DE EENZAAMHEID DRUKT
ZWAAR BI J VELE BE JAARDEN
Het heeft geld gekost
Ciw pagina
KINDERKRANT
Vlissingse enquêtrice meent:
Wetenswaardigheden
MCOZCMV
Vakantiewenken op valreep
BloemkooNucht
Patates drogen
Witte nylon
ln 1875 was luier
nog een nieuwtje
SINKE'S DRANKEN
Bakker Bolle bakt een poets
'dagnummi
Speciale
STOFFEN VERKOOP
„HET 5TOFFEMPALEIS"
Mogelijkheden
Geen tijd over
FEESTKLANKEN
Reisapotheek
Zonnecrème
Zaterdag 6 juli 1963
Jn alle groentewinkels van het land
(Van onze redactrice).
perst had ik geen flauw idee, wat het werk inhield. Maar het is
me allemaal hard meegevallen. Ik heb er veel van geleerd, voor
al omdat ik me tot dusver niet had gerealiseerd, hoe de bejaarden
in deze stad leven en wonen". Mevrouw J. M. de RuijterJan
sen uit Vlissingen, die ons dit vertelt, maakt deel uit van de groep
vrijwillige enquêteurs en enquêtrices, die meewerkt aan het opinie
onderzoek onder de bejaarden in Vlissingen, dat de Stichting Zee
land, het Provinciaal Opbouworgaan, verricht in opdracht van de
gemeente Vlissingen.
Om enquêteurs te vinden wendde men zich tot alle mogelijke in
stanties en verenigingen in Vlissingen. Zo hoorde mevrouw De
Ruijter ervan via de vrouwenbond van de Hervormde Kerk.
ff
Voor zulk werk is altijd te wei
nig belangstelling. Je krijgt er
namelijk geen vergoeding voor.
Maar ik dacht op deze manier weer
eens met andere mensen in contact
te komen en dat is altijd nuttig.
Het werk zelf is me meegevallen,
hoewel het heus niet altijd gemak
kelijk was.
Ik heb toestanden gezien, waarvan
ik niet wist, dat ze nog bestonden.
Mensen, die in gebrekkige omstan
digheden leven, of die zich heel een
zaam voelen. Ik had daar nooit zo
zeer bij stilgestaan en eens te meer
voel ik mij nu dankbaar voor wat ik
zelf heb.
Ik mag U natuurlijk geen namen en
adressen noemen. Die blijven strikt
geheim. Maar wel een paar erva
ringen.
Ik kreeg twintig adressen. Op het
tweede, waar ik aanbelde, zei de
mevrouw, die aan de deur kwam,
dat ze niks met me te maken wilde
hebben. „U wilt zeker een baantje
bij Sociale Zaken hebben of U wilt
iri de gemeenteraad komen", zei ze.
Waar dat op sloeg, weet ik niet. Ze
blafte me zo verschrikkelijk af, dat
ik er wel sneu van was.
Maar verder ging het wel goed. Er
waren gelukkig ook mensen, die je
volledig vertrouwden, die begrepen,
dat het onderzoek in hun eigen be
lang is, omdat men op deze wijze te
weten kan komen, welke wensen en
verlangens er leven in de groep van
onze bejaarden.
Advertentie
in
COTON CHRYSTAL 2,90
COTON SATIN 1,98
CLOQUÊ 0,98
EASY-CARE 1,29
en vele andere
voordelige aanbiedingen.
het $tcrtffehfmêe£s
-to
•GOES, LANGE KERKSTRAAT 44
TERNEUZEN, NIEUWSTRAAT6-8
Zeker bij drie of vier gezinnen heb
ik beloofd nog eens terug te
komen. Gewoon om eens met ze te
praten of om ze eens voor te lezen.
Want heus, de eenzaamheid bij al
leenstaande bejaarden én bij echt
paren is heel groot. Groter, dan wij
doorgaans denken. Ze waren duide
lijk blij met enige belangstelling. Als
je ze een vraag stelde buiten het
vragenformulier om, zat je er zo
twee uur te praten. Ik ben echt een
keer helemaal akelig thuis gekomen
na een bezoek aan een oud echtpaar,
dat me het een en ander over zich
zelf had verteld.
