Het celibaat en de crematie in het geding ZEEUWSE KERKEN EN PSALMBERIJMING H Proeve van een nieuwe berijming GOED EN KWAAD Proefbundel alleen bij stadskerken in gebruik KING-SIZE TAPIJT Nieuw! |S BREED UITGEMETEN! DEKLERK&ZN Zaterdag 15 augustus 1964 zaterdagnummer r\e laatste jaren lezen we telkens weer een berichtje over het celi baat, het ongehuwd moeten zijn van geestelijken. Voor ons is dit dan vooral verbonden aan de R.-K. Kerk, hoewel het niet alleen daar wordt gekend. En eveneens vinden we zo nu en dan een klein of groter bericht over de crematie, het verbranden van de lichamen van hen die gestorven zijn. Daartoe hebben we in ons land een drietal crematoria, te Velzeh, Dieren en Groningen, terwijl er voorts nog plannen zijn er één te stichten voor Amsterdam en Rotter dam. Hoezeer het celibaat tegenwoordig in het geding is, bleek ons uit het nummer van het r.-k. weekblad „De Bazuin" van twee weken geleden, waar de Augustijner monnik Robert Adolfs er een zeer lang hoofdartikel aan wijdt. „Er is de laatste tijd heel wat discussie over het celibaat. Extreme meningen worden naar voren ge bracht en traditionele standpunten verde digd. En omdat wij in onze tijd tot de ontdekking komen dat we in de Kerk M; I sj I jsf Ijl met veel overgeleverd erfgoed zitten, waar van de betekenis voor onze tfjd met recht in twijfel kan worden getrokken, wordt ook ten aanzien van het celibaat de grote vraag gesteld: heeft het nog wel zin?" Dan spreekt hij over priesters „die worstelen met de moeilijkheden van het celibaat". In geen geval zou deze monnik de mogelijk heid willen uitsluiten „dat in de toekomst de Kerk gehuwde priesters zal hebben", hoewel hjj twijfelt of daarmee de bestaan de moeilijkheden zullen zijn opgelost. Voor zich zelf is hij overtuigd van de hoge waar de van de ongehuwde staat voor geeste lijken. Het spreekt haast vanzelf dat de gedach- tenwisseling over de betekenis van net ce libaat er vooral een is in r.-k. kringen, om dat het hier eeuw na eeuw als een vanzelf - veel in aantal zijn, bewegingen als van de broeders in het protestantse klooster van Taizé en van de Marienschwester in Duitsland, doen toch ook- hier vragen op komen of het in bepaalde gevallen niet waardevol is dat mensen ter wille van het evangelie van Christus afzien van de ge borgenheid van het huwelijk. Omdat er meer contact tussen de kerken onderling rekomen is en omdat men weet hoeveel e~ Kt merkelijk de laatste vijfentwintig jaar in beweging gekomen is. zal men in protes- 'et Is alweer een heel aantal jaren ge- leden dat in Duitsland een gewezen iredlkant, die was overgegaan naar de R.-K. Kerk, de priesterwijding ontving, terwijl hij gehuwd was en 'bleef. Daartoe was wel een speciale toestemming uit Ro me nodig en dat gehuwd zjjn moest dan wel wezen alsof hij ongehuwd was, maar er was dan toch een mogelijkheid. Uit de gedachtenwisseling die daarop volgde op de verbazing hierover, is toen duidelijk ge worden, dat ook de R.-K. Kerk het onge huwd zijn van geestelijken niet kent als een goddelijk gebod, maar als een kerkelijk gebod, dat veranderd kan worden en toen zijn er stemmen gehoord: waarom zullen we het dan niet veranderen? Voor Robert Adolfs zelf is het niet de vraag: „celibaat of niet", maar in zijn uitvoerig artikel gaat het er hem om: „waarom is het celibaat een probleem geworden?" De oorzaak ziet hij vooral in „het feit dat een pessimisti sche kijk op de sexualiteit (bron van zon den en gevaren, derhalve is het celibaat een levensstaat om aan deze zonden en zedelijke gevaren te ontkomen), heeft plaatsgemaakt voor een optimistische kijk: de sexualiteit wordt meer aanvaard en po sitief gewaardeerd als een functie van het vermogen tot liefde". Verder kan men haar niet losmaken „van de mens als sociaal we zen". Ze ligt „aan de grondslag van alle sociale toenadering en menselijk verkeer: het is een van bouwende krachten