Anderhalve eeuw
Bijbelgenootschap
CONCILIE, TWEEDE FASE
I Rassendiscriminatie
DE VROUW IN HET AMBT
Nieuwe generaal
Jx otÜL-
zaterdagnummer
i M OEKU
l MEDISCH
j JONGEREN
l KONGRES
1963
Op gang
CONGRES DER
VIJFDUIZEND
Proberen
'ii km stamt
Internationale rally
gewonnen met
nieuwe motor-olie
Zaterdag 5 oktober 1963
Cr is iets aan 't veranderen,
er is iets op til: een meng
seltje van oecumene en heel veel
goede wil". Zo zong Seth Gaai-
kema vorige week zaterdag op
het oecumenische jongerencon-
gres in Utrecht. Oecumene en
heel veel goede wil: de oecume
nische gedachte, de gedachte
van samen denken over en sa
menwerken aan de eenheid der
kerken stond op dit congres in
het middelpunt van de belang
stelling. Jongeren uit vrijwel al
le kerken in ons land ontmoet
ten elkaar in een jeugdig
enthousiasme en met heel veel
goede wil.
Rooms-katholieken praatten met ge
reformeerden, hervormden schoven
bij aan de tafels en christelijk ge
reformeerden zaten naast lutheranen,
doopsgezinden of jongeren van het
Leger des Heils. Vijfduizend jonge
ren zongen samen „Muren, muren
mogen ze niet vallen? God laat de
bazuinen schallen, zoals eens voor
j:
Jericho". En ze gingen aan het eind
van de middag naar huis met het
gevoel of het heel gewoon was, dat ze
samen daar in die reusachtige hal
waren geweest. Dat het heel normaal
was, dat ze samen aan een maaltijd
van brood en vis hadden aangezeten,
zoals eens vijfduizend mensen werden
gespijzigd aan het Meer van Galilea.
De jongeren gingen naar hun woon
plaats terug met de opdracht „Mor
gen gaan wij ontdekken": de andere
kerk ontdekken, die andere wereld,
waarin andere jongeren leven of
zoals dr. L. G. M. Aiting von Geu-
sau, gedelegeerde voor oecumenisch
werk van de bisschop van Gronin
gen het uitdrukte „God in alle men
sen zien en tot de ontdekking ko
men, dat zij eigenlijk precies dezelfde
zijn en dat wij er zoveel gemeen
schappelijks mee hebben". En dan
was er die andere opdracht, die
daarmee verband houdt: de dienst
aan de wereld, die bestaat uit bij
voorbeeld een jaar zich inzetten voor
de medemens in nood, in oecumeni
sche werkkampen, in sociaal werk,
zoals de suggesties waren van ds.
H. van Andel, secretaris van de
oecumenische jeugdraad in Neder
land.
Op talloze plaatsen in ons land is
dit werk al op gang gekomen.
Jongeren uit verschillende kerken
werken samen op de Veluwe in
weekendhulp. Dat wordt ook gedaan
in Noord-Holland, in Friesland, in
Brabant.
Ds. Van Andel noemde ook week-
eindhulp in gevangenissen, in zieken
huizen en in bejaardentehuizen, want,
zo stelde hij „het is een misverstand
te menen, dat de oecumenische bewe
ging alleen de eenheid van kerken
nastreeft oecumene betekent: de
hele wereld, het hele dorp, de hele
woonwijk, enzovoort". En op het
plaatselijk vlak, zo meende hij, kun
nen de jongeren uit de kerken door
samen iets te gaan doen het leven
van anderen leefbaar maken. „Chris
tenen moeten altijd alles samen
trachten te doen, behalve wanneer
hun geweten hen dwingt apart te
handelen".