Het is triest, dat er bij de jongere
mensen een steeds minder wordende
belangstelling is voor mensen om
hen heen en een zeer grote interesse
in het eigen wel en wee.
Maar er moeten toch ergens wel mo
gelijkheden zijn om ook deze ouder
wordende groep van onze bevolking
enig vertier te geven.
Een oplossing weet ik niet
Er waren natuurlijk ook wel grappige
dingen, 't Was soms moeilijk uit te
leggen, wat het doel van dit onder
zoek is.
,,'k Ga niet uit mijn huisje hoor! Dat
hoef je niet te denken", zei een oud
mevrouwtje vinnig. Ik heb haar
maar direct gerustgesteld, evenals
het echtpaar, dat op mijn vraag naar
de ruimte in het huis, zei: „We wil
len geen inwoning!"
Er waren ook mensen, die dachten,
dat ik aan dit werk flink verdiende.
Ik heb ze maar heel moeilijk duide
lijk kunnen maken, dat ik dit voor
niets deed.
Niet omdat ik tijd over heb. Nee
hoor, dat moet U niet denken.
Ik heb een groot huis. Drie van onze
kinderen zijn nog thuis en die bren
gen veel vriendjes en vriendinnetjes
mee. Dan zijn er nog drie leningen,
die in Vlissingen schoolgaan, maar
die elders wonen. Het zijn de kin
deren van kennissen van ons en die
logeren hier door de week ook altijd.
Ik doe alles in huis zonder hulp en
er is hier veel te doen. U kunt zich
dus wel voorstellen, dat ik niet om
werk verlegen zit.
Maar ik zei al, dat het mij wei inter
essant leek dit werk te doen. Ik
ben dankbaar, dat ik er wat van heb
kunnen leren en ik zal zeker zo gauw
mogelijk op bezoek gaan bij de men
sen, aan wie ik dit beloofd heb".
TOEN ik enige tijd geleden een
kolom vulde met bespiegelingen
over het publieke gebrek aan goede
manieren nog wel ten opzichte
van de koningin kreeg ik een
korte en krachtige reactie van een
lezer, die mij met vele aanmoedigen
de uitroeptekens dringend verzocht
door te blijven hameren op dit wat
naargeestige onderwerp. Want het
is een naargeestig verschijnsel, dat
telkens opnieuw openlijk gedemon
streerd gebrek aan opvoeding
vaak zelfopvoeding beschaving,
consideratie voor andermans gevoe
lens of eigendom, of hoe U het maar
formuleren wilt.
Waar mij nu zo dringend verzocht
werd, van meer dan een kant, om
nog maar weer eens de nationale
ondeugd der ongemanierdheid onder
de algemene aandacht te brengen
daar kan het misschien speciaal
voor vele ouders geen kwaad nog
eens een ervaring te vernemen die
mij kort geleden het hoofd deed
schudden. Het voorval mag mis-,
schien sommigen, onbeduidend voor
komen maar naar mijn gevoel
sprak het boekdelen.
Ik passeerde dan in een drukke win
kelstraat een paar schoolmeisjes die
het trottoir voor een goed deel blok
keerden met haar fietsen een
overlast die ook al niet van welle
vendheid getuigt. Maar daar zij juist
waren afgestapt om een boodschap
te doen in een grote zelfbedienings
zaak, en daartoe naar een geschikte
parkeergelegenheid uitkeken, zij die
blokkade haar dan maar vergeven.
Nu heeft de bewuste zaak een flinke
inspringende entree met draaideur
in het midden en aan weerskanten
een fraaie, blank betegelde muur. Die
laatste leek mij juist breed genoeg
om een fiets tegenaan te zetten
en daarmee begon het incident. Het
ene juffertje, blijkbaar de kalmste en
voorzichtigste van de twee, vroeg
zich hardop af waar zij beiden de
fietsen zouden laten. Waarop num
mer twee, een kennelijk nonchalant
en gemakkelijk levend type, de
kwestie oploste met een hoofdknik
naar de glanzende tegelmuur. Déar
natuurlijk óók een vraag.
