij we onmiddellijk moeten aantekenen, dat juist dit jaar de opbrengsten niet zo gunstig zijn. Omdat in veel gevallen de fruitteelt een nevenbednjf is naast de akkerbouw, kan men een dergelijk risi co ontvangen. Het blijkt "trouwens steeds meer, dat akkerbouwers gedeel telijk overgaan op fruitteelt, vooral wanneer ze meerdere zoons hebben. Om splitsing van het bedrijf te voorkomen, begint dan één zoon op een paar hec tare fruit te kweken. Volgens bereke ningen van het Landbouw Economisch Instituut kan fruitteelt rendabel zijn, mits men het bedrijf modern opzet. Dan nog zijn de risico's groot omdat het 5 tot 6 jaar duurt voordat men kan oogsten. In die tijd is een investe ring van 15.000 per hectare nodig. Hierbij gaat men er dan vanuit, dat de trond beschikbaar is. De risico's, die er an nog overblijven, zijn dat in de tus sentijd de buitenlandse concurrentie is toegenomen of dat het aangeplante sortiment intussen is verouderd. Maar volgens ir. J. J. van Hennik, rijkstuin- bouwconsulent in Zeeland, en directeur van het proefstation voor de fruitteelt in de volle grond in Wilhelminadorp, is in Zeeland het sortiment goed verdeeld. Als richtlijnen voor aanplant geeft men aam. 10 procent Stark Earliest, 10 pro cent James Grieve, 30 procent Cox' Orange Pippin, 10 procent Goudrenet en 30 tot 35 procent Golden Delicious. Men heeft dan een reserve van 5 of 10 procent voor het inplanten van nieuwe rassen. Zo'n nieuw ras is bijvoorbeeld dit jaar de Benoni, die kwalitatief zeer goed is en op de veiling goede prijzen maakt, mede omdat de aanvoer ervan nog niet zo groot is. De meest rendabe le appel blijkt wel de Golden Delicious te zijn, die dan ook bij de kwekers zeer in trek is. De bovengenoemde rassen zijn alle van hoogwaardig gehalte. De verdeling bij de aanplant in 4 of 5 ras sen bevordert een spreiding van het ri sico en van de werkverdeling. /"^vverigens blijkt het aanplanten van \J fruitbomen te geschieden in een golfbeweging, die achter de markt aan rolt. Wanneer de prijzen voor landbouw- produkten laag liggen, heeft men de neiging over te gaan op fruitteelt. Dit is enige jaren het geval geweest. Ir. Van Hennik verwacht, dat de aanplant deze winter kleiner zal zijn dan voor gaande jaren omdat de prijzen voor ak- kerbouwprodukten tamelijk goed lig gen, terwjjl de fruitprijzen slecht zijn. De laatste jaren ziet men, dat vooral de grotere fruitbedrjjven gaan uitbreiden omdat men behoefte heeft aan grotere eenheden om efficiënt te kunnen wer ken. Mechanisatie en rationalisatie vra gen een grotere oppervlakte per bedrijf dan vroeger het geval was. Overigens zijn er in Zeeland nog veel kleinere be drijven van één of anderhalve hectare, omdat de fruitteelt nog vaak een neven- bedrijf is. Omdat in Zeeland de oogsten regelmatig zijn en de produktie per hec tare meestal goed is, komt het niet vaak voor, volgens ir. Van Hennik, dat een bedrijf moet worden beëindigd. Het ge beurt overigens wel, dat men op kleine re bedrijven bij veroudering niet meer het risico van nieuwe aanplant neemt en overgaat op glascultures, die een inten sievere opbrengst garanderen. In Zeeland blijkt vooral het kweken van appels rendabel te zijn, omdat deze vrij snel produktief zijn. Voor peren duurt het iets langer, maar dan is het rendement meestal wel goed. Volgens ir. J. J. van Hennik verdient het echter aanbeveling, indien het bedrijf groot ge noeg is. enige pruimebomen te planten, omdat de opbrengst hiervan, de laatste jaren steeds goedé" prijzen nigakt. Het aandeel van,Zeeland .in.ae totale Nederlandse fruitproduktie neemt steeds toe. En het kan nog verder toenemen, aldus ir. Van Hennik, want in Neder land is nog ruimte voor goed fruit. »*- A U c JE L "5 oh ft '5 ft Q f f r it Op bovenstaand staafdiagram zijn ter vergelijking de hoeveel heden fruit afgezet, die vorig jaar vanaf de veilingen in Ka- pelle en Goes naar de diverse landen zijn geëxporteerd. Be halve naar de aangegeven lan den exporteren de Nederlandse handelaren ook nog kleinere hoeveelheden fruit naar Zwit serland en de Scandinavische