van de menselijke samenleving, zonder welke de menselijke samenleving zou vervallen in een onvoorstelbare verkilling, ja zelfs on bestaanbaar zou worden". Wil de Kerk het celibaat handhaven, dan zal zij het wel he lemaal weer opnieuw moeten doordenken „om zo ook te komen tot een nieuw ver staan en een nieuwe beleving". In geen ge val mag het celibaat „op-de-koop-toe" wor den genomen omdat iemand nu eenmaal de begeerte heeft priester te worden en zij, die met de priesteropleiding zijn belast, zullen hier een zeer ernstige taak vinden. Ook het celibaat moet in dienst van de mensheid staan en „in dienst van het voort bestaan der christelijke liefde, in dienst van de eenheid der mensheid in Christus, als het éne Hoofd". Zo poogt de schrijver enigszins aan te geven in welke richting een nieuwe duiding moet worden gezocht. Het andere probleem waarover we zo nu en dan iets lezen, is dat van de crema tie, het verbranden van de lichamén der gestorvenen. Hoewel er geen kerkelijke de creten zijn die het verbieden, mogen we toch wel zeggen dat deze ook in de protes tantse kerken ietwat problematisch is, al was het alleen maar dat hier zo de gedach te leeft dat je dit nu eenmaal niet doet als je gelovig bent. Het komt voort, zo zegt men, uit een heidense gedachtengang en dan worden de voor ouders van 19 eeuwen geleden erbij gehaald. Is het waar dat het nog met hen samenhangt Hoewel we niet wilen ontkennen dat de heiden dicht onder onze christelijke huid zit, geloven we toch niet dat deze hier van veel invloed is. Onze heidense Germaanse voorouders hebben lijkverbranding gekend, maar de opgra vingen van prof. Van Giffen hebben het duidelijk genoeg aangetoond z(j hebben ook geweten van het begraven van hun doden. In de richting noord-zuid werden zij ter aarde besteld, terwijl de christenen oost-west gingen begraven. Er wordt wel eens gesproken in wat ouderwetse taal, van „de groeve der vertering". Bij sommigen is dit spreken een gemeenplaats geworden. Of die vertering nu langzamer of sneller gaat, is een bijkomstige zaak. „Verwach tende de opstanding des eeuwigen levens", kunnen we nogal eens lezen op oude graf zerken. Maar, legt de apostel Paulus er niet alle nadruk op, dat het opstandings lichaam een ander zal zjjn, zoals de graankorrel die ge oogst wordt een an der is dan die men gezaaid heeft. Be zwaren tegen crema tie liggen zo is ons telkens weer dui delijk geworden vooral in de gevoels sfeer. Het is moeilijk om hiervan een zaak van geloof en ongeloof te maken. Het „rui men" van kerkhoven en het bestaan van knekelhuizen is ook niet bepaald een ge voelvolle zaak. De R.-K. Kerk kent wel zekere verbo den van crematie. Doch ook hier wordt aan getornd, omdat er eveneens vragen zijn gerezen en men spreekt zelfs van een officiële opheffing van het ver bod. Een jaar geleden heeft de paus aan de bisschoppen in dezen meer vrijheid ge geven in een schrijven waarvan de tekst, voor zover wij weten, tot nu toe geheim is gebleven. De bisschoppen van ons land zullen zich nader moeten beraden. Maar in ieder geval zijn er in 1963 in ons land 66 rooms-katholieken gecremeerd (2549 in totaal). De bisschoppen kunnen toestem ming geven wanneer de gestorvene zelf de wens daartoe te kennen heeft gegeven en daarvoor „serieuze redenen" naa. Maar wat zijn serieuze redenen in dezen? Ook hier is iets in beweging gekomen en er wordt iets losgewoeld van hetgeen sinds de tijden van Karei de Grote in ons land als een christelijk erfgoed werd beschouwd, zonder dat het feitelijk met werkelijk christelijk geloof, dat hangt aan en hoopt op Christus alleen, veel te maken had. H. PSAlAi 149 F. N 2 50 244 N j zu!, jL't'Iijk er siaat en. Gods volk m voHè trede leve n De boze vjiund is' verslagen. 