EINDEXAMEN Van middagjapon tot vrijetijdskleding WITTE GAZELLE OP ROOF IN KONINGSTUIN Warm dagje in de stad Schoolreisje Begrip en de - bittere - pil Dit tweedelige pakje zonder mouwen is ideaal voor een warm dagje in de stad. 't Staat elegant, 't is gekleed en 't sit plezierig. De twee klepjes verbergen zakjesmaar een dame haalt het niet in haar hoofd die te gebruiken vanwege het propperige effect. Tiktiner heeft se er dan ook slechts voor de aardigheid aange bracht. Oooo....zuchten de auto's als Annabel op een morgen de garage binnenkomt, „wat ■jie jij er mooi uit!". gasje lacht om hun nieuwsgierige neuzen en zegt: „Schoolreisje! Annabel en ik gaan met de hele klas op reis, in een autobus". De auto's kijken op hun neus. Een autobus, dat is iets waar ze niet tegen op kunnen. Waar is die bus?", vraagt Beer. „Voor de school natuurlijk", zegt Basje, ,maar omdat-ie toch uit de stad moet komen, kómt-ie eerst hier langs en neemt ons mee. Wij njn de eerste kinderen die instappen". Hoe heet-ie?", vraagt Buts. ',Rode Pijl", zegt Annabel. "Rode Pijl", vraagt Dirk, de monteur, en hij knipoogt naar de anderen, „o, die is al lang voor bij! Ik denk dat-ie jullie vergeten heeft, hoor! Een half uur geleden zag ik hem al langs suizen". Annabel kijkt verschrikt naar Basje, maar die lacht en zegt: „Zie je niet dat Dirk je wil pla gen?" ,.Maar toch is-ie laat.zegt Basjes vader, die door de ruit van het kantoortje kijkt, waar een klok hangt, „hij had er al moeten zijn!" „Kwart over acht zou-ie komen", zegt Basje, „en óm half negen vertrek bij de school". Met een bange blik kijken Basje en Annabel naar de klok die nu al half negen wijst. „Wacht even! Wacht even!", roept Dirk, „daar zie ik een autobus komen! „Welnee, man", roept een andere monteur, „dat is Rode Pijl niet. Dat is een blauwe bus! „Dat zie ik ook wel", zegt Dirk, „maar hij komt van dezelfde baas. Ik ken hem „We houden hem in ieder geval aan!", roept Basjes vader, die al aan de kant van de weg is gaan staan, „misschien weet hij iets van Rode Pijl!" Hij hoeft zijn hand niet eens op te steken, want de blauwe bus draait uit zichzelf de oprit naar de benzinepomp al in. Met een rood hoofd zit de chauffeur achter het stuur. „Morgen", roept Basjes vader, „weet U mis schien iets van Rode Pijl, de bus, die „Man, hou op", roept de chauffeur ongelukkig, „ik weet niet wat ik beginnen moet. Vanmorgen ben ik met Rode Pijl op stap gegaan naar het dorp hier Hij ziet de witte gezichten van Basje en Annabel, „o, jullie zijn natuurlijk de kinderen die hier bij de pomp moesten worden opgepikt „Maar wat is er dan toch gebeurd?", vraagt Basjes vader, die ziet hoe de chauffeur in ver legenheid zit, „waar is Rode Pijl?" „In de sloot", zegt de chauffeur, „ja, dat wil zeggen: hij is er nu al weer uit. Maar vanmor gen toen ik een melkwagen passeren wilde schoot ik even te ver door, nou ja en je begrijpt: zo'n lege bus hou je niet zo makkelijk, hé We kwamen in de berm terecht en vandaar in de sloot." Basje en Annabel knijpen elkaar in de hand van de schrik en in gedachten zien de hele eerste en tweede klas met hun mooiste kleren en allemaal met een zakje lekkers voor de school staan wachten. „Tja", zegt de chauffeur, „en wat het ergste is: süe andere bussen waren al op pad. Ook school reisjes maken met andere scholen. Alleen de blau we bus stond er nog". „Nou, is die dan niet goed?", vraagt Basjes va der, die de bus eens opneemt, „een prachtige