KEES KOOLE bracht Engelandvaarders koelbloedig buitengaats VAN MUIZEN-IN-RAKETKEGEL NAAR NIEUWE STUNTS zaterdagnummer DAN VAN KBETUIG ING EISENHOWER DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN FRANS PETERS Zaterdag 9 mei 1964 In de oorlog had Kees Koole geen last van zenuwen. Hij deed zijn werk nuchter zakelijk, laco niek. Wanneer zijn vrouw smeekte ermee op te houden, haalde hij zijn schouders op en glimlachte goedmoedig. De reactie kwam na de bevrij ding. De opgekropte spannin gen zochten een uitweg. Kees werd ziek. Hij kreeg een maag zweer, nierstenen en andere bij komende narigheden. Kees werd tachtig procent afgekeurd. Zijn gezondheid leek hopeloos. Tien jaar lang vocht hij tegen de her inneringen aan de oorlog. Toen krabbelde hij overeind. Hij had zichzelf overwonnen. Kees Koole telde weer mee. Met de energie van een jonge vent begon hij te bouwen aan het transportbedrijf in Wormerveer, dat hij via be middeling van wijlen koningin Wilhelmina had gekregen. „Het gaat nou weer goed", zegt hij in zijn geriefelijke woning aan de Kerkstraat 233 in Wor merveer. „Ik heb nergens last meer van". Koes zit oen beetje beducht op de bank. want de rust in ziin huis is ver dwenen toen het A N P. melding maakte van een reünie van oud- Engelandvaarders, vandaag in Over- loon. Nooit is Kees in het nieuws geweest. Zijn heldhaftig werk in de laatste wereldoorlog werd nimmer aan de openbaarheid prijs gegeven. Behalve ren dankbetuiging van gene raal Eisenhower werd hem nimmer een onderscheiding verleend. Kees verdween na de oorlog in de massa, zonder dat zijn verdiensten door de overheid werden erkend. Het ANP-bericht heeft daar een einde aan gemaakt. Tijdens de reünie in Overloon zal aan het oorlogsmuse um de vijf en een halve meter lange vlet „Yvette" worden overgedragen. De „Yvette" is het enige van de Engelandvaarders overgebleven scheepje dat op het ogenblik in Loosdrecht wordt teruggebracht in de staat, waarin vier studenten en een meisje Yvette op 30 april 1943 de overtocht waagden. De overdracht geschiedt als symbool van de opofferingen die de vaar- ders zich getroostten en tevens ter herdenking van hen, die bij de overtocht het leven- verloren. De „Yvette" en talloze andere scheepjes werden buitengaats ge bracht door een jonge, verbeten beurtschipper, die de Duitsers haatte omdat zijn broer reeds op de eerste oorlogsdag in 1940 door hen werd gedood. De beurtschip per heette Kees Koole. Sinds zijn naam in de kranten ls verschenen, lopen de journalis ten bij hem de deur plat. Kees is er beduusd van „Twintig jaar lang is er door nie mand met één woord over gerept. Nou staan ze met z'n allen voor de deur om te weten wat ik heb mee gemaakt. Ik houd niet van publici teit. Komt u maar op de persconfe rentie van 9 mei. Ik weet me trou wens niet zoveel meer te herinne- Kees heeft een kleine aansporing nodig. Hij rolt een shagje en grin nikt naar zijn vrouw. Wanneer ik over de „Yvette" praal, haalt hij een groot Delfts blauw bord van de wand. Het laat de afbeelding zien van een bootje op weg naar de Engelse kust. Het geheel is opgedragen aan Kees Koole. „Uit dankbaarheid voor zijn onbaatzuchtige hulp. Yvette Bar- tiema. Jan Bartlema, Henning Mever, Hein Kaars Sijpesteyn, Hein Louwerse" „Dit is mij eind 1946 aangeboden in het studentencafé 't Noordeinde in Delft. Ik ben er erg blij mee. Het is al weer eens geglazuurd, want het liet los". Kees legt zijn benen op de bank en kijkt verlegen rond. Hij is geen bluffer, geen type dat de held haftige jongen wil uithangen. Zijn verhaal komt stekkend op gang: Ik kom uit een echte schippersfa- milie. Mijn grootvader was schip-- per, mijn vader en ik werd het dus ook. Aanvankelijk voer ik op de schuit van mijn vader, maar toen een vriend van mij, die ook schip per was' naar Engeland vluchtte, huurde ik zijn boot. Van zijn moe der. Een scheepje van veertig ton. Westlands model. „Nooit volmaakt" heette het. Ik woonde in Schipluiden en vervoer de aardappelen naar de Hoekse Waard, Voorne-Putten, Goeree- Overflakkee. In 1943 trouwde ik. Van de