Conflict ministerie-Zeeuwse t.b,overeniging nu opgelost Polderbesturen zijn ook debet aan concentratie Supertanker en kustvaarder op Westerschelde in aanvaring LEXINGTON Middelburgse stadsbeiaardier staakt arbeid op de Lange Jan Botsing met tractor kost motorrijder het leven Twee Belgische loodsen gewond in ziekenhuis Vuurdoop Maandag algemene vergadering in Goes ALMANAK GOES' KOOR MET DE „JOHANNES PASSION" Nog steeds organist van de Oostkerk Afwatering in Oost-Zeeuwsch- Vlaanderen is verwaarloosd Geen voorstander Geschiedenis t PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT DONDERDAG 5 MAART 1964 DAVID WON NIET VAN GOLIATH.. Woensdagavond omstreeks half zeven had in de wijk ter Hofstede te Iletran- chement een ernstig ongeluk plaats, dat aan de 25-jarige F. van der Woude uit Rctranchemcnt het leven heeft gekost. De heer Van der Woude kwam per mo tor uit de richting Sluis, juist toen de landbouwer P. D. met tractor en aan hangwagen van links komende de hoofd weg wou kruisen. Een botsing volgde waarbij de motorrijder op slag werd ge dood. Het slachtoffer was ongehuwd. ONGEWILD is liet woensdagmor gen op de Westerschelde tot een treffen gekomen tussen 'n Da vid en een Goliath. Ditmaal won David (het 499 ton metende Duitse kustvaardertje „Hohen- linden") niet van de reus: de 31.489 bruto register ton meten de supertanker „Esso Liège" uit Antwerpen. Vrijwel ongekwetst kon de logge Belgische reus doorvaren, maar het Duitse „notedopje" raakte onmiddel lijk stuurloos, kringelde over het water en liep enkele boeien verder op een zandplaat. Later werd de „Hohenlinden" bevrijd door de Terneuzense sleepboot „Holland" en met eo" ingedrukt stuurhuis naar de Vlissingse binnenhaven gebracht. Twee Belgische loodsen, die zich op de Duitse coaster bevonden, wer den licht gewond. Juist voor de nieuwe Zuid-Sloehaven speelde deze scheepsbotsing zich te gen vijf uur in de morgen af. Afgela den met olie was de „Esso Liège" op weg van de Perzische Golf naar Ant werpen, terwijl de „Hohenlinden" met 700 ton rollen ijzerdraad van Gent naar Denemarken voer. In Terneu- zen was de Belgische loods R. Cor- nille uit Gent aan boord gekomen met de Belgische leerling-loods P. Cambier uit Ostende en de Neder landse leerling-loods T. van Dijk uit Vlissingen. De radar stond „bij" en het zicht was goed. Dit laatste was de reden, waarom men slechts af ei de radar raadpleegde. De kapitein van de „Hohenlinden' Müller uit Steinkirchen, die zich in de kaartenkamer bevond, klaarde later, dat hjj kort voor de aanvaring vanuit het stuurhuis ver schil van mening hoorde tussen de loodsen over de koers. Toen hij bo vendien bemerkte, dat de snelheid van zjjn schip werd teruggebracht, had hij zich onmiddellijk naar de brug begeven. „Ik zag", aldus de ka pitein „dat mijn schip aan de ver keerde kant van het vaarwater zal en bovendien dwars voor de vóór steven van de „Esso-Liège" was ge komen, die met grote snelheid nader- de. Ik liet de voortstuwing op volle kracht vooruit zetten om voor de reu- zentanker weg te komen, maar het was reeds te laat". c „Esso Liège" boorde zich met een daverende klap aan bakboordzijde in het voorschip van de kustvaarder. De „Hohenlinden" werd geheel op zijn zij gedrukt, waarbij het aanvankelijk leek, alsof het schip zou kapseizen. De kustvaarder kwam zelfs zo scheef te liggen, dat de dekhuizen vol water liepen. De tanker schoof vervolgens met het voorschip langs de gehele bakboordzijde van de „Hohenlinden"! en liep op het achterschip in de brug en het stuurhuis. Daarbij werd een grote ravage aangericht. Door de kracht van de botsing werden de drie loodsen in het stuurhuis te gen de grond