N
BUISJE
Zwierige elegance
in panel of tube
COWBOY-
OF CONC LIEHOED
Nieuwe mode
sophisticated
Kleding, accessoires en huishou
delijke artikelen, gebruikt bij de
foto's van Lonneke Hoogland en
de illustraties bij „Foamback bij
de marine" en „Goed uitgerust
de schoonmaak in" werden wel
willend afgestaan door N.V.
Bischoff Vlissingen, „Bijou" Mid
delburg, Fa. Frits Gerritsen Goes,
Fa. Roovers Vlissingen, Vroom en
Dreesmann Middelburg, „De
Weefstoel" Middelburg en Mai-
son Van Westen Goes.
Lonneke leunt in de tuin van de
vakschool voor meisjes te Goes te
gen een goedgemutste baby en een
hoedende moeder. Ze is gekleed in
een „beeld van een buisje": buisje is
hier overigens alleen maar gebruikt
omdat Lonneke op gepaste tijden op
de beeldbuis verschijnt - zij toont
hier een luchtig blauw bloesje met
een charmante strikDe rok is wit
met lichtgrijze ruiten waarbij de stof
van Voren schuin werd genomen.
Het zwarte ceintuurtje heeft geen
praktische betekenis want de rok is
foamback: Voorzien van schuimplas-
tic dus, hetgeen het mogelijk maakt
licht materiaal te kiezen dat toch in
zijn model blijft.
De tubelijn, of „panel"-jurk is de meest recente vernieuwing in de damesmode. Kant en klaar verkrijgbaar in de
confectiezaak, of met een beetje fantasie (en goede smaak) zelf te vervaardigen. De paneeljurk is een wat
exotisch getint japonnetje met één enorm contrasterend patroon van reusachtige bloemen, bladeren of daarop
geïnspireerde motieven. Een modelletje eigenlijk voor de vrije tijd. De „ligne tube" duikt evenwel ook in gekle
der gedaanten op. Strakke, eenvoudige jurkjes, zijn dit voorjaar troef. Mooi, erg mooi, met soms een a-syme-
trische kleur- op kleurborduring. Wij zagen een voorbeeld van deze japon bij de heer Meijer in Middelburg. De
ze jurk was uitgevoerd in marine en lichtblauw en voorzien van een wit borduursel. Ook hemdjurken met een
lage rolkraag of een knoopjesgarnering zijn vertegenwoordigd, alsmede geplisseerde japonnen. De mode.
schrijft eenvoud en sierlijkheid voor in sobere, aansluitende modellen, zonder ceintuur, maar met verrassende
details. Voor de grotere maten zijn er frisse modellen, uitgevoerd in cashmir- of matig-druk bewerkte stoffen
in elegante modellen. De damesmode is internationaal geworden en heeft daardoor aan raffinement en vrou
welijkheid gewonnen. Overdadige versierselen zijn helemaal uit den boze. De couturewereld is de vrouw welge
zind en streeft er naar haar zo voordelig mogelijk voor de dag te laten komen, met inachtneming van de prak
tische eisen die de vrouw nu eenmaal zo af en toe stelt..
De lijn van de mantels Is eveneens simpel en gracieus. Rechte modellen, met kleine kraagjes en vaak laag inge
zette mouwen. Revolutionaire ideeën zijn er niet in verwerkt: de modellen zijn min of meer geïnspireerd op
die van het vorig jaar, de kleuren zijn lichtblauw, zandkleur en geel in diverse nuances.
Over de voorjaarspakjes en blouses werden wij voorgelicht door de heer Goedvolk in Vlissingen. Zijns inziens is
de mode hier, evenals bij de mantels, vrij stabiel gebleven.De taille wordt wat meer geaccentueerd maar over het al
gemeen zijn de jasjes van de deuxpièces ruimhangend, en tamelijk kort. De rok is strak, niet of nauwelijks gérend
met een loopplooitje of kleine splitjes opzij. Voor de teeners blijft de neiging naar plooien en ruimte. En natuurlijk
is de rok met uitspringende plooi een onmisbaar attribuut voor de automobiliste die zich wat dat betreft dan ook wel
niet door de mode zal laten dwarsbomen.
