HAMBURGSE TIMMERLIEDEN J SILVERMATCH Jus iitpii ■It Spaanse mijnwerkers eisen medezeggenschap DE BOEKENPLANK mm „Poggies" maakten Neil Jones beroemd 13.500 kilometer te voet in 15 j zonder pas of visum te tonen Amateurs op t.v. In Zwitserland is SilverMatch even bekend(en gerenommeerd) als 'W.Tell en hotel' Vanzelfsprekend eigenlijk: Silver Match gasaanstekers zijn elegant en bovendien onbeperkt bedrijfszeker! Repareren is nooit nodig: als één van de mechanische onderdelen niet feilloos in orde is, kunt u dat gratis laten vervangen. Meteen. U hebt op Silver Match een levenslange 'waar u ook bent'- garantieAltijd safe - onbeperkt gegarandeerd. Achtergronden van de Asturische stakingsaktie Vechten met inktvis cVan en voor DE NATUUR RONDOM ONS Doggies zijn op het ogenblik in Engeland een geliefd gespreksthema. Beter gezegd: de Poggies, die een vijftienja rige schooljongen op slag be roemd hebben gemaakt. Pog gies zijn fantasieschepsels, kinderen van onze verbeel dingskracht, mensachtige ge stalten, die wij voor ons ple zier door ons hoofd laten rond spoken, wanneer we niets be ters te doen hebben. Soms krabbelen we ze als getekende mannetje op een stukje papier of we bedenken verhaaltjes, waarin zij een rol spelen. Poggy-minded Lof der kritiek Om zichzelf lachen MAANDAG 30 SEPTEMBER 1963 PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT 7 JVien ziet hem tegenwoordig bijna niet meer. Onze sterk gemechani seerde, rusteloze en snelvlietende tijd heeft de rondtrekkende handwerksgezel tot uitsterven gedoemd. Nog in de vorige eeuw ont moette men hem overal op Europa's wegen, het overblijfsel van een strenge middeleeuwse gilde-verordening. Vroeger moest de jonge am bachtsman verscheidene jaren rondtrekken, voordat hij zich als „meester" kon vestigen. Hij moest rondkijken en de wereld leren kennen en zijn beroep bij vele meesters tot in de perfectie leren, dat eisten de regels van het gilde. Er zouden nog maar ongeveer 22.000 van deze rondtrekkende handwerksgezellen in Europa zijn. In Duitsland noemt men hen „Hamburgse timmerlieden", hoewel niet allen het beroep van timmerman geleerd hebben en daarvan weinigen uit Hamburg afkomstig zijn. Ze zijn zo zeldzaam geworden, dat de mensen naar hen kijken als zij in het straatbeeld opduiken, in hun schilderachtige dracht met de wijde broek, de korte zwarte jas met de zilveren knopen en de grote breedgerande hoed. Die met een zwarte das vertegenwoordigen een katholieke richting, die met een rode das nemen een sociaal standpunt in en die roet een blauwe das hebben een liberale gezindheid. Niet allen zijn jong, want velen besloten eerst later te gaan rondtrekken en blijven dikwijls heel lang onder de rusteloze betovering van de weg. Zo verging het bijvoor beeld Walter Friedrich Nagel. Deze senioronder de rondtrekkende ambachts lieden groeide op in Ham burg, werd timmerman en stichtte als jonge man een gezin. Toen hij echter in de laatste oorlog al zijn fami lieleden venoor, was er thuis niets meer wat hem nog trok: in 19Jf8 nam. hij, 1)0 jaar oud, de wandelstok ter hand en hij heeft haar tot nu toe niet weer neer gelegd In deze 15 jaar heeft de on vermoeibare Nagel 135.000 kilometer afgelegd, bijna al tijd te voet. Hij doorkruis te Europa, Azië en Afrika. Hij leerde de Scandinavi sche- en de Beneluxlanden kennen hij bezocht Frank rijk, Spanje, Italië, Zwitser land, Oostenrijk, Hongarije, Joegoslavië en Griekenland, hij was op Cypres en in het nabije oosten Htj trok door Egypte, Marokko en de Belgische Kongo. Hij werkte in Oost- en Zuid- west-Afrika. Hij haa het niet altijd even makkelijk, want het leven