'prjj'sT v Hraewijftvhagen! Vó he! óchrer der vcertldr,acht fthr.i 'de luis ter van O 'gtslacht. Hcwj. en an/de sienwicn saam Lr. n Hl KI N N,:.1I1 PS A M ier> tt'oftf macht.' j 1 y rot c_ Kracht' c Laai Kj/utr.v-". Hein whaUcn' t 5 Her' Je harpen.bLiun! - Li o JHenv! G;:.p: Oc citer; jan! ifOi; nHKCKX;: X. .vï SCV 'S;- oR.AYE&HA&fc-" r; s IS HET GROENE BUNDELTJE met 150 psalmen als „proeve van een nieuwe be rijming" nu al een beetje ingeburgerd ln de Zeeuwse hervormde en gereformeerde kerken? Worden de nieuw berijmde psal men door de kerkgangers geaccepteerd en gebruikt bij de liturgie? Of wacht men liever af totdat de proefbundel een defini tieve is geworden, uiteraard compleet niet alle wijzigingen? Ruim drie jaar is het nu geleden, dat de Interkerkelijke Stichting voor de Psalm berijming de eerste druk van de proef- 1 Molochs. En De HERE doet geen goed en Hij doet geen kwaad. Zefanja 1 12. Zefanja is een van de „kleine" profeten. Hij leefde in het konink rijk van Juda. Dus voor 586 voor Chr. Want toen ivas het afge lopen met Juda. Het machtige Babel verwoestte Jerusalem en deporteerde het volle. Velen waren de oorlogsslachtoffers. Maar toen Zefanja leefde was het zover nog niet. Maar het sat wel in de lucht. Dat gevoelde hij. Daarmee is niet gezegd dat hij zo wijs was in de politiek van zijn dagen. Hij lette op andere dingen. Hij zag en hoorde de mensen. Ontzetting moet deze Godsman vervuld hebben. De stad Gods, Jeruzalem, was vol afgoden, Baals op de daken baden de mensen tot de zon, maan en sterren. De HERE werd meer gediend. Dat was niet actueel meer. De rijken van de stad verrijkten zich nog meer. Barmhartigheid was hun vreemd. Hebzucht hun lust. Uitgaan en drinken hun dagelijks werk. Ze werden er dik van. Ze rekenden met God noch gebod. Ze dach ten bij zichzelf: De HERE doet geen goed en Hij doet geen kwaad. Dat betekent dus dat je met Hem geen rekening behoeft te houden. Hij reageert nergens op. Je merkt niets van Hem. Hij is er niet. Zefanja wist beter. Daarom voelde hij dat het verkeerd moest aflopen. Hij kondigde dan ook de toorn des Heren aan. Die kwam in de vericoesting van Jeruzalem door oorlogsgeweld. Vindt U die gedachte van die dikke drinkers zo gekt Is het niet de ervaring van velen dat de HERE God goed noch kwaad doet f Als Hij bestaat, bemoeit Hij zich nergens mee. De gedachte dat Hij ons zal oordelen naar ons leven is voor velen ver van actueel. Een vermoeiende gedachte. Het is nu de tijd om van het leven op je eigen wijze te genieten. Eten wat eten we veel en heerlijk drinken we kun nen te kust en te keur, en vrolijk zijn, amuseer je. Een God die goed en kwaad doet is wat voor „profeten". En het lijkt, zo. De levende God kan zich zo houden. Hij kan, evenals een mens, doen alsof Hij er niet is. Maar de HERE, onze God, is een levende God. Hij doet goed en doet kwaad. Gode zij dank. Hij heeft goed gedaan door zich te openbaren in Zijn Zoon. Hem heeft Hij gegeven om zondaars te vergeven. Wie gezondigd heeft en geen raad weet, mag 'n Christus het goede verwachten. Maar de keerzijde is: Wie niet als een zondaar tot Christus komt, zal vroeg of laat ervaren dat de HERE kwaad doet. De HERE leeft en regeert, vergeeft en oordeelt, heeft lief en toornt, doet goed en kwaad. Stavenisse L. G. Zwanenburg bundel van de persen liet lopen. Kerke raden en kerkgangers begonnen zich bun dels aan te schaffen. Het werd een tijd van experimenteren, van wennen aan het nieuwe en vooral ook: van kritiek. Stapels op- en aanmerkingen, suggesties en bij valsbetuigingen werden er geproduceerd. De nieuwe berijming werd het onderwerp van studies. Men legde daarbij bepaalde maatstaven aan, men ging uit van nauw keurig geformuleerde uitgangspunten, be perkte zich soms tot een keuze van de vergelijking „oud en nieuw". Kerkeraden en classes bundelden hun visies op de nieuwe bundel en stuur den die door naar de synodes. De inter kerkelijke stichting voor de berijming zal met dit alles worden geconfronteerd. Al dan niet zal deze kritiek de basis zijn voor eventuele