Ja maar, merkte de bedachtzame op,
daar hangt een bordje. De noncha
lante had dit gemakshalve over het
hoofd gezien, maar nam nu toch
even de moeite het te lezen. In dui
delijke en beleefde bewoordingen
werd haar verzocht géén rijwiel te
gen deze muur te plaatsen, maar
het zolang te deponeren in de rek
ken op de verkeersrotonde pal aan
de overkant. Een alleszins begrijpe
lijk, voorkomend en noodzakelijk
verschijnsel. De nonchalante las het
bord, haalde haar schouders op en
antwoordde kernachtig: Nou en
wat zou dat.
IK had geen tijd en heel weinig ge
legenheid om op de afloop te
wachten, en kan U dus niet vertellen
waar de twee onderhavige fietsen
terecht zijn gekomen. Vermoedelijk
heeft het brave kind het aangewezen
Arme, arme kindertjes... Deze
verzuchting mag gerust ge
slaakt worden bij het lezen in
een boek uit 1875 waarin de
volgende regelen voorkomen:
„Gij herinnert V hoe men van
oudsher de geiuoonte heeft om
het wichtjen, nadat het alvo-
rends wel dicht in een linnen,
en daarover in een wollen luier
is gepakt, tot onder de okse-
len te omwinden met êen lan
gen zwachtel, zoo stijf, dat het
de beentjes niet kan beioegen,
en genoegsaam als een hou
ten pop daar nederligt. Dit...
om het kind te behoeden te
gen scheven benen; om het
een rechte spichtige gestalte
en breede schouderen te doen
verkrijgen; en wel het meest
om het te vrijwaren voor Mes-
of navelbreuk. Intussen begint
men blik te krijgen voor de
Engelschen, die volstrekt niet
zwachtelen, maar hunne kin
deren luchtig in een luier ge
wikkeld te rusten leggen. In
Amsterdam althans zwachtelt
men bijna in 't geheel niet
meer...
haantje-de-voorste en er zullen maar
weinig mensen zijn die zo'n etalage
vol fraisekleurige vruchten met af
gewend hoofd voorbijlopen. Die wei
nigen zijn dan wellicht „de allergi-
schen", de beklagenswaardige figu
ren die wel graag een aardbeitje
zouden willen consumeren maar het
niet durven. Omdat ze er „brand"
van krijgen zoals in de volksmond
een bepaalde huidreactie op het eten
van aardbeien wordt betiteld.
Hoe dat precies zit met die „brand"
kunnen we U niet vertellen, maar
wél dat er een oud en uiterst simpel
huismiddeltje tegen dit onaangenaam
verschijnsel is. Men spoelt dè aard
beien na het schoonmaken eerst met
warm en daarna met koud water af.
Helpt gegarandeerd aldus onze
zegsman in wiens familie dit simpel
ritueel al twee generaties lang als
beproefd huismiddel wordt aange
wend.
Verheugend nieuwtje: de huidrim
pel hoeft niet langer vijand
nummer één van ouder wordende
vrouwen te zijn! Scandinavische art
sen die zich in het probleem van de
rimpelbestrijding hebben verdiept,
ontdekten op zeker ogenblik een af
doende remedie tegen het euvel:
tweemaal per jaar een vakantie van
een maand, en wel in een vakantie
oord dat op een hoogte van 1500 tot
2500 meter ligt. De Scandinavische
onderzoekingen hebben namelijk uit
gewezen dat vrouwen die zich twee
maal per jaar een dergelijke vakantie
permitteren, een zo zachte en tegelijk
stevige huid hebben als men zich
maar wensen kan. Minder verheu
gend is de keerzijde van het nieuw
Wie er ook in de vakantie uit wil zien om door een ringetje te halen
zal zeker veel plezier hebben van het linnen ensemble, bestaande
uit een lange pantalon van wit linnen met een soort blazertje van
gebloemde stof. Het jasje kan uiteraard ook dienst doen op een
effen rokje.