geslagen. Loods Cornille ging zelfs eerst met zijn hoofd door een raam. Hij liep dan ook wonden door glasscherven aan hoofd en han- den op en bovendien kwetsuren aan een been. Ook zijn landgenoot liep een hoofdwonde op en waarschijn lijk een lichte hersenschudding, als mede een shok. Beiden werden later in het Sint-Josephziekenhuis opge nomen, waar zij kamer 38 delen. Be ter verging het de Duitser en de Ne derlander. De Vlissingse leerling- loods beleefde deze vuurdoop zon der verwondingen op te lopen en de Duitse kaptein kreeg alleen een kleine wond aan zijn rug. Voor alle zekerheid werd er later in het Sint- Josephziekenhuis nog een foto van zijn gekwetste rug genomen. Aanvankelijk liet het zich in de zwaar beschadigde stuurhut allemaal nogal ernstig aanzien. Even meende men zelfs, dat het schip zinkende was en men waarschuwde dan ook onmid dellijk de Breskcnse reddingboot „President Wierdsma". Toen de kust vaarder reeds vastgelopen was, nam deze reddingsboot de beide Belgische loodsen aan boord, alsmede vier van de zeven bemanningsleden; kapitein, stuurman en machinist bleven aan boord. De reddingsboot bracht de twee gewonwen en de Duitse matro zen onmiddellijk naar Vlissingen. Korte tijd later arriveerden ook de Ter neuzense sleepboot „Holland" var Müller en Co. en het bergingsvaar tuig „Zeeleeuw" van Van der Taks bergingsbedrijf bij de vastgelopen kustvaarder. Snel was de „Hohenlin den", die niet beneden de water spiegel bleek te zijn beschadigd, ver lost uit zijn benarde positie en naar de Vlissingse binnenhaven gebracht. De „Hohenlinden" is eigendom van de Poseidon Schiffahrt in Hamburg, die ook een scheepswerf bezit. Waar de kustvaarder gerepareerd zal wor den, is nog niet bekend. De „Esso-Liège" 240 meter lani en 35 meter breed is zonder te stoppen doorgevaren naar Antwer pen. Het schip heeft een stopweg no dig van ongeveer tien mijl. Op de foto: de ,jHohenlAnden" met zijn ingedrukt stuurhuis in de Vlissingse binnenhaven. (Foto P.Z.C.) AFGETREDEN BESTUURSLEDEN WEER KANDIDAAT uit de zuiverste tabakken Zeeuwse Zinnetje Een groot curaivist zette zijn le zers na een inspiratieloze dag eens één zinnetje voor: Amuseert U zich". Wij kunnen ons dat met geen mo gelijkheid permitteren. Maar U moet het er vandaag toch maar mee doen. De lucht is opgeklaard boven de Provinciale Zeeuwse Vereniging tot bestrijding der T.B.C. Acht maanden nadat het bestuur op een spoedeisende algemene vergade ring in Goes en bloc aftrad omdat men in een impasse was geraakt bij het overleg met het ministerie van sociale zaken en volksgezond heid over enkele principiële be leidskwesties, is eindelijk een be vredigende oplossing gevonden. Van Zeeuwse zijde hebben met name burgemeester R. O. M. Wael- put van 's-Heerenhoek en de ad ministrateur, de heer A. de Lange zich ingespannen om weer tot een gesprek te komen. De kleine groep bestuursleden, die zich vorig jaar juli bereid verklaarde de lopende zaken te behartigen, heeft nu een brief Uit „Den Haag'' ontvangen, waarin aan praktisch alle wensen van de Zeeuwse t.b.c.-vereniging is tegemoetgekomen. Deze week heeft het oude bestuur weer vergaderd. Bijna alle in juli vorig jaar afgetreden bestuursleden verklaarden zich tydens deze bijeen komst. bereid voor een benoeming in het weer op de been te brengen be stuur van de Zeeuwse vereniging kandidaat te willen staande héren F. de Nys uit Graauw-Langendam, dr. J. J. Okker te Middelburg, dr. P. B. Ornée te Vlissingen, dr. R. C. Re- nes te Oud-Vossemeer, dr. J. Tesink te Goes en de heer R. O. M. Waelput te 's-Heerenhoek. Notaris J. C. Kram uit Kapelle had al eerder te kennen gegeven, dat hij ook het „bestuur van de lopende