Voor de jonge vrouw met de grote maat worden tweedelige pakjes gemaakt in teer pastel: lichtblauw en licht
bruin. Bijzonder geschikt voor haar is een afkledende marineblauwe japon met een geplisseerd wit bovenstukje,
en een marineblauw jasje. Het geheel is erg chic. Wij ontdekten tevens een leuk pakje in de kleur vieux-rose. Voor
de vrouw die durft bijzonder geslaagd. Een troost voor deze dames die niet in de gangbare maatjes vallen: zij
krijgen een grotere belangstelling van de modekoningen. Voor maat 48 bijvoorbeeld is een zachtgroen deux-pièce
ontworpen en het is beslist modieus.
De overhemdblouse wordt verdrongen door een blouse met een vrouwelijker inslag, voorzien van kantgarnering. Ook
de broderieblouse is weer modisch.
Praktisch snufje van een Duits fabrikaat: bij een speciaai soort gelegenheids jurkjes wordt een gesneden mouwtje,
los bijgeleverd. Ook bij enkele pakjes wordt dit nieuwtje toegepast.
En dan de vrijetijdskleding. De jurk voor het weekend is vervaardigd in een sportief model, doorgestikt, en ge
maakt van een soepele, lichte stof.
In de pakjes vindt men de kleur grijs vaak en de gabardine stof komt weer terug in het modebeeld. De costumes zijn
vrijwel alle met kraag en revers, maar dan van een klein model en de revers zitten vrij hoog. En dan zijn er nog de
afkledende wevenitpakjes met soms een voorzijde die enigszins „opengewerkt" is. Het wordt dus al met al een
zwierige, elegante voorjaarsmode, waar elke vrouw met vreugde naar zal uitzien.
Paneljurkjes. Grote enkelvoudige print.
De Amerikaanse president heeft
in zijn hoedanigheid als vrije-
tijdsfarmer de hoedenmodisten
geïnspireerd tot het brengen
van een gecultiveerde cowboy
hoed, met brede rand en zwarte
linten, in velerlei variaties. Deze
hoed komt in Nederland onder
de betiteling „conciliehoed" op
de markt. Ook naar een andere
grote naam uit de wereld is een
hoofs gebaar gemaakt: de Gar-
bohoed, met schuine rand die
min of meer op één oog wordt
gedragen gaat een grote popula
riteit tegemoet.
T"\aar-naast brengt de mode vele toques: zijden en nylon exemplaren, yereey
hoedjes, en de uit bloemetjes of veren bestaande, wat luxueuzer uitvoe
ring. Voor de jonge meisjes hoeden werd „L.B.J." Johnson eveneens ge
ïmiteerd: voor haar zijn er de bolhoedjes en petmodellen, gebaseerd dus weer
op het Amerikaanse. Deze zijn erg grappig: soms zwart met een klep en een
klein groen „steeltje" op de kruin en de kleuren zjjn veelal vrolijk.
Zwart is tot nu toe een veelgevraagde kleur. Voor het voorjaar verwacht de
heer Houmes uit Middelburg veel van de kleuren bernstein en Indus (licht- en
middelbruin), een blauwgroene tint, geranie (licht) rood en lichtblauw (capri).
Hooggespannen verwachtingen heeft de hoedenmode van het flamengo-rose,
dat in diverse modellen is verwerkt.
Als materiaal van de geklede hoed wordt zomervilt en Zwitsers stro genoemd.
In de sjaals, uiteraard aan te passen aan de overige accessoires is de inius-
kleur eveneens te vinden, en de paraplu's worden in vele pasteltinten en ook
mosterdkleurig gemaakt.
Enkele voorbeelden: links de Garbohoed, in het midden v.
stro met groene blaren en een witte organza-margrïet en een eenvoudig
model van resp. Brosseau, Brunschweig en Jacques Isler.
Provinciale Zeeuwse Courant - voorjaarsnummer 1964 - pag. 5
De „boy's look" verdwijnt weer uit de
mode, lente en zomer van dit jaar
worden bevolkt met kleding in een
elegante en weer helemoal-vrouwelïj-
ke stijl. Mode-experts spreken van een
mode die meer „sophisticated" is don
in vorige seizoenen en dat woord kan
nu eenmaal niet door een pakkende
Nederlandse uitdrukking vervangen
worden. Als „sophisticated lady" dus
het voorjaar en de zomer in....
Hoe de Parijse ontwerpers zich die
„sophisticated look" voorstellen kan
thans worden getoond: op de gete
kende illustraties: een mante van Dior,
(links onder) een kostuum van „kos
tuummaakster" Chanel (links boven),
een tailleur van de jonge St. Laurent,
(onder).