eerste dag af hadden wij onderduikers in huis en bracht ik mensen buitengaats. In tot&al zijn het er tweeënzeven tig geweest. Meestal wist ik niet wie het waren en waar ze vandaan kwamen. Enkele namen kan ik me nog wel herinneren. Jaap Burger bijvoorbeeld van de Partij van de Arbeid en Hein Kaars Sijpesteyn, Burger was in vijftien uur over, anderen deden er soms een paar dagen over. In het begin was er van organi satie nog geen sprake. De men sen die toevallig mijn naam had den gehoord, kwamen bij mij thuis met het verzoek of ik ze naar bui ten wilde brengen. Op een gegeven moment stond er een man op die de leiding in handen nam. Die meneer heette Schrader. Hij was directeur van de voedselvoor ziening in Den Haag. Hij heeft o.a. een rol gespeeld in de Pintoserie Toen Schrader in Engeland arri veerde is hij langdurig door Pinto ondervraagd. Het had weinig re sultaat. Pinto heeft nooit 'precies geweten wat voor man Schrader eigenlijk was. Ik weet het ook nog steeds niet, terwijl ik toch lang met hem heb samengewerkt. Een zonderlinge figuur. Hij werkt nu bij de gemeente in Den Haag. Hij is econoom, geloof ik Schrader bemoeide zich in de oor log met het in cultuur brengen van de Noordoostpolder. Daardoor be schikte hij over motoren en benzi ne. De bootjes waarmee de Enge- Het bord, dot de „bemanning" van de „Yvette'' hem schonk. landvaarders overstaken werden in Leidschendam gemaakt. Het wa ren zogenaamde scherpslekertjes. De mensen verzamelden zich 's morgens vroeg op verschillen de plaatsen met hun bagage. De aantallen waren gevarieerd. Tien. twaalf, vijf, acht. Om elf uur, half twaalf vertrok ik uit Leidschen dam. Dan was ik zo'n beetje voor donker in Middelharnis. Achter mijn schuit dobberden de bootjes. Eenmaal buitengaats stapten de mensen over, startten het motor tje en voeren weg. Dat is eigenlijk het hele verhaal". Kees doet er verder het zwijgen toe. Alsof zijn gevaarlijke kar weitjes niet meer betroffen dan een normale lijndienst. Zelf nooit behoefte gehad om naar Engeland over te steken? „Ach nee, ik was pas getrouwd. Ik kon me hier goed redden. Ik had geen zin om over te steken". Heeft u nooit angst gekend? „De spanningen die ik had kan ik toch nooit vertellen. Als je dertig bent, trek je je nergens wat van Wanneer vertrok de „Yvette"? In de nacht van 29 op 30 april 1943 De mensen, wier namen op dat bord voorkomen, waren Delflse studenten. Yvette was getrouwd met een van hen Haar moeder was een Russin. Ze komen hier nog vaak op bezoek. Het laatste bootje vertrok in februari 1944. Daarna ging het niet meer. Mijn schip werd gevorderd door de Duitsers. Ik moest erop varen. Dat heb ik aan mijn collega's te danken. Die zeiden tegen de moffen: „Neem zijn schip maar". Het heeft maar kort geduurd, want ik zorgde ervoor, dat de motor to taal onklaar raakte. Ik weet het nog goed. Een klein meisje kwam mijn vrouw waarschuwen. „Er komen Duitsers aan. Zorg dat uw man weggaat". Hebben alle mensen Engeland be reikt? „Neen, velen zijn er gearresteerd. Dat was mijn grote angst. Als ze doorsloegen, kon ik wel vertrekken. Nooit heeft iemand mij verraden, Wei hebben ze iemand beloofd hem vrij te laten als hij een paar namen noemde en vertelde hoe de over tochten georganiseerd werden, Hij noemde de naam van Schrader Toen de Duitsers bij hem huiszoe king kwamen doen, was hij echter al op weg naar Engeland. Van mij wist-ie alleen te vertellen, dat een zekere Kees, die aardappelen vervoerde, de mensen buitengaats bracht. Ik heb nooit last gehad. Ze zijn het nooit aan de weet geko men. Schrader is later nog gedropt in Nederland als kapitein van de geheime inlichtingendienst. Hij werd gevangen genomen in Zwolle en later overgebracht naar Sche- veningen. De Duitsers hadden alle nagels van zijn vingers getrokken". Waar zaten de mensen op uw boot? „In het ruim. Ze hadden vaak de grootste lol met elkaar. Ach ja, het waren allemaal jonge mensen, ze dronken een borreltje of speel den kaart. De motor klonk hard genoeg om het lawaai te overstem men. Op zekere dag bracht ik een vlet weg met vijf