zaken" wenste te verlaten. In zijn plaats en in die van de heer H. S. J. Timmer deze laatste stelde zijn functie om een per soonlijke reden beschikbaar zal ih de nabije toekomst met nieuwe benoemin gen worden voorzien. Ook bestaat nog steeds een vacature in Schouwen-Dujve- land. Aanstaande maandagavond zal in hotel „De Korenbeurs" te Goes opnieuw een spoedeisende algemene ledenvergadering worden gehouden. Maar nu met een veel positiever karakter dan in juli van het vorig jaar. Drie van de twaalf vroegere bestuursleden zijn toen in hun functie aangebleven, omdat zij aangewezen wa ren door een instantie: mr. dr. A. J. J. M, Mes namens het provinciaal bestuur, de heer C. J. van Hootegem van Honte- nisse namens de vereniging „Het Wit- Gele Kruis" en dr. F. G. Vaandrager uit Domburg voor „Het Groene Kruis". In die vergadering zal de laatste brief van het departement aan de orde. wor den gesteld. De brief, waarmee de lang slepende kwestie de wereld uitgeholpen wordt. Het ministerie en de Zeeuwse Vereniging tot bestrijding der T.B.C. hebben elkaar weer gevonden. In het laatste schriftelijke contact is Zeeland zelfs een functionaris méér toegezegd dan was gevraagd: een tuberculinezuster voor het bepalén van de zogenaamde Mantouxreactie bij de scholieren. „De zaak is nu zover dat we verder kunnen", zo vertelde ons'de heer De Lange. En dat is voor de Zeeuwse „t.b.c.-vereniging" een hele opluch ting. Het is ook het resultaat van een levendig contact tussen de vereniging enerzijds en aan de andere kant de inspectie van de volksgezondheid in Middelburg, de hoofdinspectie in Den Haag en het ministerie. Men zal zich de gang van zaken, die tot het ontslag-en-bloc heeft geleid, her inneren. Er smeulde al enkele jaren een conflict tussen het bestuur van de Zeeuwse t.b.c.-bestrijding en het minis terie van sociale zaken en volksgezond heid. Na drie jaar van vergeefse pogin gen zag het bestuur zich vorige zomer volledig afgesloten van iedere vorm van overleg met het ministerie over de ver andering in de opzet van een goede t.b.c.-bestrijdingsdienst in Zeeland; na dat deze ziekte steeds verder is terug gedrongen. Een brief van het ministerie, gedateerd 14 mei 1963, deed de deur aicht. Het ministerie maakte het bestuur van de Zeeuwse vereniging duidelijk, dat Na veertig jaar zal op woensdag 25 maart 1964 Bachs „Johannes Passion" In de Grote Kerk te Goes opnieuw weer klinken. Ditmaal zal de christelijke ora torium vereniging „Willem 't. Hooft" on der leiding van Adriaan Kousemaker het werk tot uitvoering brengen. Voor de begeleiding zorgt het Zeeuws Ka merorkest. Met grote zorg wordt de uitvoering door de dirigent, de heer A, Kousemaker, voorbereid. Het koor en het begeleidend Zeeuws Kamerorkest houden deze maand gezamenlijke repetities. Er wordt hard gewerkt en de organisatoren verheugen zich erover dat hier samen werking tussen een Zeeuws koor en een Zeeuws orkest mogelijk is. De evangelistpartij wordt vertolkt door de tenor Chris van Woerkom uit Ant werpen. De Christusparty wordt gezon gen door de bas Max van Egmond, die de laatste jaren met zijn vertolkingen steeds meer bekendheid krijgt. Met de sopraan Ans Rieke, die vorig jaar in Vlissingen uitmuntte bij de uitvoering van Handels „Messias", 'kan het Zeeuw se publiek nu opnieuw kennismaken. De altsoli worden door Tony Jaanus-Retel gezongen. De Pilatuspartij en kleinere as-aria's worden vertolkt door de jonge bas Kees van Zuijlekom. Om ook bezoekers van bulten Goes ter wille te zijn is het aanvangsuur op half acht gesteld, Vertrek naa.r de dorpen is na afloop van de uitvoering dan nog mogelijk. A. van Hootegem te Hansweert begraven Op de r.