„Er is geen ander oecumenisch per
spectief dan „doen", zei ds. Van
Andel. Voor de jongeren is dit wel
licht het beste perspectief, want,
zoals bleek uit een opënbare forum
discussie op het congres: wat de
oecumene is, wat het begrip oecu
mene inhoudt, staat vele jongeren
niet duidelijk voor de geest. „Men
praat in moderne taal, met moderne
woorden, maar als je vraagt hoe zie
je het en geef eens een persoonlijke
visie, dan lopen de theorie en de
praktijk uiteen", zo verklaarde een
gereformeerd forumlid.
Eén der ruim zeventig Zeeuwse
deelnemers aan het congres, me
juffrouw L. D. Veldt (gereformeerd)
uit Goes noemt het „een soort stoot
troepen inzetten". Wat zou er in
Zeeland op dit gebied kunnen en
moeten worden gedaan? „In de
weekeindhulp hoef je niet naar eik
aars kerk te vragen, de praktische
hulp aan de naaste staat daarbij op
de voorgrond. Laten we maar dicht
bij huis beginnen en de grote inter
nationale zaken overlaten aan wie
het kunnen. Ik heb in werkkampen
gezeten en als je zo samen bent, jon
geren uit de verschillende kerken,
dan zie je de praktische oecumene
al. Dan komen de gesprekken van
zelf".
Magda Dellaert, r.-k. kleuterleidster
uit Vlissingen is al direct maandag
na het congres met iets nieuws be-
onnen in liet kleuterklas. „Ik vind,
at we bij de kleine kinderen de
basis moeten leggen. Dus heb ik de
kleuters verteld heel eenvoudig
natuurlijk over de oecumene en
toen kregen ze een stuk papier,
waarop ze hebben getekend hoe ze
de eenheid onder de mensen zagen.
Vrije expressie dus, maar zoiets is
nog maar een experiment geweest.
Als het lukt ga ik er mee door. Dit
zou een gevolg moeten hebben op de
lagere scholen, de godsdienstlessen
zouden helemaal in de oecumenische
sfeer moeten worden gegeven. Ver
der zouden ook gespreksgroepen ze
ker zin hebben. We hebben hier in
Vlissingen al wat jongeren uit an
dere kerken, die er ook iets in zien".
In de Zeeuwse steden hebben ver
schillende jongeren elkaar vóór en
na het congres al gevonden, in enkele
dorpen ook al. „Jammer genoeg is
er bij ons in Rilland-Bath nog wei
nig. Wc zouden met de C.J.V. moeten
komen tot gespreksavonden, het
gaat er toch om elkaar te leren
verstaan, begrijpen en accepteren. Je
moet allemaal iets toegeven", vindt
Francien Meijer uit Rilland-Bath. Ze
gelooft, dat in de hervormde jonge
renvereniging in Rilland-Bath ook
andere jongeren moeten komen pra
ten. „De C.J.V. heeft wel wat avon
den, maar waarom zouden er niet
eens anderen komen vertellen over
hun kerk, de gereformeerden bijvoor
beeld, en de rooms-katholieken. Kort
geleden was ik in Krommenie op een
bijeenkomst van een gespreksgroep
waarin jongens en meisjes uit aller
lei kerken zaten, zoiets zou best wat
voor Rilland-Bath ook zijn".
Ook uit gesprekken met andere
deelnemers en deelneemsters uit
Zeeland aan het congres kwam dui
delijk naar voren, dat ze graag
contacten willen leggen met jonge
ren uit andere kerken. En dan samen
proberen weekeindhulp te realiseren,
zich in te zetten in het diaconaal
jaar, dus praktisch werk doen en
tevens in gespreksgroepen hun eigen
inbreng leveren vanuit hun eigen
kerk. Op het congres werd er ook
op gewezen, dat iedere kerk een
eigen, waardevolle inbreng heeft. Dr.