van een rondtrekkend gezel is vol ontberingen. Er is niet over al werk en heeft men een goed baantje gevonden dan moet dat na hooguit zes weken ivorden opgegeven, want de gilde-verordening staat een langer verblijf op dezelfde plaats niet toe. In zijn bundel, Gharlotten- burger': genaamd, draagt Nagel steeds zijn belang rijkste gereedschap met zich mee: hamerbijl, handzaag, winkelhaak en steekbeitel. Zij zijn zijn enig kapitaal en de garantie voor zijn ver der komen in de vreemde. Op het ogenblik trekt hij weer door West-Duitsland, maar de intussen 55-jarige weet nu reeds, dat de vreemde hem weer spoedig zal trekken. Zijn in al de voorgaande jaren verworven talenken nis Frans Engels en een beetje Italiaans zal hem daarbij verder helpen, te meer waar hij nog nooit een pas of visum voor een grens overschrijding heeft nodig gehad. (Advertentie) ft»° .,„oerin9en vele u|lv° 'n vanaf (33.- ^A/WWmAAAAA/WiAAAAfWWWVWWVWWWVIWWWUWftAAAAAAftA/WWWWWWV/WWWWWWWmAAI (Advertentie) De plannen om de hoorspelkern van de Nederlandse Radio Unie in te schakelen voor t.v.-spelen zijn voor alsnog mislukt. Er was tot op zekere hoogte overeenstemming bereikt, maar technische bezwaren stonden de uitvoering daarvan nog in de weg. De VARA maakte namelijk bezwaar: zij had voor de radio de acteurs en actrices te zeer nodig. Van uitstel komt echter beslist geen afstel. De hoorspelmensen voelen er veel voor, ook eens op het t.v.-scherm in de openbaarheid te treden. Hun werk wordt maar al te vaak onderschat, hoewel een goed hoorspel toch altijd nog een kwart tot een half miljoen luisteraars trekt. Een interessant experiment heeft de NCRV zich voorgenomen. Ze wil voor een tweetal uitzendingen ge bruik maken van amateurs. Een lof felijk streven. Een NATU-toneelwed- strijd voor de televisie met eenakters gespeeld door gezelschappen, die een voorselectie zouden overleven... het lijkt ons een uitstekend idee. Ma® .SILVER MATCH GEEFT VUUR AAN DE HELE WERELD!. „ONNODIG EEN POLITIEKE ZAAK GEWORDEN (Van een speciale correspondent) Sedert 5 juli duurt in een aantal kolenmijnen van het Noordspaan- se Asturië nu reeds een arbeids conflict, waarbij op het ogenblik 15 tot 17.000 arbeiders betrokken zijn. De pers publiceert dagelijks verklarin gen over de voortdurend wisselende si tuatie: hervatting van het werk, neer leggen van het werk, sluiting van mij nen, heropening van mijnen.... maar de samenhang en de achtergronden blijven duister. „Men kan zich geen juiste me ning vormen!', klaagt een Asturisch dagblad. Geen wonder: regeringsinstan ties, arbeiders, ondernemers zijn weinig spraakzaam, geheimzinnigdoenerij, wan trouwen en verbittering maken het op nemen van contacten moeilijk. Met wei nig hoop begeeft men zich daarom naar de Madrileense centrale van de officiële syndicaten, de vakbonden, die hier, zoals bekend, arbeiders en werkgevers omvat ten. Zuiver arbeidsconflict En daar komt men dan terecht in een atmosfeer, die misschien de grootste ver rassing is in het hele „geval Asturië". Enkele syndicaatsfunctionarissen zijn namelijk van een griezelige openhartig heid. De verbazing begint al in de wachtkamer: op de tafels Franse com munistische kranten, met daarin de be richten over Asturië rood aangestreept, voor iedereen toegankelijk. „In Asturië gaat het in eerste instantie om een zuiver arbeidsconflict", horen wij. „De regering lees: het ministerie van binnenlandse zaken volgde slech te raad op, toen zij de mijnen sloot. Zij bereikte slechts, dat het aantal werklo zen steeg en velen na heropening van de mijnen trots weigerden, weer aan het werk te gaan. Men heeft zo uit een ar