mensen. Toen ze ze ventig kilometer op zee waren, durfden ze niet meer verder. Ze kregen watervrees en keerden om. Voor de kust van Hoek van Holland glipten ze door de duikboot ver sper ringen en kwamen zonder kleer scheuren in ons land aan. De vol gende morgen stond een van die jongens weer voor mijn neus. Kun je ie indenken, dat ik verbaasd keek0 Wisten al die mensen iets van va ren? ..Er was er altijd wel eentje bij, die meer ge varen had. Elke groep beschikte natuurlijk ook over een kompas. Maar ondanks dat kompas zijn som mige bootjés toch nog drie dagen onderweg ge weest. Ik vertrok als het hoog wa ter was. zodat de Engelandvaar ders met eb de zee opgingen. Soms moesten tochten worden uitgesteld, omdat er lichte maan was of als er slecht weer dreigde. Dan sliepen de mensen bij mij thuis. De broer van mijn vrouw stak ook over. Hij werkte bij Wilton Fijenoord. Zo vanaf de werf in zijn overall stap te hij bij mij aan boord. Er was ook een groep, die een hoop rot zooi achterliet. Ik was blij dat ze weg waren. Toen ik alle sporen over boord had gemieterd, kwamen ze weer langszij. Ze zagen er geen gat de mensen waren aangekomen in Engeland. Vooraf hadden we een wachtwoord afgesproken. Ik kan me er nog een paar herinneren' „Onze hond heeft pokken" en „Ade- laartje heeft zijn elf veertjes ver loren". En deze: „Horen, zien en werk? „In het begin had zij er een hekel aan. Maar toen zij ontdekte welke mentaliteit de Duitsers hadden, vond ze het goed. Ik ben wel eens een paar keer weggeweest zonder dat ze het wist". Waren het allemaal studenten die overgingen'' „De meesten wel. Maar er zaten ook piloten onder. Daarvoor heb ik die dankbetuiging van Eisenho wer gehad. Hier ïs-ie" Ik lees: „The president of the Uni ted States of America has directed me to express to Cornelis Koole the gratitude and appreciation of the American people for gallant service in assisting the escape of Van Radio Oranje hoorden 1 allied soldiers from the enemy. Dwight D. Eisenhower". Werd er steeds hartroerend af scheid genomen? „Niks hoor. Als je sentimenteel wordt, kun je het niet doen. Ik zei: „Jongens, het beste. We zien elkaar wel weer". Heeft u nog andere karweitjes op geknapt? „Ja, één keer werd ik ontboden door de ondergrondse om naar Dordrecht te komen. Het was na Dolle Dinsdag. Ze vroegen of ik bereid was wapens op te halen in Hoekse Waard Ze waren bestemd voor Dordrecht en omgeving. Dat of Kees Koole, de mon die tweeën zeventig mensen buitengaats deed ik. We waren met zes man aan boord We droegen allemaal een revolver. Als ze ons pikten was het toch met ons gedaan, 's Nachts voeren we over. In de Kalkhaven in Dordrecht kwam ik tussen twee Duitse marine vaartuigen te liggen. Ik had vijftien wapens, corned beef en chocolade aan boord. Za terdag waren we vertrokken, zon dag losten we in Zwijndrecht. De andere dag kwam een oude Duitse soldaat mij waarschuwen. Hij zei: „Zorg dat je weg komt, want ze vorderen je schip" Ik was toen leeg. Hij wist natuurlijk niet, dat ik wapens had vervoerd. Toen mijn vrouw jarig was, gaf ik haar voor de grap een zwaar geschenk. Toen ze het openmaakte, zat er een zes cilinder revolver in" Heeft u nog veel contact met de mensen, die u buitengaats hebt gebracht? „Enkelen. Als ik bij de heren Kaars Sijpesteyn en Burger kom, vinden ze het goed. Ja, wat moet ik er verder nog van vertel len? Ik heb vreselijk veel geluk gehad. Na de oorlog heb Ik een moeilijke tijd gehad. We waren arm. Ik wist niet meer wat ik doen moest. Toen heb ik een brief ge schreven aan koningin Wilhelmina. Die heeft gezorgd dat ik hier kwam Ik transporteer eetbare vetten Ik heb veel werk voor me neer Kaars Sijpesteyn, die fa brieksdirecteur is in de Zaan streek". De zes kinderen van Kees Koole zijn inmiddels thuisgekomen. Zij kijken naar hun vader, die ver legen glimlacht als de fotograaf zijn camera instelt. Hij moet niets hebben van al die drukte. Hij strijkt zijn jongste zoon over zijn kuif en vraagt: „Komen d'r nou nog meer? Ik ben niet van plan dat verhaal iedere keer opnieuw te vertellen. Sjonge, wat