Rechts het hypermoderne tweedelige badpak, dat in Nederland
tot dusverre niet met een zo enorme belangstelling is begroet. Maar
het is het laatste modegrapje van de couturiers.
tje: schoonheidsverzorging wordt op
deze manier nóg kostbaarder dan ze
al is
Amerika heeft niet alleen de ouder
wetse schommelstoel nieuw leven
ingeblazen, het wil ons ook het
ouderwetse kamerscherm terugbe
zorgen. Men spreekt in de Verenigde
Staten al over een „come back" van
dit attribuut dat in zijn moderne
vorm gemaakt tvordt uit de modern
ste materialen. Uit twee lagen acri-
laat en een laag met glasvezel ver
sterkte kunststof maakt men panelen
die zeer licht in gewicht zijn en
waarmee men behalve kamerscher
men ook allerlei andere gebruiks
voorwerpen kan samenstellen: zon
neschermen, afdakjes, luifels. In de
tuin kan men er een windscherm van
bouwen, maar ook een compleet tuin
huisje in wit, groen, lichtgrijs,
beige of geel. Volgens de fabrikant
is zijn produkt isolerend, kleurecht
en gemakkelijk te bevestigen.
In de westerse landen besteedt men
tegenwoordig veel aandacht aan
de voeding voor de bejaarden. Ze
krijgen speciale kook- en eetadviezen,
het „hoe en waarom" wordt er dik
wijls bij verteld. In West-Duitsland
is men op dit terrein nog een stapje
verder gegaan. Daar heeft de afde
ling Augsburg van de Beierse Ver
eniging voor Huisvrouwen een kook
cursus gehouden die slechts toegan
kelijk was voor deelneemsters en deel
nemers van 65 jaar en ouder. In vijf
lessen leerden de bejaarden hier van
alles over het onderwerp „lang en
gelukkig leven met de juiste voe
ding". Met de volgende adviezen gin
gen de bejaarden na afloop van de
cursus huiswaarts:
Wees karig met vet en koolhydraten,
maar royaal met vitaminen en ei
witten. Eet kleine maaltijden: liever
een keer méér een kleine maaltijd,
dan driemaal per dag een uitgebrei
de. Als „ideaal menu" voor de oudere
mens wordt het volgende aangera
den: een ontbijt met thee, honing bij
het brood. Om elf -uur: glas vruch
tensap of banaan (géén koffie dus...).
Hoofdmaaltijd: een ons vlees (bij
voorbeeld gehakte biefstuk), sla mét
citroen, een kleine portie aardappel
puree. Drank bij deze maaltijd: appel
sap. Om vier uur drinke mén vruch
tensap (eventueel met een sneedje
knackebröd) en voor 's avonds wordt
een maaltijd met veel gekookte
groenten aangeraden.
Het succes van de cursus blijkt zo
groot te zijn dat mannen die in al
hun 65 levensjaren zelden een voet
in de keuken 'hebben gezet, nu en
thousiast gaan helpen met koken
In Nederland vindt men het maar
een wonderlijke gewoonte van de
Engelsen om het huwelijk in te gaan
met slechts één trouwringalleen de
bruid krijgt een gladde ring, de brui
degom niet. Toch zal in deze gewoon
te misschien verandering komen,
meent het vakblad Edelmetaaldat
een artikel in een Engels vakblad
signaleert waarin de vraag gesteld
wordt waarom de Brit zijn verloving
of huwelijk meent te moeten verber
gen. De Engelse verlovingsring voor
de vrouw is volgens traditie nog al
tijd een „ring met steen": met een
enkele diamantmet een aantal ste
nen of met briljantjes rondom, de
zogenaamde eternity-ring. De man
nelijke verloofde krijgt of niets, of
een zegelring. En niet-Ehgelsen die
in Engeland trouwen zullen dan ook
opmerken dat degene die het huwe
lijk voltrekt, lichtelijk verbaasd kijkt
wanneer er óók voor de bruidegom
een gladde ring blijkt te zijn.
Advertentie
VLISSINGEN
NIEUWENDIJK 51. TELEFOON 4266
v/h DEKKER
lijk) vet en ze vormen vaak voor de
huid van gezicht en hals een betere
bescherming dan de vloeibare midde
len, op de rest van het lichaam kan
men gerust vloeibare middeltjes toe
passen. Zowel de bekende pharmaceu-
tische fabrieken als de „grote" cos
meticamerken voeren allemaal wel
zo'n (min of meer bruingetinte)
crème, 's Avonds wel de huid goed
reinigen met een reinigingscrème of
-olie en er wat voedende of vocht-
houdende crème in kloppen, waarbij
vooral de oogleden niet mogen wor
den vergeten) Heeft de huid de nei
ging om heel erg uit te drogen, wrijf
dan op armen, benen, schouders en
rug 's avonds wat hand- of body
lotion.