Alting von Geusau zei „we hebben
elkaar bij de vernieuwing nodig: de
dienst van de Reformatie is die van
de bijbel, de opdracht van de doops
gezinden is te wijzen op de bewust
heid van het geloof en de waarde
van de doop, de Gereformeerde Ker
ken moeten steeds herinneren aan de
kracht van het Verbond en de trouw
van God, het Leger des Heils kan
wijzen op getuigenis en hulp aan
anderen zonder aanzien des persoons
en de plicht van de R.-K. Kerk is te
herinneren aan de opdracht tot een
heid".
De eigen bijdrage is evenveel waard
ais dé inbreng van de anderen, „me
mag je eigen werk niet verwaarlozen,
daarmee doe je de anderen tekort.
De „Newsletter" van de afdeling
voor interkerkelijke hulp van de We
reldraad van Kerken maakt er mel
ding van dat het eerste echtpaar
aangekomen is in de nederzetting
Nes Ammim. Men wil hier een pro
testantse gemeenschap stichten die
een directe bijdrage wil geven aan de
economische ontwikkeling van Israël
en door dit dienstbetoon het weder
zijds vertrouwen tussen joden en
christenen wil bevorderen. Het plan
wordt gesteund door protestanten in
Duitsland, Zwitserland, Nederland en
de Verenigde Staten.
De nederzetting is gelegen 15 mijl
ten noorden van Haifa. Hier is een
terrein van ruim 100 ha aangekocht
waar de eerste tijd citrusvruchten
en bananen zullen worden geculti
veerd. Later hoopt men industrieën
uit o.a. Nederland en Zwitserland
aan te trekken.
Alle waardevolle dingen uit het ver
leden moeten de jongeren van de
ouderen overnemen en leren. Dat
is niet alleen nodig om de eenheid
te bewaren: bij 't enthousiasme van
de jongeren moet de bezonnenheid
van de ouderen komen. Je maakt
per slot van rekening als jongere
deel uit van een groter geheel en
daaraan moet je ook denken. De
jeugd in de Gereformeerde Kerk bij
voorbeeld heeft meer bijbelkennis,
dat is een soort privilege. De eigen
kerk kan op die manier een door
gang zijn naar één grote wereld
kerk", dat zegt heel beslist de ge
reformeerde mejuffrouw Veldt, die
ermee instemt, dat de gereformeerde
jeugdraad nog geen lid is van de
O.J.R.: „je kan en mag in de oecu
menische beweging risico's nemen,
maar er mag zeker geen scheiding
komen".
Het Nederlandsch Bijbelgenootschap,
N.B.G., heeft ter viering van het 150-
jarig bestaan in 1964 een uitvoerig
programma opgesteld. 17 juni 1964 is
de officiële herdenking in de Wester-
kerk te Amsterdam. Die dag is ook
de 150ste vergadering in Krasnapol-
sky in de hoofdstad. Het N.B.G. zal
een jubileumboek uitgeven en er
komt een jeugdactie ten behoeve van
een bijbels verhalenboek voor Kame
roen. Christelijke jeugdorganisaties,
de christelijke sportbond en de Ver
eniging van christelijke onderwijzers
zullen hieraan meewerken. Op He
melvaartsdag 1964 zal op een bijeen
komst in de jaarbeurshallen te
Utrecht de afsluiting van deze actie
zijn. Men verwacht daar 60.000 jon
geren uit geheel Nederland. Het pro
gramma voor deze gemeenschappe
lijke viering van Hemelvaartsdag
omvat onder meer jeugddiensten, dis
cussiegroepen, lekespel, muziek, bal
let, sport en spel.
Op de scholen zullen lessen over het
N.B.G.-werk worden gegeven en eni
ge christelijke en openbare kweek
scholen zullen een reizende expositie
organiseren: „Rondom de bijbel".
Verder zal het genootschap met
medewerking van enkele musea een
reeks tentoonstelling inrichten over
de bijbel in de oude kunst, in de
nieuwe kunst, over archeologie en
de bijbel en de bijbel als boek.
In het jubileumjaar komen de verta
lingen (in hedendaagse Nederlands)
van het evangelie naar Marcus, het
evangelie naar Johannes en het boek
Handelingen der apostelen gereed.