een druk te allemaal". llllilllllllllllllllllllllllllllllll'IIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUI1!! IIII1UIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUU1I „Met het oog op zijn maanreisproject, waaraan hij thans hard werkt, heeft de heer Ben M. Koster te Valkenburg mij aangetrokken als vervaardiger von passende ruimtevaartgeluiden", aldus vertelde ons „stuntman" Frans Peters (29) uit Alkmaar. (Men zal zich herinneren, dat hij de man was, die ruim twee jaar geleden heel Nederland op stelten zette en vooral de militaire autoriteiten uit hun doen bracht door een van een oude autoversnel lingsbak vervaardigde „raketkegel" met twee wit te muizen erin aan een parachute in een boom lussen Alkmaar en Bergen te hangen.) VTatuurlijk roept de aanhef van dit artikel bij de 1 lezer veel vraagtekens op, maar de zaak zit zo' de heer Koster van huis uit journalist opende afgelopen zomer in Valkenburg in een „vergeten" en door hem voor exploitatie geschikt gemaakte grot zijn „Fantoom-spelonken", die zich al dadelijk in een grote toeristische belang stelling mochten verheugen. De vreemde met lichtgevende verf bestreken schepselen „uit {ie oertijd" wekten ook de bewondering van de be zoeker Frans Peters, die daarop met de schep per van deze kleurige schijnwereld ging praten en vernam, „dat dit nog slechts een begin was". Koster wil immers een reuzenraket in Valkenburg opstellen, in welks aluminium-glanzende buik iedereen de sensatie van een maanreisje kan meemaken. Met behulp van allerlei elektronische appa- raturen, projectietoestellen en geluidseffecten zal een bijna perfecte illusie gewekt worden. Het trucwerk gaat zelfs zover, dat de „maanreizi- gers" vanuit een raketvenster Valkenburg in bliksemtempo tot een nietige vlek ineen zien schrompelen. De heer Koster, die reeds belangrijke onderdelen van zijn maanproject laat vervaardigen, ontdek te dus in Frans Peters die zich na zijn am bachtsschooljaren via kaaspakhuisknechl en V. en D -verkoper tot beroepsmusicus ontwikkelde een „broeder in de ruimtevaartfantasie". Maar stellig zou hij de zo belangrijke geluidsillus tratie niet aan hem uitbesteed hebben, indien hij slechts de practical joke met de „ruimtemuizen" op /ijn naam had staan. Want de Alkmaarse bas- gitarist van het Atlas-Ensemble, wiens eigenlijke naam Frans de Hoo is, paart een veelzijdige tech nische knobbel aan een onmiskenbaar uitvin derstalent. Dit blijkt wel uit het feit, dat hij een aantal ja ren geleden uitgaande van een oud karkas van een Simca eigenhandig een complete two- sealer sportwagen bouwde, Het voertuig, bijge- naam" het rode snelheidsmonster ,,De Grila", vertoonde een unieke persoonlijke lijn en was uit gerust met allerlei technische snufjes, waarover geen enkele auto beschikte. Met noeste vlijt reviseerde Frans Peters in zijn vrije uren een enigszins uitgediende Fordmotor, die hij van geraffineerde oplossingen voorzag om de compressie zo hoog mogelijk op te voeren. En zo kon het gebeuren, dat verschillende autotech- nische bladen aandacht gingen besteden aan de vakkundige kant van dit werkstuk, dat op de weg een zeer dure en elegante indruk maakte. Maar het is een denkfout, te menen, dat aan de jonge Alkmaarder een autotechnisch-ingenieur verloren is gegaan, want hij zegt: „Ik wil slechts doen, wat ik leuk vind ik ben in het geheel geen man voor de theorie en stellig niet voor formules. Ik zou als technisch specialist in een be paald vak stellig een mislukkig worden Al heel jong bewees hij zijn knutselvaardigheid door van lucifers een hangbrug en een vliegboot te bouwen, waarna al spoedig in het ouderlijk huis een eigen „laboratorium" ontstond, waar 1001 experimenten met geluidsinstallaties, radar en wat al niet uitgevoerd werden. („Ik kan on mogelijk een opsomming geven van de dingen, die ik allemaal zo gemaakt heb.. Een troetel kind was het grote elektrische tableau met num mers, die correspondeerden met contacten op al le deuren van het huis, zodat hij steeds nauwkeu rig kon volgen, waar iedereen heen ging. In die dagen baarde