Wie aan zee logeert maar niet tot
de categorie der zwemmers behoort,
zou in elk geval eens wat kunnen
pootjebaden. Een op het eerste ge
zicht wat kinderlijke bezigheid die
echter de conditie van de voeten zeer
gunstig beïnvloedt.
Is er nog een kofferhoekje over,
stop daar dan een reisapotheekje
in. Misschien wordt het helemaal
niet gebruikt, maar het kan ook zijn
dat U er op zeker ogenblik mateloos
veel plezier van heeft! De volgende
zaken horen thuis in het reisapo
theekje: pleisters, verband, watten,
bloedstelpend gaas, jodiumtinctuur,
waterstofperoxide, wondzalf, een
middeltje tegen muggebeten en gal
bulten (sommige soort kunnen ook
tegen kwalleprikken worden aange
wend), aspirines, norit en tabletjes
tegen maagklachten, hoestpastilles,
tabletjes tegen keelpijn, neusdruppel-
tjes. Wie met kinderen op reis gaat,
kan aan deze verzameling nog een
koortsthermometer en een pincet toe
voegen.
>WWWWWWWWVVVVVV\ftAA/W1ftArtflftft/WWVWWWWWVVVUWfWWWVWWWV'V,'tA\VVWVWVVVWW
(Van onze medewerkster).
Een reiskoffer is eigenlijk niet
compleet zonder twee grote plas
tic zakken in de grootste maat: het
soort dat in warenhuizen als „kle-
dinghoes" tegen betrekkelijk geringe
prijs te koop is, meestal in pakjes
van-drie. In de ene zak schuift men
behoedzaam alle schone, gestreken of
geperste kleding die mee moet op
reis. Het goed blijft dan schoner en
beter in de plooi dan wanneer het
onbeschermd in de koffer wordt ge
legd. De tweede plastic hoes gaat
voorlopig opgevouwen op de bodem
van de koffer. Dit exemplaar komt
pas in actie in het vakantie-oord:
alle kleding die rijp voor de was
mand is schuift men erin. Het ge
bruikte goed blijft op die manier
streng gescheiden van de schone
spullen en na de vakantie schudt
men deze vuile-was-zak meteen leeg
in wasmand, wasteil of wasmachine.
Eveneens in diverse warenhuizen
te koop: linnen schoenen voor
man, vrouw en kind. Eigenlijk een
goedkoop soort tennisschoenen dat
slechts enkele guldens per paar
kost, maar waarvan men in de va
kantie oneindig veel plezier kan
hebben: in tuin of boot, tijdens lange
treinreizen, in het bos zowel als aan
het strand. Vooral voor lange strand
wandelingen zijn ze ideaal!
Zonnebadmiddeltjes gaan vanzelf
sprekend mee op reis, zelfs in de
koffer van de vrouw die niet gewend
is maquillage te gebruiken. Wat die
middeltjes betreft: vooral de oudere
vrouw doet er goed aan. behalve een
„spray" of olie ook een tube zonne
crème mee te voeren. Deze crèmes
zijn lichtelijk (sommige zelfs tame-
Er is tegen redelijke prijzen veel bloemkool aan de markt, en deze groen
te zal nu wellicht in veel Nederlandse gezinnen dikwijls op het menu
verschijnen. Met het bijbehorende kookluchtje dat ondanks afgesloten keu
kendeuren en wijdgeopende keukenramen toch vaak nog de woonvertrekken
weet binnen te dringen. Er bestaat een aantal gerenommeerde huismiddel
tjes tegen die kooklucht; het meekoken van een korst brood of 'n stuk be
schuit is wel een van de bekendste remedies. Ook door het meekoken van
een flinke scheut melk kan de kooklucht bestreden worden; bovendien ver
betert hierdoor de smaak van de bloemkool.
Complimentje voor de huisvrouw die het volgende handigheidje bedacht:
als ze patates-frites gaat bakken knoopt ze de (gewassen) aardappel
staafjes eerst in een schone theedoek en laat ze een paar minuten in de
centrifuge ronddraaien. De aardappelstukjes komen na deze behandeling
kurkdroog tevoorschijn. Gevolg: geen onnodig gespetter en gesis bij het
bakken, en een knapperig „eindprodukt". Het is wel zaak om na de aard
appeldrogerij de centrifuge even na te spoelen met een emmer schoon water.