beidsconflict geheel onnodig een politie ke zaak gemaakt. Waar de vertegen woordigers van de syndicaten konden in grijpen, kwam het bijna steeds tot een verzoening tussen werkgevers en werk nemers. Waar men dacht de Guardia Ci vil de gendarmerie te moeten laten opmarcheren, verhardde de houding der mijnwerkers zich! Vijand staat rechts „Zijn dan de syndicaten niet een deel van het staatsapparaat?" Het ant woord is een merkwaardige glimlach. „Wie draagt dus de schuld voor het conflict?', vragen we. Als een pi stoolschot komt het antwoord: „De ondernemers! Die mensen leven nog met voorstelingen uit de vorige eeuw Zij vormen de klassieke, maniakale rechtervleugel van ons land, maar voor hun privileges hebben falangis- ten en nationaal-syndicalisten in de burgeroorlog niet gevochten. Het ge vaar voor Spanje staat rechts, of schoon men ook de communisten niet mag onderschatten. Maar de rechtsen gieten olie op het vuur. Wanneer het zo verder gaat, keren we weer terug naar waar we in 1936, bij het uitbre ken van de burgeroorlog, stonden". „Wat willen de arbeiders dan Betere lo nen, maar niet in eerste instantie. De hoogst geclassificeerde mijnwerkers ver dienen 8000 tot 10.000 peseta's (vierhon derdtachtig tot zeshonderd gulden, waarbij men moet bedenken, dat een groot gedeelte van het leven in Spanje goedkoper is is dan in Nederland). Dat gaat dus wel. Maar wat de arbeiders eisen, is een moderne bedrijfsatmosfeer, zij willen niet afhankelijk zijn van de lui men der Senoritos genadige heren zij willen vooral medezeggenschap in de bedrijfsleiding, en een aandeel in de winst en dat is niet meer dan billijk. Natuurlijk, de arbeiders leven vandaag beter dan 25 jaar geleden. Maar wat is dat in vergelijking met wat de onderne mers in hun zak steken! Die zijn ge wend geraakt aan hun gulden tijd gedu rende de schaarste in de oorlog en daar na, zij willen geen genoegen nemen met redelijke winstmarges, zij zijn niet in staat op een vrije markt te concurreren" luidt het standpunt van enkele syndi caatsfunctionarissen in Madrid. Onze vraag: .Zouden dergelijke menin gen niet kunnen leiden tot een uiteenval len van de arbeiders-ondernemers-syndi caten?' Het antwoord: een schouderop halen Genoeg ervan „Hoe ontstond de staking eigenlijk?" „In een klein mijngebied, waar de arbei ders gewoon genoeg hadden van de hou ding der ondernemers. Zij namen geen genoegen meer met de treuzeltactiek bij de uitbetaling van bijzondere premies voor de 18e juli de nationale feestdag en staakten. Natuurlijk grepen de HOAC (Katholieke arbeidersbroeder schappen, een door het Concordaat be schermde organisatie, een scherpe, maar naar getalsterkte zwakke concurrentie van de officiële syndicaten), die in deze omgeving goed vertegenwoordigd zijn, de gelegenheid aan om een grotere sta king uit te lokken. Dat duurde niet lang. Toen echter brak er een staking uit in een ander, groter bekken en daar heeft de socialistische, illegale vakbond, de U.G.T., de meerderheid". „Zijn niet ook de anarcho-syndicalisten erbij betrokken?" (Niet te verwarren met de anarchisten). „Die zijn inderdaad voor een deel op onze hand. U zou zich verbazen, hoeveel oude anarcho-syndicalisten in onze rijen staan. Zij zijn zuivere syndicalisten, zo als wij, we hebben begrip voor elkaar. Natuurlijk leggen de communisten niet de handen in de schoot. Alle groeperin gen proberen uit de staking een politieke aangelegenheid te maken en dat wordt begunstigd door de staatsinterventie". „En de oplossing?" „Nationalisering der mijnen Nieuwe grote staking „Hoe moet dit conflict nu aflopen?" „Misschien verloopt het. Nu zijn