Deze bijbelboeken, in hoofdzaak be
stemd voor buitenkerkelijken, zullen
afzonderlijk worden uitgegeven, zoals
dat .ook met de brief van Paulus aan
de Philippenzen reeds het geval was.
In de Engelse kerk op het Begijnhof
te Amsterdam werd het genoot
schap op 29 juni 1814 opgericht met
als doel ieder mens een bijbel in zijn
eigen taal te geven. In Europa en
daarbuiten werden sinds 1814 5 mil
joen bijbels verspreid, 4,6 miljoen
testamenten en 2,6 miljoen evange
liën. In de loop der jaren verspreidde
het genootschap deze geschriften bij
voorbeeld in 60 talen in Indonesië, de
Antillen en West-Irian. Op het ogen
blik is men bezig met de bijbelver
talingen voor Kameroen (15 talen).
In 150 jaar vertaalde het genoot
schap de bijbel of bijbelgedeelten in
bijna 70 talen. De 850 afdelingen van
het genootschap in Nederland hebben
totaal 195.000 leden en begunstigers,
welk getal men in het jubileumjaar
hoopt te verhogen tot 225.000.
m
u
Zach. 14 16: „Allen, die zijn over
gebleven van al de volken die tegen
Jeruzalem zijn opgerukt, zullen van
jaar tot jaar heentrekken om zich
neer te buigen voor de Koning, de
Here der heerscharen, en het loof
huttenfeest te vieren".
M
Birmingham, Alabama, Johannisburg, Wallace, Meredith, Luther
King! een klein aantal uit een lange reeks namen, die herinneringen
5 oproepen niet aan de eeuwenoude Bijbel, maar aan krantekoppen
en berichten uit de pers tot en met vandaag, 5 oktober 1963. Die
berichten handelen van uitsluiting van mensen van werk, woon
wijken, scholen en vele andere levensgebieden om niets anders dan
5 hun huidskleur; zij vertellen van massale demonstraties, brand
stichtingen, bomaanslagen en andere daden van geweld in de strijd
S die zo hevig woedt om de rassendiscriminatie.
Wij mensen van 1963, die zo trots zijn op onze beschaving en pro-
5 gressiviteit spelen het niet klaar dit vraagstuk geweldloos op te
S lossen. De Geest, die uit het oude boek tot ons komt, had het in
vele machtige vergezichten op de mensheid, die volgens Zijn plan in
een nieuwe orde zal worden opgesteld, definitief overwonnen. Eén
volk is daar het teken en demonstratie-object van: Israël.
In vele gemeenten wordt morgen, de eerste zondag in oktober als
S Israël-zondag gehouden en in het gebed en de prediking wordt er
bij dit volk stilgestaan. Onder de vele rijke geschenken, die het de
5 Heer der wereld beliefd heeft ons door middel van dit volk te geven,
S is ook de overwinning van de rassen-discriminatie. Niet op opper-
vlakkige, irrealistische de verschillen tussen rassen en volkeren
- negerende wijze. Die worden in volle omvang verdisconteerd; daar
staat het verhaal van de toren van Babel en vele andere borg voor.
5 Het anders-zijn mag en zal echter geen waarde-verschil inhouden,
i In het vers, dat hier boven staat, en in het verband, waar het aan
ontleend is, wordt het bijna speels in een groot feest, dat alle volken
en rassen verenigt, opgelost. In alle speelsheid zijn er echter drie
5 elementen, die onmisbaar zijn voor de oplossing: daar is de con-
centratie rond Jeruzalem, Israël; daar is de ootmoedig neergebogen
gebedshouding, die al geen rassenhoogmoed meer toestaat en daar is
S bovenal de Koning over alle volken en rassen, die wij weer nader
en zeer concreet kennen als de Koning van Israël, Jezus Christus'.