De ouderwetse gele zeep is door allerlei moderne was- en afwasmiddelen
uit de keuken verdrongen, maar af en toe blijkt ze toch onmisbaar, ook
in de modernste huishouding! Niet alleen voor allerlei schoonmaakkarweitjes,
ook voor de wasbehandeling: geelgeworden nylon bijvoorbeeld kan men er
mee opknappen. Zet het geelgeworden goed een tijdje weg in een sopje van
gele zeep, en na het uitspoelen zal de moderne textielvezel er aanmerkelijk
helderder uit zien.
rek benut, en heeft juffer En-wat-
zou-dat? haar niet al te fraai onder
houden karretje tegen de witte te
gels gezet maar ik schrijf de be
schuldiging weer onder groot voor
behoud.
Het ging mij trouwens niet om het
resultaat. Wat mij van het kleine
incident bijbleef was die onverschil
lige reactie: Nou en wat zou dat?
Dat is een mentaliteit waartegen het
maar al te vaak vergeefs optornen
is. Welzeker, daar is voor g:oed an
dermans geld een dure fraaie wand
opgetrokken, en elke te vervangen
tegel kost een lieve cent aan mate
riaal en arbeidsloon. Maar dat is
toch onze zaak niet? Het gemak
dient de mens, een kras meer of
minder kost ons de portemonnee
niet waarom zullen we dan die
tien stapen lopen naar een ordente
lijk fietsenrek. Wij doen precies
waarin we zin hebben en wat ons de
minste moeite kost
En zo kan de hoofdschuddende voet
ganger bijna struikelen over de berg
fietsen tegen een winkelraam
daarachter het bordje: verzoeke hier
geen rijwielen te plaatsen volledig
schuilgaat. Of wij kunnen een tuin
hek zien doorbuigen onder dezelfde
last, als bij de buren om de een of
andere reden een bijzonder talrijk
bezoek is. Wij kunnen, vooral
's avonds, onze argeloze schoenen
niet vrijwaren van het hondenvuil,
omdat de eigenaars de kleine moeite
van naast het trottoir te gaan lopen
met de lieve Bello aan de lijn niet
konden opbrengen.
ER is maar één, langzaam werkend
maar probaat middel tegen: van
onder af beginnen in het eigen ge
zin. Zonder een eeuwig poetsend en
vermanende pietepeuter te zijn kan
elke huismoeder toch heel wat be
reiken door onverbiddelijk en onver
droten te vechten tegen rommel in
eigen huis, tegen krassen en vlekken
en scheuren en blutsen uit pure on
nadenkende slordigheid. Wie zelf een
keuken vol vuile vaat laat staan, al
tijd buurvrouw laat opdraaien voor
het aanvegen van het gemeenschap
pelijk trappenhuis, potten en pannen
en kapotte stoelen in de gracht kie
pert en de kastdeuren niet meer
dicht kan krijgen vanwege de uitpui
lende rommel die kweekt een
kroost dat nog een haartje erger is
en zich van alle overlast en be
schadigingen afmaakt met een bru
taal: En wat zóu dat?
Het is, vooral in onze tijd, een taaie
en weinig aanlokkelijke strijd op de
lange baan, dat geef ik dadelijk toe.
Kinderen hebben vandaag de dag of
veel te veel geld in handen of veel
te weinig begrip van wat kleren,
fietsen, boeken, tassen, speelgoed,
huisraad en wat niet al kosten, en
hoe daar voor gewerkt moet worden.
Misschien is dat wel het meest af
doende antwoord, als uw spruiten
ook al komen aandragen met: wat
zóu dat? een alles afdoend, kort
en krachtig: Het heeft geld gekost.
SASKIA.
Het is vreselijk om koning te zijn", zei de koning, ,jze
knippen maar, ze buigen maar. Ze durven niet te la-
lachen, ze maken nooit eens een grapje en ze halen het
niet in hun hoofd om je ooit eens een poets te bakken. O,
wat zou ik dat graag willen, dat iemand mij, de koning
een poets bakt".
