15 1 iL ti//, VIJF Zeeuwse burgemeesters de heer D. C. Bouwense van St.-Maar- tensdijk, mr. J. Drijber van Middelburg, mr. F. Th. Dijckmeester van Zie- rikzee, mr. F. G. A. Huber van Goes en mr. B. Kolff van Vlissingen heb ben hun medewerking aan dit industrienummer verleend in de vorm van een gesprek (foto). Met als gespreksleider onze hoofdredacteur, de heer G. A. de Kok, zijn zij rond de tafel gaan zitten voor een anderhalf uur durende discus sie over de industrialisatie in Zeeland, de recreatie en tal van andere aspecten van de moderne Zeeuwse samenleving. De burgemeesters werd daarbij een aantal vragen voorgelegd, die tot de volgende conclusies leidden Toeneming bedrijvigheid en toeristenbezoek, letten op belang recreatie karakter provincie zal veranderen, evenals mentaliteit bevolking, stilstand van voorheen is planologisch voordeel. Vervolg oppag. 17 P B O V I N C I A L E ZEE V W S E O O V B A N T VISIE VAN VIJF De veranderingen in Zeeland zijn de laatste jaren opvallend. Sedert de industrialisatie een paar jaar geleden in Zeeland op gang is gekomen, valt er een toenemende bedrijvigheid in deze provincie waar te nemen. Niet alleen door vestiging van nieuwe bedrijven, maar ook door uitbreiding van bestaande industrieën. Tegelijk met deze industriële opbloei ziet men een sterk toenemend toeristenbezoek en uitbreiding van het aantal winkels, hetzij door nieuwbouw, hetzij door verbouw. i ,i Er behoort bij de industrialisatie gelet te worden op de belangen van de recreatie. Beider belang zal wel eens tot het aangaan van een compromis aanleiding geven. Zo zal men voor zichtig moeten zijn bij het aantrekken van bedrijven bijv. wier afvalstoffen de lucht verontreini gen. Een speciaal probleem wordt voorts gevormd door de sanering van de oude stadskernen: het nieuwe moet worden ingepast in het zo waardevolle oude. De ontwikkeling, zoals die zich thans aftekent, zal het karakter van Zeeland zeker verande ren, alsook de mentaliteit van de bevolking. Dit laatste manifesteert zich hier en daar reeds. Men denke aan het dialect, dat langzaam maar zeker wordt teruggedrongen. De verande ringen in Zeeland vallen samen met een algehele ontwikkeling op dit terrein in Nederland (veranderingen onder invloed van de televisie, buitenlandse reizen, onderwijs enz.). In Zee land, dat veel in te halen had, is hef proces versneld. Als een gelukkige omstandigheid voor Zeeland mag worden beschouwd, dat de industrialisatie niet 60 jaar eerder op gang is gekomen (opmerking van mr. Kolff). Voor Zeeland is het zeker gunstig, dat er een stilstand is geweest: als de huidige ontwikkeling 60 jaar geleden op gang was gekomen in een tijd, waarin in vele opzichten de ontwikkeling meer op haar beloop werd gelaten, zou er uit landschappelijk oogpunt gezien veel meer bedorven zijn. Er kan pla nologisch thans veel beter worden gewerkt. De VHJe hebben de laatste ander half tot twee jaar de nei ging om een beetje breed te doen. We vinden, dat het met Zeeland de goede richting uit gaat wat de industrialisatie be treft. „Met deze inleidende zin nen kwam hoofdredacteur Kok tot zijn eerste vraag: „Is er toch wat bereikt?" Een eensgezind „ja" was daarop het antwoord van de vijf burgemeesters, die achtereenvolgens hun vi sie gaven op de industria lisatie in dit gewest, daarbij vooral uitgaand van de ervaringen in hun eigen gemeente. Burge meester Kolff sprak het woord „indrukwekkend" uit, toen hij er op wees, dat de cijfers aantonen, dat een toenemend aan tal mensen in de Zeeuwse industrie te werk wordt gesteld. „We zijn op de goede weg", al dus Vlissingens burgemeester, die er overigens aan toevoegde: „Dit geldt nog niet in die mate voor mijn gemeente". Hij herin nerde er daarbij aan, dat het aantal werkers bij De Schelde is teruggelopen, namelijk van 3800 tot 3500. Dit echter meer als gevolg van rationalisatie en mechanisatie in de scheepsbouw dan van verminderde werkgele genheid. Daarnaast ziet men evenwel verheugende activitei ten in de lichte metaalindustrie, ketelbouw, scheepsreparatie (Sloe) en scheepssloperij. P.Z.C.-vraag: „Is er echt sprake van verandering of is het alleen maar een slagzin?" Mr. Drijber: „Als het laatste het geval was, dan nóg was het verantwoordMaar het is beslist niet alleen een slagzin". Ook hij zag een duidelijke in dustriële ontwikkeling in Zee land. „Het blijft niet alleen bij woorden, er zijn daden", con stateerde hij. Weliswaar zijn de daden nog beperkt Zeeland is pas in 1959 probleemgebied ge worden met kerngemeenten maar juist daarom mag men niet te haastig zijn met oorde len, vond hij. Of men nu spreekt van een probleemgebied of van een spreidingsgebied, beide woorden zeiden mr. Drijber wei nig. „Het gaat er om hoeveel geld men van de regering krijgt. De naam doet er in dit geval niets toe". Wat de industriali satie betreft was mr. Drijber van mening, dat te weinig het accent wordt gelegd op bestaan de bedrijven. Wat dit laatste aangaat noemde hij voorbeelden van ver-- heugende ontwikkelingen in zijn eigen stad: de Vi- trite en Boddaert. Minder tevreden was mr. Drijber over het feit, dat de rege ring wel woningconting- gent beschikbaar stelt voor nieuw te vestigen be drijven, maar dat be staande bedrijven, die be langrijk uitbreiden vrij wel geen woning kunnen krijgen. Voor de Vitrite bijvoor beeld, die in enkele jaren tijd het aantal werknemers van ruim 400 tot ruim 600 zag stij gen, werden in 1962 drie en in 1963 geen woningen toegewe zen. „Onjuist", formuleerde hij kort en krachtig, „maar er zijn op het gebied van de woning bouw ook lichtpunten". V.V- :'ifïs -WW

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1963 | | pagina 41