S MIDDELBURG. M. ENKER.
a
m
"■miHiinniiimiiuiniiiiiiiHnmmmiinminminniiHHnmiiHniii
Plaatselijk kan men elkaar bepaald
niet meer negeren", aldus de
mening van de heer C. B. Bisschop,
gereformeerd, voorzitter van de
Middelburgse oecumenische jeugd
raad. „De eenheid is in wezen een
gegeven feit, maar dat realiseert
men zich niet. Ook in Zeeland zegt
het begrip oecumene nog te weinig.
Men kent het óf niet, óf eenzijdig óf
vanuit een theoretisch standpunt.
Dit komt ook, omdat vele predikan
ten geen oecumenische vorming heb
ben". De band aan de eigen kerk
acht ook de heer Bisschop voornaam
om tot een goede verwerking te
komen.
FRANCIEN MEIJER: MEJ. VELDT:
..praten met de anderen... ...werkkampen..
Oecumene begint
in de praktijk
Het Departement van de Wereld
raad van Kerken voor de samenwer
king van man en vrouw in de kerk
heeft een overzicht gegeven van de
stand van zaken in de verschillende
kerken met betrekking tot de toela
ting van de vrouw tot de ambten.
Anglicaanse kerk: vrouwen kunnen
hier geen voorganger zijn. In de be
langrijkste kerken zoals die van En
geland en Canada zfln er vrouwelijke
„deacons" (vrouwelijke theologen) en
vrouwen die als sociaal werkster in
de gemeente arbeiden. Baptistenkerk:
hier is het altijd mogelijk geweest
dat vrouwen tot voorganger gewijd
werden; er zijn evenwel weinig moge
lijkheden voor hen om dit ambt in
derdaad uit te oefenen. In de Baptis
tenunie van Nieuw Zeeland kan een
„deacon" zelfstandig aan het hoofd
van een kleine gemeente staan. Lu
therse kerk: de meeste lutherse ker
ken laten geen vrouwelijke predikant
toe, al maken zij van de arbeids
kracht van de vrouw gebruik in ve
lerlei sociaal werk in de gemeenten.
Er zijn evenwel uitzonderingen. De
Zweedse kerk laat sedert 1959 vrou
wen tot het predikambt toe. Op het
ogenblik zijn er zeven vrouwen, die
aan het hoofd van een gemeente
staan. Er is één restrictie: geen en
kele bisschop behoeft tegen zijn ge
weten een vrouwelijke predikant in
te wijden. De kerk van de Augsburg-
se Confessie van Straatsburg aan
vaardt de vrouwelijke predikant se
dert 1960 alleen evenwel als zij
niet getrouwd is. De Evangelisch Lu
therse Kerk van Frankrijk is tegen
de vrouwelijke predikant, maar er is
één uitzondering op de regel. In Ne
derland is het in de Lutherse kerk
voor een vrouw al vele jaren mogelijk
om volledig als predikant werkzaam
te zijn. Methodistenkerk: vrouwen
kunnen in de Methodistenkerk van
Amerika tot predikant worden ge
wijd, maar zij worden niet van harte
geaccepteerd, vooral niet in de ste
den. In Engeland wordt de vrouw
nog niet als predikant toegelaten al
is de kwestie in bespreking.
Orthodoxe kerk: er heerst hier een
totaal andere opvatting over de rol
van de vrouw. Er zijn dan ook geen
De krant en de lucht zijn weer vol berichten
en geruchten over het concilie dat deze week
te Rome is heropend. Hoewel, naar de geldende
orde het een nieuw concilie zou moeten zijn door
de dood van paus Joannes XXIII, heeft zijn op
volger niet van een nieuw concilie willen weten.