hij ook in de buurt opzien met een Fordje uit '32, dat naast de naam „Roestnik" het opschrift „Groothandel in kleinigheden" droeg. Het wagentje, dat uitgerust was met een zelf in elkaar geknutselde mobilofoon, werd door vrien- de nop een nacht geheel met behang dichtge plakt en in een later stadium door een autobus „gekraakt". Frans de Hoo heeft in verschillende ensembles zijn muzikale talenten ontplooid en daarbij ook vaak zijn speelse fantasie laten werken. De neus- kegelstunt in een boom voor de nachtclub, waar hij de volgende avond met „zijn jongens" zou gaan optreden, was uitsluitend bedoeld als re clame. En het resultaat heeft zijn stoutste ver wachtingen overtroffen getuige het lijvige plak boek, waarmede men wel een paar uren zoek kan brengen Juist dezer dagen ontdekte hij in een uitdragers winkel weer „iels heel moois" om ons land opnieuw met een opzienbarende stunt te schok ken. Natuurlijk moet de zaak nog geheim blijven en hij hoopt maar, dat deze vage waarschuwing vooraf uitgepoetst wordt door een snuifje vergeet achtigheid Maar op het ogenblik moet deze stunt samen met de „produktie" van het ruimtevaartgeluid even wachten, want bij ons bezoek in Alkmaar trof fen we hem bij het... verbouwen van zijn huis aan de Lindenlaan 13, dat zich in een bouwvallige staat bevond. Met de hulp van een collega-musi cus een drummer die als metselaar-tim merman optreedt, ontstaat in feite een geheel nieuw huis (slechts de voorgevel Ijlijft staan om de voorschriften geen geweld aan te doen), dat in ieder opzicht de term „opmerkelijk" verdient. Volgens zijn eigen woorden realiseert hij „heel aparte dingen" op het gebied van de binnenhuis architectuur, zoals een zwevende betonnen trap. („Die giet ik zelf in de wand in Ook komt er een open haard met „kunstvuur", waarbij spiegeleffecten een rol spelen, alsmede glazen wanden met „doorgeefkasten". Het pla fond wordt bedekt met 1000 eierrekjes, die zwart gespoten worden (met losse houten vakken eronder), teneinde bepaalde accoustische effecten te kunnen bereiken. „Ik stel me voor, veel muziek- en geluidsexperi menten te gaan doen, waarbij ik me o.a. ook zal bedienen van mijn eigen stereo-echo-installatie, die natuurlijk ook voor de „maanreis" zijn dien sten gaat bewijzen Maar dit even tussen haakjes Frans Peters hoeft het als geluidsillustrator voor de toekomsti ge Valkenburgse raketvaarders niet uitsluitend te hebben van echotrucs. Hij is n.l. naast al zijn technische en muzikale inzichten ook een goed... geluidsimitator met de stembanden, welke kunst hij af en toe wel eens tijdens een speciale radio uitzending heeft laten horen. „Ik kan van alles maken een straaljager, ap plaus, oorlogsgeluiden, vertrekkende treinen en schepen noem maar op. Ik heb er altijd veel succes mee en wilde er zelfs een keer in door gaan, maar ik ben geen conferencier ik kan de zaak niet aan elkaar praten. In elk geval ben ik in staat, een heel hoorspel of een zwijgende film zonder enig technisch hulpmiddel te illus treren, maar ja hier bestaat weinig behoefte FRANS PETERS aan ik bewaar dit talent maar voor ons en semble, als we b.v. Telstar spelen en ik het ge luid van een startende raket kan imiteren. Ook oogst ik veel bijval met het muzikale verhaal over een oude auto, die ten slotte tegen een boom te pletter rijdt Het zal duidelijk zijn, dat een man als Frans Peters de dag van 1 april moeilijk zonder meer voorbij kan laten gaan. Daarbij zoekt hij het graag in de ruimtevaartfantasie. Zo had hij tijdens een der afgelopen jaren aangekondigd, dat hij persoonlijk als ruimtevaarder de lucht zou in gaan Hiertoe werd in Alkmaar aan de Berger- weg een door doek ommanteld ijzeren geraam te van 23 meter gebouwd De bedoeling was. dat hij op het moment van de lancering in de top zou verschijnen met de verbijsterde kreet: „Wat hebben jullie nou gedaan Jullie hebben de raket vergeten Maar de klucht ging niet door, daar de wind het ijzeren gevaarte zo bedreigde, dat het ontijdig afgebroken moest worden

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1964 | | pagina 13