landen, zoals te zien is op de kaart (rechts) van de afzetge bieden in Europa. Er dreigt een rampsituatie te ontstaan in de export van fruit. Vooral voor de Zeeuwse fruithandelaren wordt het bijna onmogelijk te exporteren naar de natuur lijke afzetgebieden in België. Sinds vorig jaar geldt een bepaling van het Produkt- schap voor groenten en fruit, dat men fruit slechts in éénmalig fust mag expor teren. Dit houdt in, dat de exporteurs het fruit voor het buitenland moeten ver pakken in nieuwe kisten, die niet maar naar ons land terugkomen om dan even tueel nog vaker te worden gebruikt. Door deze bepaling komt bij ieder kilo fruit tien cent extra aan kosten voor verpakkingsmateriaal. Deze „uitvoerver- plichting" van 10 cent is in een overvloe dig fruitjaar als 1964, waarin export drin gende noodzaak is, funest voor de hande laren. Op de gevoelige internationale fruit markt is het vaak niet mogelijk dit dub beltje in de verkoopprijs te calculeren. Het produktschap een publiekrechtelijke in stelling, die bindende bepalingen kan vast stellen heeft de maatregel voor éénma lig fust genomen terwille van een goede presentatie van het Nederlandse fruit in het buitenland. Men verwachtte op die ma nier ook hogere prijzen te zullen krijgen voor het Nederlandse exportfruit. Op deze manier heeft men wel succes gehad in Duitsland en Frankrijk, vooral omdat daai het prijsverschil niet zo sterk wordt ge voeld. Maar door dezelfde maatregel zijn de exportkansen op België aanzienlijk ver kleind. En dit is voor de Zeeuwse expor teurs een gevoelige klap, omdat de fruit- export vanuit Zeeland zich al meer dan 10 jaar op België concentreert, dat als naaste buur een natuurlijk afzetgebied is. Dra, D. J A. Butijn, directeur van de vei lingsvereniging Zuid-Beveland in Goes, verklaarde, dat deze zaak iedere week weer actueel is en de handelaren tot machteloze woedeuitbarstingen brengt. Eén van hen was bereid f8000,— aan proceskosten uit te geven om deze maatregel van éénma lig fust ongedaan te maken. Een proces zou echter geen zin hébben, omdat bepa lingen van publiekrechtelijke lichamen rechtsgeldig zijn. /""Vverigens leidt deze bepaling tot zeer on- \J gewenste toestanden. Afgezien van het feit dat de fruitexport aanzienlijk is ge reduceerd, hoewel export op dit moment voor Nederland van het grootste belang is gezien onze ongunstige handelsbalans, heeft de maatregel verschillende andere on gunstige gevolgen. Het is thans al zo. dat één van de betere appelrassen, de James Grieve, in meer- malige kisten vanuit België naar Neder land wordt ingevoerd. In het algemeen is de fruitimport door deze maatregel ge stegen. In het binnenland heeft deze maat regel tot gevolg gehad, dat er veel meer fruit naar de fruit-verwerkende industrie gaat. Ook naar de verwerkende industrie in het buitenland gaat veel fruit, omdat men hierbij niet gebonden is aan éénmalig fust. Voor de telers heeft deze belemmering van de export tot gevolg, dat de handelaren veel voorzichtiger kopen, waardoor het prijsniveau aan de lage kant blijft, en dit jaar zelfs zeer laag moet heten. Ook ge beurt het al, dat Zeeuwse handelaren niet meer op de Zeeuwse veilingen kopen, maar in België, van waaruit ze veel goedkoper kunnen exporteren. Drs. Butijn vergeleek deze toestand met de situatie rond het REM-eiland: wat in het binnenland niet mogelijk is kan over de grens wel. Hel is duidelijk, dat deze maatregel voor éénmalig fust, die alleen in Nederland van toepassing is. de Nederlandse hande laren in een bijzonder moeilijke positie brengt ten opzichte van de andere Europe se landen, waar in vele gevallen zelfs steun maatregelen bestaan voor de fruitteelt en de afzet van fruit. Het produktschap kan wel tijdelijk onthef fing van de bepaling van éénmalig fust geven. Dat is dit jaar gebeurd voor de export van tomaten Door de enorme pro fust. wnardoormééngialgiddelenanETAOIN duktie van deze vruchten was er een te kort aan éénmalig fust. waardoor de uit voer gestagneerd dreigde te worden.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1964 | | pagina 27