Een van de eerste dingen die hij in zijn pontifi
caat bekendmaakte was, dat het concilie zou
worden voortgezet. Van paus Joannes werd al
gemeen gezegd dat hij niet zo'n groot theoloog
was. Dat kan zijn; we kunnen het niet beoor
delen. Wel is duidelijk geworden dat hij door zijn
dikwijls zo spontane en warme reacties veel heeft
losgemaakt wat vóórdien vastgevroren zat. Ook
is gebleken dat hij menigmaal intuïtief heeft
aangevoeld wat er leefde, niet alleen in zijn
eigen kerk, maar ook in andere. Zo heeft hij een
openheid geschapen die men in andere kerken
te Rome (nog) niet mogelijk achtte. Niet alleen
grote theologen zijn voor de kerk in haar ge
schiedenis van belang geweest. Al mag het dan
zijn dat men het op 't concilie niet heeft gehad
over de eenheid van heel de christenheid, zoals
de eerste aankondiging uit 's pausen mond luidde,
dit wil nog geenszins zeggen dat deze eenheid
buiten het gezichtsveld is gekomen. Dit is het
eerste concilie geweest waar waarneifiers uit
andere kerken tegenwoordig waren. Ze waren
niet gerechtigd op de plenaire zittingen iets te
zeggen. Dat deed er trouwens ook minder toe.
Hun officiële tegenwoordigheid maakte dat de
eenheid der christenheid voortdurend de achter
grond is geweest van de eerste zittingsperiode
van dit concilie.
Nu is dan de tweede periode begonnen onder
een nieuwe paus. Wie leest in de regels
die daarvoor gesteld zijn welk een beslissende
invloed de paus op een concilie heeft zal zich
hebben afgevraagd welke de invloed van deze
nieuwe paus, Paulus VI, zal zijn. De foto's, die
we in onze dagbladen hebben gezien, geven, om
te beginnen, al een ander beeld te zien dan dat
van zijn voorganger. Verder lezen we dat deze
twee pausen heel verschillende persoonlijkheden
zijn. De nieuwe is niet zo hartelijk heerlijk
spontaan als Joannes XXIII. Zo luidde het toen
zijn keus bekend werd. Hij is meer gereserveerd.
Vandaar dat men zich afvroeg welke de baan
zou zijn waarlangs het tweede deel van dit
concilie zou gaan. Nu heeft de tegenwoordige
paus alle onzekerheden weggenomen. Hij heeft
duidelijk gemaakt dat hij door dezelfde geest
bezield is als zijn voorganger en dat hij in niet
mindere mate bezig is met de eenheid der chris
tenheid. Hij is de eerste paus geweest die na de
schisma's in de kerk, van protestanten en ortho
doxen heeft gesproken als van „onze christen
broeders". Hij is van oordeel dat vele geschillen
die er geweest zijn en tot op heden hun diepe
invloed hebben uitgeoefend eigenlijk niet meer
van deze tijd zijn. Hij heeft nog meer waar
nemers van andere kerken uitgenodigd. Hij heeft
Door het plaatsen van zijn handtekening onder
de notariële akte aanvaardde generaal Frede
rick L. Coutts zijn functie als de nieuwe inter
nationale leider van het Leger des Heils. Na
een zitting van twaalf dagen werd hij door
de Hoge Raad, het lichaam dat in het Leger
des Heils met de verkiezing van een generaal
belast is, met de daartoe vereiste meerderheid
van ten minste 2/3 der uitgebrachte stemmen
gekozen als opvolger van generaal Wilfred
Kitching, die wegens het bereiken van de
daartoe gestelde leeftijd zijn functie heeft
neergelegd.
Genraal Coutts is van Engelse nationaliteit.
Hij werd geboren in Batley (Groot-Brit-
tannië) en aanvaardde in 1920 zijn eerste
aanstelling als heilsofficier. Na vijftien jaar
als korpsofficier in de evangelisatiearbeid te
hebben gewerkt, volgde zijn aanstelling op het
internationale hoofdkwartier te Londen. Hier
was hij achtereenvolgens in verschillende
redactionele functies een uiteindelijk als hoofd
redacteur en litterair secretaris verantwoor
delijk voor de internationale Leger des Heils
publicaties. Hierna werd hij als hoofd van
het William Booth Training College (de in
ternationale kweekschool) belast met de op
leiding van de toekomstige heilsofficieren.