veranderingen in de nieuwe psalmberijming. Natuurlijk was er op deze reacties ge rekend. De produktïe ervan was zelfs ge stimuleerd. De Hervormde, Gereformeerde, Baptisten- en Remonstrantse Kerk wilden de mening van de kerkgangers aftasten om zich een algemene indruk te vormen van de „eerste ontvangst". De gereformeerde kerken kregen van de deputaten het verzoek om voor 1 januari J.963 te rapporteren. In het najaar van 1962 hebben de verschillende hervormde classes in Zeeland zich over de nieuwe psalmberijming gebogen. Men zette daarbij zelfs een systeem op: iedere kerkeraad kreeg een aantal nieuw berijmde psalmen ter beoordeling toegewezen. Intensief zijn de kerken er dus mee bezig geweest. Want tegelijkertijd werd er natuurlijk ook veel geëxperimenteerd. Vooral in de hervormde stadskerken kwam de nieuwe berijming er vrij snel „in". Daar tegenover staan vooral de gevoelselemen ten in de kleinere gereformeerde kerken, die voor het gebruik veelal een barrière vormden. En dan was er natuurlijk een praktische bezwaar: hoeveel bundeltjes moeten we nu eigenlijk meenemen naar een kerkdienst? Laten we liever maar wachten tot de bundel is vastgesteld en totdat ook de nieuwe bundel met 150 gezangen voor de gereformeerde kerk uit is Twee jaar geleden hebben we op deze plaats de uitslag van een kleine enquête onder een willekeurig aantal gereformeerde en hervormde gemeenten gepubliceerd. Toen konden we de voorzichtige conclusie trekken: het gebruik en het „oefenen" met de proeve van een nieuwe berijming begint op gang te komen. Maar thans: hoe staan de zaken er voor? „Sinds begin dit jaar gebruiken we in alle kerkdiensten de psalmen uit de proef bundel", vertelde ons ds. C. Metselaar, hervormd predikant te Goes. „Het is ons zonder enige moeite gelukt de nieuwe be rijming in te voeren. Alle predikanten hebben we dat met genoegen kunnen con stateren. We kunnen ze de gemeente veel beter in de mond geven. Bij de oudere kerkgangers was er natuurlijk wel een zekere gehechtheid aan het oude, een soort heimwee. Maar ze zingen de nieuwe van harte mee voor de huidige en de toekoms tige generatie". Geen „verzet" dus tegen de nieuwe psalmberijming in de Goese hervormde kerk. Ds. Metselaar is enthou siast over de woordkeus en de stijl in de 150 psalmen van de proefbundel. Al enkele jaren terug begon men in Goes geleidelijk de nieuwe berijming in de diensten te be nutten. Aanvankelijk alleen in de avond diensten. Men gaf de kerkgangers eerst ruimschoots gelegenheid om een bundel aan te schaffen. Op het ogenblik wordt er uit de oude berijming niet meer ge zongen. „Ik heb er zelfs moeite mee als ik in een andere gemeente op. de kansel sta", zei ds. Metselaar nog. Stencils met een overdruk van enkele nieuw berijmde psalmen hebben in de gereformeerde kerken veel nut gehad bij het „proefzingen". Vooral in speciale diens ten op feestdagen vonden de kerkgangers zo'n liederenblad op hun plaats. Er zijn ook gereformeerde kerken in Zeeland zoals Goes waar een kleine serie nieuw be rijmde psalmen achter in het bundeltje met liederen werd gevoegd, dat voor de aanvang van de kerkdiensten bij de sa menzang in gebruik is. Onder leiding van de inmiddels naar Vlaar- dingen vertrokken predikant ds. Y. J. Tiemersma heeft de gereformeerde kerk van Zierikzee anderhalf jaar geleden een commissie uit haar midden de proefbundel voor een beoordeling in handen gegeven. Het ging erom een aantal psalmen uit de nieuwe berijming te vergelijken met de oude tekst, die als „klassiek" kon worden aangemerkt. Bekende psalmen de 150ste, de 68ste, de 89ste, de 98ste wer den heel nauwkeurig uit allerlei gezichts hoeken bekeken. Met duidelijke motivering werd op deze manier een nieuw berijmde psalm beter, even goed of totaal onaccep tabel geacht. „We zijn nog niet zoveel verder", zo was het commentaar van ds. Joh. van Dulle- men, hervormd predikant te Zoutelande. „Ik