)yHoort U dat?", vroeg de ene lakei aan de andere. Ze
hielden met z'n tweeën de wacht voor de troonzaal van de
koning, want als hun koning een wens had, ook al was
het maar een kleintje, moesten er lakeien-oren zijn om dat
te horen.
„We moeten onmiddellijk
de andere lakeien en de
ministers waarschuwen",
fluisterde de eerste.
„Een wens! Dat is in jaren
niet gebeurd!", hoorde je
aan alle kanten. De eerste
lakei schraapte zijn keel
„De koning wenste
Alle hoofden draaiden naar
hem toe en een paar minis
ters trommelden ongedul
dig met hun vingers op ta
fel. De lakei deed een beet
je verlegen. „Het is mis
schien het beste dat ik pre
cies herhaal wat de koning
gezegd heeft", zei hij.
„Ja, toe nou, toe nou
maar riepen de minis
ters. „De koning betreur
de het", zei de lakei, „dat
nooit iemand het in zijn
hoofd haalde om hem een
poets te bakken.
Eventje bleef het heel stil.
Je zag de ministers den
ken.
Toen de stilte al te lang
geduurd had, nam de oud
ste minister het woord-
„Nou, heren", zei hij, „dat
lijkt me een goede wens".
„We zullen dus", zei de
oudste minister weer, „een
poets voor de koning be
stellen. Is iedereen het
daar mee eens
Iedereen knikte natuurlijk
weer, maar toen zei de oud
ste minister: „En het lijkt
me het beste dat de jong-
sten van ons allen zorgen
dat de koning zijn poest
krijgt".
De drie jongste ministers
keken elkaar aan en alle
anderen keken naar hen.
Daarom zeiden ook zij niet
dat ze geen idee hadden
wat een poets was. Eén van
hen stond op, maakte een
beleefde buiging en zei:
„Er zal voor gezorgd wor
den, excellentie.
„En waar had U dat willen
doen?", vroeg de oudste
minister die nog steeds
dacht dat hij de enige was
die niet wist wat een poets
was. „Ach zei de eer
ste van de drie jongsten,
„dat zal toch niet zo moei
lijk zijn. Iedereen zal het
het een eer vinden om een
poets te bakken voor de
koning".
„Ah juist'... bij een bak
ker", knikte de oudste mi
nister, „ik wist eerlijk ge
zegd niet dat zijn majesteit
van zoetigheid hield".
„O, maar een poets is niet
zo zoet", zei een ander,
De drie jongsten gingen op
stap. Maar toen de drie def
tige heren bij de eerste
bakker kwamen, gebeurde
er iets vreemds. „Zou U
voor zijne majesteit een
poets willen bakken?",
vroegen ze de bakker.
Die verschoot van kleur.
„Wat denkt U wel van
me!", riep hij boos, „Onze
koning! Onze goede koning
een poets bakken. Ik peins
er niet over!" Woedend
gooide hij de deur van de
winkel dicht. En bij de
tweede bakker ging het net
zo. Bij de derde ook, de
vierde ook en bij de vijfde
hadden ze bijna een zak
meel naar hun deftige
hoofden gekregen. En toen
kwamen ze bij bakker Bol
le. De drie ministers waren
al wat voorzichtiger ge
worden en ze zeiden maar
niet meteen waar het om
ging.
„En wat zal het zijn?",
vroeg de dikke bakker die
een beetje verbaasd naar
zijn nieuwe klanten stond
te kijken. „Het gaat om
eh Het gaat om een
om een geschenk voor de
koning zei de eerste.
Even was het heel stil in
de winkel van bakker Bol
le. Bakker Bolle was een
wijze man; even trilden
zijn dikke wangen, maar
toen zei hij heel ernstig:
„Juist, een poets, De koning
wil een poets. En wanneer
had de koning zijn poets
willen hebben?"
„Zo gauw mogelijk", zei
den de drie heren
„Best, best", knikte de dik
ke bakker,
„O, heerlijk, heerlijk", zei
den de drie ministers.
„Alsjeblieft!", riep de dik
ke bakker
Eén van de heren stapte
naar voren: „Bakker", zei
hij, „ik ben zelf geen snoe
per en ik weet dus niet zo
veel van taart en koek.