Momenteel bekleedt hij sinds enkele jaren van
defunctie van territoriaal leider van het
Leger des Heils in Australië. Mevrouw Coutts-
Lee, met wie hij in 1926 huwde, heeft hem,
zoals in het Leger des Heils gebruikelijk is,
in al deze verantwooredelijkheden nauw ter
zijde gestaan. Hun zoon is eveneens heils
officier. Generaal Coutts krijgt het bevel over
een wereldwijde organisatie van enkele mil
joenen mannen en vrouwen, geleid door 27.000
officieren (fulltime) en 115.000 plaatselijke
officieren (plaatselijk kader op vrijetijds ba
sis). Hij bepaalt het beleid van de Leger des
Heils-arbeid in de 17.000 korpsen (evangeli
satieafdelingen), de eveneens vele duizenden
tellende maatschappelijke afdelingen van aller
lei aard, van asiels voor alcoholisten tot ver
pleeginrichtingen voor bejaarden en van me
laatsenkoloniën tot reclasseringsbureaus.
vrouwelijke ambtsdragers. In de Or
thodoxe kerk van Roemenië kunnen
evenwel sedert 1949 vrouwen geko
zen worden in comité's, die zich be
zighouden met het onderwijs en met
sociale arbeid.
Advertentie
4C/M<24/Ïti/'
frudtMs /ynZt
zelfs voor „leken" de toegang geopend. Dit zijn
allemaal tekenen die er op duiden dat deze
paus er zich van bewust is hoe wij in een andere
tijd leven, die een andere houding nodig maakt
dan vroeger vanzelfsprekend werd aangenomen.
En nu zondag, bij de opening van de tweede
zittingsperiode van het concilie heeft hij ge
pleit „voor de hereniging van de hele christelijke
familie in één grote kerk", die volgens hem zich
een grote verscheidenheid van geloofsuitdrukkin-
gen, vormen van eredienst en instellingen zou
kunnen veroorloven. Sprekend over de niet-
rooms-katholieke waarnemers heeft hij o.a. ge
zegd: „Onze stem beeft en ons hart slaat snel
ler, omdat wij een onzegbare vertroosting en
hoop voelen, die door hun aanwezigheid wordt
teweeggebracht, maar tegelijkertijd omdat wij
een diepe droefheid voelen voor hun blijvende
gescheidenheid van ons. Indien de afscheiding
uoe dan ook, onze schuld is, dan vragen wij God
nederig om vergiffenis en ook onze broeders die
zich door ons gekwetst gevoelen". Zo deed de
paus een beroep op de concilievaders „een brug
te slaan naar de wereld van het ogenblik en
Christus' liefde voor de gekwelde mensheid lie
ver tot een levende werkelijkheid dan tot een
droge leer te maken".
Is de tijd aangebroken van een werkelijke dialoog,
een werkelijk tweegesprek, tussen Rome en de
andere kerken? In ieder geval, hoeveel moeilijk
heden er ook nog mogen liggen, wordt ons
hierop een uitzicht geopend en dat op zich zelf
is al een heel ding. Het is een teken van een
veranderende situatie. Een half jaar geleden
lazen we een artikel van pater A. Kreykamp O.P.
dat hij van het opschrift had voorzien: „De ver
draagzaamheid zijn wij te boven". Het ging hem
hier om de verhouding van rooms-katholieken
en leden van andere kerken. Wanneer er van
verdraagzaamheid gesproken wordt, is dit een
bepaalde houding die toch niet de rechte is. Nu
ja, we zullen hem verdragen. Dit tijdperk moeten
wij gaan „uitluiden". We moeten weten dat we
als medemensen naast elkaar hebben te staan.