nieuwe bus!" „Jawel", zegt de chauffeur, „dat is-ie ook, al leen. hij wijst op de stoeltjes achter hem, „in Rode Pijl is plaats voor tweeëndertig kinde ren, maar in deze.In deze heb ik maar vier entwintig plaatsen. Ik kom er dus acht tekort. Tja, ik kan het ook niet helpen, maar de school kinderen zullen erom moeten loten wie er wel en wie er niet mee kunnen". „Kom op, Dirk!" roept Basjes vader opeens, „jij neemt Black. Daar kunnen er zes in. En ik neem Beer voor de andere twee plus de bagage!" Basje en Annabel staan te dansen en nog vóór Dirk zijn overall heeft uitgetrokken zitten ze al in de cabine van de takelwagen. „Wat gaat er gebeuren? Wat gaat er gebeuren?", vragen alle auto's die niets begrijpen van de drukte om hen heen. „Schoolreisje!" roept Annabel uit het raampje van Beer, „Black en Beer moeten mee op het schoolreisje! We komen plaats tekort!" \Joot de school krioelden de kinderen van de eer ste en de tweede klas zenuwachtig door elk aar. Een paar jongens zijn al op een hek geklom men om te kijken waar de rode bus blijft. Het hoofd van de school en de twee juffrouwen van de laagste klassen fluisteren met elkaar. „Op bellenPech gekregen Iets aan de hand", verstaan de kinderen die bij ze in de buurt wach ten. De torenklok wijst al tien voor negen! Het wordt steeds stiller voor de school. Met vra gende gezichten kijkt iedereen naar de meester en de juffrouwen die het ook niet weten. En dan opeens Toet Toe toe-eeet Heel hard en heel lang toetert een auto. Een rode auto met een wapperende vlag schiet om de hoek van de straat. Géén bus, denkt iedereen, géén Rode Pijl. Nee, geen Rode Pijl, maar wat is dat voor blauwe bus die daar zijn neus om de hoek steekt? En die glimmende zwarte auto daar weer achter Wat moet die? En daar die twee kinderen voor in de takelwagen Zijn dal niet Auto-Bas en Annabel? Wat roepen ze toch? Wat willen ze? Even later weten ze het. Basjes vader praat met het hoofd van de school en de juffrouwen, die eerst bleek worden en hem dan blij aankijken. De meester blaast op zijn fluitje en de juffrouwen roepen: „Instappen allemaal!" Nog even stommelen en roepen voor ze allemaal een plaatsje hebben gevonden, even zwaaien naar de vaders en moeders en de mensen die in hun deuren komen staan. En dan gaan ze! Voorop de vrolijke Beer met zijn vlag en zijn lachende toe ter, daarachter de blauwe bus en als laatste de deftige Black, die het mooiste vrachtje van zijn leven rijdt! (Wordt vervolgd) 7ó long is het nog niet geleden dat de „middagjurk" een vaste plaats had in de garderobe van elke vrouw die wist-hoe-het-hoorde op kledinggebied. Na de gedane arbeid van 's morgens verkleedde men zich immers aan het begin van de middag. In de middagjurk die soms een speciaal daarvoor ge kochte geklede japon was, soms een nïet-meer-zo-fraaïe-uitgaansjuurk. In elk geval was het een kledingstuk waarmee men alle kanten uit kon: met een gerust hart de deur open doen als er onverwacht bezoek kwam, zelf ergens op bezoek gaan of wat winkelen. De middagjurk is inmiddels wel zacht en kalm ter ziele gegaan, geloven wij. Middagkleding bete kent nu: comfortabele kleding waarin men weliswaar gezien mag worden, maar die toch in de eerste plaats gedragen wordt omdat ze gemakkelijk zit én omdat men (net als vroeger met die midag- jurk, maar nu op een andere ma nier!) alle kanten ermee uit kan. Want aan het eind van de middag wachten immers weer de huishou delijke