de arbeiders in Baskenland en Catalonië deels met vakantie, deels hebben zij hun eigen zorgen. Nieuwe collectieve arbeidsovereenkomsten staan voor de deur. Maar misschien loopt de zaak ook anders: Wanneer de stakers tot eind september volhouden, dan kan het tot solidariteitstakingen komen in andere provincies en andere indus trietakken, dan komt er wellicht hulp uit het buitenland en dan zouden we weer een enorme staking hebben, evenals vorig jaar met momenten, waarop er 100.000 stakers of uitge- slotenen zijn en met miljardenverlie- zen voor onze economie". Toen wij meer dan verward door het juist daar gehoorde, thuiskwamen, lag het falangistische blad ,Es Asi' (Zo is het), dat zich het „Spaanse syndicalisti sche tijdschrift" noemt, op tafel. Er ligt een papiertje bij: „Een deel van deze uit gave werd op gezag van de autoriteiten in beslag genomen". Een kop luidt: „De beweging (Falange) moet zich geheel en radicaal van de regering losmaken..." Een robbertje vechten met een inktvis is voor vermaakzoekende Amerikanen en Canadezen tegen woordig het toppunt van „spor tief" genot dat aan de kusten van de Verenigde Staten kan wor den gevonden. Uitgerust met een zuurstofapparaat de durfallen doen het zonder gaat men op zoek naar een,zo groot mogelijke inktvis. Als een exemplaar is ge vonden laat men zich door de ar men grijpen. De behendigheid is om dan zo snel mogelijk zijn hand in een van de kieuwen te steken, een vitaal orgaan te grijpen en daar in te knijpen tot het beest verlamt. Men zwemt vervolgens met zijn octopus naar de opper vlakte, als men tenminste nog vol doende adem heeft en laat de ar- B men van zijn vangst meten. i| De sterke vrouw van Zuid-Vietnam mevrouw Ngo Dinh Nhoe (links) met haar dochter tijdens een rooms- katholieke kerkdienst in Rome. Biologische encyclopedie: De mens en het leven. Deel IV. Het leven der planten. Zeer kort na het verschenen 3e deel volgt nu deel 4: Het leven der plan ten. Het munt opnieuw uit door schoonheid van uitvoering naast we tenschappelijk verantwoorde inde ling van de stof. De beste beoorde ling is te lezen in het voorwoord van prof. dr. ir. I. J. Wellensiek, hoogleraar in de tuinbouwplanten- teelt aan de landbouwhogeschool te Wageningen, die vooral de nadruk legt op wat het boek niet is en in één alinea als karakteristiek voor dit werk opgeeft: de hoge mate van sug gestieve kracht tot het wekken van verwondering met als resultaat een steeds stijgende bewondering van wat zich in en om het leven van de plant afspeelt. De behandeling van de stof is on dergeschikt gemaakt aan de groot- se opzet van de Encyclopedie. Het boek stelt dus aan de orde de pro blemen, die het leven van de plant ons voorlegt. De vorderingen, die de wetenschappelijke studie heeft ge maakt en de beoogde doelstellingen worden aan de hand van proeven met daarvoor geschikte planten voor de lezer uiteengezet. Zo zal menig plantenliefhebber tevergeefs zoeken naar volledigheid op zijn speciale terrein. De volledigheid waarnaar wordt gestreefd, betreft de éénheid en verscheidenheid der levensver richtingen van de planten en dit spe ciaal in verband met hun verwant schap aan al de andere problemen in de biologie. Inderdaad een boek, dat van blad zijde tot bladzijde aanleiding geeft tot verwondering en een hoge be wondering tot resultaat zal hebben. (Advertentie) INTERNATIONALE CONSUMENTENBEURS De vakbeurs voor het gezin „Herfstlmpressles", een wande ling ie midden van prachtige herfst tinten Wie wordt Femina-huis- vrouw 1963? Dagelijks 4 MODESHOWS „Mode uit de Lijnbaan" Geopend van 10-17 en 19-23 i Zondags gesloten. AHOY'-GEBOUW - Rotterdam t/m 3 Okt. IS9BSSII Zo ging het ook de scholier Neil Jones uit Enfield bij Londen. Eerst begon hij de mannetjes, die zijn hersens bevolkten, in de hoeken van zijn schoolboeken en schrif ten te tekenen zij kropen bijvoorbeeld van onder de wortels van een plant te voor schijn, die hij voor de biolo gieles moest tekenen. Toen begon hij, verhalen over de Poggies, zoals hij ze noemde, te schrijven, waarbij zijn schoolwerk wel eens in het gedrang kwam... Dit alles gebeurde vier jaar gele den, toen Neil pas elf jaar oud was. Na korte tijd lazen zijn mede scholieren reeds de Poggy-verha- len en hadden er plezier om. Zelfs enkele van zijn leraren werden „poggy-minded" en ook zijn vader, een brandweerofficier uit Middle sex, zijn moeder, onderwijzeres en zijn zusters, van wie de jongste een reeks concurrerende fantasie mannetjes, „bouncies" genaamd, verzon, hadden plezier in de vreemde scheppingen van de jon gen. Vorig jaar vond Neil, dat nij ge noeg poggy-geschiedenissen had om er een heel boek mee te vullen. Hij zond ze, keurig getypt en ver gezeld van tekeningen, naar een grotere uitgeverij. Ongeveer een maand later deelde deze mede. dat zijn verhalen weerklank had den gevonden en gepubliceerd zou den worden. Toen de brief arriveerde, zat Neil juist in het bad. Hij was zo opge wonden, dat hij uit het water sprong, snel iets aantrok en nog half nat en maar half aangekleed, naar de brandweerkazerne rende om het nieuws aan zijn vader te vertellen. Tussen de brief en het boek lag nog wel enige tijd, maar nu ligt dan, in zijn blauwe omslag „The Voyages of the Limping Flamin gos" De reizen van de hinken de flamingo's met uls auteurs naam Neil Jones erop gedrukt, in elke boekhandel. In korte tijd werden vele duizenden exempla ren verkocht. De critici hebben de geestige tekst en de humoristi sche tekeningen geprezen, Neil heeft in de kranten gestaan en is geïnterviewd voor radio en tele visie. Hij is nog altijd een beetje over weldigd door dit onverwachte suc ces en wat erbij hoort -- de ver slaggevers, de fotografen, de men sen, die hem om gesigneerde exemplaren van zijn boek vragen maar het lukt hem toch, zoals ik tijdens een bezoek vaststelde dit alles redelijk te verwerken „Gelooft U vooral niet", zei hij, „dat ik ooit gedacht heb: Wat ben ik toch een geweldig schrij ver. Zodra ik het manuscript ver zonden had, begon ik me te scha men, want toen vielen me alle dingen in, die ik niet goed ge daan had". Poggies zijn, zoals hun schepper zegt, „goedmoedig, dik, wat dom en echte geluksvogels" en sinds hij ze voor het eerst teken de, zijn ze ook van uiterlijk ver anderd. „Eerst hadden zij een hoofd en een normaal lichaam, maar intussen zijn het lichaam en de benen om de een of andere re den ineengeschrompeld en nu be staan ze vrijwel uitsluitend nog uit hoofd". In „De reizen van de hinkende flamingo's" gaan poggy Fred en zijn begeleider aan boord van een boot om continenten en landen, zo als Antarctica, Cuba en Ceylon te bezoeken. Neil zegt: „Het beste toneel voor da handeling van zo'n boek is een schip want dat kun je overal heensturen. Vaak wist ik niet, wat straks zou gebeuren, maar de noofdpersonen schenen zelf de handeling over te nemen en ik merkte, dat zij zich in de loop van net verhaal zelf verder ontwikkelden en veranderden. Enige dingen, die zij beleven, zijn zeer ernstig, .naar elke ernstige zaak heeft ook rijn grappige kan ten en dat is de kant, die mijzelf het meest bevalt. Mijn poggies moeten de mensen ertoe brengen dat zij om zichzelf lachen". Jlllillli

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1963 | | pagina 7