Het lijkt me dus het beste
dat ik maar herhaal wat
zijne majesteit zelf besteld
heeft".
„En dat is?", vroeg de bak
ker vol spanning.
„Een poets", zeiden de he
ren tegelijk,
Toen de drie heren ver
trokken waren had de bak
ker eerst wel vijf minuten
nodig om met zijn vrouw
en kinderen over de grond
(e tollen van het lachen,
maar daarna gingen ze met
zijn allen aan het werk. En
nog dezelfde middag trok
de bakker met zijn hoogste
muts op en met al zijn kin
deren met kleinere mutsjes
op achter hem aan naar
het paleis van de koning.
Op de stoep stonden alle
ministers hem al op te
wachten. Ze namen de
poets van bakker Bolle
over en trokken in optocht
door de gangen van het
paleis naar de troonzaal.
„Majesteit!", riepen de oud
ste ministers: „het is uw
ministers een genoegen om
een van uw wensen in ver
vulling te laten gaan".
De koning keek verwon
derd naar de gezichten van
zijn ministers en daarna
naar de poets. „Maar ik
hou helemaal niet van
taart", wou hij zeggen,
maar toen hij zag hoe ze
hem allemaal vol verwach
ting aankeken zei hij niets
en deed of hij heel verrast
was met het present.
„Wat een taart!, wat een
taart!", riep de koning ter
wijl ze op dat mes wacht
ten en de poets op een tafel
werd neergezet. „Pardon,
majesteit", zei de oudste
lakei, die vond dat nu ze er
zo veel moeite voor gedaan
hadden, de koning ook
moest weten dat het geen
gewone taart was: „Dit is
een poets, majesteit".
„Een poets?", vroeg de ko
ning verbaasd.
De lakei knikte trots. „Ja,
majesteit", zei hij, „ik
hoorde dat U zo graag
wilde dat iemand U een
poets bakte
„Ah juist", zei de koning
en het leek of hij moeite
had om zijn ernstige ge
zicht in de plooi te houden.
„Kom, heren", zei de ko
ning die nu stuk voor stuk
op schoteltjes legde en die
doorgaf aan zijn ministers,
„gaat uw gang!"
Vol verwachting zetten de
eerste ministers hun tan
den in de poets. Hun ge
zichten betrokken, werden
rood of wit of zelfs groen
en hun ogen rolden bijna
uit hun hoofd. Maar nie
mand zei iets, want de ko
ning zelf at smakelijk van
de kersjes en de room die
hij voor zichzelf bewaard
had. „Heerlijk, heerlijk",
riep de koning met een
mond vol. En wat konden
de ministers anders doen
dan ook „heerlijk, heerlijk"
roepen, ook al had nu ieder
een geproefd dat de poets
precies smaakte als een
bruine turf die bakkers
voor hun vuur gebruiken?
„Smaakt het niet, heren?",
vroeg de koning, terwijl
zijn ogen van de één naar
de ander gingen. „O, jawel,
majesteit; zeker majes
teit", mompelden de be
nauwde ministers. Gelukkig
kreeg de koning medelij
den, want anders was het
slecht afgelopen met die
geleerde oude heren. „Weet
U", zei de koning, „de
poets is uitstekend, alleen
is er een vergissing ge
maakt".
Verschrikt legden alle mi
nisters hun stuk poets neer,
blij tegelijk dat ze er af
waren. „Tja", zei de ko
ning, „U wilde mij een
poets bakken, maar die
dikke bakker die ik hier
straks op de trap zag ko
men. heeft U een poets ge
bakken".
„Ons? Hoezo, majesteit?",
vroegen de ministers; maar
de koning gaf geen ant
woord meer.
„O, heren, heren", riep hij,
„knap en wijs zijn jullie wel,
maar knap en wijs is niet
genoeg om een land te r%
geren. Wie geen grapjes
kan maken en geen poets
kan bakken, moet nog veel
leren. En een poets, vrien
den, een poets is een grap
je
Roder dan de rode kersjes
op de poets van bakker
Bolle waren de wangen van
de wijze ministers, maar de
koning lachte door en als
de koning lacht, lach je
mee, dus even later schalde
het van het lachen uit het
raam van de troonzaal.
Mies Bouhuys.