plichten: kinderen opvangen en van een hapje en een slokje voorzien, huiswerk overhoren, echt genoot bij thuiskomst met koffie of thee laven, tafeldekken, koken of broodmaaltijd verzorgen. Echt geen activiteiten om in „een mid dagjurk" te verrichten! Middagkleding betekent tegenwoor dig meestal vrijetijdskleding of, zo als de Engelsen het zo treffend- zoetvloeicnd weten te zeggen, „Lei sure clothes" de woorden alleen al roepen associaties op met zalige ontspanning! En hier is c-n oorbeeld an die En gelse Jeisurc" mod-: een slankge- sneclen pantalon met .-.uart-tcit geruit jack, een ensemble van .JiportaviUe" in Londen. Gtén bezoekster dte anno 1964 vreemd zal opkijken wanneer de gastvrouw in dit kostuum aan de voordeur verschijnt, inplaats tan m de middagjapon van weleer. HET KIND blokt. Het is een van de leerlingen van middelbare scho len die binnenkort hun eindexamen moeten doen. Zo zitten ze nu over al: geconcentreerd, met de vingers in de oren, met prevelende lippen en met een hoofd waarin niks meer kan maar waar nog zoveel inge stampt schijnt te moeten worden. Ze zitten in een eigen kamertje of in een afgeschut hoekje van de huiskamer. Af en toe lozen ze een diepe zucht en de ogen die moeder- met-het-kopjethee zien aankomen staan vermoeid, een beetje moede loos wellicht. Dat is afhankelijk van de ijver die ze de laatste maanden hebben betracht of nage laten. En tussen de cirkels en drie hoeken of de rissen Latijnse woor den duikt als een nachtmerrie het strenge gezicht van de examinator op die er vast op uit is je te laten stralen, of net dat zal gaan vragen wat je niet weet Ze verdienen naast een beetje mede lijden de luiaards uitgezonderd voor die aftobberij toch ook wel bewondering. Maar bovenal begrip, een begrip, dat de ouders in deze tijd vol spanningen zullen moeten opbren gen. Is het bij kinderen opvoeden al tijd al zaak verstand en liefde in even wicht te houden, zeker tijdens de exa- mer'-oortsperiode dient dat te worden betracht. Er circuleert het verhaal van een meisje dat op advies van de dokter een kalmerend middel mocht innemen. De twee pilletjes die haar werden voorgeschreven werden door een bezorgde moeder tot drie ver meerderd: het slachtoffertje zelf dacht haar eigen zaak te dienen met er nog drie bij te nemen en op de dag dat zij haar examen moest afleggen was haar kunstmatige kalmte zo over dreven, dal ze niet meer wist voor welk vak ze kwam Het verhaal is misschien wel een beet je gekruid, maar zeer zeker houdt het een waarschuwing in. Niet voor de ouders die het resultaat nuchter af wachten en het kind op de goede ma nier helpen. Maar voor de bezorgde ouder, die zoon of dochter gedreven door bezorgdheid wil bijstaan en daartoe de verkeerde middelen aan wendt. Ongevraagd advies verlenen is een hachelijke zaak. Toen wij het pro bleem voorlegden aan mej. J. Jansen, lerares oude talen aan het gymnasi um in Goes, legden we daarmee dan ook een grote verantwoordelijkheid op haar schouders. Nadat zij de be vindingen van enkele van haar colle gae had gevraagd en bij diverse leer lingen had geïnformeerd naar hun wensen ten opzichte van de houding van de ouders in de examentijd, ant woordden de leraren: „laat ze maar gewoon doen". De leerlingen zelf verzuchtten: „laten ze ons maar met rust laten". Eén meisje ging verder: „Het zou prettig zijn als je dan niet meer hoef de helpen met afwassen, en als je ex tra lekkere dingen kreeg". Mej. Jansen