We zijn er ons van bewust dat er nog heel wat
uitgeluid moeten worden en dat waarlijk niet
alleen aan één kant.
We hebben nog eens weer doorgelezen datgene
wat we aan verslagen en overzichten had
den bewaard van de eerste zittingsperiode van
dit concilie. Op de eerste algemene vergadering,
op zaterdag 13 oktober van het vorige jaar,
zouden de diverse commissies worden gekozen.
De curie had een lijst opgemaakt en verwacht
mocht worden dat deze lijsten van commissie
leden zouden worden geaccepteerd. De kardinaal
aartsbisschop van Rijssel kwam toen met het
voorstel de verkiezing naar een latere datum
te verschuiven; dan zou er de mogelijkheid zijn
dat de leden van het concilie met elkaar overleg
pleegden hoe zij wilden dat deze commissies zou
den worden samengesteld. Op dit voorstel volgde
een krachtig applaus van bijval. Het was een
kleine gebeurtenis slechts, die achteraf van grote
betekenis bleek te zijn voor het hele verdere
verloop van het concilie, dat een vergadering
wilde zijn „die naar eigen vrije wil wikt en
weegt en niet aan de leiband wil lopen". Men
heeft niet veel willen weten van alles wat gepre
fabriceerd is. Wanneer we dan ook die eerste
periode van het concilie zouden willen afmeten
naar de zaken die afgemaakt zijn, krijgen we
een heel pover resultaat; slechts één deel van
één van de voorgelegde schema's.
Een week vóór de aanvang van de tweede
zittingsperiode van dit concilie heeft de paus
in een toespraak die hij tot de leden van de
curie hield, een reorganisatie van dit orgaan
aangekondigd, waarvan hijzelf gedurende meer
dan dertig jaren lid is geweest. Deze zal inter-
nationaler zijn en meer aangepast aan de eisen
van de kerk in deze tijd. Dit gaat in tegen alle
conservatisme dat men eigenlijk vanzelfsprekend
bij een orgaan als de huidige curie is, vindt. In
een commentaar hierover van r.-k.-zijde lazen
we dat de curie op haar juiste plaats is ge
wezen.
Het tweede wat we nog even in herinnering
willen brengen is uit het debat toen het
klaargemaakte schema over de bronnen der
openbaring aan de orde kwam. Die twee bronnen
zijn dan de Schrift en de overlevering. Erg ge
lukkig was men niet met dit schema. De oude
richting legt alle nadruk op het kerkelijk leer
gezag, zonder de Schrift te vergeten en de nieu
were richting stelt de H. Schrift in het centrum,
zonder de kerkelijke overlevering te vergeten.
Toen heeft de bisschop van Brugge een rede
gehouden, mede uit naam van het secretariaat
voor de eenheid der christenheid. Hij noemde de
huidige oecumenische beweging „een kostbaar
goed". Met de reformatorische christenen kunnen
wij spreken over het geloof in Christus „ook al
gaan de gedachten uiteen over de wijzen van
ontmoeting met onze Heer". Hij meende dat het
de taak van het concilie was voort te gaan op
de weg naar de eenheid en daarom achtte hij
het voorgelegde schema totaal ongeschikt. Wan
neer we nu lezen wat er zo geschreven wordt
over de verwachtingen bij het begin van deze
tweede zittingsperiode dan is dit toch anders
dan wat we lazen bij de aanvang van de eerste
periode. Er is een voortgaande beweging in de
R.-K. Kerk. Met gespannen gemoed wachten we
af hoe deze beweging zich zal ontplooien.
H.
BP steeds 'n stap vóór
De grote, internationale rally Spa-
Sophia-Luik werd gewonnen door de
equipe Bohringer-Kaiser met Merce
des. In het carter zat BP Longlife, de
nieuwe motor-olie met dubbele levens
duur. Het team hoefde onderweg geen
olie te verversen.