geloof niet dat er nu een speciale af wijzing onder de kerkgangers in ons Wal- chers kustdorp bestaat, maar de kerkeraad vindt het verstandiger om maar te wach ten tot de nieuwe berijming niet meer in een stadium van „proefbundel" is. Je zult 1 Oojï Hem tiuu Ri zurend mei ile i Jem fluit U:-,:; HemV* Soajïl uw I Oofc Hcni i ooft H li.;!,-i ermee beginnen en dan komen er straks weer wijzigingen. Dat is niet prettig". Mis schien dat d3. Van Duliemen in het komen de winterseizoen op de catechisaties wat gaat oefenen met het zingen van psalmen, die in de oude berijming toch weinig be kendheid hadden. „Dan is het gevaar voor veranderingen op latere termijn veel min der Bprekend!" Een reactie van hetzelfde soort uit de gereformeerde kerk van Middelburg. Organist L van Noppen zei er ons dit van: „We hebben in het begin, kort na de ver schijning van de bundel, enkele nieuw be rijmde psalmen geprobeerd. Maar daar is het eigenlijk bij gebleven. Middelburg wil de bundel vast en zeker wel invoeren, maar dan pas na een eventuele revisie. We krijgen op de duur een stapel boekjes mee te nemen naar de kerk. Dat hebben we lies iv =n .illcn! ru.{, jf.xn en kk'tr», üj/jiht'è-fijr. -nii meruit f-uk! y/rtboai en tuiii Hem lér crc' md a: «ar fceeft! UI aden: Necll: Links: omslag van „150 psalmen, proeve van een nieuwe berijming" en daaruit (rechts) de nieuwe be rijming van de 150ste psalm. bij de pogingen met de berijming van Hasper ook al gehad. Drie keer een ander bundeltje en ten slotte ging het helemaal niet door Ds. C. Balk, Nederlands hervormd predi kant te Sluis en Sint-Anna ter Muiden heeft in de afgelopen periode twee bijzon der uiteenlopende beoordelingen te verwer ken gekregen. „In Sint-Anna ter Muiden hebben we de nieuwe berijming er in één keer doorgehaald. Zonder enige moeite. In Sluis was men algemeen niet overtuigd van een geweldige verbetering. Vandaar dat de proefbundel zolang terzijde is gelegd. Men heeft hier niet de neiging om alles onmid dellijk over te nemen. En dat moet men ten slotte respeoteren De hervormde gemeente van Vlisslngen heeft nogal flegmatiek op de nieuwe be rijmingbundel gereageerd, vertelde ons ds. F. S. Kloosterman. „Er is wel een commis- sietje aan het werk geweest. Dat had nogal wat aanmerkingen. Maar de kerkgangera liepen er echt niet zo warm voor. Het is hier allemaal vrij eenvoudig geaccepteerd. In de Vlissing3e hervormde gemeente ia het nu zo, dat in de Johanneskerk prak tisch uitsluitend uit de proefbundel van de nieuwe berijming wordt gezongen. In de Jacobskerk werkt men met „gemengd ge bruik". Voornamelijk ten gerieve van de oudere kerkgangers, die ook nog wel eens graag uit de oude berijming zingen. Hier in Noordgouwe en Dreischor zijn we nog geen stap vooruit", reageerde ds. F. Keiling, die enkele jaren terug al een vrij diepgaande studie van de proef bundel heeft gemaakt „Het hangt hier veel af van de vraag: wat is de gewoonte en kan die gewoonte worden doorbroken? We hebben wel moeite gedaan om de kerk gangers tot het denken te zetten over de vraag: is er een nieuwe berijming nodig? Ook dat is al moeilijk. En eer we dan zover zijn, dat we ons een oordeel kunnen gaan vormen over de nu aangeboden berijming, dan gaat er nogwel wat tijd voorbij. Ds. Kelling heeft met de kerkeraden meege werkt aan het onderzoek van een aantal psalmen in opdracht van de classis Scfcou- wen-Duiveland van de hervormde kerk. Het rapport is nu weg. Zoals er zoveel rapporten zijn verstuurd. Het is en blijft nog een kwestie van af wachten rond de „proeve van een nieuwe psalmberijming" in Zeeland BIJ DE KLERK DE GROOTSTE COLLECTIE VAN WEST-EUROPA Wol-frisé-, moquette-, ge bloemd Axminster- en bouclé-tapijtin "één baans- breedte" van 3-5 meter, reeds vanaf aC per m2 JO.ddO ■ROTTERDAM DEN HAAS - UTRECHT- VUSS1NQEN - DEVENTER

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1964 | | pagina 13