glimlacht als ze het vertelt. „Dat was er eentje die een speciale behandeling wou. Geen bemoeienis, maar wel verwennerij. Je mag natuurlijk niet generaliseren, elk kind verdient een aparte behandeling. Het zou trouwens zot zijn, als een gek te gaan werken tegen het eind. Je moet natuurlijk het hele jaar werken en niet bij het eindexamen beginnen. Een kind komt op school om dingen te leren en inzicht te krijgen in allerlei zaken. Niet om dat papiertje te halen. Misschien denken mensen die zakelijk zijn ingesteld, aan diploma's maar een middelbare school is geen vakoplei ding. Een ouder moet gewoon alles doen om te vermijden dat het kind zenuwachtig wordt." Mej. Jansen heeft in zeventien jaar lesgeven wel de nodige ervaring met leerlingen opgedaan. „Als het kind het examen niet heeft gehaald en als dat niet door luiheid komt, is dat geen schande. Men beschouwt een jaar dat moet worden overgedaan als een ver loren jaar, maar je verliest nooit tijd van je leven. Het gebeurt beslist wel dat ik tegen iemand zeg: je zult het niet in vijf of zes jaar doen, maar je kunt het wel. Als een kind voor de tweede keer in dezelfde klas komt te zitten, is er genoeg blijven hangen om het dan wel door de stof heen te laten komen. Mijn ervaring is ook dat dit soort kinderen, dat wat moeilijk leert, maar zich vast heeft voorgenomen erdoorheen te komen, later voor de maatschappij meer betekenis kan „Haar hals richt zich op als die van een witte gazelle; haar taille is rond en soepel als een gevlochten karwats; haar haren hebben de weerschijn van de nacht en omsluiten haar gezicht als de helm van de strijder; haar ogen schitteren zacht tussen haar lange wim pers als de bron temidden van de da delpalmen; haor wangen zijn als twee bloemen op het zand; haar mond is de zachte roze vrucht die de gazelle in de koningstuin komt stelen. De luister van haar voorhoofd verjaagt de duis ternis van de nacht als de flambouw, die is aangestoken door de vrome he remiet in de eenzaamheid van de woestijn." Kan een vrouw het zich bloemrijker wensen? Bovenstaande regelen kunnen worden beschouwd als de sleu- telpunten van de maquillage 1964: deze ode aan de vrouw is van een Marokkaanse dichter. In 1964 inspi reerde het de makc-up experts tot de „Rose des sables", een opmaaktech- niek die in normaal Nederlands luidt: De sfeer is Marokkaans en 1930, zon, warm zand en gazelle-ogen. Rouge op de wangen en de lippen warmrood. De teint heeft een egale gouden gloed waarin het karakter wordt aangege ven door een sterke terugkeer van de rouge op de wangen, op Marokkaanse wijze in een ronde toets geplaatst ter hoogte van de konen (vooral niet door gewerkt naar de slapen). Hierover heen wordt een vleugje poeder aange bracht, welke licht goudkleurig en flu welig is. De wenkbrauwen zijn horizontaal, niet langer geknikt noch rond gebogen, doch eerder breed en aangezet mei een grijs potlood. De wimpers nemen een belangrijke plaats in en worden verlengd door een borsteling met een preparaat vanaf de basis tot de punt der rogharen. Na het aanbrengen van poeder nogmaals wimpercosmetique aanbrengen. Het bovenste ooglid wordt begrensd door een strakke, langerekte zwarte Üjn die de ooghoek iets naar buiten verlegt. Daarboven wordt de turquoise oogschaduw zachtjes weggedoezeld. De boog onder de wenkbrauw wordt donkerder aangezet met behulp van een champagne-öoré oogschaduw om 'net oog meer diepte te geven. Het onderste ooglid