-k. begraafplaats van Hansweert is woensdag onder grote belangstelling het stoffelijk overschot van de heer A. van Hootegem ter aarde besteld. De heer Van Hootegem, die zaterdag over leed, was 78 jaar oud. Voor de begrafe nis droeg een neef van de overledene, kapelaan E. Bulaers uit Oosterhout, in de parochiekerk te Hansweert een mis op. Op verzoek van de overledene werden er aan de groeve geen toespraken gehou den. Naast de vertegenwoordigers van de ge meente burg. A. Schipper en de beide wethouders was er ook een brede be langstelling uit agrarische kringen, ver tegenwoordigers van tal van verenigin gen en organisaties, waarin de heer Van Hootegem werkzaam is geweest. van departementale zijde geen medewer king was te verwachten voor de benoe ming van een derde districtsverpleeg ster in de provincie, gestationeerd ïe Middelburg. Voornemen Verder maakte het ministerie zijn voor nemen kenbaar om Tholen en Sint-Phi- lipsland op het vlak van de t.b.e.-bestrij- ding van Zeeland af te splitsen en onder te brengen bij een Brabantse vereniging. In beide gevallen vond het ministerie het bestuur van de Zeeuwse vereniging vierkant tegen zich. Volgens het bestuur is goed functioneren van de bestrijdings dienst zonder een derde districtsver pleegster onmogelijk. En wat Tholen en Sint-Philipsland betreft: de vereniging héd daar geïnformeerd wat de bevol king ervan dacht, wat de artsen ervan dachten, wat de kruisverenigingen er van dachten. Allen wilden deze gebieden ook binnen het kader van de vereniging bij Zeeland houden. Niet alleen om geo grafische redenen, maar om allerlei an dere motieven. En dan was er nog de kwestie van de werkindeling en de' sa lariëring van de twee t.b.c.-artsen. Om dat het ministerie zyn visie om die be wuste brief min of meer als een bevel tot uitvoering wilde zien, trad het bestuur en bloc af. Sinds juli 1963 is het beslist niet stil geweest. De mannen, die de lopende zaken hebben afgewikkeld, hebben byzonder veel contact gehad met de overheidsinstanties. En dat heeft, er dan thans toe geleld dat men elkaar heeft gevonden. Th. C. Ferwerda„maar niet voorgoed" STADSBEIAARDIER Th. C. Ferwerda heeft zich in Middel burg nog al eens kunnen „ver treden". Vele malen is hij bin nen de dikke muren van de Lange Jan de uitgesleten wen teltrap en de ladders opgegaan om boven, 282 treden hoog, in de cabine „misschien wel de mooiste van Nederland" het toetsenbord van het Idokkenspel te gaan beroeren. Vorige week donderdag strooide hij nog met gulle hand speelse carillonklan ken over Zeelands hoofdstad uit. Niet voor de laatste keer echter. De heer Ferwerda zon niet graag. Maar voorlopig heeft hij dan toch afscheid genomen van de Lange Jan. Bij het be reiken van de pensioengerech tigde leeftijd is zijn taak als stadsbeiaardier met ingang van 1 maart officieel geëindigd. De benoeming van een opvolger is aanstaande. Vanaf begin 1927 heeft de heer Fer werda de toren laten zingen. Elke donderdagmiddag van twaalf tot één uur gebeurde dat. Ieder jaar ook liet hy op de eerste mei 's morgens van zeven tot acht uur het „mei deuntje" klinken. Dat herhaalde zich op de vrijdagavonden van die maand. En natuurlijk bespeelde de stads beiaardier ook op koninklijke feest dagen het carillon. Voor de St.-Nicolaas en de kersttijd maakte de heer Ferwerda banden voor het speelwerk, een vernuftig systeem, dat het mogelijk maakt dat het klokkenspel bij afwezigheid vain de beiaardier toch in werking komt. Voor een langdurige onderbreking van de heer Ferwerda's werkzaam heden op de Lange Jan zorgde het oorlogsgeweld, dat de bronzen klan ken van 1940 tot 1953 deed verstom men. Activiteiten De activiteiten van de heer Ferwer da hebben zich niet bepaald tot het bespelen van het carillon in Middel burgs trotse toren beperkt. Hij was dan wel als beiaardier in gemeen telijke dienst, sinds 1927 oefende hy daarnaast in dienst van de hervorm de gemeente eerst in de Nieuwe Kerk en later in de Oostkerk ook het beroep uit van hoofdorganist. In 1953 aanvaardde hij bovendien nog een functie in provinciaal verband door docent te worden aan de Zeeuw se Muziekschool. BRAND OP BOUWPROJECT VAN DOW CHEMICAL Woensdagmiddag omstreeks kwart over één ontstond brand in een in aanbouw zijnde plastic-afdeling van Dow Chemi cal in de Nieuw-Neuzenpolder te Ter- neuzen. Werklieden hadden langs éér de wanden zeilen gehangen om zich te beschermen tegen de koude en vlak daarbij hadden zij bakken met branden de cokes op de bouwsteigers geplaatst, Eén van de zeilen wapperde tegen een cokeso'ven en vatte vlam. Hoewel de bouwvakkers vrij vlug kans zagen het vuur met een rubberslang te bestrijden en te doven, konden zij toch niet verhinderen, dat zes zeilen, een aantal steigerplanken en een gedeelte van een betonbekisting verbrandden. De Terneuzense brandweer, die vlug ter plaatse was, behoefde geen slangen meer uit te rollen. De schade bedraagt drie /ierduizend gulden. Grote belangstelling voor boekenfeest belangstelling voor het Zeeuwse boekenfeest, dat zaterdagavond in „Bri tannia" te Vlissingen wordt gehouden, blijkt bijzonder groot. De zaal was woensdag reeds bijna geheel uitverkocht. De commissaris aer koningin, jhr. mr. A C- de Casembroot, heeft zich be reid verklaard het feest te openen. Ka- rel Jonckheere, die zoals bekend een le zing zal houden, heeft als onderwerp ge kozen „Schrijvers in den vreemde''. Hij zal vertellen over een aantal reizen welke hy maakte en over ontmoetingen met schrijvers welke hij daarby ha< DIJKGRAAF DAVID IN SLUISKIL Dijkgraaf P. David heeft woens dagmiddag tijdens een feestverga- dering ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van „De Fiers- senspolder" (Sluiskil) een eerste reactie doen horen inzake het te, verwachten voorstel van G.S. om de meer dan 100 polders en water schappen in Oost-Zeeuwsch-Vlaan- deren te reorganiseren tot drie grote waterschappen. Zoals In «le P.Z.C. van 21 december 1963 werd gemeld, zouden alle polders van Oost-Zeeuwsoh-Vlaanderen, ten westen van het kanaal Terneuzen-Gent wor den ondergebracht in één waterschap. Een tweede waterschap zal het gebied ten oosten van het kanaal opnemen tot, de lijn Kampen-Stoppeldyk-Vecr, daarna in oostelijke richting, waar de lyn juist voor Hulst in zuidelyke rich ting afbuigt tot aan do grens nabij Heikant. Het gebied ten oosten van deze gebroken Hjn zal dan het derde waterschap gaan vormen. Dijkgraaf David zei tot dc stembe voegde ingelanden, dat de polders en waterschappen zelf voor een belangryk deel debet zyn aa.n deze voorgenomen reorganisatie en wel met name omdat de afwatering van de polders in vele gevallen is verwaarloosd en zestig pro cent niet voldoet aan de daaraan te stellen eisen. Overigens toonde hy zich volstrekt geen voorstander van deze concentra tie. „De verhoging van de zeedijken op deltahoogte gaat" aldus de dijkgraaf „400 miljoen gulden kosten". Hoe de verhouding rijk-waterschappen voor wat betreft de kosten, daarvan zal wor den, kon hij nog niet zeggen. Wel, dat de geconcentreerde waterschappen het onderhoud van de dijken op zich zullen moeten nemen. Dat laatste noemde hij onjuist. „Het water van de Schelde is niet van ons, evenmin het vaar- en vis recht, dat daarop wordt geheven", Dit werk heeft hij by het bereiken van de 65-jarige leeftijd gestaakt, maar zo zegt hij, „gelukkig bestaat er voor organisten