wordt aan de bin nenrand (tussen de wimpers en de oogbol) begrensd door een zwart lijn tje met een vet potlood of een streek van de zwarte eyeliner. Ook de wim pers van het onderste ooglid moeten nu worden opgemaakt, waardoor het oog aan uitdrukking wint. De mond blijft naiuurlijk, waarbij de eigen lijn van de lippen wordt aange houden. Een warm-roze getinte rouge a lèvres wordt aangebracht tot aan de scheidingslijn van de lippen. hebben dan somige kinderen bij wie het allemaal maar aanwaait. Ze heb ben dan namelijk een zekere levens- rijpheid gekregen, die ze toch goed doet terechtkomen". In gedachten vervolgt ze: „Tk zou niet willen zeggen dat de schooltijd en die examens zorgen voor de meest pret tige tijd, maar het is wel de belang rijkste. Deze leeftijd is nu eenmaal de meest geschikte en ik geloof ook wel dat ze dat inzien". Verstandige ouders zullen erop toe zien dat het kind regelmatig ontspan ning krijgt, dat het kan werken in een rustige sfeer en dat het voldoende eet en slaapt. Zoals mej. Jansen zegt: „Ach, het is allemaal normaal". Overhoren? Dat is een moeilijke kwes tie. Mej. Jansen acht het verstandiger af te wachten of het kind dat zelf wel wil. En de kinderen met een mede leerling samen laten werken. „Ja, daar hoor je wel eens van, maar ik vrees dat dat vaak kletsen inplaats van werken wordt". Als een kind „straalt" terwijl dat niet nodig zou zijn geweest, wan neer men zijn intelligentie in aanmer king neemt, zijn de ouders in de mees te gevallen mede-schuldig. Ook wan neer men zelf geen middelbaar onder wijs heeft genoten en dus geen contro le kan uitoefenen op de leerstof, be staat toch altijd de mogelijkheid op ouderavonden contact op te nemen met de leerkrachten. Zeker in deze tijd, waarin de verleiding in de vorm van televisie, een ruim zakgeld en het voorbeeld van vriendjes die al werken en eigen brommers berijden, gemak kelijk te veel kan worden, is bet zaak toezicht te houden op de gedragingen van de kinderen. Iedereen kent zijn eigen kind goed genoeg om te weten waarop het examen of de overgang is afgeketst. Dat komt nooit omdat de leraar „de pik" op iemand heeft, en ook niet door al die andere uitvluch ten waarmee zoonlief of dochter komt aanzetten. De ware schuldige is de leerling en in zekere zin ook de in zijn pedagogische taak tekortgeschoten ouder En daar kan geen enkel pille tje verandering in brengen. En an derzijds mag van de leerling die zich ondanks geconcentreerd werken niet Advertentie Speciale aanbieding ZUIVER ZIJDE Surah - pongé en tusfeorzijde. Bedrukt in magnifieke dessins, normaal 12,90, 14,90, 16,90. Nu tijdelijk als speciale verkoop 5,50, 7,50 en 10,- per meter, 90 cm breed. ■^tJtcffeMfuieeÜy UIA.VSE KERKSTRAAT 44 ziet beloond met een goed resultaat niet verwacht worden dat na de te leurstelling ook nog straf wordt geac cepteerd. Mej. Jansep zegt rustig: „Pedagogiek is nu eenmaal geen kwestie van straf fen. Laat zo'n kind het mits dt om standigheden dat toelaten natuurlijk rustig nog een jaar overdoen. Niet het kind zenuwachtig maken of op een examen toespitsen. Normaal doen, dat is het allerbeste". Ouders, zo zei eens een wijs man, wil len hun kinderen altijd „meer" laten worden dan ze zelf hebben kunnen presteren. Als dat niet gerealiseerd kan worden, getuigt het alleen maar van een grote wijsheid die bittere pil te slikken. Advertentie

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1964 | | pagina 9