geen leeftijds grens", zodat hij de liefde voor de muziek nog steeds in zyn orgelspel kan uitdragen. Liefde voor zijn werk heeft de grijze Friese musicus inderdaad. In zijn levendige gesprekken, waarin hy van de hak op de tak springt, steeds weer nieuwe er varingen vertellend, openbaart zich dat duidelijk. Ook blijkt uit zijn opvattingen da.t hij een mo dern denkend mens is al zegt hij zelf, af en toe toch nog een con servatieve houding aan te nemen. De heer Ferwerda werd op 11 fe bruari 1899 in Leeuwarden geboren. Daar groeide hy ook op. Men zou kunnen zeggen dat de belangstelling voor de muziek hem aangeboren was. „Ik heb", zo vertelt hij, „van myn zevende jaar af pianoles gehad. La ter kreeg ik ook nog zangles van Cornelie van Zanten, maar daar ben ik niet verder in doorgegaan. Thuis werd er veel gemusiceerd, zodat we ons vertier meestal binnenskamers zochten. Myn vader was dirigent van. een koor. Hij zong ook prachtig. Myn broer speelde viool, Moeder was de enige die luisterde. Toen ik zes tien jaar oud was en mijn broer dertien gaven we met het koor van vader op onze h.b.s.-avond een concert. Wilt U weten wat ik speel de? Ik zal het nooit vergeten. Het was de Mondscheinsonate en een polonaise van Chopin. Uit t hoofd ging dat. lit zou het nou niet meer Aan de heer Th. C. Ferwerda, stads beiaardier te Middelburg, is met ingang van 1 maart eervol ontslag verleend. Dat betekent nog niet dat de heer Ferwerda, die thans met zijn echtgenote aan de Boulevard Bankert te Vlissingen woont, voor goed afscheid heeft genomen van de Lange Jan. Hij zal nog als ver vanger optreden. Deze foto toont de heer Ferwerda in actie aan de speeltafel op de Lange Jan. (Foto P.Z.C.) flode dat hij (laar als ambtenaar werkzaam was, behaalde hy het di ploma staatsinrichting en gemeente administratie. Veel zou hy er niet aa,n hebben, want de heer Ferwerda voelde wel dat het kantoorleven hem niet kon boeien. Al gauw begon hy serieus te den ken aan een muzikale opleiding. Daarmee startte hij in Rotterdam waar hij in betrekkelijk korte tyd met succes door het examen van de Nederlandse vereniging van organis ten heenkwam. Het staatsdiploma was er toen nog niet. De heer Fer werda werd organist van de Wester- kerk, daarna van de Gallileërkerk te Leeuwarden. In 1927 werd zijn aanstelling te Middelburg een feit. Daar volgde hij de heer A. van Os op. Hij werd benoemd tot organist van de Nieuwe kerk. Ook benoemde de gemeenteraad hem tot stads beiaardier. Jaar later Leerlingen Amper een jaar later bespeelde de heer Ferwerda voor het eerst een kerkorgel. „Dat was tijdens een uit voering in do grote kerk van Leeuw arden, teen de organist verstek moest laten gaan en ik mocht invallen. La ter zon dat meer gebeuren by het waarnemen van diensten". Na de militaire dienst kwam de heer Ferwerda op de provinciale griffie te Leeuwarden terecht. Tijdens de pe- aldus dijkgraaf David, die het als zodanig onredeiyk noemde, dat de waterschappen straks de vernieti gende uitwerking van de golfslagen van supertankers en dergelijke moe ten gaan opvangen en bekostigen. Voorts zei hij bezwaar te hebben tegen te grote eenheden, te zware toppen in de waterschappen en als gevolg daar van te hoge lasten. „Ik vind dat totaal onnodig en als hier iemand is, die con centratie wel juist vindt:, laat hij dan zijn vinger opsteken", zei de dijkgraaf tot de ingelanden. Niemand stak de vinger op Ter gelegenheid van het eeuwfeest gaf dijkgraaf David een geschiedkundig overzicht van de ruim 172 hectare grote „Picrssenspolder", waarvan de indyking in 1864 werd voltooid. De pol der werd gesticht tydens een vergade ring te Hulst, waar Jozias de Fejjter tot eerste dykgraaf werd gekozen. De polder besloeg toen een oppervlakte van 188 bunder, 17 roe en 19 ellen, waarvan later door onteigening wat is afgegaan. Uitvoerig ging de dykgraaf in op de moeilykheden van de eerste jaren, toen vry grote gaten in de dykon sloegen en die moesten worden herstel mot gel den uit een buitengewoon geschot van f 100 per hectare. Voorts wees hy op de enorme verschillen aan onkosten, lasten, maar ook produktenopbrengsten tussen een eeuw geleden en nu. Een hectare grond werd toen geschat op f 22. terwyl een ton puin wegenver harding vanaf de cokesfabriek te Zel- zaele naar de plaats van bestemming werd aangevoerd voor een gulden. „Daar zal de leverancier niet meer dan een droge boterham aan hebben ver diend", dacht de dijkgraaf. Weinig roede woorden had de" heer David voor ie landbouwpolitiek van de regering na 1945. De concurrentie, die ons land wil- /oeren met andere landen ging over de rug van de boeren, die een zo goed koop mogeiyk voedselpakket moesten leveren", aldus de Sluiskilse dijkgraaf. Ook bleek hij weinig vertrouwen te heb ben in de toekomst van de agrariërs. „Je moet al een flinke boer zyn, wil je het dagloon van een arbeider verdie nen", zo zei hy. Voorts was hij van mening, dat er een depressie in de lucht zit en dat er een tyd zal komen, dat de produktiekosten hoger zullen komen te liggen dan de opbrengst vnn het produkt zelf. Na deze ietwat in mineur geëindigde jubileum rede ging het gezelschap overigens op gewekt aan de. feestmaaltijd in bet ook al tot verdwynen gedoemd* Sluiskilse „Meert". De heer Ferwerda heeft in de loop der jaren een grote kring van leer lingen gehad. Hij heeft vele kerkor- fanisten opgeleid, onder wie enkelen .e hij klaar maakte voor verdere vakstudie. Tot mei 1940 bespeelde de heer Fer werda het orgel van de Nieuwe Kerk tot een felle brand zyn activi teiten abrupt deed beëindigen. Deze brand die de muziekstukken van de organist bijgewerkt met talrijke aantekeningen in vlammen deed opgaan, wns een gebeurtenis die veel indruk op de heer Ferwerda heeft gemaakt. „Ik stond te huilen als een kind. Zo erg vond ik dat alles weg was." Vooral het. verloren gaan van het kerkorgel heeft hem toen diep geschokt. „Het was ook zo'n prachtig instru ment met zo'n mooie klank, zo prachtig geintoneerd. Tot twee keer toe heeft Albert Schweitzer tydens concerten in Middelburg me" gewe zen op dit prachtige instrument". Toen de Oostkerk later hoofdkerk werd, verhuisde de heer Ferwerda mee. Na enkele jaren van onderbre king kwam hij weer terug naar de Oostkerk. Jammer Jammer vindt de heer Ferwerda het. dat het uit 1774 daterende orgel in zulk een slechte conditie verkeert. „Het is een prachtig drielciaviersorgelwaarvan ik er echter maar één kan gebruiken. Ook het pedaal is slecht. Er zyn wel plannen voor restauratie, dat kan nog wel even duren. Tot zo lang haal ik er wel uit, wat er uit te halen valt". De heer Ferwerda betreurt het even eens, dat by de nieuwste orgels de sentimentele registers ontbreken. „Laat ze die strijkregisters er toch in laten. Je mist anders de contras ten zo. Ik zie een kerkorgel als een orkest, een koninklijk instrument, dat door het ontbreken van de strijk registers incompleet is geworden. Als een modern componist ze niet wil gebruiken laat hij dan de re gisters ingetrokken laten. Overigens ben ik van mening dat deze nieuwe stroming wel van tijdelijke aard zal zijn". OM IIET VRIESPUNT Overwegend droog weer met veel be wolking en maar enkele verspreid voor komende opklaringen. Matige tot krach tige noordoostclykc wind, temperaturen het vriespunt.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1964 | | pagina 2